Lagers en lagerbussen smeren
De tractie-eenheid is voorzien van smeernippels die regel-
matig moeten worden gesmeerd met Nr. 2 Smeervet voor
algemene doeleinden op lithiumbasis. Als de machine in
normale omstandigheden wordt gebruikt, moet u alle lagers en
lagerbussen om de 50 bedrijfsuren smeren. De lagers en de
lagerbussen moeten elke dag worden gesmeerd als de machine
in zeer stoffige en vuile omstandigheden wordt gebruikt. Bij
gebruik in deze omstandigheden kan er vuil terechtkomen in de
lagers en lagerbussen, hetgeen tot snellere slijtage kan leiden.
Wij adviseren lagers en lagerbussen onmiddellijk na elke
wasbeurt te smeren, ongeacht de voorgeschreven interval.
De volgende lagers en lagerbussen van de tractie-eenheid
moeten worden gesmeerd: draaipunt achterste maaieenheid
(Fig. 27), draaipunt voorste maaieenheid (Fig. 28),
uiteinden cilinder van SideWinder (2) (uitsluitend Modelnr.
03201) (Fig. 29), draaipunt besturing (Fig. 30), draaipunt
achterste hefarm en hefcilinder (2) (Fig. 31), draaipunt
voorste hefarm links en hefcilinder (2) (Fig. 32), draaipunt
voorste hefarm rechts en hefcilinder (2) (Fig. 33),
afstelmechanisme neutraalstand (Fig. 34), schuif voor
Maaien/Transport (Fig. 35), draaipunt riemspanning
(Fig. 36), en stuurcilinder (Fig. 37).
Opmerking: Desgewenst kan een extra smeernippel
worden gemonteerd op het andere uiteinde van de stuur-
cilinder. Verwijder de band, monteer de nippel, spuit vet in
de nippel, verwijder de nippel en plaats de plug (Fig. 38).
Belangrijk
U mag de dwarsbuis van de Sidewinder niet
smeren. De lagerblokken zijn zelfsmerend.
Figuur 27
Figuur 28
Figuur 29
Figuur 30
Figuur 31
30
(2)
(2)