SYNCHRONE WERKING
Elektrische aansluitingen
Belangrijk! Begin met de volgende handelingen op beide automatiseringen:
- plaats de RSE-kaart op de connector van de stuurkast van beide automatiseringen;
- sluit de twee stuurkasten met een CAT 5-kabel (max 1.000 m) aan de klemmen A-A / B-B / GND-GND aan - zie
paragraaf SYNCHRONE WERKING;
- sluit alle bedienings- en beveiligingsinrichtingen en de coderingskaarten alleen aan de stuurkast van de MA-
STER-automatisering aan.
Gebruikers opslaan
Voer de gebruiker met de bijbehorende instructie op de MASTER-stuurkast in.
Programmering
Begin met het uitvoeren van de volgende instellingen, alleen op de MASTER-stuurkast:
- selecteer 1 (synchroon) met functie F49 en druk op ENTER om te bevestigen;
- selecteer de openingsrichting met functie F54 en druk op ENTER om te bevestigen;
- selecteer ON met functie F52 en druk op ENTER om de overdracht van de parameters in synchrone modus te
bevestigen.
Ga vervolgens over tot het instellen en regelen op alleen de MASTER-stuurkast.
De programmeertoetsen op de SLAVE-stuurkast zijn gedeactiveerd.
Werkingsmodus
Instructie STAP-VOOR-STAP of ALLEEN OPENEN. Beide vleugels openen.
Instructie GEDEELTELIJKE /VOETGANGERSOPENING. Alleen de vleugel van de MASTER-automatisering opent.
Voor de instructies die geselecteerd en aan de gebruikers gekoppeld kunnen worden, zie paragraaf GEBRUIKER
TOEVOEGEN MET BIJBEHORENDE INSTRUCTIE.
MASTER
MASTER
SLAVE
SLAVE