7.4.
Instellen van de hoofdafstandsbediening
Als het systeem zoals op
figuur 4
buitenunit is op meerdere binnenunits aangesloten), moet een van de
afstandsbedieningen
als
meester-afstandsbediening
worden.
■
Alleen de meester-afstandsbediening kan verwarming of koeling
selecteren.
■
Op de schermen van de slave-afstandsbedieningen verschijnt
(omschakeling onder centrale besturing). De slave-
afstandsbedieningen volgen automatisch de werking bepaald
door de master-afstandsbediening.
Het is echter ook mogelijk om te ontvochtigen met de ondergeschikte
afstandsbedieningen als het systeem aan het koelen is en deze
instelling is gebeurd met de hoofdafstandsbediening.
Aanduiden van de hoofdafstandsbediening
1
Druk gedurende 4 seconden de keuzetoets voor werking in van
de hoofdafstandsbediening.
Het scherm
(omschakeling onder centrale besturing) van
alle
ondergeschikte
afstandsbedieningen
dezelfde buitenunit of BS-unit knippert.
2
Druk de keuzetoets voor werking in van de afstandsbediening
die u wenst aan te duiden als de hoofdafstandsbediening. De
aanduiding is daarmee gebeurd. Deze afstandsbediening is
aangeduid als hoofdafstandsbediening en het scherm
(omschakeling onder centrale besturing) verdwijnt.
Op de schermen van de andere afstandsbedieningen verschijnt
(omschakeling onder centrale besturing).
7.5.
Voorzorgsmaatregelen bij groepsbesturing of
besturing met twee afstandsbedieningen
Behalve individuele besturing (één afstandsbediening bestuurt één
binnenunit), biedt dit systeem nog twee andere besturingssystemen.
Controleer
het
volgende
besturingssystemen is uitgerust:
■
Groepsbesturing
Eén afstandsbediening bestuurt tot 16 binnenunits. Alle binnen-
units krijgen dezelfde instelling.
■
Besturing met twee afstandsbedieningen
Twee
afstandsbedieningen
groepsbesturing is dat een groep van binnenunits). De unit
wordt individueel bestuurd.
LET OP
Raadpleeg uw verdeler als u de combinatie of
instelling van groepsbesturing en besturing met twee
afstandsbedieningen wenst te wijzigen.
RXYCQ8~20A7Y1B
VRV Classic System airconditioner
4P327539-1 – 2012.08
geplaatst wordt (de RXYCQ-
aangeduid
aangesloten
als
uw
unit
met
één
besturen
één
binnenunit
8.
E
NERGIESPAREN EN OPTIMALE WERKING
Neem volgende voorzorgsmaatregelen in acht om voor een optimale
werking van het systeem te zorgen.
■
Stel de luchtuitlaat zodanig in dat de lucht niet rechtstreeks
inblaast op de aanwezige personen.
■
Pas de kamertemperatuur aan zodat u een aangename
omgeving creëert. Voorkom overmatig koelen of verwarmen.
■
Zorg ervoor dat de kamer bij het koelen niet wordt blootgesteld
aan direct zonlicht met behulp van gordijnen of rolluiken.
■
Verlucht dikwijls.
Zorg bij langdurig gebruik bijzonder op verluchting.
■
De deuren en ramen moeten gesloten blijven. Als die openstaan
zal er lucht uit de kamer ontsnappen, wat leidt tot een daling van
het koel- of verwarmingsrendement.
■
Koel of verwarm niet te sterk. Om zuinig om te gaan met energie
houd u de temperatuurinstelling op een gematigd niveau.
op
Voor verwarmen
■
Plaats nooit voorwerpen in de nabijheid van de luchtinlaat of
-uitlaat van de unit. Dit kan een verminderde werking of een
uitval veroorzaken.
■
Schakel de hoofdvoeding naar de unit uit als de unit gedurende
langere tijd niet zal worden gebruikt. Als de schakelaar is
ingeschakeld wordt er immers elektriciteit verbruikt. Vooraleer de
unit herop te starten dient u de hoofdvoeding zes uur vooraf in te
schakelen om een vlotte werking te garanderen. (Raadpleeg het
hoofdstuk "Onderhoud" in de handleiding van de binnenunit.)
■
Als
luchtfilter) dient u een bekwaam servicetechnicus te raadplegen
om de luchtfilters te reinigen. (Raadpleeg het hoofdstuk
"Onderhoud" in de handleiding van de binnenunit.)
■
De binnenunit en afstandsbediening moeten minstens 1 meter
van
die
verwijderd zijn van televisie, radio, stereo of gelijkaardige
apparatuur.
Anders kunnen beelden statisch of vervormd worden.
■
Plaats geen voorwerpen onder de binnenunit die door water
kunnen worden beschadigd.
Wanneer de vochtigheid boven 80% is of wanneer de afvoer
(bij
verstopt is, kan condensvorming optreden.
9.
O
NDERHOUD
Let op de ventilator.
De unit inspecteren terwijl de ventilator draait is gevaarlijk.
Schakel altijd de hoofdschakelaar uit en verwijder de
zekeringen uit het besturingscircuit in de buitenunit.
9.1.
Onderhoud na een lange periode van stilstand
(bijv. aan het begin van het seizoen)
■
Controleer en verwijder alles dat de inlaat- en uitlaatopeningen
van de binnen- en buitenunits zou kunnen blokkeren.
■
Maak de luchtfilters en de buitenkant van de binnenunits
schoon. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die bij de binnenunits
wordt geleverd voor meer informatie hierover en vergeet niet de
schoongemaakte luchtfilters weer op dezelfde manier te
monteren.
■
Schakel de voeding in ten minste 6 uur voordat u het systeem
gebruikt, dit om een vlotte werking te verzekeren. Zodra de
voeding wordt ingeschakeld, verschijnen de displays van de
afstandsbediening.
Aanbevolen temperatuurinstelling
Voor koelen
verschijnt op het scherm (reinigingstijd van het
26~28°C
20~24°C
Gebruiksaanwijzing
5