• De instellingen voor paginaformaat, mediumtype, enzovoort blijven behouden ook als het apparaat
wordt uitgeschakeld.
• Wanneer het kopiëren wordt gestart in het kopieermenu dat met de opgegeven instelling niet
beschikbaar is, wordt het bericht Opgegeven functie niet beschikb. met huidige instellingen.
(The specified function is not available with current settings.) weergegeven op het LCD-scherm.
Wijzig de instelling volgens de aanwijzingen op het scherm.
1. Vergrot. (Magnif.) (Vergroting)
Geef de methode voor vergroten/verkleinen op.
Kopieën verkleinen/vergroten
2. Intensit. (Intensity)
Geef de intensiteit op. Wanneer Auto is geselecteerd, wordt de intensiteit automatisch aangepast
volgens de originelen die op de glasplaat zijn geplaatst. Op het stand-byscherm voor kopiëren wordt
Auto weergegeven.
3. Paginaformaat (Page size)
Selecteer het paginaformaat van het geplaatste papier.
4. Type (Mediumtype)
Selecteer het mediumtype van het geplaatste papier.
5. Afdr.kwl. (Print qlty) (Afdrukkwaliteit)
Pas de afdrukkwaliteit aan op basis van het origineel.
Belangrijk
• Als u Klad (Draft) selecteert terwijl het Type is ingesteld op Normaal papier (Plain paper) en
de kwaliteit niet naar wens is, selecteert u Standaard (Standard) of Hoog (High) voor
Afdr.kwl. (Print qlty) en probeert u opnieuw te kopiëren.
• Selecteer Hoog (High) voor Afdr.kwl. (Print qlty) om te kopiëren in grijstinten. Bij grijstinten
wordt een reeks grijstinten gebruikt in plaats van alleen zwart en wit.
6. Indeling (Layout)
Selecteer de indeling.
Twee pagina's kopiëren op één pagina
583