B) Aansluiting aan de gas
BE
Cat: II 2E+3+
De gasaansluitpunten zijn zodanig aan de achterkant van het apparaat
uitgevoerd, dat de slang nooit achter het fornuis langsloopt (zie afb. 2.1).
* De installatie mag uitsluitend worden uitgevoerd door een gekwalificeerd
elektricien in overeenstemming met lokaal geldende voorschriften (norm
NBN D 51-003).
* De wanden naast het fornuis moeten uit hittebestendig materiaal
vervaardigd zijn, of met zulk materiaal bekleed zijn.
* Ventilatie - gasverbranding is mogelijk door zuurstof in de lucht. Het is dus
nodig om deze lucht te vernieuwen en om de brandbare delen te vernieuwen.
Het volume van de vernieuwde lucht moet ten minste 2m
Het gas dat kan worden gebruikt, kan in 2 families worden verdeeld
afhankelijk van hun eigenschappen:
* Vloeibaar gas: butaangas (G30) en propaangas (G31)
* Aardgas (G20/G25)
Het fornuis is bij levering klaar voor het gebruik met het type gas dat
op het etiket van het toestel vermeld staat. Het kan soms nodig zijn
om van een type gas op een ander over te schakelen. U moet als volgt
tewerkgaan, ongeacht voor welk type gas het toestel afgesteld is:
* gasaansluiting
* vervanging van de inspuiters
* regeling van de kleinstand van de branders
Controleer of het toestel afgesteld is op het type gas dat toegevoerd wordt
(zie etiket)
De gasinstallatie moet voldoen aan de lokaal geldende voorschriften.
De gasinstallatie moet voldoen aan de lokaal geldende voorschriften.
LET OP: In Belgie geldt dat conform de Belgische normen NBN D
51-003 en NBN D 51-006 het type aansluiting met elastomeerslang
verboden is voor fornuizen die binnen gebouwen worden
geinstaleerd.
/u per kW.
3
18