846-transducer
mei 2023
Installeren van de printplaat
1. Controleer of de printplaat groen is bij montage in een eenheid met directe werking, of blauw bij montage in een eenheid met
omgekeerde werking.
2. Controleer of de twee O‐ringen de juiste positie hebben. De kleinere O-ring wordt aangebracht op de afgeschuinde O-ringflens
van de modulesubgroep. De O-ring voor de sensor wordt aangebracht in de O-ringwartel van de sensor. De ringen moeten licht
worden ingesmeerd met silicoonhoudend vet.
3. Plaats de printplaat op de module-subconstructie. Controleer of de montagegaten van de printplaat tegenover die op de
module-subconstructie liggen. Steek de drie lange schroeven in de montagegaten naast de druksensor.
4. Steek de twee korte schroeven in de resterende montagegaten. Draai eerst de drie lange schroeven aan en vervolgens de
twee korte.
Piloot/actuatorconstructie
WAARSCHUWING
Zie de WAARSCHUWINGEN voor onderhoud aan het begin van dit hoofdstuk.
De piloot/actuatorconstructie bevindt zich aan de onderkant van de module-eindconstructie zie afbeelding 15. Hij omvat de spoel,
magneet en veer van de actuator en de deflector en tuiten van de pilooteenheid. Twee O-ringen maken deel uit van de
piloot/actuatorconstructie. In tabel 4 ziet u de maten van de O-ringen. Ze bevinden zich in de afgeschuinde O-ringwartels van
de module-subconstructie, naast de tuiten. De piloot/actuatorconstructie is met vier schroeven bevestigd.
Werking
Een blauw rubbermembraan onder het gebied van de deflectoras en tuiten geeft aan dat de piloot/ actuatorconstructie er een met
directe werking is. Een rood membraan onder het gebied van de tuiten geeft aan dat de piloot/actuatorconstructie er een met
omgekeerde werking is. In afbeelding 19 ziet u een onderaanzicht van de piloot/actuatorconstructie.
Afbeelding 19. Piloot/actuatorconstructie (onderaanzicht)
UITLIJNNOK
RUBBERMEM
BRAAN
MONTAGE
SCHROEVEN
A6654
38
Instructiehandleiding
D102005X0NL