Inhoudsopgave
Advertenties
Maaihoogte
De maaidekhoogte wordt ingesteld door de
wielen te verhogen voor een lage maaihoogte
en de wielen te verlagen voor een hoge
maaihoogte. Stel de maaihoogte naar wens
in. De middelste stand is ideaal voor de
meeste gazons.
Trek de instelhendel naar het wiel toe om de
maaihoogte te wijzigen. Zet het wiel hoger of
lager in de gewenste stand. Zorg ervoor dat
alle wielen in dezelfde stand staan.
LET OP: De instelhendel is correct geplaatst
wanneer de plaatpen in het gat in de hendel
valt. Bij instelhendels met 9 standen (indien de
machine hiermee is uitgerust) kan de hendel
ook tussen de plaatpennen worden geplaatst.
Grondsnelheidsbeugel
Sommige modellen zijn uitgerust met een
grondsnelheidsbeugel om de aandrijfwielen
in te schakelen.
De grondsnelheidsbeugel wordt ingeschakeld
door de beugel naar voren te duwen.
Hierdoor worden de aandrijfwielen
ingeschakeld. Laat de grondsnelheidsbeugel
los om de achterwielen te stoppen.
BEDIENINGSELEMENTEN
1. Hendel naar achteren om de maaier te verlagen
Hendel naar voren om de maaier te verhogen
2. Hendel
3. Plaatpen
1
Grondsnelheidsbeugel, modellen: W21SBK, W53SBEK
1
Grondsnelheidsbeugel, modellen: W21SK, W53SEK
Geen grondsnelheidsbeugel, model: W21K
2
1
3
Nederlands-
17
Advertenties
Inhoudsopgave
