Alleen voor zelfaangedreven
modellen
Modellen: W21SK, W53SEK
Maaien
Maak het terrein klaar voor u gaat maaien.
Verwijder alle obstakels en vreemde
voorwerpen en zorg ervoor dat er geen
huisdieren of omstanders op het terrein
aanwezig zijn. Controleer de apparatuur op
brandstof, olie, losse bevestigingsdelen, enz.
Zorg ervoor dat de machine in prima staat
verkeert. Verhelp eventuele problemen voor
u de maaier gaat gebruiken.
Kies de juiste snelheid met de
transmissiehendel.
•
Stand 1 van de transmissiehendel is de
laagste snelheid.
•
Stand 2 is de normale snelheid.
•
Stand 3 is de hoogste grondsnelheid.
Zet de transmissiehendel in de gewenste
snelheidsstand.
Zet de chokehendel op "ON".
Schakel het bestuurderaanwezigheids-
systeem (OPC) in en start de motor door
krachtig aan het startkoord te trekken.
BEDIENING
Transmissiehendel
Zet de choke op "ON"
25
Nederlands-