Inhoudsopgave
Advertenties
5.1.5 C
ONTROLES TIJDENS HET RIJDEN
Tijdens het rijden moeten de volgende controles worden uitgevoerd om te controle‐
ren dat alle delen correct werken.
• Controlelampje oliedruk (zie paragraaf 4.2)
Het controlelampje gaat branden om te waarschuwen dat de druk van de motorolie
onder het voorgeschreven niveau is. Mocht dit gebeuren tijdens het rijden, moet de
motor onmiddellijk gestopt worden en moeten de volgende controles verricht worden:
1. Oliepeil motorolie (zie "Controle oliepeil" paragraaf 6.2.1 "Motorolie").
• Controlelampje oplaadsysteem accu (zie paragraaf 4.1)
Het lampje gaat branden wanneer het oplaadsysteem niet naar behoren werkt en de
accu niet oplaadt.
PERICOLO
GEVAAR
Indien de accu leeg is, is de normale uitschakeling van de motor mogelijk.
Schakel de motor uit (zie paragraaf "Noodhendel voor het uitschakelen van de motor")
en repareer of vervang het defecte onderdeel met de bijstand van de servicedienst Kubota.
• Brandstof
Zorg ervoor dat de brandstoftank niet volledig leeg raakt en controleer het niveau
aan de hand van de informatie van paragraaf "Brandstof tanken". In een dergelijk
geval kan er lucht het brandstofsysteem binnengaan.
De ontluchting van het systeem is automatisch.
ATTENZIONE
VOORZICHTIG
Om persoonlijk letsel te voorkomen:
‐
Controleer op verdachte lekkage met behulp van een stuk karton of hout;
gebruik niet de handen of andere lichaamsdelen. In geval van letsel als
gevolg van vloeistoflekkage onmiddellijk een arts raadplegen. De vloeistof
van gangreen of ernstige allergische reacties veroorzaken.
‐
Controleer de leidingen voor brandstof en brandstofinjectie op lekkage. Maak bij
deze handelingen gebruik van een veiligheidsbril of andere oogbescherming.
54
C
OMPACTE DUMPER
KC70 ‐ K
UBOTA
MUKC7061015
Advertenties
Inhoudsopgave
