Download Print deze pagina
Canon MG3600 Series Online Handleiding
Verberg thumbnails Zie ook voor MG3600 Series:

Advertenties

MG3600 series
Online handleiding
Lees dit eerst
Printerfuncties
Overzicht
Afdrukken
Kopiëren
Scannen
Problemen oplossen
Nederlands (Dutch)

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Canon MG3600 Series

  • Pagina 1 MG3600 series Online handleiding Lees dit eerst Printerfuncties Overzicht Afdrukken Kopiëren Scannen Problemen oplossen Nederlands (Dutch)
  • Pagina 2 Voordat u Canon Inkjet Cloud Printing Center gebruikt........
  • Pagina 3 Afdrukken met Windows RT..........114 De printergegevens controleren.
  • Pagina 4 Overzicht............169 Veiligheid.
  • Pagina 5 Scherm Canon IJ Network Tool........
  • Pagina 6 Beperkingen..............285 Firewall.
  • Pagina 7 Canon IJ-printerstuurprogramma........
  • Pagina 8 Beschrijving van Canon IJ-afdrukvoorbeeld........
  • Pagina 9 Scannen............Scannen vanaf een computer (Windows).
  • Pagina 10 Schermen van ScanGear (scannerstuurprogramma)........614 Tabblad Basismodus............615 Tabblad Geavanceerde modus.
  • Pagina 11 Kan het apparaat tijdens de instelling van het draadloze LAN niet vinden: controle 4..698 Kan het apparaat niet vinden in het scherm Lijst met printers in netwerk....699 U komt niet verder dan het scherm Printeraansluiting/Kabel aansluiten.
  • Pagina 12 Het kopiëren/afdrukken stopt............760 Kan niet afdrukken met AirPrint.
  • Pagina 13 Fouten en berichten........... . . 802 Er treedt een fout op.
  • Pagina 14 1715..............854 1890.
  • Pagina 15 6902..............888 6910.
  • Pagina 16 • In principe zijn de beschrijvingen op deze site gebaseerd op het product ten tijde van de oorspronkelijke verkoop. • Deze site bevat niet alle handleidingen van alle producten die worden verkocht door Canon. Indien u een product gebruikt dat niet wordt beschreven op deze site, raadpleegt u de handleiding die is geleverd bij het product.
  • Pagina 17 • In Internet Explorer 8 1. Druk op de Alt-toets om de menu's weer te geven. U kunt ook Extra (Tools) > Werkbalken (Toolbars) > Menubalk (Menu Bar) selecteren om de menu's weer te geven. 2. Selecteer Pagina-instelling... (Page Setup...) in het menu Bestand (File). 3.
  • Pagina 18 Deze online handleiding gebruiken Symbolen in dit document Gebruikers van aanraakgevoelige apparaten (Windows) Symbolen in dit document Waarschuwing Instructies die u moet volgen om te voorkomen dat er als gevolg van een onjuiste bediening van het apparaat gevaarlijke situaties ontstaan die mogelijk tot ernstig lichamelijk letsel of zelfs de dood kunnen leiden.
  • Pagina 19 Adobe Systems Incorporated in de Verenigde Staten en/of andere landen. • Bluetooth is een handelsmerk van Bluetooth SIG, Inc., V.S. en gebruiksrecht van dit product is verleend aan Canon Inc. Opmerking • De officiële naam van Windows Vista is Microsoft Windows Vista-besturingssysteem.
  • Pagina 20 http://www.apache.org/licenses/ TERMS AND CONDITIONS FOR USE, REPRODUCTION, AND DISTRIBUTION 1. Definitions. "License" shall mean the terms and conditions for use, reproduction, and distribution as defined by Sections 1 through 9 of this document. "Licensor" shall mean the copyright owner or entity authorized by the copyright owner that is granting the License.
  • Pagina 21 otherwise transfer the Work, where such license applies only to those patent claims licensable by such Contributor that are necessarily infringed by their Contribution(s) alone or by combination of their Contribution(s) with the Work to which such Contribution(s) was submitted. If You institute patent litigation against any entity (including a cross-claim or counterclaim in a lawsuit) alleging that the Work or a Contribution incorporated within the Work constitutes direct or contributory patent infringement, then any patent licenses granted to You under this License for that Work shall terminate...
  • Pagina 22 License or out of the use or inability to use the Work (including but not limited to damages for loss of goodwill, work stoppage, computer failure or malfunction, or any and all other commercial damages or losses), even if such Contributor has been advised of the possibility of such damages. 9.
  • Pagina 23 Typ trefwoorden in het zoekvenster en klik op (Zoeken). U kunt zoeken naar doelpagina's in deze handleiding. Voorbeeld: '(modelnaam van uw product) papier plaatsen' Zoektips U kunt in het zoekvenster trefwoorden invoeren om te zoeken naar doelpagina's. Belangrijk • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar in sommige landen/regio's. Opmerking •...
  • Pagina 24 Opmerking • Het weergegeven scherm hangt af van uw product. • Zoeken naar toepassingsfuncties Voer de naam van uw toepassing in plus een trefwoord voor de functie waarover u informatie zoekt Voorbeeld: als u wilt weten hoe u collages kunt afdrukken met My Image Garden Voer in het zoekvenster "My Image Garden collage"...
  • Pagina 25 Het apparaat gebruiken Foto's afdrukken vanaf een computer Originelen kopiëren...
  • Pagina 26 Foto's afdrukken vanaf een computer In dit gedeelte wordt beschreven hoe u foto's kunt afdrukken met My Image Garden. In dit gedeelte worden vensters gebruikt die worden weergegeven wanneer het besturingssysteem Windows 8.1 (hierna Windows 8.1 genoemd) wordt gebruikt. 1. Open de voorklep (A). 2.
  • Pagina 27 8. Klik op het pictogram My Image Garden (F) in Quick Menu. Het scherm Hulpmenu (Guide Menu) wordt weergegeven. Opmerking • Hoeveel en welke soorten pictogrammen worden weergegeven, hangt af van uw regio, de geregistreerde printer/scanner en de geïnstalleerde toepassingen. 9.
  • Pagina 28 11. Klik op de foto's (I) die u wilt afdrukken. Voor Windows: Om twee of meer foto´s tegelijk te selecteren, klikt u op de foto´s terwijl u de Ctrl-toets ingedrukt houdt. Voor Mac OS: Om twee of meer foto´s tegelijk te selecteren, klikt u op de foto´s terwijl u de opdrachttoets ingedrukt houdt.
  • Pagina 29 Handleiding voor My Image Garden (Windows) Handleiding voor My Image Garden (Mac OS)
  • Pagina 30 Originelen kopiëren In dit gedeelte wordt beschreven hoe u originelen plaatst en deze op gewoon papier kopieert. 1. Open de voorklep (A). 2. Trek de papiersteun (B) uit. 3. Plaats papier MET DE AFDRUKZIJDE NAAR BENEDEN. Duw de papierstapel helemaal tegen de achterzijde van de voorste lade. 4.
  • Pagina 31 8. Open de documentklep (F). 9. Plaats het origineel MET DE TE KOPIËREN ZIJDE NAAR BENEDEN en lijn het uit met de positiemarkering (G). 10. Sluit de documentklep voorzichtig. 11. Druk op de knop Papier (Paper) (H) zodat het bovenste Papier (Paper)-lampje (I) gaat branden.
  • Pagina 32 Belangrijk • Wacht met het openen van de documentklep totdat het kopiëren is voltooid. Opmerking • Zie Kopiëren voor meer informatie over kopieerfuncties.
  • Pagina 33 Eenvoudig scannen met de automatische functie Originelen scannen die groter zijn dan de glasplaat Meerdere originelen tegelijk scannen PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken Eenvoudig afdrukken vanaf een smartphone of tablet met Canon PRINT Inkjet/ SELPHY Afdrukken met Windows RT De printergegevens controleren...
  • Pagina 34 Met gemak draadloos verbinden in de 'toegangspuntmodus' Op het apparaat wordt de 'toegangspuntmodus' ondersteund. In deze modus kunt u draadloos verbinding maken met het apparaat vanaf een computer of smartphone, zelfs in een omgeving zonder toegangspunt (draadloze router). Schakel via eenvoudige stappen naar de 'toegangspuntmodus' om draadloos te kunnen scannen en afdrukken.
  • Pagina 35 Eenvoudig foto's afdrukken met My Image Garden Eenvoudig afbeeldingen ordenen In My Image Garden kunt u de namen van personen en gebeurtenissen bij foto's opslaan. U kunt foto's eenvoudig ordenen, omdat u deze niet alleen per map kunt weergeven, maar ook per agenda, gebeurtenis en persoon.
  • Pagina 36 Automatisch foto's plaatsen U kunt eenvoudig schitterende items maken, omdat de geselecteerde foto's automatisch op thema worden geplaatst. Diverse andere functies My Image Garden biedt een groot aantal andere nuttige functies. Ga naar de volgende pagina's voor meer informatie. De mogelijkheden van My Image Garden (Windows) De mogelijkheden van My Image Garden (Mac OS)
  • Pagina 37 U kunt premium inhoud eenvoudig downloaden via My Image Garden of Easy-PhotoPrint+. Premium inhoud die u hebt gedownload, kunt u rechtstreeks afdrukken met My Image Garden of Easy-PhotoPrint+. Als u premium inhoud wilt downloaden, zorg dat voor alle kleuren originele Canon-inkttanks/-inktpatronen zijn geïnstalleerd in een ondersteunde printer.
  • Pagina 38 Items afdrukken met Easy-PhotoPrint+ (webtoepassing) U kunt altijd en overal eenvoudig persoonlijke items, zoals agenda's en collages, maken en afdrukken door vanaf een computer of tablet Easy-PhotoPrint+ op internet te openen. Met Easy-PhotoPrint+ kunt u in de allernieuwste omgeving en zonder iets te moeten installeren items maken.
  • Pagina 39 Beschikbare verbindingsmethoden De volgende verbindingsmethoden zijn beschikbaar op het apparaat. Draadloze verbinding • Met een draadloze router • Zonder een draadloze router USB-verbinding Draadloze verbinding Er zijn twee methoden om de printer met uw apparaat (zoals een smartphone) te verbinden. Met de ene methode maakt u verbinding via een draadloze router en met de andere methode maakt u verbinding zonder draadloze router.
  • Pagina 40 ◦ Als de verbinding tussen een apparaat en een draadloze router tot stand is gebracht en (Wi- Fi-pictogram) op het scherm van het apparaat wordt weergegeven, kunt u het apparaat via de draadloze router met de printer verbinden. • Verbinding zonder een draadloze router ◦...
  • Pagina 41 Directe verbinding (Windows XP) Beperkingen (Wordt weergegeven in een nieuw venster) 1. Als het Wi-Fi-lampje (A) op de printer knippert, drukt u op de knop Stoppen (Stop) (B). 2. Houd de Wi-Fi-knop (C) op de printer ingedrukt totdat het AAN (ON)-lampje (D) knippert. Controleer de SSID en de netwerksleutel van de printer.
  • Pagina 42 5. Selecteer de netwerknaam (SSID) die u wilt gebruiken, en klik vervolgens op Verbinden (Connect). 6. Voer het wachtwoord (netwerksleutel) in en klik op Verbinden (Connect). 7. Wanneer de verbinding tot stand is gebracht, klikt u op Terug (Back) tot onderstaand scherm verschijnt.
  • Pagina 43 Beperkingen Als u een ander apparaat verbindt terwijl een apparaat (zoals een smartphone) al met de printer verbonden is, sluit het apparaat dan met dezelfde verbindingsmethode aan als waarmee u het verbonden apparaat hebt verbonden. Als u een andere verbindingsmethode gebruikt, wordt de verbinding met het in gebruik zijnde apparaat uitgeschakeld.
  • Pagina 44 van het apparaat zodanig dat het apparaat niet automatisch verbinding met de printer maakt. Raadpleeg de handleiding bij de draadloze router of neem contact op met de fabrikant voor meer informatie over het controleren of wijzigen van de instellingen van de draadloze router. •...
  • Pagina 45 Eenvoudig scannen met de automatische functie Met de automatische functie van IJ Scan Utility kunt u eenvoudig scannen door automatisch het itemtype te detecteren. Ga naar de volgende pagina's voor meer informatie. Eenvoudig scannen met Automatische scan (Windows) Eenvoudig scannen met Automatische scan (Mac OS)
  • Pagina 46 Originelen scannen die groter zijn dan de glasplaat Met de samenvoegfunctie van IJ Scan Utility kunt u de linker- en rechterhelft scannen van een item dat groter is dan de glasplaat en deze vervolgens tot één afbeelding samenvoegen. Items scannen die maximaal ongeveer twee keer zo groot zijn dan de glasplaat worden ondersteund.
  • Pagina 47 Meerdere originelen tegelijk scannen Met IJ Scan Utility kunt u twee of meer foto's (kleine items) die op de glasplaat zijn geplaatst tegelijk scannen en elke afbeelding apart opslaan. Ga naar de volgende pagina's voor meer informatie. Meerdere originelen tegelijk scannen (Windows) Meerdere originelen tegelijk scannen (Mac OS)
  • Pagina 48 PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken Als u PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruikt, kunt u uw printer verbinden met een cloudservice, zoals CANON iMAGE GATEWAY, Evernote of Twitter, en de volgende functies gebruiken zonder dat u een computer nodig heeft: • Afbeeldingen afdrukken vanaf een fotodeelservice •...
  • Pagina 49 Canon is niet verantwoordelijk voor eventuele schade die uit dergelijke acties voortvloeit. • In geen enkel geval is Canon aansprakelijk voor schade die het gevolg is van het gebruik van de webservices, in welke vorm dan ook.
  • Pagina 50 PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken vanaf uw smartphone, tablet of computer Voordat u Canon Inkjet Cloud Printing Center gebruikt Gebruikersinformatie registreren bij Canon Inkjet Cloud Printing Center Canon Inkjet Cloud Printing Center gebruiken Een printer toevoegen Een PIXMA/MAXIFY Cloud Link-gebruiker toevoegen...
  • Pagina 51 Voordat u Canon Inkjet Cloud Printing Center gebruikt Canon Inkjet Cloud Printing Center is een service die is gekoppeld aan de cloudfunctie van de printer en die u de mogelijkheid biedt bewerkingen uit te voeren zoals apps registreren en beheren vanaf uw smartphone of tablet en de afdrukstatus, afdrukfouten en inktstatus van de printer controleren.
  • Pagina 52 Vereisten voor het gebruik van Canon Inkjet Cloud Printing Center Computer Processor x86 of x64 van 1,6 GHz of sneller 2 GB of meer Resolutie van 1024 x 768 pixels of meer Beeldscherm Aantal schermkleuren 24 bits (hoge kleuren) of meer...
  • Pagina 53 Gebruikersinformatie registreren bij Canon Inkjet Cloud Printing Center Als u Canon Inkjet Cloud Printing Center wilt gebruiken, moet u de onderstaande stappen uitvoeren en gegevens voor Mijn account (My account) registreren. Als uw model een kleuren-LCD-monitor heeft Als uw model een monochrome LCD-monitor heeft...
  • Pagina 54 Gebruikersinformatie registreren bij Canon Inkjet Cloud Printing Center (geen LCD-monitor) Als u Canon Inkjet Cloud Printing Center wilt gebruiken, moet u de onderstaande stappen uitvoeren en gegevens voor Mijn account (My account) registreren. Registreren vanaf een smartphone, tablet of computer 1.
  • Pagina 55 Als u een ander e-mailadres wilt registreren, selecteert u Niet verzenden (Do not send) om het invoerscherm voor het E-mailadres (E-mail address) weer te geven. Voer in het weergegeven scherm het E-mailadres (E-mail address) in dat u wilt registreren en selecteer daarna Doorgaan met registratie (Continue registration).
  • Pagina 56 1. Controleer of de e-mail met de URL is verzonden naar het geregistreerde e-mailadres en ga naar de URL 2. Lees de meldingen in de vensters Licentieovereenkomst (License agreement) en Privacyverklaring (Privacy statement) van Canon Inkjet Cloud Printing Center en selecteer Akkoord (Agree) als u akkoord gaat...
  • Pagina 57 3. Registreer een wachtwoord voor aanmelding bij Canon Inkjet Cloud Printing Center Voer in het scherm voor registratie van uw account het wachtwoord dat u wilt registreren in bij Wachtwoord (Password) en Wachtwoord (bevestiging) (Password (Confirmation)) en selecteer Volgende (Next).
  • Pagina 58 Belangrijk • De onderstaande beperkingen gelden voor het Wachtwoord (Password). • Het wachtwoord moet tussen 8 en 32 tekens lang zijn en bestaan uit enkel-byte alfanumerieke tekens en symbolen (!"#$%&'()*+,-./:;<=>?@[¥]^_`{|}~). (Letters zijn hoofdlettergevoelig.) 4. Voer de Bijnaam (Nickname) in Voer de gewenste gebruikersnaam in die u wilt gebruiken. Belangrijk •...
  • Pagina 59 Wanneer u de knop OK selecteert in het bericht, wordt het aanmeldingsscherm weergegeven. Voer het geregistreerde E-mailadres (E-mail address) en Wachtwoord (Password) in en klik op Aanmelden (Log in) voor Canon Inkjet Cloud Printing Center. Canon Inkjet Cloud Printing Center gebruiken...
  • Pagina 60 Canon Inkjet Cloud Printing Center gebruiken Nadat de gebruikersregistratie is voltooid, kunt u zich aanmelden bij Canon Inkjet Cloud Printing Center en de service gebruiken. 1. Ga vanaf uw pc, smartphone of tablet naar de aanmeldings-URL van de service (http://cs.c- ij.com/)
  • Pagina 61 Voor schermbeschrijvingen en bedieningsinstructies raadpleegt u 'Het venster Canon Inkjet Cloud Printing Center'. Afdrukprocedure In dit gedeelte de beschreven hoe u foto's afdrukt, waarbij CANON iMAGE GATEWAY als voorbeeld wordt gebruik. Belangrijk • De beschikbare functies hangen af van de app.
  • Pagina 62 4. Selecteer de afbeelding die u wilt afdrukken in de weergegeven lijst met afbeeldingen en selecteer daarna Volgende (Next) 5. Selecteer de benodigde afdrukinstellingen en selecteer daarna Afdrukken (Print)
  • Pagina 63 6. Er wordt een bericht over het voltooien van de afdruktaak weergegeven en het afdrukken begint Als u het afdrukken wilt vervolgen, selecteert u Doorgaan (Continue) en voert u de bewerking uit vanaf stap 3. U beëindigt het afdrukken door Apps te selecteren. De lijst met apps wordt opnieuw weergegeven. Belangrijk •...
  • Pagina 64 Het venster Canon Inkjet Cloud Printing Center In dit gedeelte worden de schermen van Canon Inkjet Cloud Printing Center beschreven die worden weergegeven op een smartphone, tablet of computer. Beschrijving van het aanmeldingsscherm Beschrijving van het hoofdscherm Beschrijving van het aanmeldingsscherm In dit gedeelte wordt het aanmeldingsscherm van Canon Inkjet Cloud Printing Center beschreven.
  • Pagina 65 De licentie-informatie van Canon Inkjet Cloud Printing Center wordt weergegeven. Beschrijving van het hoofdscherm Wanneer u zich aanmeldt bij Canon Inkjet Cloud Printing Center, wordt het hoofdscherm weergegeven. Als u een smartphone of tablet gebruikt, kunt u ook foto's en documenten afdrukken.
  • Pagina 66 Beheren per groep (voor kantoorgebruikers) (Manage by group (for office users)). Scherm Printer beh. (Mng. printer) Vanuit het scherm Printer beh. (Mng. printer) kunt u de printergegevens die zijn geregistreerd in Canon Inkjet Cloud Printing Center controleren of bijwerken, apps kopiëren,...
  • Pagina 67 • Als Selecteer het beheer (Select how to manage) is ingesteld, kunt u deze functie alleen gebruiken wanneer u Appbeschikbaarheid beheren op printer (Manage app availability by printer) selecteert. 'Tips voor het gebruik van Canon Inkjet Cloud Printing Center (op het werk)' voor meer informatie.
  • Pagina 68 (Clear the information saved on the printer). • Printers toevoegen Selecteer deze knop om printers toe te voegen die worden gebruikt in Canon Inkjet Cloud Printing Center. U hebt een Printerregistratie-ID (Printer registration ID) nodig als u een printer wilt toevoegen.
  • Pagina 69 Rechten (Authority) voor de gebruiker waarvoor u de instellingen wilt wijzigen. Scherm Groepsbeheer (Group management) Via het scherm Groepsbeheer (Group management) kunt u functies gebruiken om groepsgegevens te controleren die zijn geregistreerd bij Canon Inkjet Cloud Printing Center, groepen te wijzigen, groepen te verwijderen,...
  • Pagina 70 Als u wilt schakelen tussen apps registreren/verwijderen, selecteert u Webservices (Web services) Geeft de extern gekoppelde service weer. U kunt het gebruik beperken van andere webservices die Canon Inkjet Cloud Printing Center- accounts gebruiken, zoals Easy-PhotoPrint+. Als u wilt schakelen tussen gekoppelde/vrijgegeven services, selecteert u wordt weergegeven voor items waarvoor niets is geselecteerd.
  • Pagina 71 • Dubbele groepsnamen kunnen niet in hetzelfde domein worden geregistreerd. • Een groep verwijderen Als u een groep wilt verwijderen uit Canon Inkjet Cloud Printing Center, selecteert u Als u alle groepen verwijdert, moet u een nieuwe maken. Als u een andere beheermethode wilt instellen, stelt u de doelmethode in via het scherm Selecteer het beheer (Select how to manage).
  • Pagina 72 Scherm Geavanceerd beheer (Advanced management) In het scherm Geavanceerd beheer (Advanced management) kunt u de beheermethode instellen voor printergebruikers en apps die kunnen worden gebruikt. Selecteer om naar het configuratiescherm te gaan. • Beveiligingscode eisen (Require security code) Elke gebruiker kan een Beveiligingscode (Security code) instellen, de app starten en afdrukken en andere bewerkingen uit te voeren.
  • Pagina 73 Beheren per groep (voor kantoorgebruikers) (Manage by group (for office users)) U kunt de bruikbare apps en printers per groep beheren. 'Tips voor het gebruik van Canon Inkjet Cloud Printing Center (op het werk)' voor voorbeelden van het gebruik.
  • Pagina 74 (3) Gebied met printernaam De geregistreerde naam van de geselecteerde printer wordt weergegeven. De Beheerder (Administrator) kan de printernaam wijzigen vanuit het scherm Printer beh. (Mng. printer) via het linkercontextmenu. (4) Rechtercontextmenu Wanneer u selecteert, wordt het contextmenu weergegeven. De weergegeven informatie hangt af van het menu dat is geselecteerd in het menugedeelte. Het symbool geeft aan dat er een nieuwe ongelezen melding is.
  • Pagina 75 Via het scherm Mijn account (My account) kunt u het scherm Toegestane services (Permitted services) weergeven en instellingen voor gekoppelde services wissen. • Help/jurid. kennis. (Help/legal notices) De beschrijving van het scherm van Canon Inkjet Cloud Printing Center en verschillende herinneringen worden weergegeven. • Afmelden (Log out) Hiermee opent u het afmeldingsscherm van Canon Inkjet Cloud Printing Center.
  • Pagina 76 (6) Menugebied De volgende 4 menuknoppen worden weergegeven: • Apps Hiermee geeft u de lijst met geregistreerde apps weer in het Weergavegebied. • Configuratie (Config) Hiermee geeft u het scherm Geregistreerde apps weer in het Weergavegebied. U kunt de weergave wisselen tussen Geregistreerd (Registered) en Apps zoeken (Search apps). In het scherm Geregistreerd (Registered) worden geregistreerde apps weergegeven.
  • Pagina 77 In het scherm Apps zoeken (Search apps) worden de apps die u kunt registreren met Canon Inkjet Cloud Printing Center weergegeven op categorie. ◦ Wanneer u selecteert, worden de gegevens van de app weergegeven. kunt u aangeven of u de app wilt registreren of de registratie ongedaan wilt maken.
  • Pagina 78 : Kan alleen worden gebruikt met originele Canon-inkt. • Eigenschapp. (Properties) In dit scherm wordt de status van de momenteel geselecteerde printer weergegeven. U kunt controleren hoeveel inkt resteert of informatie bekijken over een opgetreden fout. U hebt ook toegang tot een site waar u inkt kunt kopen en tot de Online handleiding.
  • Pagina 79 Als de vader de printer registreert bij Canon Inkjet Cloud Printing Center, wordt alleen de vader beheerd door de service en kunnen de moeder en het kind de service niet gebruiken, tenzij de vader hen het E- mailadres (E-mail address) en Wachtwoord (Password) voor aanmelding geeft.
  • Pagina 80 3. De vader selecteert Gebruiker toevoegen (Add user) en registreert de moeder en het kind als gebruikers door de aanwijzingen op het scherm te volgen. Nadat deze registratie is voltooid, kunnen de moeder en het kind de service afzonderlijk gebruiken. Als vader, moeder en kind apps afzonderlijk willen beheren...
  • Pagina 81 Nadat de Beheerder (Administrator) (vader) instellingen heeft opgegeven aan de hand van de onderstaande procedure, kunnen de vader, de moeder en het kind apps afzonderlijk beheren. 1. Als Beheerder (Administrator) meldt de vader zich aan bij Canon Inkjet Cloud Printing Center en selecteert hij Geavanceerd beheer (Advanced management) via...
  • Pagina 82 3. De vader stelt Appbeschikbaarheid beheren op gebruiker (Manage app availability by user) in en selecteert OK 4. Het scherm voor het controleren van de wijziging van de beheermethode verschijnt Selecteer OK om de configuratie te voltooien en terug te keren naar het venster Geavanceerd beheer (Advanced management).
  • Pagina 83 Tips voor het gebruik van Canon Inkjet Cloud Printing Center (op het werk) Met de functie Groepsbeheer (Group management) kunt u gebruikmaken van de vele nuttige functies van de service voor kantoorgebruik. In dit gedeelte wordt een voorbeeld gegeven waarin twee printers worden gebruikt, de Beheerder (Administrator) is de administratief medewerker en de andere leden zijn de directeur van het bedrijf, de afdelingsmanager en een nieuwe werknemer.
  • Pagina 84 4. De medewerker selecteert Geavanceerd beheer (Advanced management) via 5. Voor Selecteer het beheer (Select how to manage) selecteert de administratief medewerker Instellen (Set)
  • Pagina 85 6. De administratief medewerker stelt Beheren per groep (voor kantoorgebruikers) (Manage by group (for office users)) in en selecteert OK Opmerking • Als Groepsbeheer (Group management) al is ingesteld, raadpleegt u stap 10 en de eropvolgende stappen. 7. De administratief medewerker controleert de weergegeven informatie in het scherm voor het controleren van wijzigingen in de beheermethode en selecteert OK.
  • Pagina 86 Dit wordt alleen weergegeven als de geselecteerde modus Groepsbeheer (Group management) is. Selecteer OK om de configuratie te voltooien en het scherm Groepsbeheer (Group management) weer te geven. Opmerking • Bij de standaardinstellingen heeft de groep 'groep1'. • Bij de standaardinstellingen maken alle geregistreerde gebruikers deel uit van dezelfde groep. 8.
  • Pagina 87 11. Controleer op het tabblad Printers of alle printers zijn geselecteerd 12. Stel op het tabblad Apps alleen de app Evernote in op...
  • Pagina 88 Als u wilt schakelen tussen apps registreren/verwijderen, selecteert u Selecteer Sluiten (Close) om terug te gaan naar het scherm Groepsbeheer (Group management). Hiermee is de configuratie van de groep voor gebruik door het hele kantoor beëindigd. Opmerking • In het configuratiescherm voor de groep worden alle gebruikers en printers weergegeven die in het domein zijn geregistreerd.
  • Pagina 89 1. Selecteer Groepsbeheer (Group management) via Opmerking • Dit wordt alleen weergegeven als Beheren per groep (voor kantoorgebruikers) (Manage by group (for office users)) is ingesteld op Geavanceerd beheer (Advanced management). 2. Selecteer Groep toevoegen (Add group) in het weergegeven scherm...
  • Pagina 90 3. De administratief medewerker voert de Groepsnaam (Group name) in en selecteert OK Typ in dit veld 'Directeur' omdat u voor deze groep alleen apps instelt die de directeur mag gebruiken. Belangrijk • De volgende beperkingen gelden voor het invoeren van de Groepsnaam (Group name). •...
  • Pagina 91 6. Selecteer op het tabblad Printers de printer die moet worden gebruikt. 7. Stel op het tabblad Apps de apps Evernote en Facebook in op...
  • Pagina 92 Als u wilt schakelen tussen apps registreren/verwijderen, selecteert u Selecteer Sluiten (Close) om terug te gaan naar het scherm Groepsbeheer (Group management). Via de bovenstaande procedure kunt u apps instellen die alleen de directeur kan gebruiken. Opmerking • In het configuratiescherm voor de groep worden alle gebruikers en printers weergegeven die in het domein zijn geregistreerd.
  • Pagina 93 Opmerking • Dit wordt alleen weergegeven als Beheren per groep (voor kantoorgebruikers) (Manage by group (for office users)) is ingesteld op Geavanceerd beheer (Advanced management). 2. Selecteer Instellingen (Settings) voor Beschikbare apps op printers die geen beveiligingscode vereisen (Apps available on printers that do not require a security code) 3.
  • Pagina 94 Als u wilt schakelen tussen apps registreren/verwijderen, selecteert u Selecteer Sluiten (Close) om terug te gaan naar het scherm Groepsbeheer (Group management). In de bovenstaande procedure wordt Evernote ingesteld als enige app die alle gebruikers op de printer kunnen gebruiken. Beperken welke apps afzonderlijke gebruikers kunnen gebruiken op de printer Voor elke gebruiker kunt u de apps instellen die de gebruiker op de printer kan gebruiken.
  • Pagina 95 2. Selecteer Instellen (Set) voor Beveiligingscode eisen (Require security code). 3. Selecteer de printer waarvoor u een Beveiligingscode (Security code) wilt instellen. Beveiligingscodes identificeren afzonderlijke gebruikers wanneer meerdere gebruikers een printer gebruiken.
  • Pagina 96 Opmerking • Op modellen waarop de instellingen niet kunnen worden gewijzigd, kan deze functie niet worden geselecteerd. Sommige modellen ondersteunen deze functie niet. Raadpleeg 'Modellen die beveiligingscodes ondersteunen' als u wilt controleren of uw model deze functie ondersteunt. 4. Stel een Beveiligingscode (Security code) in Als er gebruikers zijn die geen Beveiligingscode (Security code) hebben ingesteld, wordt er een scherm weergegeven waarin u kunt aangeven of u een e-mail wilt verzenden naar die gebruikers waarin wordt gevraagd of ze een Beveiligingscode (Security code) willen instellen.
  • Pagina 97 Belangrijk • De volgende beperkingen gelden voor het invoeren van de Beveiligingscode (Security code): • Maximaal 8 alfanumerieke tekens Het wijzigen van de Beveiligingscode (Security code) is beëindigd en het voltooiingsbericht voor de wijziging wordt weergegeven. Selecteer OK in het berichtscherm om terug te keren naar het hoofdscherm. 5.
  • Pagina 98 Opmerking • Als u nog geen Beveiligingscode (Security code) hebt ingesteld, stelt u een Beveiligingscode (Security code) in via Mijn account (My account) en klikt u op Aanmelden (Log in). 8. Selecteer de app Facebook Alleen de directeur kan de app Facebook gebruiken vanaf de printer. Beperken welke printers afzonderlijke gebruikers kunnen gebruiken Als voorbeeld wordt in dit gedeelte beschreven hoe u één printer instelt voor de directeur en een andere printer voor alle gebruikers.
  • Pagina 99 1. Selecteer Groepsbeheer (Group management) via Opmerking • Dit wordt alleen weergegeven als Beheren per groep (voor kantoorgebruikers) (Manage by group (for office users)) is ingesteld op Geavanceerd beheer (Advanced management). 2. Selecteer Instellingen (Settings) voor de groep met alle gebruikers 3.
  • Pagina 100 Selecteer Sluiten (Close) om terug te gaan naar het scherm Groepsbeheer (Group management). Belangrijk • Als een gebruiker wordt beheerd in meerdere groepen en een app wordt verwijderd of de doelprinter wordt gewijzigd voor een van die groepen, kan de gebruiker die app of printer nog steeds gebruiken als dit in een van de andere groepen is toegestaan.
  • Pagina 101 • Deze code is alleen geldig wanneer u MAXIFY Cloud Link gebruikt via het bedieningspaneel van de printer. U kunt deze code niet gebruiken wanneer u naar het Canon Inkjet Cloud Printing Center gaat vanaf uw smartphone, tablet of computer.
  • Pagina 102 Een printer toevoegen Met één account kunt u de services van Canon Inkjet Cloud Printing Center op meerdere printers gebruiken. De procedure voor het toevoegen van een printer is als volgt: Als uw model een kleuren-LCD-monitor heeft 1. Controleer of een e-mail met de URL is verzonden naar het geregistreerde e-mailadres en ga naar de URL 2.
  • Pagina 103 Aanmelden (Log in) 3. Wanneer het bericht over het voltooien van het toevoegen van de printer wordt weergegeven, selecteert u OK Het toevoegen van de printer is gereed en het hoofdscherm van Canon Inkjet Cloud Printing Center verschijnt. Opmerking •...
  • Pagina 104 Een PIXMA/MAXIFY Cloud Link-gebruiker toevoegen Eén printer kan door meerdere mensen worden gebruikt. In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u gebruikers toevoegt en worden de gebruikersrechten beschreven. Een gebruiker toevoegen 1. Selecteer Gebruikers beheren (Manage users) via in het scherm van de service. 2.
  • Pagina 105 Opmerking • Wanneer u Gebruiker toevoegen (Add user) selecteert, controleert de service eerst of het maximumaantal gebruikers is bereikt. Als nieuwe gebruikers kunnen worden toegevoegd, verschijnt het scherm voor gebruikersregistratie. • U kunt maximaal 20 gebruikers toevoegen voor 1 printer. 3.
  • Pagina 106 6. Registreer een wachtwoord voor aanmelding bij Canon Inkjet Cloud Printing Center. Voer op het scherm voor registratie van uw account het gewenste wachtwoord in bij Wachtwoord (Password) en Wachtwoord (bevestiging) (Password (Confirmation)) en selecteer Volgende (Next). Belangrijk • De onderstaande beperkingen gelden voor het Wachtwoord (Password).
  • Pagina 107 Voer de gewenste gebruikersnaam in die u wilt gebruiken. Belangrijk • De volgende beperkingen gelden voor het invoerveld voor de gebruikersnaam: • De gebruikersnaam moet tussen 1 en 20 tekens lang zijn en bestaan uit enkel-byte alfanumerieke tekens en symbolen (!"#$%&'()*+,-./:;<=>?@[¥]^_`{|}~). (Letters zijn hoofdlettergevoelig.) 8.
  • Pagina 108 • Als u alleen een meldingsmail wilt verzenden naar gebruikers zonder Beveiligingscode (Security code) en Multi-user modus (Multiuser mode) wilt instellen, selecteert u OK. • Als u Multi-user modus (Multiuser mode) wilt instellen zonder een meldingsmail te verzenden, selecteert u Annuleren (Cancel). Problemen met Canon Inkjet Cloud Printing Center oplossen...
  • Pagina 109 Als de gegevens nog steeds niet worden bijgewerkt, controleert u of het product is verbonden met internet. Als u de registratie-e-mail niet ontvangt U hebt mogelijk een ander e-mailadres ingevoerd tijdens de gebruikersregistratie van Canon Inkjet Cloud Printing Center. Als uw model een kleuren-LCD-monitor heeft Selecteer Instellen (Setup) ->...
  • Pagina 110 Als u printergegevens wilt weergeven, gaat u naar de startpagina van de Online handleiding en raadpleegt u 'De printergegevens controleren' voor uw model. Nadat u de printer opnieuw hebt ingesteld, voert u de registratie van Canon Inkjet Cloud Printing Center uit vanaf het begin.
  • Pagina 111 Het afdrukken wordt gestart, ook al hebt u niets gedaan De services van Canon Inkjet Cloud Printing Center worden mogelijk gebruikt door een onbevoegde gebruiker. Als uw model een kleuren-LCD-monitor heeft Selecteer Instellen (Setup) ->...
  • Pagina 112 Als u printergegevens wilt weergeven, gaat u naar de startpagina van de Online handleiding en raadpleegt u 'De printergegevens controleren' voor uw model. Nadat u de printer opnieuw hebt ingesteld, voert u de registratie van Canon Inkjet Cloud Printing Center uit vanaf het begin.
  • Pagina 113 Eenvoudig afdrukken vanaf een smartphone of tablet met Canon PRINT Inkjet/SELPHY Gebruik Canon PRINT Inkjet/SELPHY om foto's die u op een smartphone of tablet hebt opgeslagen eenvoudig draadloos af te drukken. U kunt ook gescande gegevens (PDF of JPEG) rechtstreeks op een smartphone of tablet ontvangen zonder een computer te gebruiken.
  • Pagina 114 Voor informatie over verbinding met het netwerk raadpleegt u de configuratie-URL (http://www.canon.com/ ijsetup) voor gebruik van dit product vanaf uw computer, smartphone of tablet. Nadat de verbinding is voltooid, wordt de Canon Inkjet Print Utility-software waarmee u gedetailleerde afdrukinstellingen kunt selecteren, automatisch gedownload.
  • Pagina 115 De printergegevens controleren U kunt de printerstatus controleren en de printerinstellingen wijzigen via de webbrowser op uw smartphone, tablet of computer. Opmerking • U kunt deze functie gebruiken in de volgende besturingssystemen en webbrowsers. • iOS-apparaat Besturingssysteem: iOS 6.1 of hoger Webbrowser: standaard iOS-webbrowser (Safari voor mobiel) •...
  • Pagina 116 Als u de printerstatus wilt controleren en de printerinstellingen wilt wijzigen, gaat u verder met de volgende stap. Zo niet, sluit dan de webbrowser. 3. Selecteer Aanmelden (Log on) om de printerstatus te controleren en de printerinstellingen te wijzigen. Het scherm Verificatie wachtw. beheerder (Admin password authentication) wordt weergegeven. Belangrijk •...
  • Pagina 117 U kunt ook naar een site gaan waar u inkt kunt kopen of naar een ondersteuningspagina en webservices gebruiken. Hulpprogramma's (Utilities) Met deze functie kunt u de handige functies van de printer, zoals reiniging, instellen en uitvoeren. Apparaatinstellingen (Device settings) Met deze functie kunt u de printerinstellingen wijzigen, zoals de stille instelling, de energiebesparingsinstellingen en de afdrukinstellingen.
  • Pagina 118 Omgaan met papier, originelen, FINE-cartridges enz. Papier plaatsen Normaal papier/fotopapier plaatsen Enveloppen plaatsen Originelen plaatsen Originelen op de glasplaat plaatsen Originelen die u kunt plaatsen De documentklep loskoppelen/bevestigen Een FINE-cartridge vervangen Een FINE-cartridge vervangen De inktstatus controleren...
  • Pagina 119 Papier plaatsen Normaal papier/fotopapier plaatsen Enveloppen plaatsen...
  • Pagina 120 • Als u normaal papier voor een proefafdruk uitknipt tot bijvoorbeeld 10 x 15 cm (4 x 6 inch) of 13 x 18 cm (5 x 7 inch), kan het papier vastlopen. Opmerking • Wij raden aan om origineel fotopapier van Canon te gebruiken voor het afdrukken van foto's. Raadpleeg Mediumtypen die u kunt gebruiken voor meer informatie over origineel Canon-papier.
  • Pagina 121 3. Gebruik de rechter papiergeleider (C) om beide papiergeleiders helemaal open te schuiven. 4. Plaats het papier in het midden van de voorste lade MET DE AFDRUKZIJDE NAAR BENEDEN. Duw de papierstapel helemaal tegen de achterzijde van de voorste lade. Belangrijk •...
  • Pagina 122 Opmerking • Plaats niet te veel papier door dit op te stapelen totdat de bovenkant van de stapel de papiergeleiders raakt. • Plaats papier van een klein formaat, zoals 10 x 15 cm (4 x 6 inch), door dit helemaal tegen de achterkant van de voorste lade te duwen.
  • Pagina 123 Belangrijk • Zorg dat u de papieruitvoerlade opent tijdens het afdrukken. Als u de lade niet opent, kan het apparaat niet beginnen met afdrukken. Opmerking • Wanneer u afdrukt, selecteert u het formaat en type van het geplaatste papier in het venster met afdrukinstellingen op het bedieningspaneel of van het printerstuurprogramma.
  • Pagina 124 Enveloppen plaatsen U kunt DL-enveloppen en COM10-enveloppen plaatsen. Het adres wordt automatisch geroteerd en afgedrukt aan de hand van de richting van de envelop, zoals opgegeven in het printerstuurprogramma. Belangrijk • Enveloppen afdrukken vanaf het bedieningspaneel of vanaf een met PictBridge (draadloos LAN) compatibel apparaat wordt niet ondersteund.
  • Pagina 125 3. Gebruik de rechter papiergeleider (C) om beide papiergeleiders helemaal open te schuiven. 4. Plaats de enveloppen in het midden van de voorste lade MET DE ADRESZIJDE NAAR BENEDEN. De gevouwen klep van de envelop is omhoog gericht en bevindt zich aan de linkerzijde. D: Achterzijde E: Adreszijde Duw de enveloppen helemaal tegen de achterzijde van de voorste lade.
  • Pagina 126 Opmerking • Plaats niet te veel enveloppen door deze op te stapelen totdat de bovenkant van de stapel de papiergeleiders raakt. 6. Open het verlengstuk van uitvoerlade. 7. Open de papieruitvoerlade (F) voorzichtig en trek vervolgens de papieruitvoersteun (G) uit. Belangrijk •...
  • Pagina 127 Originelen plaatsen Originelen op de glasplaat plaatsen Originelen die u kunt plaatsen De documentklep loskoppelen/bevestigen...
  • Pagina 128 Originelen op de glasplaat plaatsen 1. Open de documentklep. 2. Plaats het origineel MET DE TE SCANNEN ZIJDE NAAR BENEDEN op de glasplaat. Originelen die u kunt plaatsen Lijn de hoek van het origineel uit met de positiemarkering Belangrijk • Let op het volgende wanneer u het origineel op de glasplaat legt. •...
  • Pagina 129 Belangrijk • Let erop dat u de documentklep sluit nadat u het origineel op de glasplaat hebt geplaatst, voordat u begint met kopiëren of scannen.
  • Pagina 130 Originelen die u kunt plaatsen Item Details Typen originelen - Tekstdocumenten, tijdschriften of kranten - Afgedrukte foto, ansichtkaart, visitekaartje of schijf (bd/dvd/cd, enzovoort) Grootte (breedte x hoogte) Maximaal 216 x 297 mm (8,5 x 11,7 inch) Opmerking • Wanneer u een dik origineel zoals een boek op de glasplaat plaatst, kunt u de documentklep van het apparaat verwijderen.
  • Pagina 131 De documentklep loskoppelen/bevestigen De documentklep loskoppelen: Houd de documentklep verticaal en trek deze vervolgens omhoog. De documentklep bevestigen: Plaats beide scharnieren (A) van de documentklep op de houder (B) en schuif de scharnieren verticaal in de documentklep, zoals hieronder wordt aangegeven.
  • Pagina 132 Een FINE-cartridge vervangen Een FINE-cartridge vervangen De inktstatus controleren...
  • Pagina 133 Een FINE-cartridge vervangen Wanneer de inkt opraakt of zich fouten voordoen, knipperen de inktlampjes en het Alarm-lampje om u op de hoogte te brengen van het probleem. Tel het aantal malen dat het lampje knippert en neem de juiste maatregelen. Er treedt een fout op Opmerking •...
  • Pagina 134 Belangrijk • Het klepje over kop wordt automatisch geopend nadat u de papieruitvoerklep hebt geopend. Als u het klepje over kop hebt gesloten terwijl u een FINE-cartridge vervangt, sluit u de papieruitvoerklep en opent u deze opnieuw. Als u het klepje over kop met uw handen probeert te openen, kan dit ertoe leiden dat het apparaat niet meer goed functioneert.
  • Pagina 135 Belangrijk • Als u schudt met een FINE-cartridge, kunt u inkt morsen en vlekken op uw handen en dergelijke krijgen. Ga voorzichtig te werk met FINE-cartridges. • Zorg dat er geen vlekken op uw handen en dergelijke komen door de inkt op de verwijderde beschermtape.
  • Pagina 136 7. Duw de inktcartridgevergrendeling omhoog om de FINE-cartridge op zijn plaats vast te zetten. De FINE-cartridge is op zijn plaats vergrendeld wanneer de inktcartridgevergrendeling klikt. Belangrijk • Controleer of de FINE-cartridge correct is geïnstalleerd. • Het apparaat kan alleen afdrukken maken als zowel de kleuren FINE-cartridge als de zwarte FINE-cartridge is geplaatst.
  • Pagina 137 Opmerking • Als het Alarm-lampje brandt of knippert nadat de papieruitvoerklep is gesloten, voert u de vereiste stappen uit. Er treedt een fout op • Het apparaat reinigt de printkop automatisch zodra u begint met afdrukken nadat u de FINE- cartridge hebt vervangen.
  • Pagina 138 Opmerking • Als de inkt van een FINE-cartridge opraakt, kunt u nog een korte tijd afdrukken met de kleuren of zwarte FINE-cartridge, afhankelijk van de resterende inkt. De afdrukkwaliteit kan echter lager zijn in vergelijking met afdrukken met beide patronen. Het is raadzaam een nieuwe FINE-cartridge te gebruiken voor een optimale kwaliteit.
  • Pagina 139 De inktstatus controleren De inktstatus controleren met de inktlampjes op het bedieningspaneel U kunt de inktstatus ook controleren op het computerscherm. De inktstatus controleren vanaf uw computer (Windows) De inktstatus controleren vanaf uw computer (Mac OS)
  • Pagina 140 De inktstatus controleren met de inktlampjes op het bedieningspaneel Opmerking • De inktvoorraaddetector is op het apparaat bevestigd om de resterende inktvoorraad te detecteren. De voorraad wordt als vol beschouwd wanneer u een nieuwe FINE-cartridge installeert. Daarna detecteert het apparaat de resterende inktvoorraad. Als u een gebruikte FINE-cartridge installeert, is de aangegeven inktvoorraad mogelijk niet correct.
  • Pagina 141 Onderhoud Als afdrukken vaag of ongelijkmatig zijn Onderhoudsfuncties uitvoeren vanaf de computer (Windows) Onderhoudsfuncties uitvoeren vanaf de computer (Mac OS) Reiniging...
  • Pagina 142 Als afdrukken vaag of ongelijkmatig zijn Onderhoudsprocedure Controleraster voor de spuitopeningen afdrukken Controleraster voor de spuitopeningen bekijken De printkop reinigen Een diepte-reiniging van de printkop uitvoeren De Printkop uitlijnen...
  • Pagina 143 Onderhoudsprocedure Als de afdrukresultaten vaag zijn, kleuren niet correct worden afgedrukt of als u niet tevreden bent over de afdrukresultaten (bijvoorbeeld omdat lijnen niet evenwijdig worden afgedrukt), voert u de onderstaande onderhoudsprocedure uit. Belangrijk • Spoel de FINE-cartridge niet af en veeg deze niet schoon. Dit kan problemen met de FINE-cartridge veroorzaken.
  • Pagina 144 Vanaf het apparaat De printkop reinigen Vanaf de computer De printkoppen reinigen (Windows) De printkoppen reinigen (Mac OS) Druk na het reinigen van de printkop het controleraster voor spuitopeningen af en controleer dit: Stap 1 Als het probleem niet is opgelost nadat u stap 1 tot en met stap 3 tweemaal hebt uitgevoerd: Voer een diepte-reiniging van de printkop uit.
  • Pagina 145 Controleraster voor de spuitopeningen afdrukken Druk het controleraster voor de spuitopeningen af om te bepalen of de inkt op de juiste wijze uit de spuitopening van printkop wordt gespoten. Opmerking • Als de inkt bijna op is, wordt het controleraster niet goed afgedrukt. Vervang de FINE-cartridge die bijna leeg is.
  • Pagina 146 Controleraster voor de spuitopeningen bekijken Bekijk het controleraster voor de spuitopeningen en reinig zo nodig de printkop. 1. Controleer het raster A op ontbrekende lijnen en het raster B op de aanwezigheid van horizontale witte strepen. C: Aantal vellen dat tot nog toe is afgedrukt Als er lijnen ontbreken in raster A: printkop reiniging is vereist.
  • Pagina 147 De printkop reinigen De printkop moet worden gereinigd als er in het afgedrukte controleraster voor de spuitopeningen lijnen ontbreken of horizontale witte strepen worden weergegeven. Door een reiniging uit te voeren worden de spuitopeningen vrij gemaakt en de toestand van de printkop hersteld. Bij het reinigen van de printkop wordt inkt verbruikt.
  • Pagina 148 Een diepte-reiniging van de printkop uitvoeren Als de afdrukkwaliteit niet is verbeterd door de normale reiniging van de printkop, moet u een diepte- reiniging van de printkop uitvoeren. Bij een diepte-reiniging van de printkop wordt meer inkt verbruikt dan bij een normale reiniging van de printkop.
  • Pagina 149 De Printkop uitlijnen Als de afgedrukte lijnen niet evenwijdig zijn of als u niet tevreden bent over de afdrukresultaten, dient u de positie van de printkop aan te passen. Opmerking • Als de inkt bijna op is, wordt het uitlijningsblad niet correct afgedrukt. Vervang de FINE-cartridge die bijna leeg is.
  • Pagina 150 Belangrijk • Raak de afdruk op het uitlijningsblad niet aan. Als het blad vlekken vertoont of gekreukt is, wordt het mogelijk niet juist gescand. • Als het uitlijningsblad niet goed is afgedrukt, drukt u op de knop Stoppen (Stop) en begint u de procedure opnieuw.
  • Pagina 151 Onderhoudsfuncties uitvoeren vanaf de computer (Windows) De printkoppen reinigen De papierinvoerrollen reinigen De Printkop uitlijnen De positie van de printkop automatisch uitlijnen De positie van de printkop uitlijnen Een controleraster voor de spuitopeningen afdrukken De binnenkant van de printer reinigen...
  • Pagina 152 De printkoppen reinigen Met de functie voor het reinigen van de printkop kunt u verstopte spuitopeningen van de printkop weer vrijmaken. Reinig de printkoppen wanneer de afdruk vaag is of een bepaalde kleur niet wordt afgedrukt, ook al is er genoeg inkt. De procedure voor het reinigen van de printkop is als volgt: Reiniging (Cleaning) 1.
  • Pagina 153 Diepte-reiniging (Deep Cleaning) Diepte-reiniging (Deep Cleaning) is grondiger dan een normale reiniging. U gebruikt deze functie als een probleem met de printkop niet is opgelost nadat u de functie Reiniging (Cleaning) tweemaal hebt uitgevoerd. 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2.
  • Pagina 154 De papierinvoerrollen reinigen U kunt de papierinvoerrollen reinigen. U doet dit als er stukjes papier aan de papierinvoerrollen vastzitten en het papier niet goed wordt ingevoerd. De procedure voor het reinigen van de papierinvoerrol is als volgt: Reiniging rollen (Roller Cleaning) 1.
  • Pagina 155 De Printkop uitlijnen Wanneer u de positie van de printkop aanpast, worden fouten in de printkoppositie gecorrigeerd en foutieve kleuren en streepvorming verbeterd. Als het afdrukresultaat ongelijkmatig is vanwege verschoven lijnen of andere fouten, past u de positie van de printkop aan. Op deze printer kunt u de printkop automatisch handmatig...
  • Pagina 156 De positie van de printkop uitlijnen Bij het uitlijnen van de printkop worden de installatieposities van de printkop gecorrigeerd waardoor kleuren en lijnen beter worden afgedrukt. Op deze printer worden twee methoden voor het uitlijnen van de printkop ondersteund: automatische uitlijning en handmatige uitlijning.
  • Pagina 157 Klik op OK nadat u alle benodigde waarden hebt ingevoerd. Opmerking • Als het moeilijk is het beste raster te kiezen, selecteert u de instelling waarbij de verticale strepen het minst duidelijk zichtbaar zijn. (A) Minst duidelijk zichtbare verticale strepen (B) Meest zichtbare verticale strepen •...
  • Pagina 158 Klik op OK nadat u alle benodigde waarden hebt ingevoerd. Opmerking • Als het moeilijk is het beste raster te kiezen, selecteert u de instelling waarbij de verticale strepen het minst duidelijk zichtbaar zijn. (A) Minst duidelijk zichtbare verticale strepen (B) Meest zichtbare verticale strepen 11.
  • Pagina 159 Klik op OK nadat u alle benodigde waarden hebt ingevoerd. Opmerking • Als het moeilijk is het beste raster te kiezen, kiest u de instelling waarbij de horizontale strepen het minst duidelijk zichtbaar zijn. (A) Minst duidelijk zichtbare horizontale strepen (B) Duidelijkst zichtbare horizontale strepen Opmerking •...
  • Pagina 160 De positie van de printkop automatisch uitlijnen Bij het uitlijnen van de printkop worden de installatieposities van de printkop gecorrigeerd waardoor kleuren en lijnen beter worden afgedrukt. Op deze printer worden twee methoden voor het uitlijnen van de printkop ondersteund: automatische uitlijning en handmatige uitlijning.
  • Pagina 161 Een controleraster voor de spuitopeningen afdrukken Met de functie voor controle van de spuitopeningen kunt u controleren of de printkop goed functioneert door een controleraster af te drukken. Druk een controleraster af wanneer de afdruk vaag is of een bepaalde kleur niet wordt afgedrukt.
  • Pagina 162 De binnenkant van de printer reinigen Voer een reiniging van de onderste plaat uit voordat u dubbelzijdig afdrukt, om te voorkomen dat er vegen op de achterzijde van het papier ontstaan. Voer ook een reiniging van de onderste plaat uit als er inktvegen op een afdruk voorkomen die niet worden veroorzaakt door de afdrukgegevens.
  • Pagina 163 Reiniging De buitenkant van het apparaat reinigen De glasplaat en de documentklep reinigen De papierinvoerrol reinigen Het binnenste van het apparaat reinigen (Reiniging onderste plaat)
  • Pagina 164 De buitenkant van het apparaat reinigen Gebruik altijd een zachte en droge doek, bijvoorbeeld een brillendoekje, en veeg vuilresten voorzichtig van het oppervlak. Strijk eventuele kreukels in de doek zo nodig glad voordat u de doek gebruikt. Belangrijk • Schakel het apparaat altijd uit en haal het netsnoer uit het stopcontact voordat u het apparaat gaat reinigen.
  • Pagina 165 De glasplaat en de documentklep reinigen Belangrijk • Schakel het apparaat altijd uit en haal het netsnoer uit het stopcontact voordat u het apparaat gaat reinigen. • Gebruik voor het reinigen geen tissues, papieren handdoekjes, doeken met een grove structuur of soortgelijk materiaal omdat deze krassen kunnen veroorzaken.
  • Pagina 166 De papierinvoerrol reinigen Als de papierinvoerrol vuil is of als er papierstof op ligt, wordt het papier mogelijk niet goed ingevoerd. Reinig in dat geval de papierinvoerrol. Als u de papierinvoerrol reinigt, slijt deze. Reinig de rol daarom alleen als dat nodig is. U moet het volgende voorbereiden: een vel normaal papier van A4- of Letter-formaat of een in de handel verkrijgbaar reinigingsvel 1.
  • Pagina 167 Het binnenste van het apparaat reinigen (Reiniging onderste plaat) Hiermee verwijdert u vlekken van de binnenkant van het apparaat. Als het binnenste van het apparaat vuil wordt, kan bedrukt papier ook vuil worden. Daarom raden we u aan de binnenkant van het apparaat regelmatig te reinigen.
  • Pagina 168 Opmerking • Gebruik een nieuw vel papier wanneer u de onderplaat opnieuw reinigt. Als het probleem zich blijft voordoen nadat u de onderste plaat nogmaals hebt gereinigd, zijn de uitstekende delen aan de binnenkant van het apparaat mogelijk vuil. Veeg inktresten op uitstekende delen weg met bijvoorbeeld een wattenstaafje.
  • Pagina 169 Overzicht Veiligheid Veiligheidsvoorschriften Informatie over regelgeving Hoofdonderdelen en hun gebruik Hoofdonderdelen Stroomvoorziening Instellingen wijzigen Printerinstellingen vanaf de computer wijzigen (Windows) Printerinstellingen vanaf de computer wijzigen (Mac OS) Instellingen wijzigen vanaf het bedieningspaneel De apparaatinstellingen initialiseren De draadloos LAN-functie uitschakelen Netwerkverbinding Tips voor de netwerkverbinding Netwerkcommunicatie (Windows) Netwerkinstellingen controleren en wijzigen...
  • Pagina 170 Een hoge afdrukkwaliteit handhaven De printer vervoeren Juridische beperkingen bij scannen/kopiëren Specificaties...
  • Pagina 171 Veiligheid Veiligheidsvoorschriften Informatie over regelgeving...
  • Pagina 172 Veiligheidsvoorschriften Een locatie kiezen • Installeer het apparaat op een stabiele plaats die vrij van trillingen is. • Installeer het apparaat niet op een plaats die zeer vochtig of stoffig is en niet in direct zonlicht, buitenshuis of dicht bij een warmtebron. U kunt het risico van brand of elektrische schokken beperken door het apparaat te gebruiken in de werkingsomgeving die staat aangegeven in de Specificaties.
  • Pagina 173 Canon does not recommend extending the Activation Times from the optimum ones set as default. ®...
  • Pagina 174 Paper types This product can be used to print on both recycled and virgin paper (certified to an environmental stewardship scheme), which complies with EN12281 or a similar quality standard. In addition it can support printing on media down to a weight of 64g/m , lighter paper means less resources used and a lower environmental footprint for your printing needs.
  • Pagina 175 Hoofdonderdelen en hun gebruik Hoofdonderdelen Stroomvoorziening...
  • Pagina 176 Hoofdonderdelen Vooraanzicht Achteraanzicht Binnenaanzicht Bedieningspaneel...
  • Pagina 177 Vooraanzicht (1) papieruitvoersteun Trek deze steun uit ter ondersteuning van het uitgeworpen papier. (2) papieruitvoerlade Het bedrukte papier wordt uitgevoerd. (3) papieruitvoerklep Open deze klep als u de FINE-cartridge wilt vervangen of vastgelopen papier uit het apparaat wilt verwijderen. (4) documentklep Open deze klep als u een origineel op de glasplaat wilt plaatsen.
  • Pagina 178 (10) bedieningspaneel Gebruik het bedieningspaneel om de apparaatinstellingen te wijzigen of het apparaat te bedienen. Bedieningspaneel (11) glasplaat Plaats hier een origineel.
  • Pagina 179 Achteraanzicht (1) transporteenheid Open deze klep wanneer u vastgelopen papier wilt verwijderen. (2) netsnoeraansluiting Hier kunt u het meegeleverde netsnoer aansluiten. (3) USB-poort Sluit hier de USB-kabel aan om het apparaat op een computer aan te sluiten. Belangrijk • Raak het metalen omhulsel niet aan. •...
  • Pagina 180 Binnenaanzicht (1) inktcartridgevergrendeling Hiermee vergrendelt u de FINE-cartridge. (2) FINE-cartridge (inktcartridges) Een vervangbare cartridge met geïntegreerde printkop en inkttank. (3) FINE-cartridgehouder Plaats hier de FINE-cartridges. De kleuren FINE-cartridge moet in de linkersleuf worden geplaatst en de zwarte FINE-cartridge in de rechtersleuf.
  • Pagina 181 Bedieningspaneel * Ter illustratie branden alle lampjes op het bedieningspaneel in de onderstaande afbeelding. (1) AAN (ON)-lampje Dit lampje knippert en brandt vervolgens wanneer het apparaat wordt aangezet. Opmerking • U kunt de status van het apparaat controleren aan de hand van het AAN (ON)-lampje en het Alarm- lampje.
  • Pagina 182 (4) Wi-Fi-knop Houd deze knop ingedrukt om automatisch de draadloze LAN-verbinding in te stellen. (5) inktlampjes Deze branden of knipperen, bijvoorbeeld wanneer de inkt bijna op is. Het linker lampje geeft de status van de FINE-kleurencartridge aan, terwijl het rechter lampje de status van de zwarte FINE-cartridge aangeeft.
  • Pagina 183 Stroomvoorziening Controleer of de printer is ingeschakeld Het apparaat in- en uitschakelen Kennisgeving over de stekker/het netsnoer Kennisgeving over het loskoppelen van het netsnoer...
  • Pagina 184 Controleer of de printer is ingeschakeld Het AAN (ON)-lampje brandt wanneer het apparaat is ingeschakeld. Opmerking • Het kan enige tijd duren voordat het apparaat met afdrukken begint nadat u het apparaat hebt ingeschakeld.
  • Pagina 185 Het apparaat in- en uitschakelen Het apparaat inschakelen 1. Druk op de knop AAN (ON) om het apparaat in te schakelen. Het AAN (ON)-lampje knippert en blijft daarna branden. Controleer of de printer is ingeschakeld Opmerking • Het kan enige tijd duren voordat het apparaat met afdrukken begint nadat u het apparaat hebt ingeschakeld.
  • Pagina 186 Opmerking • U kunt het apparaat automatisch laten uitschakelen wanneer gedurende een bepaalde periode geen bewerkingen worden uitgevoerd of geen afdruktaken naar het apparaat zijn gestuurd. Deze functie is standaard ingeschakeld. De stroomvoorziening van de Printer beheren (Windows) De stroomvoorziening van de Printer beheren (Mac OS)
  • Pagina 187 Kennisgeving over de stekker/het netsnoer Koppel het netsnoer eenmaal per maand los om te controleren of geen van de onderstaande onregelmatigheden zich voordoet bij de stekker of het netsnoer. • De stekker/het netsnoer is heet. • De stekker/het netsnoer is roestig. •...
  • Pagina 188 Kennisgeving over het loskoppelen van het netsnoer Volg de onderstaande procedure om de stekker uit het stopcontact te trekken. Belangrijk • Wanneer u het netsnoer loskoppelt, drukt u op de knop AAN (ON) en controleert u daarna of het AAN (ON)-lampje uit is.
  • Pagina 189 Instellingen wijzigen Printerinstellingen vanaf de computer wijzigen (Windows) Printerinstellingen vanaf de computer wijzigen (Mac OS) Instellingen wijzigen vanaf het bedieningspaneel De apparaatinstellingen initialiseren De draadloos LAN-functie uitschakelen...
  • Pagina 190 Printerinstellingen vanaf de computer wijzigen (Windows) Afdrukopties wijzigen Een veelgebruikt afdrukprofiel registreren De te gebruiken inktpatroon instellen De stroomvoorziening van de Printer beheren Het geluid van de Printer reduceren De bedieningsmodus van de Printer aanpassen...
  • Pagina 191 Afdrukopties wijzigen U kunt de gedetailleerde instellingen van het printerstuurprogramma wijzigen voor afdrukgegevens die worden verzonden vanuit een toepassing. Geef deze optie aan als u te maken hebt met afdrukproblemen, zoals een deel van beeldgegevens dat wordt afgesneden. De procedure voor het wijzigen van de afdrukopties is als volgt: 1.
  • Pagina 192 Een veelgebruikt afdrukprofiel registreren U kunt een veelgebruikt afdrukprofiel registreren bij Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup). Afdrukprofielen die u niet meer nodig hebt, kunt u op elk gewenst moment verwijderen. De procedure voor het opslaan van een afdrukprofiel is als volgt: Een afdrukprofiel registreren 1.
  • Pagina 193 Geef een naam op in het veld Naam (Name). Klik zo nodig op Opties... (Options...) om opties in te stellen en klik vervolgens op OK. Klik in het dialoogvenster Veelgebruikte instellingen opslaan (Save Commonly Used Settings) op OK om de afdrukinstellingen op te slaan en terug te keren naar het tabblad Snel instellen (Quick Setup).
  • Pagina 194 De te gebruiken inktpatroon instellen Met deze functie kunt u de meest geschikte FINE-cartridge van de geïnstalleerde cartridges opgeven voor een bepaald doel. Wanneer een van de FINE-cartridges leegraakt en niet onmiddellijk door een nieuwe kan worden vervangen, kunt u de andere FINE-cartridge opgeven die nog inkt bevat, en verder gaan met afdrukken. U geeft als volgt de FINE-cartridge op: Inktcartridge-instellingen (Ink Cartridge Settings) 1.
  • Pagina 195 De stroomvoorziening van de Printer beheren Met deze functie kunt u de stroomvoorziening van de printer vanuit het printerstuurprogramma beheren. De procedure voor het beheren van de stroomvoorziening van de printer is als volgt: Printer uit (Power Off) Met de functie Printer uit (Power Off) schakelt u de printer uit. Wanneer u deze functie gebruikt, kunt u de printer niet inschakelen vanuit het printerstuurprogramma.
  • Pagina 196 (Disable) op dezelfde manier in de lijst. Opmerking • Als de printer wordt uitgeschakeld, hangt het bericht van de Canon IJ-statusmonitor af van de instelling voor Printer automatisch aan (Auto Power On). Wanneer Inschakelen (Enable) is geselecteerd, wordt een bericht weergegeven dat de printer stand-by staat.
  • Pagina 197 Het geluid van de Printer reduceren Met de stille functie kunt u ervoor zorgen dat de printer minder geluid maakt. Selecteer deze functie als u wilt dat de printer 's nachts of in andere omstandigheden minder geluid maakt. Wanneer u deze functie selecteert, kan het afdrukken langzamer verlopen. De procedure voor het gebruiken van de stille modus is als volgt: Stille instellingen (Quiet Settings) 1.
  • Pagina 198 Opmerking • De stille modus kan minder effect hebben, afhankelijk van de instellingen voor afdrukkwaliteit.
  • Pagina 199 De bedieningsmodus van de Printer aanpassen Indien nodig kunt u schakelen tussen verschillende bedieningsmodi van de printer. De procedure voor het configureren van de Aangepaste instellingen (Custom Settings) is als volgt: Aangepaste instellingen (Custom Settings) 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2.
  • Pagina 200 Belangrijk • Wijzig deze instelling niet terwijl de afdruktaak wordt weergegeven in de afdrukwachtlijst. Als u dat wel doet, kunnen tekens wegvallen of kan de indeling beschadigd raken. Papierbreedte detecteren bij afdrukken vanaf computer (Detect the paper width when printing from computer) Wanneer u afdrukt vanaf de computer, bepaalt deze functie welk papier in de printer is geplaatst.
  • Pagina 201 Instellingen wijzigen vanaf het bedieningspaneel Stille instelling Het apparaat automatisch in-/uitschakelen...
  • Pagina 202 Stille instelling Hiermee schakelt u deze functie in als u het geluidsniveau van het apparaat wilt beperken, bijvoorbeeld wanneer u 's nachts afdrukt. Volg de onderstaande procedure om de instellingen op te geven. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. 2. Houd de knop Stoppen (Stop) ingedrukt en laat deze los nadat het Alarm-lampje 9 maal heeft geknipperd.
  • Pagina 203 Het apparaat automatisch in-/uitschakelen U kunt instellen dat het apparaat automatisch wordt in- of uitgeschakeld, afhankelijk van de omstandigheden. Het apparaat automatisch inschakelen Het apparaat automatisch uitschakelen Het apparaat automatisch inschakelen U kunt het apparaat automatisch inschakelen wanneer afdrukgegevens of een scanopdracht van een computer naar het apparaat worden gestuurd.
  • Pagina 204 • Voor Windows kunt u selecteren of u het apparaat automatisch wilt uitschakelen via ScanGear (printerstuurprogramma). U kunt de tijd waarna het apparaat wordt uitgeschakeld opgeven via ScanGear (scannerstuurprogramma).
  • Pagina 205 Als u het apparaat via een netwerk wilt gebruiken, installeert u dit met behulp van de installatie-cd-rom of volgens de instructies op de Canon-website. • Voor Mac OS, smartphone of tablet:...
  • Pagina 206 De draadloos LAN-functie uitschakelen Volg de onderstaande procedure om het draadloze LAN te uit te schakelen. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. 2. Houd de Wi-Fi-knop ingedrukt en laat deze los wanneer het AAN (ON)-lampje knippert. 3. Druk tweemaal op de knop Zwart (Black) en druk daarna op de Wi-Fi-knop. Draadloos LAN is uitgeschakeld als het AAN (ON)-lampje brandt en niet meer knippert en het Wi-Fi- lampje uit is.
  • Pagina 207 Netwerkverbinding Tips voor de netwerkverbinding...
  • Pagina 208 Tips voor de netwerkverbinding Standaardnetwerkinstellingen U komt niet verder dan het scherm Printeraansluiting/Kabel aansluiten Er is een andere printer gevonden met dezelfde naam Verbinding maken met een andere computer via een LAN/De verbinding wijzigen van USB in LAN Netwerkinstellingen afdrukken...
  • Pagina 209 WSD activ./uitsch. (WSD-instelling) Inschakelen (Enable) Time-outinstelling (WSD-instelling) 1 minuut Bonjour activ./uitsch. (Bonjour-instellingen) Inschakelen (Enable) Servicenaam (Bonjour-instellingen) Canon MG3600 series LPR-protocolinstelling Inschakelen (Enable) PictBridge-communicatie Inschakelen (Enable) ('XXXXXX' staat voor de laatste zes cijfers van het MAC-adres van het apparaat.) Standaardinstellingen voor toegangspuntmodus...
  • Pagina 210 Er is een andere printer gevonden met dezelfde naam Wanneer de printer tijdens de installatie wordt gevonden, worden mogelijk andere printers met dezelfde naam weergegeven in het venster met detectieresultaten. Selecteer een printer waarbij u de printerinstellingen vergelijkt met die in het venster met detectieresultaten. •...
  • Pagina 211 USB in LAN, voert u de installatie uit met behulp van de installatie-cd-rom of volgt u de instructies op de Canon-website. Voor Mac OS: Als u een extra computer wilt verbinden met het apparaat via een LAN of als u de verbinding wilt wijzigen van USB in LAN, volgt u de instructies op de Canon-website.
  • Pagina 212 Netwerkinstellingen afdrukken Gebruik het bedieningspaneel om de huidige netwerkinstellingen van het apparaat af te drukken. Belangrijk • De afdruk van de netwerkinstellingen bevat belangrijke informatie over uw netwerk. Bewaar deze zorgvuldig. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Plaats twee vellen een normaal papier van A4- of Letter-formaat. 3.
  • Pagina 213 Default Gateway Standaardgateway XXX.XXX.XXX.XXX TCP/IPv6 TCP/IPv6 Enable/Disable IP Address *2 IP-adres (IP-address) XXXX:XXXX:XXXX:XXXX XXXX:XXXX:XXXX:XXXX Subnet Prefix Length *2 Lengte subnetprefix Default Gateway *2 Standaardgateway XXXX:XXXX:XXXX:XXXX XXXX:XXXX:XXXX:XXXX IPsec *3 IPsec-instelling Active Security Protocol *3 Beveiligingsmethode ESP/ESP & AH/AH Access Point Mode Toegangspuntmodus (Access point Enable/Disable mode)
  • Pagina 214 WSD Timeout Time-out 1/5/10/15/20 [min] LPD Printing Instelling voor LPD afdrukken Enable/Disable Bonjour Bonjour-instelling Enable/Disable Bonjour Service Name Bonjour-servicenaam Bonjour-servicenaam (maximaal 52 alfanumerieke tekens) PictBridge Commun. PictBridge-communicatie Enable/Disable DNS Server DNS-serveradres automatisch Auto/Manual verkrijgen Primary Server Adres van primaire server XXX.XXX.XXX.XXX Secondary Server Adres van secundaire server...
  • Pagina 215 Netwerkcommunicatie (Windows) Netwerkinstellingen controleren en wijzigen IJ Network Tool (netwerkverbinding) IJ Network Tool (overige schermen) Tips voor netwerkcommunicatie...
  • Pagina 216 Netwerkinstellingen controleren en wijzigen IJ Network Tool Instellingen wijzigen op het tabblad Draadloos LAN Gedetailleerde WEP-instellingen wijzigen Gedetailleerde WPA/WPA2-instellingen wijzigen Instellingen wijzigen op het tabblad Bedraad LAN Instellingen wijzigen op het tabblad Wachtwoord beheerder Status draadloos netwerk controleren Instellingen wijzigen bij Directe verbinding Netwerkinstellingen initialiseren Aangepaste instellingen weergeven...
  • Pagina 217 • Druk niet af terwijl IJ Network Tool actief is. • Als de firewallfunctie van de beveiligingssoftware is ingeschakeld, wordt wellicht het bericht weergegeven dat Canon-software probeert toegang te krijgen tot het netwerk. Als de waarschuwing wordt weergegeven, stelt u de beveiligingssoftware zo in dat toegang altijd wordt toegestaan.
  • Pagina 218 Instellingen wijzigen op het tabblad Draadloos LAN Als u de draadloze netwerkinstellingen van de printer wilt wijzigen, sluit u de printer tijdelijk met een USB- kabel op de computer aan. Als u de draadloze netwerkinstellingen van de computer aanpast via een draadloze verbinding zonder USB-aansluiting, kan de computer mogelijk niet communiceren met het apparaat nadat de instellingen zijn gewijzigd.
  • Pagina 219 Scherm Zoeken Opmerking • Geef dezelfde SSID op die is ingesteld voor de draadloze router. De SSID is hoofdlettergevoelig. Coderingsmethode: (Encryption Method:) Hiermee kunt u de coderingsmethode selecteren die wordt gebruikt op het draadloos LAN. U kunt WEP-instellingen wijzigen door WEP gebruiken (Use WEP) te selecteren en te klikken op Configuratie...
  • Pagina 220 Gedetailleerde WEP-instellingen wijzigen Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Als u de draadloze netwerkinstellingen van de printer wilt wijzigen, sluit u de printer tijdelijk met een USB- kabel op de computer aan. Als u de draadloze netwerkinstellingen van de computer aanpast via een draadloze verbinding zonder USB-aansluiting, kan de computer mogelijk niet communiceren met het apparaat nadat de instellingen zijn gewijzigd.
  • Pagina 221 Hexadecimaal (Hex) 10 tekens 26 tekens 2. Sleutellengte: (Key Length:) Selecteer 64-bits (64bit) of 128-bits (128bit). 3. Indeling sleutel: (Key Format:) Selecteer ASCII of Hex. 4. Sleutel-ID: (Key ID:) Selecteer de sleutel-id (index) die is ingesteld op de draadloze router. 5.
  • Pagina 222 Gedetailleerde WPA/WPA2-instellingen wijzigen Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Als u de draadloze netwerkinstellingen van de printer wilt wijzigen, sluit u de printer tijdelijk met een USB- kabel op de computer aan. Als u de draadloze netwerkinstellingen van de computer aanpast via een draadloze verbinding zonder USB-aansluiting, kan de computer mogelijk niet communiceren met het apparaat nadat de instellingen zijn gewijzigd.
  • Pagina 223 8. Voer de wachtwoordzin in en klik op Volgende> (Next>). Geef het wachtwoord op dat is ingesteld op de draadloze router. Het wachtwoord is een reeks van 8 tot 63 alfanumerieke tekens of een 64-cijferige hexadecimale waarde. Raadpleeg de instructiehandleiding van de draadloze router of neem contact op met de fabrikant als u het wachtwoord van de draadloze router niet weet.
  • Pagina 224 Belangrijk • Als de printer niet kan communiceren met de computer nadat het coderingstype van de printer is gewijzigd, zorgt u dat het coderingstype van de computer en de draadloze router overeenkomt met dat van de printer. Opmerking • Als u de netwerkinstellingen wijzigt terwijl de USB-kabel tijdelijk is aangesloten, kan de standaardprinter worden gewijzigd.
  • Pagina 225 Instellingen wijzigen op het tabblad Bedraad LAN Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. • Schakel de instelling voor bedraad LAN van de printer in als u de instellingen op het tabblad Bedraad LAN (Wired LAN) wilt wijzigen.
  • Pagina 226 Instellingen wijzigen op het tabblad Wachtwoord beheerder Opmerking • U kunt de instellingen niet wijzigen wanneer een directe verbinding (toegangspuntmodus) wordt gebruikt. Start IJ Network Tool. 2. Selecteer de printer bij Printers:. 3. Selecteer Configuratie... (Configuration...) in het menu Instellingen (Settings). 4.
  • Pagina 227 Er wordt een venster weergegeven waarin u de instellingen moet bevestigen voordat ze naar de printer worden verzonden. Als u op Ja (Yes) klikt, worden de instellingen naar de printer verzonden en wordt het venster Verzonden instellingen (Transmitted Settings) weergegeven.
  • Pagina 228 Status draadloos netwerk controleren Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. • Als u het apparaat via een bedraad LAN gebruikt, kunt u netwerkstatus niet controleren. Start IJ Network Tool. 2. Selecteer de printer bij Printers:. 3.
  • Pagina 229 6. Controleer de status. Wanneer de meting is voltooid, wordt de status weergegeven. Wanneer wordt weergegeven bij Verbindingskwaliteit tussen de printer en de draadloze router: (Connection performance between the printer and the wireless router:), kan de printer communiceren met de draadloze router. Raadpleeg anders de weergegeven opmerkingen en het onderstaande om de status van de communicatieverbinding te verbeteren en klik op Opnieuw meten (Remeasurement).
  • Pagina 230 • Controleer of zich geen bronnen van radiostoring in de buurt van de printer en de draadloze router bevinden. De draadloze verbinding gebruikt mogelijk dezelfde frequentieband als magnetrons of andere bronnen van radiostoring. Probeer de printer en de draadloze router uit de buurt te houden van dergelijke bronnen.
  • Pagina 231 Instellingen wijzigen bij Directe verbinding Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. • Afhankelijk van de printer die u gebruikt, wordt 'directe verbinding' mogelijk 'toegangspuntmodus' genoemd in de handleidingen. • U kunt deze functie alleen gebruiken wanneer u een computer gebruikt die compatibel is met het draadloze LAN.
  • Pagina 232 Belangrijk • U kunt de coderingsmethode of het wachtwoord mogelijk niet wijzigen, afhankelijk van de printer die u gebruikt. • Als u de instellingen niet kunt wijzigen via het bovenstaande scherm, kunt u de SSID (toegangspuntnaam) en het wachtwoord tegelijk bijwerken via het bedieningspaneel. (U kunt de coderingsmethode niet wijzigen).
  • Pagina 233 Canon-website. Opmerking • U kunt de netwerkinstellingen van de printer wijzigen met IJ Network Tool en een USB-verbinding nadat de LAN-instellingen zijn geïnitialiseerd. Als u de netwerkinstellingen wilt wijzigen met Canon IJ Network Tool, moet u eerst draadloos LAN inschakelen.
  • Pagina 234 Aangepaste instellingen weergeven Het venster Bevestiging (Confirmation) wordt weergegeven nadat u de printerinstellingen in het venster Configuratie (Configuration) hebt gewijzigd. Wanneer u op Ja (Yes) klikt in het venster Bevestiging (Confirmation), wordt het volgende venster weergegeven waarin u de gewijzigde instellingen kunt controleren.
  • Pagina 235 IJ Network Tool (netwerkverbinding) Scherm Canon IJ Network Tool Scherm Configuratie Tabblad Draadloos LAN Scherm Zoeken Scherm WEP-details Scherm WPA/WPA2-details Venster Verificatietype bevestigen Scherm Instelling PSK-wachtwoordzin en dynamische codering Scherm Bevestiging installatiegegevens Tabblad Bedraad LAN Tabblad Wachtwoord beheerder Scherm Netwerkgegevens...
  • Pagina 236 Scherm Canon IJ Network Tool In dit gedeelte worden de items en menu's beschreven die worden weergegeven in het venster Canon IJ Network Tool. Items in het venster Canon IJ Network Tool Menu's van Canon IJ Network Tool Items in het venster Canon IJ Network Tool Het volgende item wordt weergegeven in het venster Canon IJ Network Tool.
  • Pagina 237 • Dit item heeft dezelfde functie als Configuratie... (Configuration...) in het menu Instellingen (Settings). Menu's van Canon IJ Network Tool Het volgende menu wordt weergegeven in het venster Canon IJ Network Tool. 1. Menu Bestand (File) Afsluiten (Exit) Hiermee sluit u IJ Network Tool.
  • Pagina 238 • Als de printer wordt gebruikt door een andere computer, wordt een venster weergegeven met deze informatie. Opmerking • Dit item heeft dezelfde functie als Bijwerken (Update) in het venster Canon IJ Network Tool. Netwerkgegevens (Network Information) Hiermee geeft u het venster Netwerkgegevens (Network Information) weer waarin u de netwerkinstellingen van de printer en de computer kunt controleren.
  • Pagina 239 weergegeven waarin u kunt zoeken naar dezelfde printer als de uwe. Volg de aanwijzingen op het scherm. Opmerking • Als deze functie is ingeschakeld, verschijnt een vinkje op het menu. Nu van printer wisselen (Switch printer now) U kunt dezelfde printer in het netwerk direct gebruiken. Als u op dit item klikt, wordt dezelfde printer in het netwerk gezocht en wordt het resultaat weergegeven in het scherm Printer selecteren (Select Printer).
  • Pagina 240 Scherm Configuratie U kunt de configuratie van de geselecteerde printer in het venster Canon IJ Network Tool wijzigen. Klik op een tab om het tabblad te selecteren en instellingen te wijzigen. Het volgende venster toont een voorbeeld van de instellingen die u kunt wijzigen op het tabblad Draadloos LAN (Wireless LAN).
  • Pagina 241 Tabblad Draadloos LAN Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Hier kunt u een draadloze LAN-verbinding voor de printer instellen. Om het blad Draadloos LAN (Wireless LAN) weer te geven klikt u op het tabblad Draadloos LAN (Wireless LAN) in het venster Configuratie (Configuration).
  • Pagina 242 Opmerking • Geef dezelfde SSID op die is ingesteld voor de draadloze router. De SSID is hoofdlettergevoelig. Bij een directe verbinding (toegangspuntmodus) wordt de toegangspuntnaam (SSID) van de printer weergegeven. Bij de begininstellingen wordt de unieke waarde weergegeven. 3. Zoeken... (Search...) Het venster Zoeken (Search) wordt weergegeven waarin u een draadloze router kunt selecteren waarmee u verbinding wilt maken.
  • Pagina 243 6. Instelling TCP/IP: (TCP/IP Setup:) Hiermee stelt u het IP-adres van de printer in dat moet worden gebruikt in het LAN. Geef een waarde op die geschikt is voor uw netwerkomgeving. IP-adres automatisch verkrijgen (Get IP address automatically) Selecteer deze optie als u een IP-adres wilt gebruiken dat automatisch wordt toegewezen door een DHCP-server.
  • Pagina 244 Scherm Zoeken Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. De gevonden draadloze routers worden vermeld. 1. Gevonden draadloze routers: (Detected Wireless Routers:) De signaalsterkte van de draadloze router, het coderingstype, de naam van de draadloze router en het radiokanaal kunnen worden gecontroleerd.
  • Pagina 245 Opmerking • Tijdens de detectie van de draadloze router moet de draadloze router zijn ingeschakeld. 3. Instellen (Set) Klik hier om de SSID van de draadloze router in te stellen bij SSID: op het tabblad Draadloos LAN (Wireless LAN). Opmerking •...
  • Pagina 246 Scherm WEP-details Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Hier worden de WEP-instellingen van de printer weergegeven. Opmerking • Als u het wachtwoord (WEP-sleutel) van de printer wijzigt, moet dezelfde wijziging worden aangebracht in het wachtwoord (WEP-sleutel) van de draadloze router.
  • Pagina 247 Scherm WPA/WPA2-details Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Hier kunt u de WPA-/WPA2-instellingen van de printer opgeven. De waarde die in het venster wordt weergegeven, hangt af van de vooraf verzonden instellingen. 1.
  • Pagina 248 Venster Verificatietype bevestigen Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Het type verificatie dat wordt gebruikt voor clientverificatie wordt weergegeven. 1. Verificatietype (Authentication Type) Het type verificatie dat wordt gebruikt voor clientverificatie wordt weergegeven. Dit apparaat ondersteunt de verificatiemethode PSK.
  • Pagina 249 Scherm Instelling PSK-wachtwoordzin en dynamische codering Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Geef de wachtwoordzin op en selecteer de methode voor dynamische codering. 1. Wachtwoordzin: (Passphrase:) Geef het wachtwoord op dat is ingesteld op de draadloze router. Het wachtwoord is een reeks van 8 tot 63 alfanumerieke tekens of een 64-cijferige hexadecimale waarde.
  • Pagina 250 Scherm Bevestiging installatiegegevens Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Hier worden de gebruikte instellingen voor clientverificatie weergegeven. Controleer de instellingen en klik op Voltooien (Finish).
  • Pagina 251 Tabblad Bedraad LAN Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Hier kunt u een bedrade LAN-verbinding voor de printer instellen. Om het blad Bedraad LAN (Wired LAN) weer te geven klikt u op het tabblad Bedraad LAN (Wired LAN) in het venster Configuratie (Configuration).
  • Pagina 252 Tabblad Wachtwoord beheerder Hier stelt u een wachtwoord voor de printer in als u wilt dat alleen bepaalde personen de installatie en configuratie kunnen uitvoeren. Om het blad Wachtwoord beheerder (Admin Password) weer te geven klikt u op het tabblad Wachtwoord beheerder (Admin Password) in het venster Configuratie (Configuration).
  • Pagina 253 Selecteer Netwerkgegevens (Network Information) in het menu Beeld (View) om het venster Netwerkgegevens (Network Information) weer te geven. 1. OK Hiermee keert u terug naar het venster Canon IJ Network Tool. 2. Alle gegevens kopiëren (Copy All Information) Alle weergegeven netwerkgegevens worden naar het Klembord gekopieerd.
  • Pagina 254 Tabblad Toegangsbeheer Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. U kunt de MAC-adressen of de IP-adressen van computers of netwerkapparaten registreren om toegang toe te staan. Om het blad Toegangsbeheer (Access Control) weer te geven, klikt u op het tabblad Toegangsbeheer (Access Control) in het venster Configuratie (Configuration).
  • Pagina 255 1. Toegangsbeheer printer inschakelen (MAC-adres) (Enable printer access control(MAC address)) Selecteer deze optie om toegangsbeheer tot de printer via het MAC-adres in te schakelen. Opmerking • De twee soorten toegangsbeheer (via het MAC-adres of via het IP-adres) kunnen tegelijkertijd worden ingeschakeld. Een type toegangsbeheer is ingeschakeld als het selectievakje Toegangsbeheer printer inschakelen (Enable printer access control) is geselecteerd, ongeacht het type dat momenteel wordt weergegeven als u Type toegangsbeheer printer: (Printer Access Control...
  • Pagina 256 1. Toegangsbeheer printer inschakelen (IP-adres) (Enable printer access control(IP address)) Selecteer deze optie om toegangsbeheer tot de printer via het IP-adres in te schakelen. Opmerking • De twee soorten toegangsbeheer (via het MAC-adres of via het IP-adres) kunnen tegelijkertijd worden ingeschakeld. Een type toegangsbeheer is ingeschakeld als het selectievakje Toegangsbeheer printer inschakelen (Enable printer access control) is geselecteerd, ongeacht het type dat momenteel wordt weergegeven als u Type toegangsbeheer printer: (Printer Access Control...
  • Pagina 257 Belangrijk • Voeg het IP-adres toe van alle computers of netwerkapparaten in het netwerk die u toegang wilt geven tot de printer. De printer is niet toegankelijk vanaf computers of netwerkapparaten die niet in de lijst staan. • U kunt maximaal 16 IP-adressen registreren. IP-adressen die als een bereik worden opgegeven, tellen als één adres.
  • Pagina 258 Scherm Toegankelijk MAC-adres bewerken/scherm Toegankelijk MAC-adres toevoegen Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. De voorbeeldafbeeldingen in dit gedeelte verwijzen naar het venster Toegankelijk MAC-adres toevoegen (Add Accessible MAC Address). 1. MAC-adres: (MAC Address:) Voer het MAC-adres in van een computer of netwerkapparaat om toegang toe te staan.
  • Pagina 259 Scherm Toegankelijk IP-adres bewerken/scherm Toegankelijk IP- adres toevoegen Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. De voorbeeldafbeeldingen in dit gedeelte verwijzen naar het venster Toegankelijk IP-adres toevoegen (Add Accessible IP Address). 1. Specificatiemethode: (Specification Method:) Selecteer Eén adres opgeven (Single Address Specification) of Bereik opgeven (Range Specification) om een of meer IP-adressen toe te voegen.
  • Pagina 260 Desgewenst kunt u informatie toevoegen om het apparaat te identificeren, zoals de naam van een computer. Belangrijk • Opmerkingen worden alleen weergegeven op de computer die is gebruikt om ze in te voeren.
  • Pagina 261 IJ Network Tool (overige schermen) Scherm Canon IJ Network Tool Scherm Status Scherm Verbindingskwaliteit meten Scherm Onderhoud Scherm Netwerkinstelling van de kaartsleuf Scherm Poort associëren Scherm Netwerkgegevens...
  • Pagina 262 Scherm Canon IJ Network Tool In dit gedeelte worden de items en menu's beschreven die worden weergegeven in het venster Canon IJ Network Tool. Items in het venster Canon IJ Network Tool Menu's van Canon IJ Network Tool Items in het venster Canon IJ Network Tool Het volgende item wordt weergegeven in het venster Canon IJ Network Tool.
  • Pagina 263 • Dit item heeft dezelfde functie als Configuratie... (Configuration...) in het menu Instellingen (Settings). Menu's van Canon IJ Network Tool Het volgende menu wordt weergegeven in het venster Canon IJ Network Tool. 1. Menu Bestand (File) Afsluiten (Exit) Hiermee sluit u IJ Network Tool.
  • Pagina 264 • Als de printer wordt gebruikt door een andere computer, wordt een venster weergegeven met deze informatie. Opmerking • Dit item heeft dezelfde functie als Bijwerken (Update) in het venster Canon IJ Network Tool. Netwerkgegevens (Network Information) Hiermee geeft u het venster Netwerkgegevens (Network Information) weer waarin u de netwerkinstellingen van de printer en de computer kunt controleren.
  • Pagina 265 weergegeven waarin u kunt zoeken naar dezelfde printer als de uwe. Volg de aanwijzingen op het scherm. Opmerking • Als deze functie is ingeschakeld, verschijnt een vinkje op het menu. Nu van printer wisselen (Switch printer now) U kunt dezelfde printer in het netwerk direct gebruiken. Als u op dit item klikt, wordt dezelfde printer in het netwerk gezocht en wordt het resultaat weergegeven in het scherm Printer selecteren (Select Printer).
  • Pagina 266 Scherm Status Hier kunt u de status van de printer en de verbindingskwaliteit controleren. Selecteer Status in het menu Beeld (View) om het venster Status weer te geven. Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. •...
  • Pagina 267 Scherm Verbindingskwaliteit meten Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Via dit venster kunt u de verbindingskwaliteit meten. Venster Verbindingskwaliteit meten (Connection Performance Measurement) (beginvenster) Venster Verbindingskwaliteit meten (Connection Performance Measurement) (voltooiingsvenster) Venster Verbindingskwaliteit meten (Connection Performance Measurement) (beginvenster) Klik op Volgende>...
  • Pagina 268 1. Verbindingskwaliteit tussen de printer en de draadloze router: (Connection performance between the printer and the wireless router:) Een symbool geeft het resultaat van de meting van de verbindingskwaliteit tussen de printer en de draadloze router aan. : Goede verbindingskwaliteit : Onstabiele verbindingskwaliteit : Kan geen verbinding maken : Meting is geannuleerd of kan niet worden uitgevoerd...
  • Pagina 269 Wanneer u een initialisatie uitvoert terwijl u via draadloos LAN verbinding hebt gemaakt, wordt de verbinding verbroken. Voer de installatie daarom uit met behulp van de installatie-cd-rom of volgens de instructies op de Canon-website. 2. Netwerkinstelling van de kaartsleuf (Network Setup of the Card Slot) Opmerking •...
  • Pagina 270 Scherm Netwerkinstelling van de kaartsleuf Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Als u wilt controleren of deze functie beschikbaar is voor uw printer, raadpleegt u Lijst met functies voor elk model. Hier worden de instellingen van de kaartsleuf weergegeven en kunt u een kaartsleuf in het netwerk toewijzen als netwerkstation van de computer.
  • Pagina 271 1. Overslaan (Skip) Hiermee voltooit u de instellingen zonder een netwerkstation toe te wijzen aan de kaartsleuf. 2. Opnieuw proberen (Retry) Hiermee keert u terug naar het venster Netwerkinstelling van de kaartsleuf (Network Setup of the Card Slot) en voert u de toewijzing van het netwerkstation opnieuw uit. 3.
  • Pagina 272 Scherm Poort associëren Hier kunt u een gemaakte poort koppelen aan een printerstuurprogramma. Selecteer de printer waarvoor u de koppeling wilt wijzigen en klik daarna op OK. Opmerking • U kunt alleen afdrukken met de printer als het printerstuurprogramma is gekoppeld aan de poort. 1.
  • Pagina 273 Selecteer Netwerkgegevens (Network Information) in het menu Beeld (View) om het venster Netwerkgegevens (Network Information) weer te geven. 1. OK Hiermee keert u terug naar het venster Canon IJ Network Tool. 2. Alle gegevens kopiëren (Copy All Information) Alle weergegeven netwerkgegevens worden naar het Klembord gekopieerd.
  • Pagina 274 Tips voor netwerkcommunicatie De kaartsleuf gebruiken via een netwerk Als het printerstuurprogramma niet is gekoppeld aan een poort Technische termen Beperkingen Firewall...
  • Pagina 275 De kaartsleuf gebruiken via een netwerk Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Als u wilt controleren of deze functie beschikbaar is voor uw printer, raadpleegt u Lijst met functies voor elk model.
  • Pagina 276 7. Controleer of de kaartsleuf is toegewezen. Als de kaartsleuf is toegewezen, wordt het volgende pictogram weergegeven bij Computer (of Deze computer (My Computer)). Beperkingen voor het gebruik van de kaartsleuf via het netwerk • Als het apparaat is verbonden met een netwerk, kan de kaartsleuf door meerdere computers worden gedeeld.
  • Pagina 277 Indien Geen stuurprogramma (No Driver) als naam voor de printer wordt weergegeven in het venster Canon IJ Network Tool, is het printerstuurprogramma niet aan een poort gekoppeld. U koppelt een poort aan een printerstuurprogramma door de onderstaande procedure uit te voeren.
  • Pagina 278 Technische termen In dit gedeelte worden de technische termen beschreven die in de handleiding worden gebruikt. • Toegangspuntmodus (Access point mode) Het apparaat wordt als draadloze router gebruikt om externe draadloze communicatieapparaten (zoals computers, smartphones of tablets) te verbinden in een omgeving waar geen draadloze router beschikbaar is.
  • Pagina 279 • Verificatiemethode (Authentication Method) De methode die een draadloze router gebruikt om een printer via een draadloos LAN te verifiëren. De methoden komen met elkaar overeen. Als u WEP als coderingsmethode gebruikt, kan de verificatiemethode zich aan Open systeem (Open System) of Gedeelte sleutel (Shared Key) hechten.
  • Pagina 280 • DNS-server Een server die apparaatnamen omzet in IP-adressen. Als u handmatig een IP-adres opgeeft, moet u het adres opgeven van zowel een primaire server als een secundaire server. • Firewall Dit is een systeem dat ongeautoriseerde toegang tot de computer in het netwerk voorkomt. Om dergelijke toegang te voorkomen, kunt u de firewallfunctie van een breedbandrouter, de beveiligingssoftware of het besturingssysteem van de computer gebruiken.
  • Pagina 281 • Sleutelindeling (Key Format) Selecteer ASCII of Hex als indeling voor de WEP-sleutel. Welke tekens voor de WEP-sleutel kunnen worden gebruikt, is afhankelijk van de geselecteerde sleutelindelingen. ◦ ASCII Hiervoor kunt u een tekenreeks van vijf of dertien tekens opgeven die alfanumerieke en onderstrepingstekens '_' kan bevatten.
  • Pagina 282 • Router Een doorschakelapparaat waarmee verbinding wordt gemaakt met een ander netwerk. • Signaalsterkte (Signal Strength) De sterkte van het signaal dat wordt ontvangen door de printer vanaf de draadloze router wordt aangegeven met een waarde tussen 0 en 100%. •...
  • Pagina 283 • USB Seriële interface ontworpen om 'hot-swap' van apparaten mogelijk te maken door ze aan te sluiten en te verwijderen zonder het apparaat uit te schakelen. • WCN (Windows Connect Now) Gebruikers van Windows Vista of later kunnen de instellingen echter ook rechtstreeks ophalen via een draadloos netwerk (WCN-NET).
  • Pagina 284 WPA2 bestaat uit de volgende verificatiemethoden: PSK dat kan worden gebruikt zonder een verificatieserver en WPA2-802.1x waarvoor wel een verificatieserver is vereist. Dit apparaat ondersteunt WPA2-PSK. ◦ Wachtwoordzin Deze gecodeerde sleutel wordt gebruikt om WPA2-PSK-verificatie uit te voeren. Het wachtwoord is een reeks van 8 tot 63 alfanumerieke tekens of een 64-cijferige hexadecimale waarde.
  • Pagina 285 Beperkingen Als u een printer gebruikt via het draadloze LAN, herkent de printer mogelijk draadloze systemen in de buurt. U moet daarom een netwerksleutel (WEP of WPA/WPA2) instellen voor de draadloze router om draadloze verzending te coderen. Draadloze communicatie met een product dat niet voldoet aan de Wi-Fi- standaard kan niet worden gegarandeerd.
  • Pagina 286 Firewall Een firewall is een functie van de beveiligingssoftware die op de computer is geïnstalleerd of van het besturingssysteem van de computer. Deze functie voorkomt toegang tot het netwerk door onbevoegden. Voorzorgsmaatregelen wanneer de firewallfunctie is ingeschakeld • Een firewallfunctie kan de communicatie tussen een printer en een computer beperken. Hierdoor kunnen de printerinstallatie en -communicatie worden uitgeschakeld.
  • Pagina 287 Zorgen voor optimale afdrukresultaten Inkttips Afdruktips Geef de papierinstellingen op nadat u het papier hebt geplaatst Een afdruktaak annuleren Een hoge afdrukkwaliteit handhaven De printer vervoeren...
  • Pagina 288 Inkttips Hoe wordt de inkt, naast afdrukken, gebruikt voor andere toepassingen? Inkt kan, naast afdrukken, voor verschillende toepassingen worden gebruikt. De inkt wordt niet alleen gebruikt voor het maken van afdrukken, maar ook voor het reinigen van de printkop. Dit zorgt ervoor dat de optimale afdrukkwaliteit behouden blijft.
  • Pagina 289 Afdruktips Controleer de status van het apparaat voordat u gaat afdrukken! • Is de printkop in orde? Als de spuitopening van printkop verstopt is, worden afdrukken vaag en wordt er papier verspild. Het is raadzaam de printkop te controleren door het controleraster voor de spuitopeningen af te drukken. Onderhoudsprocedure •...
  • Pagina 290 Geef de papierinstellingen op nadat u het papier hebt geplaatst Als het ingestelde mediumtype niet overeenkomt met het geplaatste papier, zijn de afdrukresultaten mogelijk niet naar behoren. Nadat u papier hebt geplaatst, moet u het juiste mediumtype voor het geplaatste papier selecteren.
  • Pagina 291 Een afdruktaak annuleren Druk nooit op de knop AAN (ON)! Als u tijdens het afdrukken op de knop AAN (ON) drukt, worden de afdrukgegevens die vanaf een computer worden verzonden in de wachtrij van het apparaat geplaatst en kunt u mogelijk niet meer afdrukken.
  • Pagina 292 Een hoge afdrukkwaliteit handhaven Voor een optimale afdrukkwaliteit is het belangrijk dat de printkop niet uitdroogt of verstopt raakt. Houd u altijd aan de volgende richtlijnen voor een optimale afdrukkwaliteit. Opmerking • Afhankelijk van het type papier kan de inkt vervagen als het afdrukgebied met een merk- of markeerstift is aangeraakt of uitlopen als het afdrukgebied met water of transpiratievocht in aanraking is geweest.
  • Pagina 293 De printer vervoeren Let op het volgende wanneer u het apparaat vervoert omdat u gaat verhuizen of het apparaat moet laten repareren. Belangrijk • Pak het apparaat in een stevige doos in en zorg dat het apparaat rechtop staat (de onderzijde bevindt zich aan de onderkant).
  • Pagina 294 7. Pak het apparaat in het beschermende materiaal in wanneer u het apparaat in de doos plaatst.
  • Pagina 295 Juridische beperkingen bij scannen/kopiëren Het maken van kopieën en het scannen, afdrukken of het gebruiken van reproducties van de volgende documenten kan illegaal zijn. Deze lijst is niet volledig. Raadpleeg in geval van twijfel een jurist uit uw rechtsgebied. • Papiergeld •...
  • Pagina 296 Specificaties Algemene specificaties Afdrukresolutie (dpi) 4800* (horizontaal) x 1200 (verticaal) * Inktdruppels kunnen worden aangebracht met een tussenafstand van minimaal 1/4800 inch. Interface USB-poort: Hi-Speed USB *1 LAN-poort: Draadloos LAN: IEEE802.11n / IEEE802.11g / IEEE802.11b *2 *1 Een computer die voldoet aan de Hi-Speed USB-standaard is vereist. Aangezien de Hi-Speed USB-interface volledig opwaarts compatibel is met USB 1.1, kan deze worden gebruikt met USB 1.1.
  • Pagina 297 * Met geïnstalleerde FINE-cartridges. Canon FINE-cartridge 1792 spuitopeningen in totaal (BK 640 spuitopeningen, C/M/Y elk 384 spuitopeningen) Specificaties voor kopiëren Meerdere afdrukken max. 21 pagina's Vergroten/verkleinen Passend Specificaties voor scannen Scannerstuurprogramma Windows: TWAIN 1.9 specificatie, WIA Mac OS: ICA Maximumscanformaat...
  • Pagina 298 Beeldscherm XGA 1024 x 768 Overige ondersteunde besturingssystemen Sommige functies zijn mogelijk niet beschikbaar bij elk besturingssysteem. Raadpleeg de website van Canon voor meer informatie over het gebruik met iOS, Android en Windows RT. Mogelijkheid tot mobiel afdrukken Apple AirPrint...
  • Pagina 299 • Windows: het TWAIN-stuurprogramma (ScanGear) is gebaseerd op de TWAIN 1.9-specificatie en vereist Gegevensbronbeheer dat deel uitmaakt van het besturingssysteem. • Mac OS: voor Mac OS is een internetverbinding vereist tijdens de installatie van de software. • In een interne netwerkomgeving moet poort 5222 open staan. Neem voor meer informatie contact op met de netwerkbeheerder.
  • Pagina 300 Informatie over papier Mediumtypen die u kunt gebruiken Maximaal aantal vellen Mediumtypen die u niet kunt gebruiken Afdrukgebied Afdrukgebied Andere formaten dan Letter, Legal, Enveloppen Letter, Legal Enveloppen...
  • Pagina 301 Mediumtypen die u kunt gebruiken Voor het beste afdrukresultaat kiest u papier dat geschikt is om op af te drukken. Canon levert diverse papiersoorten die geschikt zijn voor documenten en papier dat geschikt is voor foto's of illustraties. Het verdient aanbeveling belangrijke foto's af te drukken op origineel Canon-papier.
  • Pagina 302 • 64 tot 105 g /m (17 tot 28 lb) (gewoon papier, uitgezonderd papier van het merk Canon) Gebruik geen zwaarder of lichter papier (met uitzondering van papier van het merk Canon), anders kan het papier in het apparaat vast komen te zitten.
  • Pagina 303 • Wij adviseren u het vorige afgedrukte vel uit de papieruitvoerlade te verwijderen voordat u verder gaat met afdrukken om vlekken en verkleuringen te voorkomen (behalve voor Canon Red Label Superior <WOP111>, Canon Océ Office Colour Paper <SAT213> en High Resolution Paper <HR-101N>).
  • Pagina 304 Papier voor het afdrukken van zakelijke documenten: Mediumnaam <Modelnummer> Voorste lade Papieruitvoerlade High Resolution Paper <HR-101N> 80 vellen 50 vellen *1 Het correct invoeren van papier verloopt wellicht niet goed bij de maximumcapaciteit, afhankelijk van de papiersoort of de omgevingsomstandigheden (zeer hoge of lage temperaturen of luchtvochtigheid). Plaats in dergelijke gevallen per keer niet meer vellen dan de helft van de maximumcapaciteit.
  • Pagina 305 • Papier dat te dun is (dat minder weegt dan 64 g /m (17 lb)) • Papier dat te dik is (gewoon papier, behalve papier van het merk Canon, dat meer weegt dan 105 g /m (28 lb)) • Normaal papier of papier van een notitieblok dat kleiner is gemaakt (wanneer u afdrukt op papier dat kleiner is dan A5) •...
  • Pagina 306 Afdrukgebied Afdrukgebied Andere formaten dan Letter, Legal, Enveloppen Letter, Legal Enveloppen...
  • Pagina 307 Voor de beste afdrukkwaliteit wordt door het apparaat een marge aan iedere zijde van het papier vrijgelaten. Het eigenlijke afdrukgebied is het gebied binnen deze marges. Aanbevolen afdrukgebied : Canon raadt u aan binnen dit gebied af te drukken. Afdrukgebied : in dit gebied is afdrukken mogelijk. Als u hier afdrukt, kan de afdrukkwaliteit of de precisie van de papierinvoer echter afnemen.
  • Pagina 308 Andere formaten dan Letter, Legal, Enveloppen Formaat Afdrukgebied (breedte x hoogte) 141,2 x 202,0 mm (5,56 x 7,95 inch) 203,2 x 289,0 mm (8,00 x 11,38 inch) 175,2 x 249,0 mm (6,90 x 9,80 inch) 10 x 15 cm (4 x 6 inch) 94,8 x 144,4 mm (3,73 x 5,69 inch) 13 x 18 cm (5 x 7 inch) 120,2 x 169,8 mm (4,73 x 6,69 inch)
  • Pagina 309 Letter, Legal Formaat Afdrukgebied (breedte x hoogte) Letter 203,2 x 271,4 mm (8,00 x 10,69 inch) Legal 203,2 x 347,6 mm (8,00 x 13,69 inch) Aanbevolen afdrukgebied A: 32,5 mm (1,28 inch) B: 33,5 mm (1,32 inch) Afdrukgebied C: 3,0 mm (0,12 inch) D: 5,0 mm (0,20 inch) E: 6,4 mm (0,25 inch) F: 6,3 mm (0,25 inch)
  • Pagina 310 Enveloppen Formaat Aanbevolen afdrukgebied (breedte x hoogte) DL-envelop 98,8 x 183,0 mm (3,88 x 7,20 inch) COM10-envelop 93,5 x 204,3 mm (3,68 x 8,04 inch) Aanbevolen afdrukgebied A: 8,0 mm (0,31 inch) B: 29,0 mm (1,14 inch) C: 5,6 mm (0,22 inch) D: 5,6 mm (0,22 inch)
  • Pagina 311 Beheerderswachtwoord Afhankelijk van de gebruikte printer is er bij aankoop mogelijk al een beheerderswachtwoord ingesteld. Het wachtwoord is 'canon' of het serienummer van de printer als dit is opgegeven. Modellen waarbij het beheerderswachtwoord is ingesteld op 'canon': • Het beheerderswachtwoord is ingesteld op 'canon' voor de onderstaande modellen.
  • Pagina 312 Verificatie Voer het wachtwoord in wanneer het verificatiescherm wordt weergegeven. Beheerderswachtwoord U moet de gebruikersnaam en het wachtwoord invoeren, afhankelijk van de gebruikte printer. Zie de bovenstaande koppeling voor meer informatie over de gebruikersnaam. Belangrijk • Afhankelijk van de gebruikte printer kan er een bericht worden weergegeven waarin u wordt gewaarschuwd dat de identificatiegegevens niet worden geverifieerd.
  • Pagina 313 Locatie van het serienummer Het serienummer van de printer staat op de sticker op de printer. Het bestaat uit 9 alfanumerieke tekens (vier letters gevolgd door vijf cijfers). Voorbeeld: Opmerking • Het serienummer van de printer staat op de garantie. •...
  • Pagina 314 Lijst met functies voor elk model Raadpleeg de onderstaande tabel voor modellen waarbij u de kaartsleuf wel/niet via een netwerk kunt gebruiken. MG series MX series / MB series / E series / P series / iP series / iX series / iB series / PRO series MG series Modelnaam De kaartsleuf gebruiken via een netwerk MG7700...
  • Pagina 315 Afdrukken Afdrukken vanaf een computer Afdrukken vanaf een smartphone/tablet Afdrukken vanaf een digitale camera...
  • Pagina 316 Afdrukken vanaf een computer Afdrukken vanuit toepassingssoftware (Windows-printerstuurprogramma) Afdrukken vanuit toepassingssoftware (Mac OS-printerstuurprogramma) Afdrukken met Canon-toepassingen Afdrukken via een webservice Afdrukken met een AirPrint-compatibele printer vanaf een Mac...
  • Pagina 317 Afdrukken vanuit toepassingssoftware (Windows- printerstuurprogramma) Afdrukken met de basisinstellingen Basis Verschillende afdrukmethoden De afdrukkwaliteit wijzigen en afbeeldingsgegevens corrigeren Overzicht van het printerstuurprogramma Beschrijving van het printerstuurprogramma MP Drivers bijwerken...
  • Pagina 318 Afdrukken met de basisinstellingen In dit gedeelte wordt de eenvoudige procedure voor het instellen van het tabblad Snel instellen (Quick Setup) beschreven, zodat u op de juiste manier kunt afdrukken met deze printer. Controleer of de printer is ingeschakeld Plaats papier in de printer 3.
  • Pagina 319 Belangrijk • De beschikbare instellingen voor de afdrukkwaliteit zijn afhankelijk van het afdrukprofiel. 6. Voltooi de configuratie Klik op OK. Wanneer u het document afdrukt, worden de gewenste instellingen voor het document gebruikt. Belangrijk • Als u het selectievakje Altijd afdrukken met huidige instellingen (Always Print with Current Settings) inschakelt, worden alle instellingen op de tabbladen Snel instellen (Quick Setup), Afdruk (Main), en Pagina-instelling (Page Setup) opgeslagen en kunt u de volgende keer afdrukken met dezelfde instellingen.
  • Pagina 320 • Klik in het venster Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) op Opslaan... (Save...) om de aangebrachte instellingen op te slaan.
  • Pagina 321 Mediumnaam <Modelnummer> Mediumtype (Media Type) in het printerstuurprogramma Canon Red Label Superior <WOP111> Normaal papier (Plain Paper) Canon Océ Office Colour Paper <SAT213> Normaal papier (Plain Paper) Origineel Canon-papier (foto's afdrukken) Mediumnaam <Modelnummer> Mediumtype (Media Type) in het printerstuurprogramma Glossy Foto Papier Extra II <PP-201>...
  • Pagina 322 Verschillende afdrukmethoden Een Paginaformaat en Afdrukstand opgeven Instellingen voor aantal en afdrukvolgorde opgeven De nietmarge instellen Afdrukken zonder marges starten Passend op papier afdrukken Afdrukken op schaal Pagina-indeling afdrukken Tegels/poster afdrukken Boekje afdrukken Dubbelzijdig afdrukken Stempel/achtergrond afdrukken Een stempel registreren Afbeeldingsgegevens registreren die u als achtergrond wilt gebruiken Instellingen voor het afdrukken van enveloppen Afdrukken op briefkaarten...
  • Pagina 323 Een Paginaformaat en Afdrukstand opgeven Het papierformaat en de afdrukstand worden in principe bepaald door de toepassing. Als de instellingen voor Paginaformaat (Page Size) en Afdrukstand (Orientation) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) hetzelfde zijn als de instellingen in de toepassing, hoeft u deze niet te wijzigen op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup).
  • Pagina 324 printer niet kan afdrukken automatisch worden verkleind, kunt u tijdens het printen het selectievakje uitschakelen.
  • Pagina 325 Instellingen voor aantal en afdrukvolgorde opgeven U geeft als volgt het aantal afdrukken en de afdrukvolgorde op: U kunt ook het aantal exemplaren instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup). 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2. Geef het aantal exemplaren op dat u wilt afdrukken Geef bij Aantal (Copies) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) het aantal af te drukken exemplaren op.
  • Pagina 326 • Vanaf de laatste pagina afdrukken (Print from Last Page): /Sorteren (Collate): • Vanaf de laatste pagina afdrukken (Print from Last Page): /Sorteren (Collate): 4. Voltooi de configuratie Klik op OK. Het opgegeven aantal exemplaren wordt in de gekozen volgorde afgedrukt. Belangrijk •...
  • Pagina 327 De nietmarge instellen De procedure voor het instellen van de nietzijde en de breedte van de marge is als volgt: 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2. Geef op aan welke zijde de nietjes moeten komen Controleer de positie van de nietmarge met Nietmarge (Stapling Side) op het tabblad Pagina- instelling (Page Setup).
  • Pagina 328 Opmerking • Het afdrukgebied wordt automatisch door de printer verkleind, afhankelijk van de positie van de nietmarge. 4. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup). Wanneer u een document afdrukt, worden de opgegeven nietzijde en breedte van de marge toegepast. Belangrijk •...
  • Pagina 329 Afdrukken zonder marges starten Met de functie voor afdrukken zonder marges kunt u gegevens randloos afdrukken door de gegevens te vergroten, zodat ze net buiten de randen van het papier vallen. Standaard blijven de randen rondom het document leeg. Wanneer u echter de functie voor afdrukken zonder marges gebruikt, wordt het document zonder marges afgedrukt.
  • Pagina 330 3. Controleer het papierformaat Controleer de lijst Paginaformaat (Page Size). Als u het papierformaat wilt wijzigen, selecteert u een ander formaat in de lijst. In de lijst worden alleen formaten weergegeven die kunnen worden gebruikt voor afdrukken zonder marge. 4. Pas de hoeveelheid uitbreiding van het papier aan Pas indien nodig met de schuifregelaar Hoeveelheid uitbreiding (Amount of Extension) de hoeveelheid uitbreiding aan.
  • Pagina 331 Het bereik van het af te drukken document vergroten Als u een grote hoeveelheid uitbreiding opgeeft, kunt u probleemloos afdrukken zonder marges. Het gedeelte van het document dat echter van het papier afloopt, wordt niet afgedrukt en daarom wordt een foto mogelijk niet volledig afgedrukt.
  • Pagina 332 Passend op papier afdrukken De procedure voor het afdrukken van een document dat automatisch is verkleind of vergroot in overeenstemming met het paginaformaat, is als volgt: 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2. Stel Passend op papier in Selecteer Passend op papier (Fit-to-Page) in de lijst Pagina-indeling (Page Layout) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup).
  • Pagina 333 De huidige instellingen worden weergegeven in het instellingenvoorbeeld aan de linkerkant van het printerstuurprogramma. 5. Voltooi de configuratie Klik op OK. Het document wordt bij het afdrukken vergroot of verkleind, zodat dit op het paginaformaat past.
  • Pagina 334 Afdrukken op schaal De procedure voor het afdrukken van een document met pagina's die zijn vergroot of verkleind is als volgt: 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2. Stel afdrukken op schaal in Selecteer Op schaal (Scaled) in de lijst Pagina-indeling (Page Layout) op het tabblad Pagina- instelling (Page Setup).
  • Pagina 335 • Geef een schaalfactor op Typ een waarde in het vak Schaling (Scaling). De huidige instellingen worden weergegeven in het instellingenvoorbeeld aan de linkerkant van het printerstuurprogramma. 5. Voltooi de configuratie Klik op OK. De afbeelding wordt met de opgegeven schaal afgedrukt. Belangrijk •...
  • Pagina 336 Opmerking • Als u Op schaal (Scaled) selecteert, wordt het afdrukgebied van het document gewijzigd.
  • Pagina 337 Pagina-indeling afdrukken U kunt met de functie voor het afdrukken van een pagina-indeling meer dan een paginabeeld op een enkel vel papier afdrukken. De procedure voor het afdrukken van een pagina-indeling is als volgt: 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2.
  • Pagina 338 Pagina's (Pages) Als u het aantal pagina’s dat op één vel moet worden afgedrukt wilt wijzigen, selecteert u het gewenste aantal pagina's in de lijst. Paginavolgorde (Page Order) Selecteer een methode in de lijst om de volgorde van de pagina's te wijzigen. Paginarand (Page Border) Schakel dit selectievakje in als u een paginarand rond elke documentpagina wilt afdrukken.
  • Pagina 339 Tegels/poster afdrukken Met deze functie kunt u de afbeeldingsgegevens vergroten, over meerdere pagina's verdelen en deze pagina's op afzonderlijke vellen papier afdrukken. U kunt de pagina's ook aan elkaar plakken zodat ze één grote afdruk vormen, zoals die van een poster. De procedure voor het afdrukken van tegels/poster is als volgt: Instellingen opgeven voor tegels/poster afdrukken 1.
  • Pagina 340 4. Stel het aantal af te drukken beeldscheidingen en het aantal af te drukken pagina's in Klik zo nodig op Opgeven... (Specify...), geef de volgende instellingen op in het dialoogvenster Tegels/poster afdrukken (Tiling/Poster Printing) en klik op OK. Beeldscheidingen (Image Divisions) Selecteer het aantal scheidingen (verticaal x horizontaal).
  • Pagina 341 De pagina's waarop u hebt geklikt, worden verborgen en alleen de af te drukken pagina's worden weergegeven. Opmerking • U kunt de pagina's weer weergeven door er nogmaals op te klikken. • Klik met de rechtermuisknop op het instellingenvoorbeeld om Alle pagina's afdrukken (Print all pages) of Alle pagina's verwijderen (Delete all pages) te selecteren.
  • Pagina 342 Boekje afdrukken Met de functie voor boekjes kunt u afbeeldingsgegevens voor een boekje afdrukken. De gegevens worden afgedrukt op beide zijden van het papier. Bij dit afdruktype wordt ervoor gezorgd dat de pagina's in de juiste volgorde liggen (op paginanummer) wanneer het papier in het midden wordt gevouwen en geniet. De procedure voor het afdrukken van een boekje is als volgt: 1.
  • Pagina 343 Nietmarge (Margin for stapling) Selecteer aan welke zijde de nietmarge moet komen wanneer het boekje wordt voltooid. Lege pagina invoegen (Insert blank page) Als u één bladzijde leeg wilt laten, schakelt u het selectievakje in en selecteert u de pagina die u leeg wilt laten.
  • Pagina 344 Dubbelzijdig afdrukken De procedure voor het afdrukken van gegevens op beide zijden van een vel papier is als volgt: U kunt dubbelzijdig afdrukken ook instellen bij Extra functies (Additional Features) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup). Automatisch dubbelzijdig afdrukken U kunt ook dubbelzijdig afdrukken zonder dat u het papier zelf hoeft om te draaien.
  • Pagina 345 Wanneer u dubbelzijdig afdrukken uitvoert, wordt het afdrukgebied van het document iets kleiner dan normaal en is het mogelijk dat het document niet op één pagina past. Klik op Afdrukgebied instellen... (Print Area Setup...), selecteer een van de volgende verwerkingsmethoden en klik daarna op OK. Afdrukken op normaal formaat (Use normal-size printing) Afdrukken zonder de pagina te verkleinen.
  • Pagina 346 3. Selecteer de indeling Selecteer Normaal formaat (Normal-size), Passend op papier (Fit-to-Page), Op schaal (Scaled) of Pagina-indeling (Page Layout) in de lijst Pagina-indeling (Page Layout). 4. Geef op aan welke zijde de nietjes moeten komen De beste Nietmarge (Stapling Side) wordt automatisch geselecteerd in de instellingen voor Afdrukstand (Orientation) en Pagina-indeling (Page Layout).
  • Pagina 347 • Dubbelzijdig afdrukken (Duplex Printing) kan alleen worden toegepast als een van de volgende papierformaten is geselecteerd voor Paginaformaat (Page Size) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup). • Letter 22x28cm 8.5"x11" (Letter 8.5"x11" 22x28cm), A4 • Nadat de voorzijde is afgedrukt, wordt gewacht met de achterzijde totdat de inkt droog is (het afdrukken wordt tijdelijk onderbroken).
  • Pagina 348 Stempel/achtergrond afdrukken De functie Stempel (Stamp) of Achtergrond (Background) is mogelijk niet beschikbaar als een bepaald printerstuurprogramma of besturingssysteem wordt gebruikt. Met de functie Stempel (Stamp) kunt u een stempel bestaande uit tekst of een bitmap over of achter de documentgegevens afdrukken.
  • Pagina 349 Opmerking • Bij het XPS-printerstuurprogramma verandert de knop Stempel/Achtergrond... (Stamp/ Background...) in de knop Stempel... (Stamp...) en is alleen de stempelfunctie beschikbaar. 3. Selecteer een stempel Schakel het selectievakje Stempel (Stamp) in en selecteer de gewenste stempel in de lijst. De huidige instellingen worden weergegeven in het instellingenvoorbeeld links op het tabblad Pagina- instelling (Page Setup).
  • Pagina 350 3. Selecteer de achtergrond Schakel het selectievakje Achtergrond (Background) in en selecteer de gewenste achtergrond in de lijst. De huidige instellingen worden weergegeven in het instellingenvoorbeeld links op het tabblad Pagina- instelling (Page Setup). 4. Stel de achtergrondinstellingen in Geef desgewenst de volgende instellingen op en klik op OK. De knop Achtergrond selecteren...
  • Pagina 351 Een stempel registreren Deze functie is mogelijk niet beschikbaar als een bepaald printerstuurprogramma of besturingssysteem wordt gebruikt. U kunt een nieuwe stempel maken en registreren. U kunt ook bepaalde instellingen van een bestaande stempel wijzigen en opnieuw registreren. Stempels die u niet meer nodig hebt, kunt u op elk gewenst moment verwijderen.
  • Pagina 352 3. Klik op Stempel definiëren... (Define Stamp...) Het dialoogvenster Stempelinstellingen (Stamp Settings) wordt geopend. 4. Configureer de stempel terwijl u het effect in het voorbeeldvenster bekijkt • Tabblad Stempel (Stamp) Selecteer de gewenste Tekst (Text), Bitmap of Datum/tijd/gebruikersnaam (Date/Time/User Name) voor Stempeltype (Stamp Type). ◦...
  • Pagina 353 Belangrijk • Afdrukstand (Orientation) kan niet worden gewijzigd als Bitmap is geselecteerd bij Stempeltype (Stamp Type) op het tabblad Stempel (Stamp). 5. Sla de stempel op Klik op de tab Instellingen opslaan (Save settings), typ een naam in het vak Naam (Title) en klik vervolgens op Opslaan (Save).
  • Pagina 354 Een stempel verwijderen 1. Klik op Stempel definiëren... (Define Stamp...) in het dialoogvenster Stempel/ Achtergrond (Stamp/Background) (Stempel (Stamp)) Het dialoogvenster Stempelinstellingen (Stamp Settings) wordt geopend. 2. Selecteer de stempel die u wilt verwijderen Selecteer de naam van de stempel die u wilt verwijderen in de lijst Stempels (Stamps) op het tabblad Instellingen opslaan (Save settings).
  • Pagina 355 Afbeeldingsgegevens registreren die u als achtergrond wilt gebruiken Deze functie is mogelijk niet beschikbaar als een bepaald printerstuurprogramma of besturingssysteem wordt gebruikt. U kunt een bitmapbestand (.bmp) selecteren en als een nieuwe achtergrond registreren. U kunt ook bepaalde instellingen van een bestaande achtergrond wijzigen en registreren. Achtergronden die u niet meer nodig hebt, kunt u verwijderen.
  • Pagina 356 Opmerking • Bij het XPS-printerstuurprogramma is de knop Stempel/Achtergrond... (Stamp/ Background...) vervangen door de knop Stempel... (Stamp...) en is de knop Achtergrond (Background) niet beschikbaar. 3. Klik op Achtergrond selecteren... (Select Background...) Het dialoogvenster Achtergrondinstellingen (Background Settings) wordt geopend. 4. Selecteer de afbeeldingsgegevens die u wilt opslaan op de achtergrond Klik op Bestand selecteren...
  • Pagina 357 7. Voltooi de configuratie Klik op OK, waarna u terugkeert naar het dialoogvenster Stempel/Achtergrond (Stamp/ Background). De geregistreerde naam wordt weergegeven in de lijst Achtergrond (Background). Achtergrondinstellingen wijzigen en registreren 1. Selecteer de achtergrond waarvoor u de instellingen wilt wijzigen Klik op Achtergrond (Background) in het dialoogvenster Stempel/Achtergrond (Stamp/ Background).
  • Pagina 358 Instellingen voor het afdrukken van enveloppen De procedure voor het afdrukken op enveloppen is als volgt: Plaats enveloppen in de printer 2. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 3. Selecteer het mediumtype Selecteer Envelop (Envelope) bij Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup).
  • Pagina 359 Als u de berichten opnieuw wilt weergeven, klikt u op de knop Printerstatus weergeven (View Printer Status) op het tabblad Onderhoud (Maintenance) en start u de Canon IJ-statusmonitor. Klik vervolgens op Envelop afdrukken (Envelope Printing) vanuit Gidsbericht weergeven (Display...
  • Pagina 360 Afdrukken op briefkaarten In dit gedeelte wordt beschreven hoe u een briefkaart afdrukt. Plaats briefkaarten in de printer 2. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 3. Selecteer veelgebruikte instellingen Geef het tabblad Snel instellen (Quick Setup) weer en selecteer Standaard (Standard) voor Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings).
  • Pagina 361 Als u de berichten opnieuw wilt weergeven, opent u het tabblad Onderhoud (Maintenance) en klikt u op Printerstatus weergeven (View Printer Status) om de Canon IJ-statusmonitor te starten. Kies Gidsbericht weergeven (Display Guide Message) in het menu Optie (Option) en klik op Hagaki afdrukken (Hagaki Printing) om de instelling in te schakelen.
  • Pagina 362 Afdrukresultaten weergeven vóór het afdrukken Vervang bij het lezen van deze informatie 'Canon IJ-afdrukvoorbeeld' door 'Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld' als u het XPS-printerstuurprogramma gebruikt. U kunt de afdrukresultaten vóór het afdrukken bekijken en controleren. De procedure voor het bekijken van een afdrukvoorbeeld is als volgt: U kunt de weergave van het afdrukresultaat ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup).
  • Pagina 363 Papierformaat instellen (aangepast formaat) U kunt de hoogte en breedte van het papier opgeven als u het formaat niet kunt selecteren bij Paginaformaat (Page Size). Een dergelijk papierformaat wordt een 'aangepast formaat' genoemd. De procedure voor het opgeven van een aangepast papierformaat is als volgt: U kunt een aangepast formaat ook instellen bij Papierformaat printer (Printer Paper Size) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup).
  • Pagina 364 Belangrijk • Als de toepassing waarmee het document is gemaakt een functie heeft voor het opgeven van de hoogte en breedte, geeft u de waarden op met de toepassing. Als de toepassing deze functie niet heeft of als het document niet correct wordt afgedrukt, voert u bovenstaande procedure van het printerstuurprogramma uit om de waarden in te stellen.
  • Pagina 365 Deze functie is niet beschikbaar als het standaard IJ-printerstuurprogramma wordt gebruikt. In het Canon IJ XPS-voorbeeldvenster kunt u het afdrukdocument bewerken of de afdrukgeschiedenis van het document weergeven om het opnieuw af te drukken. De procedure voor het gebruiken van het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld is als volgt:...
  • Pagina 366 Schakel het selectievakje Afdrukvoorbeeld (Preview before printing) in op het tabblad Afdruk (Main). 3. Voltooi de configuratie Klik op OK. Het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld wordt vóór het afdrukken weergegeven. U kunt hierin de afdrukresultaten zien. 4. Afdrukdocumenten en afdrukpagina’s bewerken • Afdrukdocumenten combineren U kunt meerdere afdrukdocumenten combineren tot één document.
  • Pagina 367 Bekijk het voorbeeld voordat u een document afdrukt. • Afhankelijk van de afdrukinstellingen van het afdrukdocument zijn bepaalde functies mogelijk niet beschikbaar in het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld. Opmerking • U kunt de naam in Documentnaam (Document Name) naar wens aanpassen.
  • Pagina 368 Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma. Selecteer daarna Afdrukgeschiedenis weergeven (View Print History) op het tabblad Onderhoud (Maintenance). Het opgeslagen afdrukdocument wordt in het voorbeeldvenster weergegeven. Belangrijk • Als u het aantal registraties in de afdrukgeschiedenis wilt beperken, klikt u op Maximumaantal geschiedenisitems (History Entry Limit) in het menu Bestand (File).
  • Pagina 369 De afdrukkwaliteit wijzigen en afbeeldingsgegevens corrigeren De Afdrukkwaliteit instellen (Aangepast) Een kleurendocument monochroom afdrukken Kleurcorrectie opgeven Een optimale foto van afbeeldingsgegevens afdrukken De kleuren aanpassen met het printerstuurprogramma Afdrukken met ICC-profielen De kleurbalans aanpassen Kleurbalans aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma) De helderheid aanpassen De intensiteit aanpassen Het contrast aanpassen Intensiteit/contrast aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma)
  • Pagina 370 De Afdrukkwaliteit instellen (Aangepast) U kunt de afdrukkwaliteit instellen via Aangepast (Custom). De procedure voor het instellen van een afdrukkwaliteit is als volgt: 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2. Selecteer de afdrukkwaliteit Selecteer op het tabblad Afdruk (Main) de optie Aangepast (Custom) voor Afdrukkwaliteit (Print Quality) en klik op Instellen...
  • Pagina 371 Verwante onderwerpen Kleurcorrectie opgeven De kleurbalans aanpassen De helderheid aanpassen De intensiteit aanpassen Het contrast aanpassen...
  • Pagina 372 Een kleurendocument monochroom afdrukken De procedure voor het monochroom afdrukken van een kleurendocument is als volgt: U kunt afdrukken in grijstinten instellen ook bij Extra functies (Additional Features) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup). 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2.
  • Pagina 373 Opmerking • Bij Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) kan naast zwarte inkt ook andere inkt worden gebruikt.
  • Pagina 374 Kleurcorrectie opgeven U kunt de methode voor kleurcorrectie aanpassen aan het type document dat u wilt afdrukken. Normaal gesproken worden de kleuren van de gegevens bij het afdrukken automatisch aangepast. Als u zodanig wilt afdrukken dat de kleurruimte (sRGB) van de afbeeldingsgegevens effectief wordt gebruikt, selecteert u ICM (ICC-profielvergelijking (ICC Profile Matching)).
  • Pagina 375 Driververgelijking (Driver Matching) Met Canon Digital Photo Color kunt u sRGB-gegevens afdrukken met kleurtinten waaraan de meeste mensen de voorkeur geven. ICM (ICC-profielvergelijking (ICC Profile Matching)) Past de kleuren aan volgens een ICC-profiel tijdens het afdrukken. Geef op welk invoerprofiel moet worden gebruikt.
  • Pagina 376 In dit gedeelte wordt de procedure beschreven voor het afdrukken van sRGB-gegevens met behulp van de kleurcorrectiefunctie van het printerbesturingsbestand. • Afdrukken met Canon Digital Photo Color De printer drukt gegevens af in kleurtinten waaraan veel mensen de voorkeur geven; de originele kleuren van de afbeelding worden weergegeven en driedimensionale effecten en hoge, scherpe contrasten worden gegenereerd.
  • Pagina 377 U kunt de functie voor kleurcorrectie van het printerstuurprogramma zo instellen dat sRGB-gegevens worden afgedrukt met kleurtinten waaraan de meeste mensen de voorkeur geven door gebruik te maken van Canon Digital Photo Color. Als u afdrukt vanuit een toepassing die ICC-profielen kan identificeren en waarvoor u deze kunt opgeven, gebruikt u een ICC-profiel voor afdrukken in de toepassing en selecteert u instellingen voor kleurbeheer.
  • Pagina 378 Verwante onderwerpen De Afdrukkwaliteit instellen (Aangepast) Kleurcorrectie opgeven De kleurbalans aanpassen De helderheid aanpassen De intensiteit aanpassen Het contrast aanpassen...
  • Pagina 379 Wanneer u het resultaat afdrukt van bewerkingen en verbeteringen die zijn aangebracht met Adobe Photoshop, Canon Digital Photo Professional of een andere toepassing waarin u ICC-profielen voor invoer en afdrukken kunt opgeven, kunt u bij het afdrukken effectief gebruikmaken van de kleurruimte van het ICC-invoerprofiel dat in de beeldgegevens is opgegeven.
  • Pagina 380 Klik zo nodig op het tabblad Kleuraanpassing (Color Adjustment) en pas de kleurbalans (Cyaan (Cyan), Magenta en Geel (Yellow)) en de instellingen voor Helderheid (Brightness), Intensiteit (Intensity) en Contrast aan. Klik vervolgens op OK. 5. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Afdruk (Main). Wanneer u afdrukt, wordt de kleurruimte van de beeldgegevens door de printer gebruikt.
  • Pagina 381 5. Stel de andere items in Klik zo nodig op het tabblad Kleuraanpassing (Color Adjustment) en pas de instellingen voor Cyaan (Cyan), Magenta, Geel (Yellow), Helderheid (Brightness), Intensiteit (Intensity) en Contrast aan. Klik vervolgens op OK. 6. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Afdruk (Main).
  • Pagina 382 De kleurbalans aanpassen U kunt de kleurtinten tijdens het afdrukken aanpassen. Aangezien deze functie de kleurbalans van de afdruk aanpast door de inktverhoudingen van elke kleur te wijzigen, wordt de gehele kleurbalans van het document gewijzigd. Gebruik de toepassing als u uitgebreide wijzigingen wilt aanbrengen in de kleurbalans.
  • Pagina 383 Het dialoogvenster Handmatige kleuraanpassing (Manual Color Adjustment) wordt geopend. 3. Pas de kleurbalans aan Er zijn afzonderlijke schuifregelaars voor Cyaan (Cyan), Magenta en Geel (Yellow). Elke kleur wordt krachtiger wanneer u de bijbehorende schuifregelaar naar rechts schuift en zwakker wanneer u de schuifregelaar naar links schuift.
  • Pagina 384 Kleurbalans aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma) U kunt de kleurbalans aanpassen op basis van het resultaat van een patroonafdruk. Wanneer u de kleurbalans, de intensiteit of het contrast van een document wijzigt, drukt de functie voor patroonafdruk de resultaten van de aanpassing af in een lijst, samen met de aanpassingswaarden. Hieronder wordt de procedure beschreven voor het aanpassen van de kleurbalans aan de hand van het patroon.
  • Pagina 385 4. Stel patroonafdruk in Wanneer het dialoogvenster Patroonafdruk (Pattern Print) wordt geopend, stelt u de volgende items in en klikt u daarna op OK. Aan te passen parameters (Parameters to Adjust) Selecteer Cyaan/Magenta/Geel (Cyan/Magenta/Yellow). Belangrijk • Wanneer het selectievakje Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) op het tabblad Afdruk (Main) is ingeschakeld, is Cyaan/Magenta/Geel (Cyan/Magenta/Yellow) niet beschikbaar voor selectie.
  • Pagina 386 Kleurvariatie tussen instanties (Color Variation Between Instances) Stel de hoeveelheid kleurvariatie tussen aangrenzende patronen in. Opmerking • Groot (Large) is ongeveer tweemaal zo groot als Middel (Medium) en Klein (Small) is ongeveer half zo groot als Middel (Medium). 5. Controleer de afdrukresultaten van de patroonafdruk Selecteer OK op het tabblad Kleuraanpassing (Color Adjustment) om het dialoogvenster Handmatige kleuraanpassing (Manual Color Adjustment) te sluiten.
  • Pagina 387 Opmerking • U kunt de kleurbalans ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) door Foto afdrukken (Photo Printing) te kiezen onder Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) en vervolgens Kleur/intensiteit handmatig aanpassen (Color/Intensity Manual Adjustment) te kiezen onder Extra functies (Additional Features). 7.
  • Pagina 388 De helderheid aanpassen U kunt de helderheid van afbeeldingsgegevens tijdens het afdrukken aanpassen. Puur wit en zwart worden niet veranderd, maar de helderheid van de tussenliggende kleuren wordt wel veranderd. Het volgende voorbeeld toont het afdrukresultaat wanneer de helderheid is aangepast. Licht (Light) is geselecteerd Normaal (Normal) is geselecteerd Donker (Dark) is geselecteerd De procedure voor het aanpassen van de helderheid is als volgt: U kunt de helderheid ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) door Foto afdrukken...
  • Pagina 389 Selecteer Licht (Light), Normaal (Normal) of Donker (Dark) bij Helderheid (Brightness) en klik op OK. De huidige instellingen worden weergegeven in het instellingenvoorbeeld aan de linkerkant van het printerstuurprogramma. 4. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Afdruk (Main). De opgegeven helderheid wordt bij het afdrukken gebruikt.
  • Pagina 390 De intensiteit aanpassen U kunt de kleuren van de beeldgegevens helderder of donkerder maken tijdens het afdrukken. Het volgende voorbeeld laat zien wat er gebeurt wanneer de intensiteit wordt verhoogd: de kleuren van de afbeeldingsgegevens worden donkerder afgedrukt. Geen aanpassing Hogere intensiteit De procedure voor het aanpassen van de intensiteit is als volgt: U kunt de intensiteit ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) door Foto afdrukken (Photo...
  • Pagina 391 50. De huidige instellingen worden weergegeven in het instellingenvoorbeeld aan de linkerkant van het printerstuurprogramma. Klik op OK nadat u alle kleuren hebt aangepast. 4. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Afdruk (Main). Wanneer u het document afdrukt, wordt de aangepaste intensiteit gebruikt. Verwante onderwerpen De Afdrukkwaliteit instellen (Aangepast) Kleurcorrectie opgeven...
  • Pagina 392 Het contrast aanpassen U kunt het beeldcontrast tijdens het afdrukken aanpassen. Wanneer u de verschillen tussen de lichte en donkere gebieden van afbeeldingen groter en duidelijker wilt maken, verhoogt u het contrast. Wanneer u echter de verschillen tussen de lichte en donkere gebieden van afbeeldingen kleiner en minder duidelijk wilt maken, verlaagt u het contrast.
  • Pagina 393 Wanneer u de schuifregelaar Contrast naar rechts schuift, wordt het contrast groter en wanneer u de schuifregelaar naar links schuift, wordt het contrast kleiner. U kunt ook rechtstreeks een waarde invoeren voor de schuifregelaar. Voer een waarde in tussen -50 en 50.
  • Pagina 394 Intensiteit/contrast aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma) U kunt de intensiteit en het contrast aanpassen op basis van het resultaat van een patroonafdruk. Wanneer u de kleurbalans, de intensiteit of het contrast van een document wijzigt, drukt de functie voor patroonafdruk de resultaten van de aanpassing af in een lijst, samen met de aanpassingswaarden. Hieronder wordt de procedure beschreven voor het aanpassen van de intensiteit en het contrast aan de hand van het patroon.
  • Pagina 395 4. Stel patroonafdruk in Wanneer het dialoogvenster Patroonafdruk (Pattern Print) wordt geopend, stelt u de volgende items in en klikt u daarna op OK. Aan te passen parameters (Parameters to Adjust) Selecteer Intensiteit/Contrast (Intensity/Contrast). Papierformaat printer (Printer Paper Size) Selecteer het papierformaat dat u wilt gebruiken voor de patroonafdruk. Opmerking •...
  • Pagina 396 5. Controleer de afdrukresultaten van de patroonafdruk Selecteer OK op het tabblad Kleuraanpassing (Color Adjustment) om het dialoogvenster Handmatige kleuraanpassing (Manual Color Adjustment) te sluiten. Selecteer OK op het tabblad Afdruk (Main) en voer daarna de afdruk uit. Op de printer wordt een patroon afgedrukt waarin de intensiteit en het contrast die u hebt ingesteld de middelste waarde is.
  • Pagina 397 Opmerking • U kunt de intensiteit en het contrast ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) door Foto afdrukken (Photo Printing) te kiezen bij Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) en vervolgens Kleur/intensiteit handmatig aanpassen (Color/Intensity Manual Adjustment) te kiezen bij Extra functies (Additional Features). 7.
  • Pagina 398 Overzicht van het printerstuurprogramma Canon IJ-printerstuurprogramma Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma openen Canon IJ-statusmonitor De inktstatus controleren vanaf uw computer Canon IJ-afdrukvoorbeeld Een ongewenste afdruktaak verwijderen Instructies voor gebruik (printerstuurprogramma)
  • Pagina 399 Canon IJ-printerstuurprogramma Het Canon IJ-printerstuurprogramma (hierna het printerstuurprogramma genoemd) is software die op uw computer wordt geïnstalleerd voor het afdrukken van gegevens met deze printer. Het printerstuurprogramma converteert de afdrukgegevens die in de toepassing zijn gemaakt, naar gegevens die de printer begrijpt en stuurt de geconverteerde gegevens naar de printer.
  • Pagina 400 Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma openen U kunt het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma weergeven vanuit de gebruikte toepassing of via het printerpictogram. Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma via de toepassing openen Volg onderstaande procedure om het afdrukprofiel in te stellen bij het afdrukken. 1.
  • Pagina 401 Eigenschappen (Properties) (Windows Vista, Windows XP), worden tabbladen met Windows- functies zoals Poorten (Ports) (of Geavanceerd (Advanced)) weergegeven. Deze tabbladen verschijnen niet wanneer u het printerstuurprogramma opent via Voorkeursinstellingen voor afdrukken (Printing preferences) of een toepassing. Raadpleeg de gebruikershandleiding bij Windows voor meer informatie over de tabbladen met Windows-functies.
  • Pagina 402 Canon IJ-statusmonitor De Canon IJ-statusmonitor is een toepassing die de status van de printer en de voortgang van het afdrukken weergeeft. U kunt aan de hand van de afbeeldingen, pictogrammen en berichten zien wat de status van de printer is.
  • Pagina 403 De Canon IJ-statusmonitor wordt geopend en een afbeelding van de inktstatus wordt weergegeven. Opmerking • De informatie die in de Canon IJ-statusmonitor wordt weergegeven, kan afwijken naargelang het land of de regio waarin u de printer gebruikt. • Wanneer u een melding over het resterende inktniveau krijgt, wordt er een aanduiding weergegeven boven het inktpictogram.
  • Pagina 404 Canon IJ-afdrukvoorbeeld Canon IJ-afdrukvoorbeeld is een toepassing die de afdrukresultaten op het scherm laat zien voordat er daadwerkelijk wordt afgedrukt. Hierbij worden de instellingen gebruikt die in het printerstuurprogramma zijn opgegeven. Op deze manier kunt u de indeling, de afdrukvolgorde en het aantal pagina's van een document controleren. U kunt ook de instellingen voor het mediumtype wijzigen.
  • Pagina 405 Een ongewenste afdruktaak verwijderen Vervang bij het lezen van deze informatie 'Canon IJ-statusmonitor' door 'Canon IJ XPS-statusmonitor' als u het XPS-printerstuurprogramma gebruikt. Als de printer niet start met afdrukken, is het mogelijk dat geannuleerde of niet-uitgevoerde afdruktaken in de wachtrij blijven staan.
  • Pagina 406 XPS-printerstuurprogramma wordt gebruikt. • Start Canon IJ Network Tool niet tijdens het afdrukken. • Druk niet af terwijl Canon IJ Network Tool actief is. Opmerkingen over toepassingen met beperkingen • Voor Microsoft Word (Microsoft Corporation) gelden de volgende beperkingen.
  • Pagina 407 ◦ Als Passend op papier (Fit-to-Page), Op schaal (Scaled) of Pagina-indeling (Page Layout) is ingesteld voor Pagina-indeling (Page Layout) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) van het printerstuurprogramma, wordt het document mogelijk niet correct afgedrukt in bepaalde versies van Word. ◦...
  • Pagina 408 Beschrijving van het printerstuurprogramma Beschrijving van het tabblad Snel instellen Beschrijving van het tabblad Afdruk Beschrijving van het tabblad Pagina-instelling Beschrijving van het tabblad Onderhoud Beschrijving van Canon IJ-afdrukvoorbeeld Beschrijving van Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld Beschrijving van Canon IJ-statusmonitor...
  • Pagina 409 Beschrijving van het tabblad Snel instellen Op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) worden veelgebruikte afdrukinstellingen geregistreerd. Wanneer u een geregistreerde instelling selecteert, worden de vooraf ingestelde waarden automatisch toegepast op de printer. Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) De namen en pictogrammen van veelgebruikte afdrukprofielen worden geregistreerd. Wanneer u een afdrukprofiel selecteert op basis van het doel van het document, worden instellingen toegepast die overeenkomen met het doel.
  • Pagina 410 Schakel dit selectievakje in als u een afdrukvoorbeeld wilt zien voordat u gaat afdrukken. Schakel dit selectievakje uit als u geen afdrukvoorbeeld wilt zien. Belangrijk • Als u het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld wilt gebruiken, moet Microsoft .NET Framework 4 Client Profile op uw computer zijn geïnstalleerd. Extra functies (Additional Features)
  • Pagina 411 Voor sommige functies kunt u gedetailleerde instellingen selecteren op de tabbladen Afdruk (Main) en Pagina-instelling (Page Setup). Belangrijk • Afhankelijk van de afdrukprofielen zijn sommige functies mogelijk lichtgrijs en kunt u ze niet wijzigen. 2 op 1 afdrukken (2-on-1 Printing) Hiermee drukt u twee pagina's van het document naast elkaar af op één vel papier.
  • Pagina 412 Mediumtype (Media Type) Hier selecteert u een type afdrukpapier. Selecteer een mediumtype dat overeenstemt met het papier dat in de printer is geplaatst. Zo zorgt u ervoor dat correct wordt afgedrukt voor het opgegeven papier. Papierformaat printer (Printer Paper Size) Hier selecteert u het formaat van het papier dat in de printer is geplaatst.
  • Pagina 413 Voorste lade (Front Tray) Het papier wordt altijd vanuit de voorste lade ingevoerd. Aantal (Copies) Hier geeft u het aantal exemplaren op dat u wilt afdrukken. U kunt een waarde opgeven tussen 1 en 999. Belangrijk • Als de toepassing waarmee het document is gemaakt dezelfde functie heeft, geeft u de instellingen op in het printerstuurprogramma.
  • Pagina 414 Pictogram (Icon) Hier selecteert u het pictogram voor het afdrukprofiel dat u wilt opslaan. Het geselecteerde pictogram wordt, samen met de naam, weergegeven in de lijst Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup). Papierformaat opslaan (Save the paper size setting) Hiermee slaat u het papierformaat op in het afdrukprofiel in Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings).
  • Pagina 415 Instellingen voor het afdrukken van enveloppen Afdrukken op briefkaarten Afdrukresultaten weergeven vóór het afdrukken Papierformaat instellen (aangepast formaat) Een kleurendocument monochroom afdrukken Kleurcorrectie opgeven De kleurbalans aanpassen Kleurbalans aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma) De helderheid aanpassen De intensiteit aanpassen Het contrast aanpassen Intensiteit/contrast aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma) Een veelgebruikt afdrukprofiel registreren...
  • Pagina 416 Beschrijving van het tabblad Afdruk Op het tabblad Afdruk (Main) kunt u basisafdrukinstellingen opgeven in overeenstemming met het mediumtype. Voor een normale afdruktaak volstaat het instellingen op dit tabblad op te geven. Voorbeeld van instellingen De afbeelding van het vel papier laat zien hoe het origineel eruitziet op een vel papier. Zo kunt u de algemene indeling controleren.
  • Pagina 417 Laat zien hoe het afdrukresultaat eruitziet voordat u de gegevens daadwerkelijk afdrukt. Schakel dit selectievakje in als u een afdrukvoorbeeld wilt zien voordat u gaat afdrukken. Belangrijk • Als u het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld wilt gebruiken, moet Microsoft .NET Framework 4 Client Profile op uw computer zijn geïnstalleerd. Standaard (Defaults) Hiermee herstelt u de standaardwaarden van alle instellingen die u hebt gewijzigd.
  • Pagina 418 Belangrijk • Bepaalde niveaus voor afdrukkwaliteit kunnen niet worden geselecteerd bij bepaalde instellingen voor Mediumtype (Media Type). Opmerking • De kwaliteitsmodi Hoog (High), Standaard (Standard) en Klad (Draft) zijn gekoppeld aan de schuifregelaar. Wanneer de schuifregelaar wordt verplaatst, worden daarom links de bijbehorende kwaliteit en waarde weergegeven.
  • Pagina 419 Helderheid (Brightness) Hier selecteert u de helderheid van de afdruk. U kunt het niveau van puur wit en zwart niet wijzigen. U kunt echter wel de helderheid van de kleuren tussen wit en zwart wijzigen. Intensiteit (Intensity) Hier past u de algehele intensiteit van de afdruk aan. Wanneer u de schuifregelaar naar rechts schuift, neemt de intensiteit toe en wanneer u de schuifregelaar naar links schuift, neemt de intensiteit af.
  • Pagina 420 • Als Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) is geselecteerd op het tabblad Afdruk (Main), is Kleurcorrectie (Color Correction) lichtgrijs en niet beschikbaar voor selectie. Driververgelijking (Driver Matching) Met Canon Digital Photo Color kunt u sRGB-gegevens afdrukken met kleurtinten waaraan de meeste mensen de voorkeur geven.
  • Pagina 421 ICM (ICC-profielvergelijking (ICC Profile Matching)) Past de kleuren aan volgens een ICC-profiel tijdens het afdrukken. Geef op welk invoerprofiel moet worden gebruikt. Belangrijk • Als de toepassing zo is ingesteld dat ICM is uitgeschakeld, is ICM (ICC-profielvergelijking (ICC Profile Matching)) niet beschikbaar voor Kleurcorrectie (Color Correction) en worden de afbeeldingsgegevens mogelijk niet correct worden afgedrukt door de printer.
  • Pagina 422 Beschrijving van het tabblad Pagina-instelling Op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) kunt u bepalen hoe een document op het papier moet worden geplaatst. Op dit tabblad kunt u ook het aantal afdrukken en de afdrukvolgorde opgeven. Als de toepassing waarmee het document is gemaakt een vergelijkbare functie heeft, geeft u deze instellingen op met de toepassing.
  • Pagina 423 selectievakje 90 graden naar links roteren als afdrukstand [Liggend] is (Rotate 90 degrees left when orientation is [Landscape]) in. 180 graden roteren (Rotate 180 degrees) Het document wordt afgedrukt waarbij het 180 graden wordt gedraaid ten opzichte van de invoerrichting van het papier.
  • Pagina 424 Op schaal (Scaled) Documenten kunnen worden vergroot of verkleind tijdens het afdrukken. Geef het formaat op bij Papierformaat printer (Printer Paper Size) of geef een schaalfactor op in het vak Schaling (Scaling). Schaling (Scaling) Hier geeft u een vergrotings- of verkleiningsfactor op voor het document dat u wilt afdrukken. Pagina-indeling (Page Layout) U kunt meerdere documentpagina's afdrukken op één vel papier.
  • Pagina 425 Afdrukstand (Orientation) en Pagina-indeling (Page Layout). Schakel Nietmarge (Stapling Side) in en selecteer een optie in de lijst om deze te wijzigen. Marge instellen... (Specify Margin...) Hiermee opent u het Dialoogvenster Marge instellen (Specify Margin). U kunt de breedte van de marge opgeven. Aantal (Copies) Hier geeft u het aantal exemplaren op dat u wilt afdrukken.
  • Pagina 426 Dialoogvenster Aangepast papierformaat (Custom Paper Size) In dit dialoogvenster kunt u het formaat (breedte en hoogte) van het aangepaste papier opgeven. Eenheden (Units) Selecteer de eenheid voor het opgeven van een door de gebruiker gedefinieerd papierformaat. Papierformaat (Paper Size) Hier geeft u waarden voor Breedte (Width) en Hoogte (Height) voor het aangepaste papier op. De afmetingen worden weergegeven op basis van de eenheid die u hebt opgegeven bij Eenheden (Units).
  • Pagina 427 "Knippen/Plakken" afdrukken in marges (Print "Cut/Paste" in margins) Hier geeft u aan of u de woorden 'Knippen' en 'Plakken' wilt afdrukken in de marges. Deze woorden fungeren als hulpmiddel wanneer u de pagina's aan elkaar plakt om een poster te maken. Schakel dit selectievakje in om de woorden af te drukken.
  • Pagina 428 pagina. In dit dialoogvenster kunt u instellen of een pagina bij het afdrukken moet worden verkleind, zodat het document op één pagina past. Afdrukken op normaal formaat (Use normal-size printing) Hiermee worden de documentpagina's afgedrukt zonder dat ze worden verkleind. Dit is de standaardinstelling.
  • Pagina 429 Belangrijk • Zelfs als dit selectievakje is ingeschakeld, wordt slechts een deel van de informatie in het kleurprofiel uitgeschakeld en kan het kleurprofiel nog steeds worden gebruikt om af te drukken. • Normaal gesproken schakelt u dit selectievakje uit. Papiergroepen opheffen (Ungroup Papers) Hier stelt u de weergavemethode voor Mediumtype (Media Type), Paginaformaat (Page Size) en Papierformaat printer (Printer Paper Size) in.
  • Pagina 430 correct worden afgedrukt. Selecteer in dat geval Aan (On). Selecteer Uit (Off) als u deze functie niet gebruikt. Belangrijk • Als u deze functie gebruikt, kan de afdrukkwaliteit afnemen, afhankelijk van de afdrukgegevens. Eenheid voor verwerking van afdrukgegevens (Unit of Print Data Processing) Hier selecteert u de verwerkingseenheid van de afdrukgegevens die naar de printer worden gezonden.
  • Pagina 431 Schakel dit selectievakje uit als u de stempel wilt afdrukken over de documentgegevens. De afgedrukte gegevens worden mogelijk verborgen door de stempel. Opmerking • U kunt Semitransparante stempel afdrukken (Print semitransparent stamp) alleen gebruiken met het XPS-printerstuurprogramma. Alleen eerste pagina (Stamp first page only) Hiermee selecteert u of de stempel alleen moet worden afgedrukt op de eerste pagina of op alle pagina's als het document uit twee of meer pagina's bestaat.
  • Pagina 432 Belangrijk • Stempeltekst (Stamp Text) is niet beschikbaar als Datum/tijd/gebruikersnaam (Date/Time/ User Name) is geselecteerd. TrueType-lettertype (TrueType Font) Hier selecteert u het lettertype voor de tekst van de stempel. Stijl (Style) Hier selecteert u de tekenstijl voor de tekst van de stempel. Grootte (Size) Hier selecteert u de tekengrootte voor de tekst van de stempel.
  • Pagina 433 Positie (Position) Hier geeft u de positie van de stempel op de pagina op. Als u Aangepast (Custom) selecteert in de lijst, kunt u rechtstreeks waarden invoeren voor de coördinaten X-positie (X-Position) en Y-positie (Y-Position). Afdrukstand (Orientation) Hier geeft u de rotatiehoek voor de stempel op. U kunt de hoek instellen door een waarde in graden in te voeren.
  • Pagina 434 Bestand (File) Hier geeft u de naam op van het bitmapbestand dat u als achtergrond wilt gebruiken. Bestand selecteren... (Select File...) Hiermee opent u het dialoogvenster waarmee u een bestand kunt openen. Klik op deze knop om het bitmapbestand (.bmp) te selecteren dat u als achtergrond wilt gebruiken. Lay-outmethode (Layout Method) Hier geeft u aan hoe de achtergrondafbeelding op het papier moet worden geplaatst.
  • Pagina 435 Beschrijving van het tabblad Onderhoud Op het tabblad Onderhoud (Maintenance) kunt u onderhoudswerkzaamheden uitvoeren aan de printer of de instellingen van de printer wijzigen. Reiniging (Cleaning) Hiermee voert u een reiniging van de printkop uit. Bij het reinigen van de printkop worden de spuitopeningen vrijgemaakt. Voer deze reiniging uit wanneer de afdruk vaag is of een bepaalde kleur niet wordt afgedrukt, ook al zijn alle inktniveaus hoog genoeg.
  • Pagina 436 Uitlijning printkop (Print Head Alignment) Bij het uitlijnen van de printkoppen worden de installatieposities van de printkop gecorrigeerd waardoor kleuren en lijnen beter worden afgedrukt. Lijn de printkop direct uit nadat u de printkop hebt geplaatst. Wanneer u klikt op Uitlijning printkop (Print Head Alignment), wordt het Dialoogvenster Uitlijning printkop starten (Start Print Head Alignment) weergegeven.
  • Pagina 437 Reiniging rollen (Roller Cleaning) Hiermee reinigt u de papierinvoerrollen. Het papier wordt mogelijk niet correct ingevoerd als zich stof heeft gehecht op de papierinvoerrollen. Reinig in dat geval de papierinvoerrollen om het afdrukresultaat te verbeteren. Printer uit (Power Off) Hiermee schakelt u de printer uit via het printerstuurprogramma. Gebruik deze functie om de printer uit te schakelen wanneer u niet op de knop AAN (AAN/UIT) op de printer kunt drukken omdat u geen toegang hebt tot de printer.
  • Pagina 438 Als dit gebeurt, klikt u op OK om de meest recente instellingen op de computer weer te geven. Afdrukgeschiedenis weergeven (View Print History) Deze functie start het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld en geeft de afdrukgeschiedenis weer. Opmerking • U kunt deze functie alleen gebruiken met het XPS-printerstuurprogramma.
  • Pagina 439 (Print Head Alignment) weergegeven. In dit dialoogvenster kunt u het afgedrukte raster controleren en de positie van de printkop aanpassen. Voorbeeldvenster Hier wordt het raster van Uitlijning printkop (Print Head Alignment) weergegeven en de positie van het geselecteerde raster gecontroleerd. U kunt de instelling ook wijzigen door rechtstreeks te klikken op het raster op het scherm.
  • Pagina 440 • Een andere optie dan Normaal papier (Plain Paper), Envelop (Envelope), Ink Jet Hagaki (A), Hagaki K (A), Hagaki (A) of Hagaki is geselecteerd voor Mediumtype (Media Type) op het tabblad Afdruk (Main) • Zonder marges (Borderless) is geselecteerd in de lijst Pagina-indeling (Page Layout) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) •...
  • Pagina 441 Wat u ook gebruikt om de stille modus in te stellen, deze modus wordt toegepast als u bewerkingen uitvoert vanaf het bedieningspaneel van de printer of als u afdrukt of scant vanaf de computer. • Als u een tijd opgeeft voor Stille modus gebruiken op opgegeven tijden (Use quiet mode during specified hours), wordt de stille modus niet toegepast op bewerkingen (zoals kopiëren of direct afdrukken) die rechtstreeks vanaf de printer worden uitgevoerd.
  • Pagina 442 schuifregelaar naar links schuift, is de wachttijd korter. Als het papier inktvlekken bevat, omdat de volgende pagina wordt uitgeworpen voordat de inkt op de afgedrukte pagina heeft kunnen drogen, verhoogt u de droogtijd voor de inkt. Wanneer u de droogtijd verlaagt, verloopt het afdrukken sneller. Dialoogvenster Info (About) Wanneer u klikt op Info (About), wordt het dialoogvenster Info (About) weergegeven.
  • Pagina 443 Beschrijving van Canon IJ-afdrukvoorbeeld Canon IJ-afdrukvoorbeeld is een toepassing die de afdrukresultaten op het scherm laat zien voordat er daadwerkelijk wordt afgedrukt. Hierbij worden de instellingen gebruikt die in het printerstuurprogramma zijn opgegeven. Op deze manier kunt u de indeling, de afdrukvolgorde en het aantal pagina's van een document controleren. U kunt ook de instelling voor het mediumtype en de papierbron wijzigen.
  • Pagina 444 • Als de instelling Pagina-indeling (Page Layout) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) is ingesteld op Pagina-indeling (Page Layout), Tegels/poster (Tiling/Poster) of Boekje (Booklet), is het aantal pagina's het aantal vellen dat wordt gebruikt om af te drukken en niet het aantal pagina's in het originele document dat is gemaakt met de toepassing.
  • Pagina 445 Canon IJ-afdrukvoorbeeld gesloten. Knop Afdrukken annuleren (Cancel Printing) Hiermee beëindigt u het Canon IJ-afdrukvoorbeeld en annuleert u het afdrukken van het document dat wordt weergegeven in het voorbeeldscherm. U kunt op deze knop klikken terwijl documenten in de wachtrij worden geplaatst.
  • Pagina 446 Beschrijving van Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld is een toepassing die de afdrukresultaten op het scherm laat zien voordat er daadwerkelijk wordt afgedrukt. Hierbij worden de instellingen gebruikt die in het printerstuurprogramma zijn opgegeven. Op deze manier kunt u de indeling, de afdrukvolgorde en het aantal pagina's van een document controleren. Via dit voorbeeld kunt u ook het afgedrukte document of de afgedrukte pagina's bewerken, de afdrukinstellingen wijzigen en andere functies uitvoeren.
  • Pagina 447 Hiermee voegt u het document dat is opgeslagen in de afdrukgeschiedenis toe aan de documentenlijst. Afsluiten (Exit) Hiermee beëindigt u het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld. De resterende documenten in de documentenlijst worden uit de lijst verwijderd. Deze opdracht heeft dezelfde functie als Afsluiten (Exit) in het gebied met afdrukinstellingen.
  • Pagina 448 Eén omlaag (Move Down One) Hiermee verplaatst u het geselecteerde afdrukdocument één positie omlaag. Als het geselecteerde document het laatste document is, is deze opdracht lichtgrijs en kan deze niet worden geselecteerd. Naar laatste (Move to Last) Hiermee verplaatst u het geselecteerde afdrukdocument naar het eind van de documentenlijst.
  • Pagina 449 Naar eerste (Move to First) Hiermee verplaatst u de geselecteerde pagina naar het begin van het document. Als de geselecteerde pagina de eerste pagina is, is deze opdracht lichtgrijs en kan deze niet worden geselecteerd. Eén vooruit (Move Forward One) Hiermee verplaatst u de geselecteerde pagina één positie naar voren.
  • Pagina 450 Eerste pagina (First Page) Hiermee geeft u de eerste pagina van het document weer. Als de weergegeven pagina de eerste pagina is, is deze opdracht lichtgrijs en kan deze niet worden geselecteerd. Vorige pagina (Previous Page) Hiermee wordt de pagina voor de momenteel weergegeven pagina weergegeven. Als de weergegeven pagina de eerste pagina is, is deze opdracht lichtgrijs en kan deze niet worden geselecteerd.
  • Pagina 451 Selecteer Pagina-informatie (Page Information), Indeling (Layout) of Handmatige kleuraanpassing (Manual Color Adjustment). Menu Help Wanneer u deze menuoptie selecteert, wordt het Help-venster voor het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld weergegeven en kunt u de versie en copyrightinformatie controleren. (Afdrukken) Hiermee drukt u de geselecteerde documenten in de lijst met documenten af.
  • Pagina 452 (Eén omlaag) Hiermee verplaatst u het geselecteerde afdrukdocument één positie omlaag. Als het geselecteerde document het laatste document is, is deze opdracht lichtgrijs en kan deze niet worden geselecteerd. (Naar laatste) Hiermee verplaatst u het geselecteerde afdrukdocument naar het eind van de documentenlijst. Als het geselecteerde document het laatste document is, is deze opdracht lichtgrijs en kan deze niet worden geselecteerd.
  • Pagina 453 Papierformaat printer (Printer Paper Size) Hier wordt het papierformaat weergegeven van het document dat u wilt afdrukken. Mediumtype (Media Type) Hier kunt u het mediumtype selecteren voor het document dat u wilt afdrukken. Papierbron (Paper Source) Hier kunt u de papierbron selecteren voor het document dat u wilt afdrukken. Pagina-indeling (Page Layout) Hier wordt de pagina-indeling weergegeven van het document dat u wilt afdrukken.
  • Pagina 454 Als het aantal afdrukken niet kan worden gewijzigd voor het afdrukdocument, is dit item lichtgrijs en niet beschikbaar. Afsluiten (Exit) Hiermee beëindigt u het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld. De resterende documenten in de documentenlijst worden uit de lijst verwijderd. Afdrukken (Print) Hiermee drukt u de geselecteerde documenten in de lijst met documenten af.
  • Pagina 455 Overzicht van Canon IJ-statusmonitor Met de Canon IJ-statusmonitor kunt u de status van de printer en de inkt controleren aan de hand van afbeeldingen en berichten. U kunt informatie over het afgedrukte document en de voortgang van de afdruktaak controleren tijdens het afdrukken.
  • Pagina 456 Menu Optie (Option) Als u Statusmonitor inschakelen (Enable Status Monitor) selecteert wanneer een bericht met betrekking tot de printer wordt weergegeven, wordt de Canon IJ-statusmonitor gestart. Als Statusmonitor inschakelen (Enable Status Monitor) is geselecteerd, zijn de volgende opdrachten beschikbaar.
  • Pagina 457 Sluiten (Close) Hiermee sluit u het dialoogvenster Inktdetails (Ink Details) en keert u terug naar de Canon IJ-statusmonitor. Menu Help Wanneer u deze menuoptie selecteert, wordt het Help-venster voor de Canon IJ-statusmonitor weergegeven en kunt u de versie en copyrightinformatie controleren.
  • Pagina 458 MP Drivers bijwerken De nieuwste versie van MP Drivers ophalen Onnodige MP Drivers verwijderen Voordat u MP Drivers installeert MP Drivers installeren...
  • Pagina 459 De nieuwste versie van MP Drivers ophalen MP Drivers omvat een printerstuurprogramma en ScanGear (scannerstuurprogramma). Door MP Drivers bij te werken naar de nieuwste versie van MP Drivers, kunt u onopgeloste problemen mogelijk verhelpen. U kunt vanaf onze website de nieuwste MP Drivers voor uw model downloaden. Belangrijk •...
  • Pagina 460 Onnodige MP Drivers verwijderen Als u MP Drivers niet meer nodig hebt, kunt u dit verwijderen. Sluit alle actieve toepassingen voordat u MP Drivers gaat verwijderen. De procedure voor het verwijderen van MP Drivers is als volgt: 1. Start het verwijderprogramma •...
  • Pagina 461 Voordat u MP Drivers installeert In dit onderwerp worden de items beschreven die u moet controleren voordat u MP Drivers installeert. U moet dit gedeelte ook raadplegen als MP Drivers niet kan worden geïnstalleerd. De printerstatus controleren • Zet de printer uit. De instellingen van de computer controleren •...
  • Pagina 462 MP Drivers installeren U kunt vanaf onze website de nieuwste versie van MP Drivers en het XPS-printerstuurprogramma voor uw model downloaden. De procedure voor het installeren van de gedownloade MP Drivers is als volgt: 1. Zet de printer uit 2. Start het installatieprogramma Dubbelklik op het pictogram van het bestand dat u hebt gedownload.
  • Pagina 463 Afdrukken met Canon-toepassingen Handleiding voor My Image Garden Handleiding voor Easy-PhotoPrint+...
  • Pagina 464 Nieuwste versie My Image Garden V3.2.x Wij raden u aan de laatste versie van de toepassing te gebruiken. Ga naar de website van Canon en download de laatste toepassing. De versie controleren Eerdere versies Selecteer uw versie van My Image Garden.
  • Pagina 465 Afdrukken via een webservice PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken Afdrukken met Google Cloud Print...
  • Pagina 466 PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken Als u PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruikt, kunt u uw printer verbinden met een cloudservice, zoals CANON iMAGE GATEWAY, Evernote of Twitter, en de volgende functies gebruiken zonder dat u een computer nodig heeft: • Afbeeldingen afdrukken vanaf een fotodeelservice •...
  • Pagina 467 Afdrukken met Google Cloud Print Het apparaat is compatibel met Google Cloud Print™ (Google Cloud Print is een service die wordt aangeboden door Google Inc.). Met Google Cloud Print kunt u vanaf elke locatie afdrukken met toepassingen of services die Google Cloud Print ondersteunen.
  • Pagina 468 Een LAN-verbinding met het apparaat en een internetverbinding zijn vereist om het apparaat uit Google Cloud Print te verwijderen. Aan de internetverbinding zijn de gebruikelijke kosten verbonden.
  • Pagina 469 Een Google-account maken Als u wilt afdrukken met Google Cloud Print, hebt u een Google-account nodig en moet u het apparaat eerst registreren bij Google Cloud Print. Opmerking • Als u al een Google-account hebt, moet u het apparaat registreren bij Google Cloud Print. Het apparaat registreren bij Google Cloud Print Ga naar Google Cloud Print met de webbrowser op de computer of het mobiele apparaat en registreer de gevraagde gegevens.
  • Pagina 470 6. Selecteer Beheren (Manage) voor Google Cloud Print. 7. Als Canon MG3600 series en de knop Printers toevoegen (Add printers) worden weergegeven, selecteert u Printers toevoegen (Add printers). 8. Wanneer het bevestigingsbericht voor de registratie van het apparaat wordt weergegeven, selecteert u OK.
  • Pagina 471 Geef de printerstatus weer in een webbrowser. 3. Selecteer Webserviceverbinding instellen (Web service connection setup) -> Google Cloud Print instellen (Google Cloud Print setup) -> Registreren bij Google Cloud Print (Register with Google Cloud Print). Opmerking • Als u het apparaat al hebt geregistreerd bij Google Cloud Print, wordt een bevestigingbericht weergegeven waarin u wordt gevraagd het apparaat opnieuw te registreren.
  • Pagina 472 Afdrukken vanaf een computer of smartphone met Google Cloud Print Als u afdrukgegevens verzendt met Google Cloud Print, ontvangt het apparaat de afdrukgegevens en worden ze automatisch afgedrukt. Wanneer u afdrukt vanaf een smartphone, tablet, computer of ander apparaat met behulp van Google Cloud Print, moet u van tevoren papier in het apparaat plaatsen.
  • Pagina 473 5. Selecteer Afdrukken... (Print...) via (Chrome-menu). 6. Selecteer Wijzigen... (Change...) bij Bestemming (Destination). 7. Selecteer Canon MG3600 series in Google Cloud Print. 8. Selecteer Afdrukken (Print). Wanneer de voorbereiding voor het afdrukken met Google Cloud Print is voltooid, ontvangt het...
  • Pagina 474 Afdrukgegevens verzenden zonder internet In dit gedeelte wordt beschreven hoe u afdrukgegevens verzendt vanuit de browser Google Chrome op de computer. De stappen hangen af van het apparaat, de toepassingen of de services. Belangrijk • Hiervoor is een lokale netwerkverbinding met het apparaat nodig of moet de toegangspuntmodus op het apparaat worden ingeschakeld.
  • Pagina 475 7. Selecteer Canon MG3600 series bij Lokale bestemmingen (Local Destinations). 8. Selecteer Afdrukken (Print). Wanneer de voorbereiding voor het afdrukken met Google Cloud Print is voltooid, ontvangt het apparaat de afdrukgegevens en worden deze automatisch afgedrukt.
  • Pagina 476 6. Selecteer Beheren (Manage) voor Google Cloud Print. 7. Selecteer Beheren (Manage) naast Canon MG3600 series in de lijst met apparaten. 8. Selecteer Verwijderen (Delete). 9. Wanneer het bevestigingsbericht voor de verwijderen van het apparaat wordt weergegeven, selecteert u OK.
  • Pagina 477 4. Wanneer het bevestigingsbericht voor het verwijderen van het apparaat wordt weergegeven, selecteert u Ja (Yes).
  • Pagina 478 Afdrukken met een AirPrint-compatibele printer vanaf een Mac U kunt AirPrint gebruiken om af te drukken vanaf uw iPhone, iPad, iPod touch of Mac. AirPrint maakt het mogelijk foto's, e-mails, webpagina's en documenten af te drukken vanaf een iPhone, iPad, iPod touch of Mac zonder dat u stuurprogramma's moet installeren of apps of software moet downloaden.
  • Pagina 479 Opmerking • Als de functie Automatisch inschakelen van het apparaat is ingeschakeld, wordt het apparaat automatisch ingeschakeld wanneer afdrukgegevens worden ontvangen. Plaats papier. 3. Druk af met de toepassingssoftware. Het dialoogvenster Afdrukken wordt weergegeven. 4. Selecteer de naam van uw model die als AirPrint-printer is toegevoegd in de lijst Printer in het dialoogvenster Afdrukken.
  • Pagina 480 Afdrukken vanaf een smartphone/tablet Direct afdrukken vanaf een smartphone/tablet Afdrukken via een webservice...
  • Pagina 481 Direct afdrukken vanaf een smartphone/tablet Afdrukken met Android Afdrukken met een AirPrint-compatibele printer vanaf een iOS-apparaat Het apparaat met de toegangspuntmodus gebruiken...
  • Pagina 482 Afdrukken met Android De Canon-afdrukplug-in gebruiken Canon Print Service is een afdrukplug-in voor Android 4.4.2 of later die gratis beschikbaar is op Google Play. Als u de plug-in installeert en activeert, kunt u uw Android-smartphone of -tablet gebruiken om op een Canon-printer af te drukken via een draadloos LAN.
  • Pagina 483 Afdrukken met een AirPrint-compatibele printer vanaf een iOS- apparaat U kunt AirPrint gebruiken om af te drukken vanaf uw iPhone, iPad, iPod touch of Mac. AirPrint maakt het mogelijk foto's, e-mails, webpagina's en documenten af te drukken vanaf een iPhone, iPad, iPod touch of Mac zonder dat u stuurprogramma's moet installeren of apps of software moet downloaden.
  • Pagina 484 Plaats papier. 3. Tik op het bedieningspictogram om menuopties van toepassingen op uw iOS-apparaat weer te geven. De onderstaande afbeelding toont een voorbeeld van afdrukken vanuit de webbrowser op de iPad. Het uiterlijk van het scherm hangt af van het apparaat of de toepassing. 4.
  • Pagina 485 Belangrijk • Omdat niet alle toepassingen AirPrint ondersteunen, wordt Printeropties (Printer Options) mogelijk niet weergegeven. Als u in een toepassing de printeropties niet kunt gebruiken, dan kunt u vanuit die toepassing niet afdrukken. Opmerking • De Printeropties (Printer Options) kunnen verschillen, afhankelijk van de toepassing die u gebruikt.
  • Pagina 486 • Uw toepassing kan mogelijk andere papierformaten ondersteunen. De afdrukstatus controleren Tijdens het afdrukken wordt het pictogram Afdrukcentrum (Print Center) weergegeven in de lijst met recent gebruikte toepassingen. Wanneer u dit pictogram aanraakt, wordt de voortgang van de afdruk weergegeven. Druk tweemaal op de Home-knop op het iOS-apparaat om de Multitasking-modus in te schakelen.
  • Pagina 487 Het apparaat met de toegangspuntmodus gebruiken In de toegangspuntmodus kunt u afdrukken of scannen door het apparaat via een draadloze verbinding te verbinden met bijvoorbeeld een computer, smartphone of tablet in een omgeving waarin geen draadloze router beschikbaar is. Daarnaast kunt u de printer zonder draadloze router met een apparaat verbinden, zelfs als een draadloze router beschikbaar is.
  • Pagina 488 Raadpleeg de handleiding van het apparaat voor meer informatie over het inschakelen van draadloze communicatie. 2. Selecteer 'XXXXXX-MG3600 series' ('XXXXXX' staat voor de laatste zes cijfers van het MAC-adres van de printer) in de lijst die wordt weergegeven op het apparaat.
  • Pagina 489 Draadloos LAN is uitgeschakeld als het AAN (ON)-lampje brandt en niet meer knippert en het Wi-Fi-lampje uit is. Toegangspuntmodus instellen De beginwaarde van de toegangspuntmodus wordt als volgt ingesteld. SSID (toegangspuntnaam) XXXXXX-MG3600series * 'XXXXXX' staat voor de laatste zes cijfers van het MAC-adres van het apparaat. Beveiligingsinstelling WPA2-PSK (AES) Wachtwoord...
  • Pagina 490 Afdrukken via een webservice PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken Afdrukken met Google Cloud Print...
  • Pagina 491 PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken Als u PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruikt, kunt u uw printer verbinden met een cloudservice, zoals CANON iMAGE GATEWAY, Evernote of Twitter, en de volgende functies gebruiken zonder dat u een computer nodig heeft: • Afbeeldingen afdrukken vanaf een fotodeelservice •...
  • Pagina 492 Afdrukken met Google Cloud Print Het apparaat is compatibel met Google Cloud Print™ (Google Cloud Print is een service die wordt aangeboden door Google Inc.). Met Google Cloud Print kunt u vanaf elke locatie afdrukken met toepassingen of services die Google Cloud Print ondersteunen.
  • Pagina 493 Een LAN-verbinding met het apparaat en een internetverbinding zijn vereist om het apparaat uit Google Cloud Print te verwijderen. Aan de internetverbinding zijn de gebruikelijke kosten verbonden.
  • Pagina 494 Afdrukken vanaf een digitale camera Foto's rechtstreeks afdrukken vanaf een PictBridge-compatibel apparaat (draadloos LAN) PictBridge-afdrukinstellingen (draadloos LAN)
  • Pagina 495 Foto's rechtstreeks afdrukken vanaf een PictBridge-compatibel apparaat (draadloos LAN) U kunt een PictBridge-compatibel apparaat (draadloos LAN), zoals een digitale camera, een camcorder of een mobiele telefoon, met het apparaat verbinden via een draadloos LAN, zodat u opgeslagen foto's rechtstreeks kunt afdrukken zonder daarbij een computer te gebruiken. Apparaten die u kunt aansluiten: PictBridge-compatibel apparaat (draadloos LAN) Indeling afdrukbare beeldgegevens:...
  • Pagina 496 4. Geef afdrukinstellingen zoals de papiersoort en indeling op. U kunt instellingen opgeven via het menu op het PictBridge-compatibele apparaat (draadloos LAN). Selecteer het papierformaat en de papiersoort die u in het apparaat hebt geplaatst. Instellingen op een PictBridge-compatibel apparaat (draadloos LAN) 5.
  • Pagina 497 Opmerking • In de volgende beschrijving worden de namen van instellingen gebruikt van PictBridge-compatibele apparaten (draadloos LAN) van het merk Canon. De namen van de instellingen kunnen afwijken, afhankelijk van het merk of model van uw apparaat. • Mogelijk zijn niet alle hieronder beschreven instellingen beschikbaar op bepaalde apparaten.
  • Pagina 498 -A4/Letter: 4-up -Fotostickers: 2-up, 4-up, 9-up, 16-up. *2 Als u met een PictBridge-compatibel apparaat (draadloos LAN) van het merk Canon items selecteert met de markering 'i', kunt u opnamegegevens (Exif Data) afdrukken in een lijstindeling (20-up) of op de marges van de geselecteerde gegevens (1-up). (Deze functie is mogelijk niet beschikbaar met sommige PictBridge-compatibele apparaten (draadloos LAN) van Canon.)
  • Pagina 499 Kopiëren Kopieën maken op Normaal papier Kopiëren op fotopapier Basisbeginselen Overschakelen tussen het papierformaat Kopiëren vanaf een smartphone/tablet A4 en Letter...
  • Pagina 500 Kopieën maken op Normaal papier Plaats het origineel op de glasplaat om te kopiëren op normaal papier met het formaat A4. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Plaats normaal papier van A4- of Letter-formaat. Plaats een origineel op de glasplaat. 4.
  • Pagina 501 U kunt de afdrukkwaliteit instellen op 'Klad' (snelheid heeft prioriteit) door de volgende stappen uit te voeren. 1. Druk in stap 5 op de knop Kleur (Color) of Zwart (Black) en houd deze ten minste 2 seconden ingedrukt. Het AAN (ON)-lampje knippert één keer. 2.
  • Pagina 502 Kopiëren op fotopapier U kunt het geplaatste orgineel kopiëren op fotopapier van 10 x 15 cm / 4 x 6 inch zonder marges. Het origineel wordt automatisch vergroot of verkleind zodat het past op het geselecteerde papierformaat. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Plaats fotopapier van 10 x 15 cm / 4 x 6 inch.
  • Pagina 503 Overschakelen tussen het papierformaat A4 en Letter In de voorste lade kunt u papier laden met het formaat A4- of Letter. Deze instelling is handig als u gewoonlijk papier van Letter-formaat in de voorste lade plaatst. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. 2.
  • Pagina 504 Kopiëren vanaf een smartphone/tablet Als u Canon PRINT Inkjet/SELPHY installeert op uw smartphone of tablet, kunt u een origineel kopiëren waarbij u de instellingen op uw smartphone/tablet controleert. U kunt Canon PRINT Inkjet/SELPHY downloaden via de App Store en Google Play.
  • Pagina 505 Scannen Scannen vanaf een computer (Windows) Scannen vanaf een computer (Mac OS) Scannen met een smartphone/tablet...
  • Pagina 506 Scannen vanaf een computer (Windows) IJ Scan Utility gebruiken Scannen met toepassingssoftware (ScanGear) Andere scanmethoden Het menu en instellingenvenster van IJ Network Scanner Selector EX Scantips Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) Scaninstellingen voor het netwerk...
  • Pagina 507 IJ Scan Utility gebruiken Wat is IJ Scan Utility (scannersoftware)? IJ Scan Utility starten Eenvoudig scannen met Automatische scan Basisbeginselen Documenten scannen Foto's scannen Scannen met voorkeursinstellingen Originelen scannen die groter zijn dan de glasplaat (Afbeelding samenvoegen) Bijsnijdkaders aanpassen in het venster Afbeelding samenvoegen Meerdere originelen tegelijk scannen Opslaan na controle van de scanresultaten Gescande afbeeldingen via e-mail verzenden...
  • Pagina 508 Wat is IJ Scan Utility (scannersoftware)? IJ Scan Utility is een toepassing waarmee u op eenvoudige wijze documenten, foto's en dergelijke kunt scannen. U kunt in één handeling scannen en opslaan door op het bijbehorende pictogram in het hoofdscherm van IJ Scan Utility te klikken.
  • Pagina 509 Belangrijk • Sommige functies zijn alleen beschikbaar wanneer My Image Garden is geïnstalleerd. Opmerking • Raadpleeg 'Dialoogvenster Instellingen' voor informatie over het instellen van de toepassingen waarmee geïntegreerd moet worden.
  • Pagina 510 Als IJ Scan Utility niet op het startscherm wordt weergegeven, selecteert u de charm Zoeken (Search) en zoekt u vervolgens naar 'IJ Scan Utility'. Windows 7/Windows Vista/Windows XP: Selecteer in het menu Start achtereenvolgens Alle Programma's (All Programs) > Canon Utilities > IJ Scan Utility > IJ Scan Utility om IJ Scan Utility te starten.
  • Pagina 511 Eenvoudig scannen met Automatische scan U kunt eenvoudig scannen door automatisch het itemtype te detecteren. Belangrijk • De volgende typen items worden mogelijk niet goed gescand. In dat geval past u de bijsnijdkaders (scangebieden) aan in de volledige afbeeldingsweergave van ScanGear (scannerstuurprogramma) en voert u de scan opnieuw uit.
  • Pagina 512 Documenten scannen U kunt via dit scherm items die op de plaat zijn geplaatst scannen met instellingen die geschikt zijn voor documenten. 1. Plaats het item op de glasplaat. Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) IJ Scan Utility starten. 3. Klik op Instellingen (Settings...) en stel in het dialoogvenster Instellingen (Document scannen) (Settings (Document Scan)) het papierformaat, de resolutie en dergelijke naar...
  • Pagina 513 Foto's scannen U kunt via dit scherm foto's die op de plaat zijn geplaatst scannen met instellingen die geschikt zijn voor foto's. 1. Plaats de foto op de plaat. Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) IJ Scan Utility starten. 3. Klik op Instellingen (Settings...) en stel in het dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) (Settings (Photo Scan)) het papierformaat, de resolutie en dergelijke naar wens in.
  • Pagina 514 Scannen met voorkeursinstellingen U kunt via dit scherm items die op de plaat zijn geplaatst scannen met uw voorkeursinstellingen die u eerder hebt opgeslagen. Dit is een gemakkelijke manier om veelgebruikte instellingen op te slaan of scaninstellingen in detail op te geven.
  • Pagina 515 Originelen scannen die groter zijn dan de glasplaat (Afbeelding samenvoegen) U kunt de linker- en rechterhelft van een item dat groter is dan de plaat scannen en deze tot één afbeelding samenvoegen. Items scannen die maximaal ongeveer twee keer zo groot zijn dan de glasplaat worden ondersteund.
  • Pagina 516 5. Zorg dat Links beginnen met scannen (Scan from Left) is geselecteerd in Richting selecteren (Scan Direction). 6. Plaats het item dat aan de linkerkant van het scherm moet worden weergegeven met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. 7.
  • Pagina 517 Het eerste item wordt gescand en verschijnt in 1. Opmerking • Klik op Annuleren (Cancel) om het scannen te annuleren. 8. Plaats het item dat aan de rechterkant van het scherm moet worden weergegeven met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. 9.
  • Pagina 518 Opmerking • Klik op Annuleren (Cancel) om het scannen te annuleren. 10. Pas de gescande afbeeldingen desgewenst aan. Gebruik de taakbalk om te draaien of in/uit te zoomen, of sleep de afbeeldingen om hun posities aan te passen. Opmerking • Selecteer het selectievakje Bijsnijdkaders aanpassen (Adjust cropping frames) om het gebied dat moet worden opgeslagen op te geven.
  • Pagina 519 De gecombineerde afbeelding wordt opgeslagen. Opmerking • Raadpleeg 'Venster Afbeelding samenvoegen' voor meer informatie over het venster Afbeelding samenvoegen (Image Stitch). • U kunt geavanceerde instellingen opgeven in het dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) (Settings (Scan and Stitch)) dat wordt weergegeven door te klikken op Instellingen (Settings...).
  • Pagina 520 Bijsnijdkaders aanpassen in het venster Afbeelding samenvoegen Met bijsnijden selecteert u het gebied in een afbeelding dat u wilt behouden en verwijdert u de rest tijdens het scannen. In het venster Afbeelding samenvoegen (Image Stitch) kunt u een bijsnijdkader opgeven voor de afbeelding die in het voorbeeldgebied wordt weergegeven.
  • Pagina 521 Meerdere originelen tegelijk scannen U kunt twee of meer foto's (kleine items) die op de glasplaat zijn geplaatst tegelijk scannen en elke afbeelding apart opslaan. Belangrijk • De volgende typen items worden mogelijk niet goed gescand. In dat geval past u de bijsnijdkaders (scangebieden) aan in de volledige afbeeldingsweergave van ScanGear (scannerstuurprogramma) en voert u de scan opnieuw uit.
  • Pagina 522 4. Klik op Aangepast scannen (Custom Scan). 5. Kies bij Bron selecteren (Select Source) het type items dat u wilt scannen. 6. Selecteer Automatisch scannen (Auto scan) bij Papierformaat (Paper Size) en klik vervolgens op OK.
  • Pagina 523 Het hoofdvenster IJ Scan Utility verschijnt. Opmerking • Raadpleeg de volgende pagina's voor meer informatie over de instellingsitems in het dialoogvenster Instellingen. Dialoogvenster Instellingen (Document scannen) Dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) 7. Klik op Aangepast (Custom). Er worden meerdere items tegelijk gescand. Opmerking •...
  • Pagina 524 Opslaan na controle van de scanresultaten U kunt de scanresultaten controleren en de afbeeldingen vervolgens op een computer opslaan. Belangrijk • U kunt de scanresultaten niet vóór het opslaan controleren wanneer u hebt gescand via Auto. Opmerking • De vensters voor het scannen van foto's worden in de volgende beschrijvingen als voorbeeld gebruikt. IJ Scan Utility starten.
  • Pagina 525 Het hoofdvenster IJ Scan Utility verschijnt. Opmerking • Raadpleeg de volgende pagina's voor meer informatie over de instellingsitems in het dialoogvenster Instellingen. Dialoogvenster Instellingen (Document scannen) Dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) Dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) Dialoogvenster Instellingen (ScanGear) 5.
  • Pagina 526 U kunt de volgorde van afbeeldingen of de opties voor het opslaan van bestanden wijzigen in het dialoogvenster Instellingen opslaan (Save Settings). Opmerking • Standaard worden de volgende mappen gebruikt als opslaglocatie. • Windows 8.1: map Documenten (Documents) • Windows 8: map Mijn documenten (My Documents) •...
  • Pagina 527 Gescande afbeeldingen via e-mail verzenden U kunt gescande afbeeldingen via e-mail verzenden. Opmerking • De vensters voor het scannen van foto's worden in de volgende beschrijvingen als voorbeeld gebruikt. IJ Scan Utility starten. 2. Klik op Instellingen (Settings...). dialoogvenster Instellingen wordt weergegeven.
  • Pagina 528 Opmerking • U kunt e-mailclients voor bijlagen toevoegen in het keuzemenu. • Als Geen (handmatig toevoegen) (None (Attach Manually)) is geselecteerd, moet u gescande en opgeslagen afbeeldingen handmatig toevoegen aan een e-mail. 5. Klik op OK. Het hoofdvenster IJ Scan Utility verschijnt. Opmerking •...
  • Pagina 529 Dialoogvenster Instellingen (Automatisch scannen) Dialoogvenster Instellingen (Document scannen) Dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) Dialoogvenster Instellingen (ScanGear) 6. Klik op Foto (Photo). Het scannen begint. Na afloop van het scannen wordt de gespecificeerde e-mailclient gestart en worden de afbeeldingen aan een nieuw bericht toegevoegd.
  • Pagina 530 Tekst extraheren van gescande afbeeldingen (OCR) U kunt tekst in gescande tijdschriften en kranten scannen en weergeven in een teksteditor. Opmerking • U kunt tekst extraheren tijdens het scannen via Document, Aangepast (Custom) of ScanGear. • De vensters voor het scannen van documenten worden in de volgende beschrijvingen als voorbeeld gebruikt.
  • Pagina 531 Opmerking • Als een compatibele toepassing is geïnstalleerd, wordt de tekst in de afbeelding geëxtraheerd en weergegeven in de teksteditor. De tekst die wordt weergegeven, hangt af van de Documenttaal (Document Language) in het dialoogvenster Instellingen (Algemene instellingen) (Settings (General Settings)).
  • Pagina 532 Opmerking • Raadpleeg de volgende pagina's voor meer informatie over de instellingsitems in het dialoogvenster Instellingen. Dialoogvenster Instellingen (Document scannen) Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) Dialoogvenster Instellingen (ScanGear) 6. Klik op Document. Het scannen begint. Als het scannen is voltooid worden de gescande afbeeldingen opgeslagen volgens de instellingen en verschijnt de geëxtraheerde tekst in de opgegeven toepassing.
  • Pagina 533 Schermen van IJ Scan Utility Hoofdscherm van IJ Scan Utility Dialoogvenster Instellingen Dialoogvenster Instellingen (Automatisch scannen) Dialoogvenster Instellingen (Document scannen) Dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) Dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) Dialoogvenster Instellingen (ScanGear) Dialoogvenster Instellingen (Algemene instellingen) Dialoogvenster Instellingen opslaan Venster Afbeelding samenvoegen...
  • Pagina 534 'IJ Scan Utility'. Windows 7/Windows Vista/Windows XP: Selecteer in het menu Start achtereenvolgens Alle Programma's (All Programs) > Canon Utilities > IJ Scan Utility > IJ Scan Utility om IJ Scan Utility te starten. U kunt in één handeling scannen en opslaan door op het bijbehorende pictogram te klikken.
  • Pagina 535 Instellingen voor scannen/opslaan en de reactie na scannen kunnen worden opgegeven in het dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) (Settings (Custom Scan)). Samenvoegen (Stitch) Toont het venster Afbeelding samenvoegen (Image Stitch) waarin u de linker- en rechterhelft van een item dat groter is dan de plaat kunt scannen en deze tot één afbeelding kunt samenvoegen. Instellingen voor scannen/opslaan en de reactie na scannen kunnen worden opgegeven in het dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) (Settings (Scan and Stitch)).
  • Pagina 536 Dialoogvenster Instellingen In het dialoogvenster Instellingen bevinden zich twee tabbladen: (Scannen vanaf een computer) en (Algemene instellingen). Als u op een tabblad klikt verandert de weergave in het rode kader en kunt u geavanceerde instellingen voor de functies op elk tabblad opgeven. (Scannen vanaf een computer) U kunt opgeven hoe moet worden gereageerd als er wordt gescand vanaf IJ Scan Utility of My Image Garden.
  • Pagina 537 Dialoogvenster Instellingen (Automatisch scannen) Klik op Automatisch scannen (Auto Scan) op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (Automatisch scannen) (Settings (Auto Scan)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Automatisch scannen) (Settings (Auto Scan)) kunt u geavanceerde scaninstellingen opgeven om te scannen via automatische dectectie van het type item.
  • Pagina 538 • Lange, smalle items, zoals panoramafoto's • Reflecterende disclabels worden mogelijk niet zoals verwacht gescand. • Plaats de te scannen items goed op de plaat. Anders worden de items mogelijk niet goed gescand. Raadpleeg 'Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer)' voor informatie over het plaatsen van items.
  • Pagina 539 Belangrijk • Wanneer het dialoogvenster Instellingen wordt weergegeven in My Image Garden wordt deze optie niet weergegeven. Gegevensindeling (Data Format) Automatisch (Auto) is geselecteerd. De volgende gegevensindelingen worden bij het opslaan automatisch toegepast volgens het type item. • Foto's, ansichtkaarten, BD's/dvd's/cd's en visitekaartjes: JPEG •...
  • Pagina 540 Naar een toepassing sturen (Send to an application) Selecteer deze optie wanneer u de gescande afbeeldingen ongewijzigd wilt gebruiken in een toepassing waarmee u door afbeeldingen kunt bladeren of ze kunt organiseren. U kunt de toepassing in het keuzemenu opgeven. Naar een map sturen (Send to a folder) Selecteer deze optie wanneer u de gescande afbeeldingen ook wilt opslaan in een andere map dan is opgegeven in Opslaan in (Save in).
  • Pagina 541 Dialoogvenster Instellingen (Document scannen) Klik op Document scannen (Document Scan) op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (Document scannen) (Settings (Document Scan)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Document scannen) (Settings (Document Scan)) kunt u geavanceerde scaninstellingen opgeven om items als documenten te scannen.
  • Pagina 542 Papierformaat (Paper Size) Selecteer de grootte van het item dat u wilt scannen. Wanneer u Aangepast (Custom) selecteert, wordt een dialoogvenster geopend waarin u het papierformaat kunt opgeven. Selecteer een Eenheid (Unit), voer de Breedte (Width) en Hoogte (Height) in en klik vervolgens op OK. Opmerking •...
  • Pagina 543 Doorschijnendheid reduceren (Reduce show-through) Maakt tekst in een document scherper of vermindert het doorschijnen van tekst in kranten, enzovoort. Moiré reduceren (Reduce moire) Reduceert moirépatronen. Afgedrukte materialen worden weergegeven als een verzameling kleine puntjes. Moiré is een verschijnsel waarbij ongelijkmatige gradatie of een streeppatroon zichtbaar is als foto's of afbeeldingen met fijne punten worden gescand.
  • Pagina 544 Belangrijk • Alleen tekstdocumenten die zijn geschreven in de taal die is geselecteerd voor Documenttaal (Document Language) in het dialoogvenster Instellingen (Algemene instellingen) (Settings (General Settings)) worden ondersteund. • De afdrukstand van de volgende typen instellingen of documenten wordt mogelijk niet gedetecteerd, aangezien de tekst niet correct kan worden gedetecteerd.
  • Pagina 545 Belangrijk • U kunt JPEG/Exif niet selecteren als Kleurenmodus (Color Mode) is ingesteld op Zwart-wit (Black and White). • Wanneer OCR starten (Start OCR) is geselecteerd in Instellingen voor de toepassing (Application Settings) kunt u PDF of PDF (meerdere pagina's) (PDF (Multiple Pages)) niet selecteren.
  • Pagina 546 Als dit selectievakje niet is ingeschakeld, worden bestanden rechtstreeks opgeslagen in de map die is opgegeven bij Opslaan in (Save in). Scanresultaten controleren (Check scan results) Hiermee wordt na het scannen het dialoogvenster Instellingen opslaan (Save Settings) weergegeven. Belangrijk • Wanneer het dialoogvenster Instellingen wordt weergegeven in My Image Garden wordt deze optie niet weergegeven.
  • Pagina 547 Dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) Klik op Foto scannen (Photo Scan) op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) (Settings (Photo Scan)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) (Settings (Photo Scan)) kunt u geavanceerde scaninstellingen opgeven om items als foto's te scannen.
  • Pagina 548 Wanneer u Aangepast (Custom) selecteert, wordt een dialoogvenster geopend waarin u het papierformaat kunt opgeven. Selecteer een Eenheid (Unit), voer de Breedte (Width) en Hoogte (Height) in en klik vervolgens op OK. Opmerking • Klik op Standaard (Defaults) om de opgegeven instellingen te herstellen naar de standaardinstellingen.
  • Pagina 549 • Windows 8: map Mijn documenten (My Documents) • Windows 7: map Mijn documenten (My Documents) • Windows Vista: map Documenten (Documents) • Windows XP: map Mijn documenten (My Documents) Belangrijk • Wanneer het dialoogvenster Instellingen wordt weergegeven in My Image Garden wordt deze optie niet weergegeven.
  • Pagina 550 U kunt de toepassing in het keuzemenu opgeven. Naar een map sturen (Send to a folder) Selecteer deze optie wanneer u de gescande afbeeldingen ook wilt opslaan in een andere map dan is opgegeven in Opslaan in (Save in). U kunt de map in het keuzemenu opgeven. Toevoegen aan e-mail (Attach to e-mail) Selecteer dit wanneer u de gescande afbeeldingen bij e-mails wilt verzenden.
  • Pagina 551 Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) Klik op Aangepast scannen (Custom Scan) op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) (Settings (Custom Scan)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) (Settings (Custom Scan)) kunt u geavanceerde scaninstellingen opgeven om volgens uw voorkeuren te scannen.
  • Pagina 552 Belangrijk • Door Automatisch (Auto) ondersteunde typen items zijn foto's, ansichtkaarten, visitekaartjes, tijdschriften, kranten, documenten en BD's/dvd's/cd's. • Geef het type item of de grootte op om de volgende typen items te scannen. U kunt niet correct scannen met Auto. •...
  • Pagina 553 Resolutie (Resolution) Selecteer de resolutie van het item dat u wilt scannen. Hoe hoger de resolutie (waarde), hoe gedetailleerder de afbeelding. Resolutie Opmerking • Alleen Automatisch (Auto) is beschikbaar wanneer Bron selecteren (Select Source) is ingesteld op Automatisch (Auto). • Alleen 300 dpi of 400 dpi kan worden ingesteld wanneer OCR starten (Start OCR) is geselecteerd bij Instellingen voor de toepassing (Application Settings).
  • Pagina 554 Belangrijk • De kleurtint kan afwijken van de bronafbeelding nadat de correcties zijn toegepast. Schakel in dat geval het selectievakje uit en voer de scan uit. Opmerking • Het scannen neemt meer tijd in beslag als u deze functie inschakelt. Contouren scherper maken (Sharpen outline) Versterkt de contouren van onderwerpen om de afbeelding scherper te maken.
  • Pagina 555 • Documenten met zowel verticale als horizontale lijnen (tabellen) Opmerking • Het scannen neemt meer tijd in beslag als u Scheve tekstdocumenten corrigeren (Correct slanted text document) inschakelt. De afdrukstand van tekstdocumenten detecteren en afbeeldingen roteren (Detect the orientation of text document and rotate image) Roteert de afbeelding automatisch naar de juiste afdrukstand door de afdrukstand van tekst in het gescande document te detecteren.
  • Pagina 556 Belangrijk • Wanneer het dialoogvenster Instellingen wordt weergegeven in My Image Garden wordt deze optie niet weergegeven. Gegevensindeling (Data Format) Selecteer de gegevensindeling waarin de gescande documenten moeten worden opgeslagen. U kunt JPEG/Exif, TIFF, PNG, PDF, PDF (meerdere pagina's) (PDF (Multiple Pages)) of Automatisch (Auto) selecteren.
  • Pagina 557 Een PDF-bestand maken dat zoeken op trefwoord ondersteunt (Create a PDF file that supports keyword search) Schakel dit selectievakje in als u tekens in afbeeldingen wilt converteren naar tekstgegevens en PDF- bestanden wilt maken die zoeken op trefwoorden ondersteunen. Belangrijk •...
  • Pagina 558 OCR starten (Start OCR) Selecteer deze optie als u tekst in de gescande afbeelding wilt omzetten in tekstgegevens. U kunt de toepassing in het keuzemenu opgeven. Geen toepassing starten (Do not start any application) De scan wordt opgeslagen in de map die is opgegeven in Opslaan in (Save in). Opmerking •...
  • Pagina 559 Dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) Klik op Scannen en samenvoegen (Scan and Stitch) op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) (Settings (Scan and Stitch)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) (Settings (Scan and Stitch)) kunt u geavanceerde scaninstellingen opgeven om items te scannen die groter zijn dan de plaat.
  • Pagina 560 Opmerking • Als u moiré wilt verminderen, stelt u Bron selecteren (Select Source) in op Tijdschrift (Magazine) of schakelt u het selectievakje Moiré reduceren (Reduce moire) bij Instellingen voor het verwerken van afbeeldingen (Image Processing Settings) in. Kleurenmodus (Color Mode) Hier kunt u de kleurenmodus selecteren waarmee het item moet worden gescand.
  • Pagina 561 Opmerking • Wanneer u het selectievakje Opslaan in een submap met de huidige datum (Save to a subfolder with current date) inschakelt, worden de datum en vier cijfers aan de ingestelde bestandsnaam toegevoegd. Opslaan in (Save in) Hiermee wordt de map weergegeven waarin de gescande documenten moeten worden opgeslagen. Als u een map wilt toevoegen, selecteert u Toevoegen...
  • Pagina 562 Een PDF-bestand maken dat zoeken op trefwoord ondersteunt (Create a PDF file that supports keyword search) Schakel dit selectievakje in als u tekens in afbeeldingen wilt converteren naar tekstgegevens en PDF- bestanden wilt maken die zoeken op trefwoorden ondersteunen. Belangrijk •...
  • Pagina 563 Geen toepassing starten (Do not start any application) De scan wordt opgeslagen in de map die is opgegeven in Opslaan in (Save in). Opmerking • Als u een toepassing of map wilt toevoegen aan het keuzemenu, selecteert u Toevoegen... (Add...) in het keuzemenu, klikt u op Toevoegen (Add) in het dialoogvenster Toepassing selecteren (Select Application) of Doelmap selecteren (Select Destination Folder) dat wordt weergegeven en geeft u de toepassing of map op.
  • Pagina 564 Dialoogvenster Instellingen (ScanGear) Klik op ScanGear op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (ScanGear) (Settings (ScanGear)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (ScanGear) (Settings (ScanGear)) kunt u instellen hoe afbeeldingen moeten worden opgeslagen wanneer items worden gescand door ScanGear (scannerstuurprogramma) te starten en hoe er na het opslaan moet worden gereageerd.
  • Pagina 565 Toevoegen (Add) in het dialoogvenster Doelmap selecteren (Select Destination Folder) dat wordt weergegeven en geeft u de doelmap op. Standaard worden de volgende mappen gebruikt als opslaglocatie. • Windows 8.1: map Documenten (Documents) • Windows 8: map Mijn documenten (My Documents) •...
  • Pagina 566 Een PDF-bestand maken dat zoeken op trefwoord ondersteunt (Create a PDF file that supports keyword search) Schakel dit selectievakje in als u tekens in afbeeldingen wilt converteren naar tekstgegevens en PDF- bestanden wilt maken die zoeken op trefwoorden ondersteunen. Belangrijk •...
  • Pagina 567 Naar een toepassing sturen (Send to an application) Selecteer deze optie wanneer u de gescande afbeeldingen ongewijzigd wilt gebruiken in een toepassing waarmee u door afbeeldingen kunt bladeren of ze kunt organiseren. U kunt de toepassing in het keuzemenu opgeven. Naar een map sturen (Send to a folder) Selecteer deze optie wanneer u de gescande afbeeldingen ook wilt opslaan in een andere map dan is opgegeven in Opslaan in (Save in).
  • Pagina 568 Dialoogvenster Instellingen (Algemene instellingen) Klik op het tabblad (Algemene instellingen) om het dialoogvenster Instellingen (Algemene instellingen) (Settings (General Settings)) weer te geven. U kunt het te gebruiken product, de beperking van de bestandsgrootte voor e-mailbijlagen, de taal om tekst in afbeeldingen te detecteren en de map waarin de afbeeldingen tijdelijk worden opgeslagen instellen in het dialoogvenster Instellingen (Algemene instellingen) (Settings (General Settings)).
  • Pagina 569 (geschikt voor Windows 1024 x 768) (Large (Suitable for 1024 x 768 Windows)) of Geen wijziging (No Change) selecteren. Documenttaal (Document Language) U kunt de taal selecteren die wordt gebruikt om tekst in afbeeldingen te detecteren en om te zoeken wanneer een PDF-bestand wordt gemaakt dat zoeken op trefwoorden ondersteunt.
  • Pagina 570 Dialoogvenster Instellingen opslaan Selecteer het selectievakje Scanresultaten controleren (Check scan results) in Instellingen opslaan (Save Settings) van het dialoogvenster Instellingen om na het scannen het dialoogvenster Instellingen opslaan (Save Settings) weer te geven. U kunt de gegevensindeling en de bestemming opgeven terwijl u de miniaturen van scanresultaten weergeeft.
  • Pagina 571 (2) Gebied Scanresultaten Hier worden de miniaturen van de gescande afbeeldingen weergegeven. U kunt de opslagvolgorde van afbeeldingen wijzigen door ze te verslepen. De bestandsnamen voor het opslaan verschijnen onder de miniaturen. (3) Gebied Instellingen opslaan Bestandsnaam (File Name) Voer een bestandsnaam in voor de afbeelding die u wilt opslaan. Wanneer u een bestand opslaat, worden de datum en vier cijfers aan de ingestelde bestandsnaam toegevoegd in de indeling "_20XX0101_0001".
  • Pagina 572 Opmerking • Met een netwerkverbinding kan het scannen langer duren dan normaal als u TIFF of PNG instelt bij Gegevensindeling (Data Format). JPEG-beeldkwaliteit (JPEG Image Quality) U kunt de beeldkwaliteit van JPEG-bestanden opgeven. Belangrijk • Dit wordt alleen weergegeven als JPEG/Exif is geselecteerd bij Gegevensindeling (Data Format).
  • Pagina 573 Venster Afbeelding samenvoegen Klik op Samenvoegen (Stitch) in het hoofdscherm van IJ Scan Utility om het venster Afbeelding samenvoegen (Image Stitch) weer te geven. U kunt de linker- en rechterhelft van een item dat groter is dan de plaat scannen en deze tot één afbeelding samenvoegen.
  • Pagina 574 Rechts beginnen met scannen (Scan from Right) Geeft de eerste gescande afbeelding aan de rechterkant weer. Afbeelding 1 scannen (Scan Image 1) Start het scannen van afbeelding 1 (Start Scanning Image 1) Scant het eerste item. Afbeelding 2 scannen (Scan Image 2) Start het scannen van afbeelding 2 (Start Scanning Image 2) Scant het tweede item.
  • Pagina 575 Wanneer geen gebied is geselecteerd wordt de afbeelding met het formaat dat is geselecteerd in Uitvoerformaat selecteren (Select Output Size) opgeslagen. Als er een gebied is opgegeven, wordt alleen de afbeelding in het bijsnijdkader gescand en opgeslagen. Bijsnijdkaders aanpassen in het venster Afbeelding samenvoegen Opslaan (Save) Opslaan (Save) De twee gescande afbeeldingen worden als één afbeelding opgeslagen.
  • Pagina 576 Wanneer geen afbeeldingen zijn gescand: Nadat het eerste item is gescand door te klikken op Start het scannen van afbeelding 1 (Start Scanning Image 1): De afbeelding wordt gescand in de richting die is opgegeven in Richting selecteren (Scan Direction), en 2 verschijnt ernaast.
  • Pagina 577 Verwant onderwerp Originelen scannen die groter zijn dan de glasplaat (Afbeelding samenvoegen)
  • Pagina 578 Scannen met toepassingssoftware (ScanGear) Wat is ScanGear (scannerstuurprogramma)? Scannen met geavanceerde instellingen met ScanGear (scannerstuurprogramma) ScanGear (scannerstuurprogramma) starten Scannen in de Basismodus Scannen in de Geavanceerde modus Meerdere documenten tegelijk scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) in de Geavanceerde modus Meerdere documenten tegelijk scannen met ScanGear (scannerstuurprogramma) Afbeeldingen corrigeren en kleuren aanpassen met ScanGear...
  • Pagina 579 Wat is ScanGear (scannerstuurprogramma)? ScanGear (scannerstuurprogramma) is software die nodig is voor het scannen van documenten. U kunt hiermee het uitvoerformaat opgeven en afbeeldingen corrigeren wanneer u documenten scant. ScanGear kan worden gestart vanuit IJ Scan Utility of toepassingen die compatibel zijn met de standaardinterface TWAIN.
  • Pagina 581 Scannen met geavanceerde instellingen met ScanGear (scannerstuurprogramma) ScanGear (scannerstuurprogramma) starten Scannen in de Basismodus Scannen in de Geavanceerde modus Meerdere documenten tegelijk scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) in de Geavanceerde modus Meerdere documenten tegelijk scannen met ScanGear (scannerstuurprogramma)
  • Pagina 582 ScanGear (scannerstuurprogramma) starten Met ScanGear (scannerstuurprogramma) kunt u bij het scannen afbeeldingscorrecties en kleuraanpassingen aanbrengen. ScanGear kan worden gestart vanuit IJ Scan Utility of andere toepassingen. Opmerking • Installeer de netwerkomgeving als u meer dan één scanner of een netwerkscanner hebt, en de verbinding van een USB-verbinding in een netwerkverbinding hebt veranderd.
  • Pagina 583 Scannen in de Basismodus Via het tabblad Basismodus (Basic Mode) kunt u gemakkelijk scannen aan de hand van de weergegeven stappen. Raadpleeg 'Meerdere documenten tegelijk scannen met ScanGear (scannerstuurprogramma)' voor informatie over het scannen van meerdere documenten tegelijk op de glasplaat. Bij het scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) worden de documenten gescand zonder eerst een voorbeeld weer te geven.
  • Pagina 584 Belangrijk • Het doorlopend scannen vanuit de ADF wordt niet door alle toepassingen ondersteund. Raadpleeg de handleiding van de toepassing voor meer informatie. Opmerking • Wanneer u tijdschriften scant die veel kleurenfoto's bevatten, selecteert u Tijdschrift (kleur) (Magazine (Color)). 3. Klik op Voorbeeld (Preview). Er verschijnt een scanvoorbeeld van het document in het voorbeeldgebied.
  • Pagina 585 Opmerking • De kleuren worden aangepast aan het documenttype dat bij Bron selecteren (Select Source) is geselecteerd. 4. Selecteer Doel (Destination). Opmerking • Ga verder met stap 7 als er onder Bron selecteren (Select Source) een ADF-type is geselecteerd. 5. Stel Uitvoerformaat (Output Size) in, afhankelijk van het doel. De beschikbare opties voor het uitvoerformaat zijn afhankelijk van wat u onder Doel (Destination) hebt geselecteerd.
  • Pagina 586 Scannen in de Geavanceerde modus Op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) kunt u de kleurenmodus, uitvoerresolutie, helderheid, kleurtint en dergelijke voor de scan instellen. Raadpleeg 'Meerdere documenten tegelijk scannen met ScanGear (scannerstuurprogramma)' voor informatie over het scannen van meerdere documenten tegelijk. Raadpleeg 'Meerdere documenten tegelijk scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) in de Geavanceerde...
  • Pagina 587 3. Stel Instellingen voor invoer (Input Settings) in, afhankelijk van het document of het doel. 4. Klik op Voorbeeld (Preview). Er worden voorbeelden van de afbeeldingen in het voorbeeldgebied weergegeven. 5. Stel de Instellingen voor uitvoer (Output Settings) 6. Stel het bijsnijdkader (scangebied) in en breng desgewenst afbeeldingscorrecties en kleuraanpassingen aan.
  • Pagina 588 Meerdere documenten tegelijk scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) in de Geavanceerde modus U kunt op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) de helderheid, kleurtint, enzovoort, van afbeeldingen opgeven, en meerdere documenten tegelijk vanuit de ADF (automatische documentinvoer) scannen. Wanneer u een model gebruikt dat dubbelzijdig scannen vanuit de ADF ondersteunt, kunt u beide kanten van documenten automatisch vanuit de ADF scannen.
  • Pagina 589 Knoppen voor kleuraanpassing 6. Klik op Scannen (Scan). Het scannen begint. Opmerking • Klik op (Informatie) om een dialoogvenster te openen waarin u de huidige scan-instellingen (documenttype en dergelijke) kunt controleren. • Bij Status van het dialoogvenster ScanGear na het scannen (Status of ScanGear dialog after scanning) op het tabblad Scannen (Scan) van het dialoogvenster Voorkeuren (Preferences) kunt u...
  • Pagina 590 Meerdere documenten tegelijk scannen met ScanGear (scannerstuurprogramma) U kunt twee of meer foto's (kleine documenten) op de glasplaat tegelijk scannen via het tabblad Basismodus (Basic Mode) of Geavanceerde modus (Advanced Mode). In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u meerdere documenten kunt scannen vanaf het tabblad Basismodus (Basic Mode).
  • Pagina 591 3. Klik op Voorbeeld (Preview). In het voorbeeldgebied worden miniaturen van de voorbeeldafbeeldingen weergegeven. Bijsnijdkaders worden automatisch aangegeven op basis van het documentformaat. 4. Selecteer Doel (Destination). 5. Stel Uitvoerformaat (Output Size) in, afhankelijk van het doel. 6. Pas desgewenst de bijsnijdkaders aan en stel Afbeeldingscorrecties (Image corrections) Opmerking •...
  • Pagina 592 Meerdere documenten scannen in de volledige afbeeldingsweergave 7. Selecteer de afbeeldingen die u wilt scannen. Schakel de selectievakjes in voor de afbeeldingen die u wilt scannen. 8. Klik op Scannen (Scan). Meerdere documenten scannen in de volledige afbeeldingsweergave Volg deze stappen als miniaturen niet correct worden weergegeven in de voorbeeldweergave of als u meerdere documenten als één afbeelding wilt scannen.
  • Pagina 593 Verhouding omkeren (Invert aspect ratio) is beschikbaar wanneer een andere optie dan Aanpasbaar (Flexible) is geselecteerd bij Uitvoerformaat (Output Size). Klik op deze knop om het bijsnijdkader te draaien. Klik nogmaals op de knop om de oorspronkelijke richting weer te herstellen. 4.
  • Pagina 594 Afbeeldingen corrigeren en kleuren aanpassen met ScanGear (scannerstuurprogramma) Afbeeldingen corrigeren (Beeld verscherpen, Stof en krassen reduceren, Correctie van vervaging, enzovoort) Kleuren aanpassen met een kleurenpatroon Verzadiging en kleurbalans aanpassen Helderheid en contrast aanpassen Histogram aanpassen Tintcurve aanpassen Drempel instellen...
  • Pagina 595 Afbeeldingen corrigeren (Beeld verscherpen, Stof en krassen reduceren, Correctie van vervaging, enzovoort) Met de functies van Instellingen voor afbeeldingen (Image Settings) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) van ScanGear (scannerstuurprogramma) kunt u bij het scannen van afbeeldingen de contouren van het onderwerp verscherpen, stof en krassen verminderen en vervaagde kleuren corrigeren.
  • Pagina 596 Doorschijneffecten reduceren in tekstdocumenten of de basiskleur lichter maken voor bijvoorbeeld gerecycled papier en kranten bij het scannen van documenten Stel Doorschijnendheid beperken (Reduce Show-through) in op AAN (ON). UIT (OFF) AAN (ON) Afbeeldingen verscherpen die niet helemaal scherp zijn Stel Beeld verscherpen (Unsharp Mask) in op AAN (ON).
  • Pagina 597 afbeeldingen met fijne punten worden gescand. Moiré-reductie (Descreen) is de functie waarmee u dit effect kunt verkleinen. Stof en krassen reduceren Stel Stof en krassen reduceren (Reduce Dust and Scratches) in op Laag (Low), Middel (Medium) of Hoog (High), afhankelijk van de hoeveelheid stof en krassen. Geen (None) Middel (Medium) Foto's corrigeren die in de loop der tijd of als gevolg van overkleuring zijn...
  • Pagina 598 Geen (None) Middel (Medium)
  • Pagina 599 Kleuren aanpassen met een kleurenpatroon Met de functie Kleurenpatroon op het tabblad Basismodus (Basic Mode) van ScanGear (scannerstuurprogramma) kunt u voorbeelden van kleurwijzigingen bekijken en natuurlijke kleuren reproduceren. Kleuraanpassing Hiermee kunt u kleuren corrigeren die in de loop der tijd of als gevolg van overkleuring zijn vervaagd. Overkleuring' is het verschijnsel waarbij een bepaalde kleur de gehele foto beïnvloedt als gevolg van de weersomstandigheden of sterke omgevingskleuren.
  • Pagina 600 Het beste kunt u een gedeelte op de foto zoeken dat wit zou moeten zijn, en de kleuren zo aanpassen dat dit gedeelte wit wordt. Er verschijnt een scanvoorbeeld van het document in het midden. De kleuren van het voorbeeld veranderen met uw aanpassingen mee.
  • Pagina 601 Verzadiging en kleurbalans aanpassen U kunt kleuren die in de loop van de tijd zijn vervaagd of verkleurd verbeteren met behulp van (Verzadiging/kleurbalans) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) in ScanGear (scannerstuurprogramma). Opmerking • Klik op Standaard (Defaults) om alle aanpassingen in het huidige venster ongedaan te maken. Verzadiging De verzadiging (levendigheid) van de afbeelding aanpassen.
  • Pagina 602 Kleurbalans Afbeeldingen met overkleuring aanpassen. Overkleuring' is het verschijnsel waarbij een bepaalde kleur de gehele foto beïnvloedt als gevolg van de weersomstandigheden of sterke omgevingskleuren. Sleep (schuifknop) onder Kleurbalans (Color Balance) naar links of naar rechts om de bijbehorende kleur te benadrukken. Cyaan en rood Magenta en groen Geel en blauw...
  • Pagina 603 Helderheid en contrast aanpassen U kunt afbeeldingen die te donker of te licht zijn of die te vlak zijn door een gebrek aan contrast, verbeteren met behulp van (Helderheid/contrast) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) in ScanGear (scannerstuurprogramma). Opmerking •...
  • Pagina 604 Opmerking • Alleen Grijswaarden (Grayscale) wordt weergegeven bij Kanaal (Channel) als de Kleurenmodus (Color Mode) is ingesteld op Grijswaarden (Grayscale). Helderheid Pas de helderheid van de afbeelding aan. Sleep (schuifknop) onder Helderheid (Brightness) naar links om de afbeelding donkerder te maken en naar rechts om deze lichter te maken.
  • Pagina 605 Opmerking • Door het contrast te verhogen, geeft u zachte afbeeldingen een meer driedimensionale uitstraling. Als u het contrast echter te veel verhoogt, kan dit ten koste gaan van lichte gebieden en schaduwgebieden.
  • Pagina 606 Histogram aanpassen U kunt de kleurtoon van een afbeelding via (Histogram) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) in ScanGear (scannerstuurprogramma) aanpassen met behulp van een grafiek (histogram) waarin de verdeling van de helderheid wordt aangegeven. Opmerking • Klik op Standaard (Defaults) om alle aanpassingen in het huidige venster ongedaan te maken. Kanaal Iedere punt van een afbeelding is een mengsel van rood, groen en blauw in verschillende verhoudingen (gradaties).
  • Pagina 607 (1) Helder gebied (2) Donker gebied (3) Hele afbeelding In het lichte gebied zijn meer In het schaduwgebied zijn meer De gegevens zijn gelijk verdeeld tussen gegevens verdeeld. gegevens verdeeld. het lichte gebied en het schaduwgebied. Histogrammen aanpassen (met de schuifknop) Selecteer een Kanaal (Channel) en versleep (schuifknop voor zwartpunt) of (schuifknop voor...
  • Pagina 608 Afbeeldingen waarin de gegevens gelijk zijn verdeeld Sleep de schuifknop zwartpunt naar het lichte gebied en de schuifknop witpunt naar het schaduwgebied. De schuifknop voor middenpunt verslepen Versleep de schuifknop voor middenpunt om het niveau op te geven dat moet worden ingesteld als het midden van het tintbereik.
  • Pagina 609 • Het punt waarop u klikt met (pipet voor zwartpunt) wordt het donkerste punt. U kunt ook een waarde invoeren (0 tot 245). • Het punt waarop u klikt met (pipet voor middenpunt) wordt het midden van het toonbereik. U kunt ook een waarde invoeren (5 tot 250).
  • Pagina 610 Tintcurve aanpassen U kunt de helderheid van een afbeelding aanpassen door via (Tintcurve-instellingen) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) in ScanGear (scannerstuurprogramma) het type grafiek (tintcurve) te selecteren dat de balans van de tooninvoer en -uitvoer aangeeft. Opmerking • Klik op Standaard (Defaults) om alle aanpassingen in het huidige venster ongedaan te maken. Kanaal Iedere punt van een afbeelding is een mengsel van rood, groen en blauw in verschillende verhoudingen (gradaties).
  • Pagina 611 Tintcurve aanpassen Selecteer in Tintcurve selecteren (Select Tone Curve) een tintcurve in Geen correctie (No correction), Overbelichting (Overexposure), Onderbelichting (Underexposure), Veel contrast (High contrast), Negatief/positief beeld omdraaien (Reverse the negative/positive image) en Aangepaste curve bewerken (Edit custom curve). Geen correctie (No correction) (geen aanpassing) Overbelichting (Overexposure) (bolle curve) De middentoongegevens van de invoerzijde worden naar het lichte gebied van de uitvoerzijde uitgerekt.
  • Pagina 612 Aangepaste curve bewerken (Edit custom curve) U kunt bepaalde punten op de tintcurve slepen, zodat u de helderheid van de bijbehorende gebieden naar wens kunt aanpassen.
  • Pagina 613 Drempel instellen U kunt de tekst in een document scherper maken en voorkomen dat tekst op de achterzijde van het papier doorschijnt door de drempel aan te passen via (Drempel) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) in ScanGear (scannerstuurprogramma). Opmerking •...
  • Pagina 614 Schermen van ScanGear (scannerstuurprogramma) Tabblad Basismodus Tabblad Geavanceerde modus Instellingen voor invoer (Input Settings) Instellingen voor uitvoer (Output Settings) Instellingen voor afbeeldingen (Image Settings) Knoppen voor kleuraanpassing Dialoogvenster Voorkeuren Tabblad Scanner Tabblad Voorbeeld Tabblad Scannen Tabblad Kleurinstellingen...
  • Pagina 615 Tabblad Basismodus In deze modus kunt u eenvoudig scannen door de instructies op het scherm te volgen. In dit gedeelte worden instellingen en functies beschreven die beschikbaar zijn op het tabblad Basismodus (Basic Mode). (1) Knoppen voor de instellingen en bewerkingen (2) Werkbalk (3) Voorbeeldgebied Opmerking...
  • Pagina 616 Document (grijstinten) ADF dubbelzijdig (Document (Grayscale) ADF Duplex) (alleen voor modellen die dubbelzijdig scannen vanuit de ADF ondersteunen) Beide zijden van documenten in zwart-wit scannen vanuit de ADF. Belangrijk • Het doorlopend scannen vanuit de ADF wordt niet door alle toepassingen ondersteund. Raadpleeg de handleiding van de toepassing voor meer informatie.
  • Pagina 617 Uitvoerformaat (Output Size) Selecteer een uitvoerformaat. De beschikbare opties voor het uitvoerformaat zijn afhankelijk van wat u onder Doel (Destination) hebt geselecteerd. Aanpasbaar (Flexible) Hiermee kunt u de bijsnijdkaders (scangebieden) naar wens aanpassen. In de miniaturenweergave: Sleep de muis over een miniatuur om een bijsnijdkader weer te geven. Wanneer een bijsnijdkader wordt weergegeven, wordt het gedeelte in het bijsnijdkader gescand.
  • Pagina 618 (Output Size List). Klik op Opslaan (Save) om de uitvoerformaten in de Lijst van uitvoerformaten (Output Size List) op te slaan. Verwijderen: Selecteer het uitvoerformaat dat u wilt verwijderen in Lijst van uitvoerformaten (Output Size List) en klik vervolgens op Verwijderen (Delete). Klik op Opslaan (Save) om de uitvoerformaten in de Lijst van uitvoerformaten (Output Size List) op te slaan.
  • Pagina 619 Belangrijk • Het scannen duurt mogelijk langer dan gebruikelijk wanneer dit selectievakje is ingeschakeld. • De kleurtint kan afwijken van de bronafbeelding nadat de correcties zijn toegepast. Schakel in dat geval het selectievakje uit en voer de scan uit. • De correctie heeft mogelijk niet correct toegepast als het scangebied te klein is. Vervaging corrigeren (Correct fading) Vervaagde foto's of foto's met een overkleuring corrigeren en scannen.
  • Pagina 620 In de volledige afbeeldingsweergave: (Miniatuur) / (Hele afbeelding) Hiermee wordt geschakeld tussen weergaven in het voorbeeldgebied. (3) Voorbeeldgebied (Linksom roteren) De voorbeeldafbeelding wordt 90 graden tegen de klok in gedraaid. • Het resultaat is zichtbaar in de gescande afbeelding. • Wanneer u de afbeelding opnieuw als voorbeeld weergeeft, wordt de oorspronkelijke staat hersteld.
  • Pagina 621 (Informatie) Hier worden de versie van ScanGear en de huidige scaninstellingen (zoals documenttype) weergegeven. (Handleiding openen) Opent deze pagina. (3) Voorbeeldgebied Hier wordt een testafbeelding weergegeven nadat u op Voorbeeld (Preview) hebt geklikt. U kunt ook de resultaten controleren van de instellingen (afbeeldingscorrecties, kleuraanpassingen en dergelijke) die zijn geconfigureerd in '(1) Knoppen voor de instellingen en bewerkingen'.
  • Pagina 622 Opmerking • U kunt het bijsnijdkader opgeven in de weergegeven afbeelding. U kunt in de miniaturenweergave maar één bijsnijdkader per afbeelding maken. In de volledige afbeeldingsweergave kunt u meerdere bijsnijdkaders maken. Bijsnijdkaders aanpassen (ScanGear) Verwant onderwerp Scannen in de Basismodus...
  • Pagina 623 Tabblad Geavanceerde modus In deze modus kunt u geavanceerde scaninstellingen opgeven, zoals de kleurenmodus, uitvoerresolutie, helderheid van de afbeelding en kleurtint. In dit gedeelte worden instellingen en functies beschreven die beschikbaar zijn op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode). (1) Knoppen voor de instellingen en bewerkingen (2) Werkbalk (3) Voorbeeldgebied Opmerking...
  • Pagina 624 Voer Naam instelling (Setting Name) in en klik op Toevoegen (Add). De naam wordt weergegeven in Lijst met voorkeursinstellingen (Favorite Settings List). Wanneer u op Opslaan (Save) klikt, wordt het item weergegeven in de lijst Voorkeursinstellingen (Favorite Settings) en kan het worden geselecteerd, samen met de vooraf gedefinieerde items. Als u een item wilt verwijderen, selecteert u het item in de Lijst met voorkeursinstellingen (Favorite Settings List) en klikt u op Verwijderen (Delete).
  • Pagina 625 In de volledige afbeeldingsweergave: Hiermee scant u de afbeelding in het gebied dat is opgegeven met een bijsnijdkader opnieuw met een sterkere vergroting. Opmerking • Met In-/uitzoomen (Zoom) wordt het document opnieuw gescand en wordt er in het voorbeeld een afbeelding met een hoge resolutie weergegeven. •...
  • Pagina 626 Sluiten (Close) Hiermee sluit u ScanGear (scannerstuurprogramma). (2) Werkbalk U kunt voorbeeldafbeeldingen aanpassen of roteren. De knoppen die worden weergegeven op de werkbalk, verschillen per weergave. In de miniaturenweergave: In de volledige afbeeldingsweergave: (Miniatuur) / (Hele afbeelding) Hiermee wordt geschakeld tussen weergaven in het voorbeeldgebied. (3) Voorbeeldgebied (Wissen) Hiermee kunt u de voorbeeldafbeelding uit het voorbeeldgebied verwijderen.
  • Pagina 627 (Automatisch bijsnijden) Het bijsnijdkader weergeven en automatisch aanpassen aan de grootte van het document dat wordt weergegeven in het voorbeeldgebied. Het scangebied wordt verkleind telkens wanneer u op deze knop klikt als er in het bijsnijdkader bijsnijdgebieden zijn. (Alle kaders selecteren) Beschikbaar wanneer twee of meer kaders worden weergegeven.
  • Pagina 628 Opmerking • Als er van meerdere afbeeldingen een voorbeeld wordt weergegeven, worden verschillende selectiestatussen met verschillende randen aangeduid. • Kader met focus (dikke blauwe rand): de weergegeven instellingen worden toegepast. • Geselecteerd kader (dunne blauwe rand): de instellingen worden gelijktijdig toegepast op het kader met focus en het geselecteerde kader.
  • Pagina 629 Verwant onderwerp Scannen in de Geavanceerde modus Meerdere documenten tegelijk scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) in de Geavanceerde modus...
  • Pagina 630 Instellingen voor invoer Bij Instellingen voor invoer (Input Settings) kunt u de volgende opties instellen: Bron selecteren (Select Source) Het type document dat wordt gescand wordt weergegeven. Als u wilt scannen vanaf de glasplaat, selecteert u Plaat (Platen). Als u wilt scannen vanuit de ADF (Auto Document Feeder), selecteert u Document (ADF enkelzijdig) (Document (ADF Simplex)) of Document (ADF dubbelzijdig) (Document (ADF Duplex)).
  • Pagina 631 Opmerking • Als u niet zeker weet welk formaat u moet selecteren bij Papierformaat (Paper Size), stelt u het Papierformaat (Paper Size) in op Volledige plaat (Full Platen), meet u het formaat van het document en geeft u de waarden op bij (Breedte) en (Hoogte).
  • Pagina 632 In de volledige afbeeldingsweergave wordt Papierformaat (Paper Size) weergegeven voordat u een voorbeeld hebt bekeken, en wordt het formaat van het bijsnijdkader (scangebied) weergegeven nadat u een voorbeeld hebt bekeken. U kunt het formaat van het bijsnijdkader aanpassen door waarden op te geven bij (Breedte) en (Hoogte).
  • Pagina 633 Instellingen voor uitvoer Bij Instellingen voor uitvoer (Output Settings) kunt u de volgende opties instellen: Uitvoerresolutie (Output Resolution) Selecteer de resolutie waarmee u wilt scannen. Hoe hoger de resolutie (waarde), hoe gedetailleerder de afbeelding. Selecteer een van de weergegeven opties voor de resolutie door op de knop te klikken, of typ een waarde (in stappen van 1 dpi).
  • Pagina 634 In de miniaturenweergave: Sleep de muis over een miniatuur om een bijsnijdkader weer te geven. Wanneer een bijsnijdkader wordt weergegeven, wordt het gedeelte in het bijsnijdkader gescand. Als er geen bijsnijdkader wordt weergegeven, wordt elk kader afzonderlijk gescand. In de volledige afbeeldingsweergave: Wanneer er geen bijsnijdkader wordt weergegeven, wordt het hele voorbeeldgebied gescand.
  • Pagina 635 Verwijderen: Selecteer het uitvoerformaat dat u wilt verwijderen in Lijst van uitvoerformaten (Output Size List) en klik vervolgens op Verwijderen (Delete). Klik op Opslaan (Save) om de uitvoerformaten in de Lijst van uitvoerformaten (Output Size List) op te slaan. Belangrijk •...
  • Pagina 636 Instellingen voor afbeeldingen Belangrijk • Gebruik deze functies niet voor afbeeldingen zonder moiré, stof/krassen of vervaagde kleuren. De kleurtint kan dan nadelig beïnvloed worden. • Resultaten van afbeeldingscorrecties worden mogelijk niet weergegeven in de voorbeeldafbeelding. Opmerking • Welke instellingen u kunt selecteren, is afhankelijk van de instellingen voor Kleurenmodus (Color Mode).
  • Pagina 637 Belangrijk • U kunt Beeldaanpassing (Image Adjustment) instellen nadat u het voorbeeld hebt bekeken. • U kunt deze instelling selecteren wanneer u Aanbevolen (Recommended) selecteert op het tabblad Kleurinstellingen (Color Settings) van het dialoogvenster Voorkeuren (Preferences). Opmerking • Als de afbeelding niet correct wordt aangepast met Automatisch (Auto), moet u het documenttype opgeven.
  • Pagina 638 Stof en krassen reduceren (Reduce Dust and Scratches) Een gescande foto kan witte puntjes bevatten. Dit wordt veroorzaakt door stof of krassen. Gebruik deze functie om dergelijke ruis te reduceren. Geen (None) Stof en krassen worden niet gereduceerd. Laag (Low) Selecteer deze optie om kleine stofdeeltjes en krasjes te verminderen.
  • Pagina 639 Laag (Low) Selecteer deze instelling wanneer de foto iets korrelig is. Middel (Medium) Deze instelling wordt aanbevolen. Hoog (High) Selecteer deze instelling als de foto zeer korrelig is. Dit kan van invloed zijn op de gradatie en de scherpte van de afbeelding. Belangrijk •...
  • Pagina 640 • Druk bij het scannen net zo hard op de rug als bij de voorbeeldscan. Als het boek niet gelijkmatig is gebonden, wordt de schaduw niet goed gecorrigeerd. • Hoe u het document moet plaatsen, is afhankelijk van het model en het document dat u wilt scannen.
  • Pagina 641 Knoppen voor kleuraanpassing Met de knoppen voor kleuraanpassing kunt u fijne correcties aanbrengen in de helderheid en kleurtonen van de afbeelding, waaronder aanpassingen in de algehele helderheid of het contrast van de afbeelding en wijzigingen in de waarden voor lichte en schaduwgebieden (histogram) of de balans (tintcurve). Belangrijk •...
  • Pagina 642 (Histogram) In een histogram kunt u de gegevensconcentratie zien op elk helderheidsniveau van een afbeelding. U kunt de helderste niveaus (hoge lichten) en de donkerste niveaus (schaduwen) in een afbeelding opgeven, de niveaus verlagen en het midden van het toonbereik van een afbeelding uitbreiden. Histogram aanpassen (Tintcurve-instellingen) De helderheid van een afbeelding aanpassen door het type grafiek (tintcurve) te selecteren die de...
  • Pagina 643 dialoogvenster Tintcurve-instellingen toevoegen/verwijderen (Add/Delete Tone Curve Settings) geopend. Wanneer Kleurenmodus (Color Mode) is ingesteld op Zwart-wit (Black and White), wordt het dialoogvenster Drempelinstellingen toevoegen/verwijderen (Add/Delete Threshold Settings) geopend. Voer Naam instelling (Setting Name) in en klik op Toevoegen (Add). De naam wordt weergegeven in Lijst met tintcurve-instellingen (Tone Curve Settings List) of Lijst met drempelinstellingen (Threshold Settings List).
  • Pagina 644 Dialoogvenster Voorkeuren In het dialoogvenster Voorkeuren (Preferences) kunt u geavanceerde instellingen voor de functies van ScanGear (scannerstuurprogramma) opgeven via de tabbladen Scanner, Voorbeeld (Preview), Scannen (Scan) en Kleurinstellingen (Color Settings). Klik op Voorkeuren... (Preferences...) in het scherm van ScanGear om het dialoogvenster Voorkeuren (Preferences) te openen.
  • Pagina 645 Tabblad Scanner Op het tabblad Scanner kunt u de volgende instellingen opgeven. Belangrijk • De beschikbare functies en instellingen hangen af van uw scanner of printer. Instellingen voor automatisch in-/uitschakelen (Auto Power Settings) U kunt instellen dat het apparaat automatisch wordt in- of uitgeschakeld. Klik op Instellingen...
  • Pagina 646 Belangrijk Afhankelijk van uw model wordt het apparaat niet automatisch uitgeschakeld wanneer dit is verbonden met een netwerk, ook al is Automatisch uitschakelen (Auto Power Off) ingesteld. Raadpleeg 'Lijst met ondersteunde functies per model (Automatisch uitschakelen)' om te controleren of uw model de functie Automatisch uitschakelen ondersteunt. Stille instellingen (Quiet Settings) Met de stille functie kunt u ervoor zorgen dat het apparaat minder geluid maakt.
  • Pagina 647 Geluidsinstellingen (Sound Settings) U kunt het apparaat zodanig instellen dat er een geluidsbestand wordt afgespeeld tijdens het scannen of wanneer het scannen is voltooid. Schakel het selectievakje Muziek afspelen tijdens scannen (Play music during scanning) of Geluidssignaal na voltooiing scan (Play sound when scanning is completed) in, klik op Bladeren...
  • Pagina 648 Lijst met ondersteunde functies per model (Automatisch uitschakelen) MG series MX series E series P series MB series MG series Functie Automatisch uitschakelen Modelnaam Met USB- Met netwerkverbinding verbinding MG7700 ✓ ✓ series MG7500 ✓ × series MG7100 × ✓ series MG6900 ✓...
  • Pagina 649 MG2400 Geen netwerkondersteuning ✓ series MX series Functie Automatisch uitschakelen Modelnaam Met USB- Met netwerkverbinding verbinding MX530 × × series MX490 × ✓ series MX470 × × series E series Functie Automatisch uitschakelen Modelnaam Met USB- Met netwerkverbinding verbinding E560 series ×...
  • Pagina 650 Tabblad Voorbeeld Op het tabblad Voorbeeld (Preview) kunt u de volgende instellingen opgeven. Voorbeeld bij starten van ScanGear (Preview at Start of ScanGear) Selecteer wat u wilt doen met Voorbeeld wanneer ScanGear (scannerstuurprogramma) wordt gestart. Voorbeeld automatisch uitvoeren (Automatically execute preview) ScanGear begint automatisch met een voorbeeldweergave bij het opstarten.
  • Pagina 651 Uitsnijdformaat voor filmminiatuur (Cropping Size for Thumbnail View) Hiermee kunt u het uitsnijdformaat selecteren voor miniaturen van gescande documenten. Groter (Larger) Hiermee wordt 105% (in breedte en hoogte) weergegeven van het gedeelte dat voor het standaardformaat wordt weergegeven. Standaard (Standard) Het standaardformaat.
  • Pagina 652 Tabblad Scannen Op het tabblad Scannen (Scan) kunt u de volgende instellingen opgeven. Status van het dialoogvenster ScanGear na het scannen (Status of ScanGear dialog after scanning) Selecteer wat u wilt doen met ScanGear (scannerstuurprogramma) nadat afbeeldingen zijn gescand. ScanGear automatisch sluiten (Close ScanGear automatically) Selecteer deze optie wanneer u na het scannen wilt teruggaan naar de oorspronkelijke toepassing.
  • Pagina 653 Tabblad Kleurinstellingen Op het tabblad Kleurinstellingen (Color Settings) kunt u de volgende instellingen opgeven. Kleuraanpassing Selecteer een van de volgende opties. Aanbevolen (Recommended) Gebruik deze optie om een levendige reproductie van de tint van een document weer te geven op het scherm.
  • Pagina 654 Opmerking • Deze instelling is mogelijk niet beschikbaar wanneer u scant vanuit de ADF (automatische documentinvoer), afhankelijk van uw scanner of printer. • U kunt een instelling selecteren wanneer Kleurenmodus (Color Mode) is ingesteld op Kleur (Color) of Grijswaarden (Grayscale). •...
  • Pagina 655 Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) Informatie over hoe u items moet plaatsen op de plaat of ADF (automatische documentinvoer) van uw scanner of printer. Plaats de items op de juiste manier op de plaat, afhankelijk van het type item dat u wilt scannen.
  • Pagina 656 Belangrijk • Raadpleeg 'Originelen plaatsen' voor uw model vanuit de startpagina van de Online handleiding voor meer informatie over de gedeelten waarbinnen items niet kunnen worden gescand. Belangrijk • Grote items (zoals foto's op A4-formaat) die alleen tegen de randen/pijl (positiemarkering) van de plaat kunnen worden geplaatst, worden mogelijk opgeslagen als PDF-bestanden.
  • Pagina 657 Documenten plaatsen (ADF (automatische documentinvoer)) Belangrijk • Laat geen dikke items op de plaat liggen tijdens het scannen vanuit de ADF. Dit kan leiden tot papierstoringen. • Als u twee of meer documenten wilt scannen, moet u documenten van hetzelfde formaat plaatsen en uitlijnen.
  • Pagina 658 Bijsnijdkaders aanpassen (ScanGear) Met bijsnijden selecteert u het gebied in een afbeelding dat u wilt behouden en verwijdert u de rest tijdens het scannen. Op het tabblad Basismodus (Basic Mode) en Geavanceerde modus (Advanced Mode) kunt u bijsnijdkaders (scangebieden) opgeven voor de afbeelding(en) die in het voorbeeldgebied van het scherm wordt/worden weergegeven.
  • Pagina 659 (2) Dun bijsnijdkader In de miniaturenweergave: Uitvoerformaat, afbeeldingscorrecties en andere instellingen op het tabblad Basismodus (Basic Mode) of Geavanceerde modus (Advanced Mode) worden toegepast. In de volledige afbeeldingsweergave: Dit geeft een niet geselecteerd bijsnijdkader weer. De instellingen op het tabblad Basismodus (Basic Mode) of Geavanceerde modus (Advanced Mode) worden niet toegepast.
  • Pagina 660 In de volledige afbeeldingsweergave: Klik en sleep de muisaanwijzer buiten de grenzen van het bestaande bijsnijdkader om een nieuw bijsnijdkader in het voorbeeldgebied te maken. Het nieuwe bijsnijdkader wordt het actieve bijsnijdkader en het eerste bijsnijdkader wordt het niet-geselecteerde bijsnijdkader. U kunt meerdere bijsnijdkaders maken en op elk daarvan verschillende scaninstellingen toepassen.
  • Pagina 661 In de volledige afbeeldingsweergave: U verwijdert een bijsnijdkader door het kader te selecteren en te klikken op (Bijsnijdkader verwijderen) op de werkbalk. U kunt ook op de toets Delete drukken. Als er meerdere bijsnijdkaders zijn, worden alle geselecteerde bijsnijdkaders (actief bijsnijdkader geselecteerd bijsnijdkader) gelijktijdig verwijderd.
  • Pagina 662 Algemene opmerkingen (scannerstuurprogramma) ScanGear (scannerstuurprogramma) kent de volgende beperkingen. Denk hieraan wanneer u het programma gebruikt. Beperkingen van het scannerstuurprogramma • Als u het NTFS-bestandssysteem gebruikt, wordt de TWAIN-gegevensbron wellicht niet opgeroepen. Dit komt doordat de TWAIN-module niet naar de winnt-map kan worden geschreven vanwege beveiligingsredenen.
  • Pagina 663 • Wanneer u afbeeldingen ter grootte van de glasplaat scant naar Microsoft Office 2003 (Word, Excel, PowerPoint, enzovoort), klikt u op Aangepast (Custom Insert) in het scherm Afbeelding van scanner of camera invoegen< (Insert Picture from Scanner or Camera). Anders worden de afbeeldingen mogelijk niet goed gescand.
  • Pagina 664 Andere scanmethoden Scannen met WIA-stuurprogramma Scannen via het Configuratiescherm (alleen Windows XP)
  • Pagina 665 • Als u meer dan één scanner of printer hebt, wordt mogelijk een scanner selectiescherm weergegeven. Dubbelklik op de scanner die u wilt gebruiken. • Voor een USB-verbinding: Canon XXX series (waarbij 'XXX' de modelnaam is) • Voor een netwerkverbinding: XXX series MAC-adres (XXX series_MAC address) (waarbij 'XXX' de modelnaam is) 3.
  • Pagina 666 Profiel (Profile) Selecteer Foto (standaard) (Photo (Default)) of Documenten (Documents) afhankelijk van het type item dat u wilt scannen. Als u een nieuw Profiel (Profile) wilt opslaan, selecteert u Profiel toevoegen... (Add profile...). U kunt de details opgeven in het dialoogvenster Nieuw profiel toevoegen (Add New Profile).
  • Pagina 667 • Als u meer dan één scanner of printer hebt, wordt mogelijk een scanner selectiescherm weergegeven. Dubbelklik op de scanner die u wilt gebruiken. • Voor een USB-verbinding: Canon XXX series (waarbij 'XXX' de modelnaam is) • Voor een netwerkverbinding: XXX series MAC-adres (XXX series_MAC address) (waarbij 'XXX' de modelnaam is) 3.
  • Pagina 668 Opmerking • Wanneer u de scanner of printer met een netwerkverbinding gebruikt, kunt u de volgende resoluties opgeven. 150 dpi / 300 dpi / 600 dpi Type afbeelding (Picture type) Selecteer het gewenste type scan voor uw item. Herstellen (Reset) Klik hierop om terug te gaan naar de oorspronkelijke instellingen.
  • Pagina 669 1. Klik op Start en selecteer Configuratiescherm (Control Panel). 2. Klik op Printers en andere hardware (Printers and Other Hardware) > Scanners en camera's (Scanners and Cameras) en dubbelklik op Canon XXX series (waarbij 'XXX' de modelnaam is). Het dialoogvenster Wizard Scanner en camera (Scanner and Camera Wizard) verschijnt.
  • Pagina 670 Helderheid (Brightness) Pas de helderheid aan met de schuifknop. Sleep de schuifknop naar links om de afbeelding donkerder te maken en naar rechts om de afbeelding lichter te maken. U kunt ook een waarde invoeren (-127 tot 127). Contrast Pas het contrast aan met de schuifknop. Als u de schuifknop naar links verplaatst wordt het contrast van de afbeelding lager, waardoor de afbeelding zachter wordt.
  • Pagina 671 Zoeken (Search) en zoekt u vervolgens naar "IJ Network Scanner Selector EX". • Windows 7/Windows Vista/Windows XP: Ga naar het Start-menu, klik op Alle programma´s (All Programs) > Canon Utilities > IJ Network Scanner Selector EX > IJ Network Scanner Selector EX.
  • Pagina 672 Instellingen... (Settings...) Het scherm Instellingen scannen-vanaf-pc wordt weergegeven. U kunt het model selecteren dat u wilt gebruiken. Info (About) Geeft informatie over de versie weer. In het weergegeven dialoogvenster kunt u de taal wijzigen die u wilt gebruiken in het programma. De wijziging wordt van kracht na het opnieuw starten van de computer.
  • Pagina 673 Belangrijk • Wanneer u een model gebruikt waarmee u niet via een netwerk kunt scannen vanaf het bedieningspaneel, wordt Instellingen scannen-vanaf-bedieningspaneel (Scan-from-Operation- Panel Settings) mogelijk weergegeven in het scherm Instellingen scannen-vanaf-pc; de instelling is echter niet beschikbaar. Opmerking • Als uw scanner of printer niet wordt weergegeven, controleert u het volgende en klikt u op OK om het venster te sluiten.
  • Pagina 674 1. Selecteer in het menu Start achtereenvolgens Configuratiescherm (Control Panel) > Programma's (Programs) > Programma's en onderdelen (Programs and Features). 2. Selecteer Canon IJ Network Scanner Selector EX en klik vervolgens op Verwijderen/wijzigen (Uninstall/Change). Opmerking • Als het scherm Gebruikersaccountbeheer (User Account Control) verschijnt, klikt u op Doorgaan (Continue).
  • Pagina 675 Opmerking • Klik op OK bij de vraag of u de computer opnieuw wilt opstarten. De computer wordt opnieuw opgestart.
  • Pagina 676 Scantips Resolutie Gegevensindelingen Kleurafstemming...
  • Pagina 677 Resolutie De gegevens in de door u gescande afbeelding zijn een verzameling puntjes die informatie over helderheid en kleur bevatten. De dichtheid van deze puntjes wordt 'resolutie' genoemd. De resolutie bepaalt hoeveel details de afbeelding bevat. De resolutie wordt uitgedrukt in het aantal puntjes per inch (dpi). Dpi is het aantal puntjes per inch (2,5 cm).
  • Pagina 678 Belangrijk • Als u de resolutie verdubbelt, wordt het gegevensformaat van de gescande afbeelding viermaal zo groot. Als het bestand te groot is, vermindert de uitvoersnelheid aanzienlijk en kan er bijvoorbeeld een gebrek aan geheugen ontstaan. Stel minimaal de resolutie in die hoort bij het gebruik van de gescande afbeelding.
  • Pagina 679 Gegevensindelingen Bij het opslaan van gescande afbeeldingen kunt u een gegevensindeling kiezen. Geef de meest geschikte gegevensindeling op, in overeenstemming met het gebruik van de afbeelding in een bepaalde toepassing. De beschikbare gegevensindelingen zijn afhankelijk van de toepassing en het besturingssysteem (Windows of Mac OS).
  • Pagina 680 Kleurafstemming 'Kleurafstemming' is het aanbrengen van aanpassingen zodat de kleurtonen van het originele item, het monitorscherm en de kleurenafdruk met elkaar overeenkomen. Op uw scanner of printer worden de kleurtinten aangepast zoals hieronder wordt aangegeven. Voorbeeld: sRGB is geselecteerd als uitvoerprofiel (doel): De kleurruimte van de afbeelding wordt geconverteerd van de kleurruimte van de scanner naar sRGB door ScanGear.
  • Pagina 681 Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) Informatie over hoe u items moet plaatsen op de plaat van uw scanner of printer. Plaats de items op de juiste manier op de plaat, afhankelijk van het type item dat u wilt scannen. Anders worden de items mogelijk niet goed gescand.
  • Pagina 682 Belangrijk • Grote items (zoals foto's op A4-formaat) die alleen tegen de randen/pijl (positiemarkering) van de plaat kunnen worden geplaatst, worden mogelijk opgeslagen als PDF-bestanden. Als u bestanden in een andere indeling dan PDF wilt opslaan, geeft u bij het scannen de gegevensindeling op. Meerdere items plaatsen: Houd een ruimte van 1 cm (0,4 inch) of meer vrij tussen de randen (schuin gestreept gebied) van de glasplaat en de...
  • Pagina 683 Selector EX". • Windows 7/Windows Vista/Windows XP: Ga naar het Start-menu, klik op Alle programma´s (All Programs) > Canon Utilities > IJ Network Scanner Selector EX > IJ Network Scanner Selector EX. Het pictogram wordt weergegeven in het systeemvak op het bureaublad en het scherm...
  • Pagina 684 IJ Scan Utility starten. 2. Selecteer 'Canon XXX series Network' (waarbij 'XXX' de modelnaam is) voor Productnaam (Product Name). 3. Klik op Instellingen (Settings...) om een andere scanner te gebruiken die is verbonden met een netwerk.
  • Pagina 685 • Netwerkcommunicatie tussen uw scanner of printer en de computer is ingeschakeld Raadpleeg 'Problemen met netwerkcommunicatie' voor uw model vanuit de startpagina van de Online handleiding als de scanner of printer nog steeds niet wordt weergegeven.
  • Pagina 686 Scannen vanaf een computer (Mac OS) IJ Scan Utility gebruiken Scannerstuurprogramma gebruiken Scantips Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) Scaninstellingen voor het netwerk...
  • Pagina 687 Dit apparaat ondersteunt de volgende scanfuncties. PIXMA/MAXIFY Cloud Link PIXMA/MAXIFY Cloud Link is een webservice die wordt aangeboden door Canon. Sla gescande afbeeldingen op met services voor gegevensopslag via integratie met diverse cloudservices zonder dat u een computer moet gebruiken.
  • Pagina 688 PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken Als u PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruikt, kunt u uw printer verbinden met een cloudservice, zoals CANON iMAGE GATEWAY, Evernote of Twitter, en de volgende functies gebruiken zonder dat u een computer nodig heeft: • Afbeeldingen afdrukken vanaf een fotodeelservice •...
  • Pagina 689 Problemen oplossen Veelgestelde vragen • Kan het apparaat niet vinden in het netwerk • Kan het apparaat niet vinden in het draadloze LAN • De afdruktaak wordt niet gestart • Papier is leeg/Afdrukken zijn onduidelijk/Onjuiste kleuren/Zichtbare witte strepen • Er treedt een fout op •...
  • Pagina 690 • Het kopiëren/afdrukken stopt • Afdrukresultaten zijn niet naar behoren • Er wordt geen inkt toegevoerd • Papierstoringen • Papier wordt niet correct ingevoerd/Fout vanwege 'geen papier' • Problemen met automatisch dubbelzijdig afdrukken • Scanresultaten zijn niet naar behoren (Windows) •...
  • Pagina 691 Problemen met netwerkcommunicatie Kan het apparaat niet vinden in het netwerk Problemen met de netwerkverbinding Overige netwerkproblemen...
  • Pagina 692 Kan het apparaat niet vinden in het netwerk Kan het apparaat niet vinden in het scherm Lijst met printers in netwerk Kan het apparaat niet vinden in het scherm Printerinstellingen controleren Kan het apparaat niet vinden in het draadloze LAN...
  • Pagina 693 Kan het apparaat niet vinden in het scherm Printerinstellingen controleren Als het apparaat tijdens het instellen van de netwerkcommunicatie niet kan worden gevonden in het scherm Printerinstellingen controleren (Check Printer Settings), controleert u de netwerkinstellingen en probeert u het opnieuw. Kan het apparaat tijdens de instelling van het draadloze LAN niet vinden: controle 1 Belangrijk •...
  • Pagina 694 Kan het apparaat tijdens de instelling van het draadloze LAN niet vinden: controle 1 Zijn de computer en het netwerkapparaat (router en dergelijke) geconfigureerd en kan de computer verbinding maken met het netwerk? Controleer of u webpagina's kunt zien op de computer. Als u geen webpagina's kunt zien: Configureer de computer en het netwerkapparaat.
  • Pagina 695 Als het apparaat wordt gevonden, volgt u de aanwijzingen op het scherm om door te gaan met het instellen van de netwerkcommunicatie. • Als geen bericht wordt weergegeven: Annuleer de instelling en stel de beveiligingssoftware zo in dat toegang tot het netwerk door Canon- software is toegestaan. ◦ Voor Windows: Het bestand Setup.exe of Setup64.exe in de map win >...
  • Pagina 696 Kan het apparaat tijdens de instelling van het draadloze LAN niet vinden: controle 3...
  • Pagina 697 Kan het apparaat tijdens de instelling van het draadloze LAN niet vinden: controle 3 Controleer de instellingen van de draadloze router. Controleer de instellingen voor de netwerkverbinding van de draadloze router, zoals IP-adresfiltering, MAC-adresfiltering en DHCP-functie. Zorg ervoor dat hetzelfde radiokanaal is toegewezen aan de draadloze router en aan het apparaat. Raadpleeg de instructiehandleiding bij de draadloze router of neem contact op met de fabrikant voor informatie over het controleren van de instellingen van de draadloze router.
  • Pagina 698 Kan het apparaat tijdens de instelling van het draadloze LAN niet vinden: controle 4 Controleer de configuratie van de draadloze router en zorg dat het apparaat niet te ver van de draadloze router is geplaatst. Zorg dat de gebruikte draadloze router is geconfigureerd voor gebruik van de bandbreedte 2,4 GHz. Voor meer informatie over het controleren van de instelling van de draadloze router raadpleegt u de instructiehandleiding van de draadloze router of neemt u contact op met de fabrikant.
  • Pagina 699 Kan het apparaat niet vinden in het scherm Lijst met printers in netwerk Het apparaat kan niet worden gedetecteerd met de huidige configuratiemethode. Schakel het selectievakje In te stellen printer kan niet worden gevonden in de lijst (Setting printer could not be found on the list) in en klik op Volgende (Next). Het scherm voor het weergeven van een andere configuratiemethode wordt weergegeven.
  • Pagina 700 U komt niet verder dan het scherm Printeraansluiting/Kabel aansluiten Als u niet verder komt dan het scherm Printeraansluiting (Printer Connection) of het scherm Kabel aansluiten (Connect Cable), controleert u het volgende. Controleer of de USB-kabel goed is aangesloten op het apparaat en de Controle 1 computer.
  • Pagina 701 5. Start de computer opnieuw op. 6. Zorg ervoor dat er geen andere toepassingen worden uitgevoerd. 7. Voer de installatie opnieuw uit volgens de instructies op de Canon-website. Opmerking • Voor Windows kunt u de installatie-cd-rom gebruiken om de installatie opnieuw uit te voeren.
  • Pagina 702 Controle 4 Zo niet, voer dan de installatie uit. • Voor Windows: Gebruik de installatie-cd-rom of volg de instructies op de Canon-website. • Voor Mac OS: Volg de instructies op de Canon-website. Als u IJ Network Tool gebruikt, zoekt u het apparaat nogmaals.
  • Pagina 703 Als u zoekt naar het apparaat via een netwerk, moet u zorgen dat het Controle 6 apparaat is gekoppeld aan een poort. (Windows) Als Geen stuurprogramma (No Driver) wordt weergegeven onder Naam (Name) in IJ Network Tool, is het apparaat niet aan een poort gekoppeld. Selecteer Poort associëren (Associate Port) in het menu Instellingen (Settings) om de een poort aan het apparaat te koppelen.
  • Pagina 704 Zorg dat de firewall van de software is uitgeschakeld. Controle 13 Als de firewall van de beveiligingssoftware is ingeschakeld, wordt mogelijk het bericht weergegeven dat Canon- software probeert toegang te krijgen tot het netwerk. Als deze waarschuwing wordt weergegeven, stelt u de beveiligingssoftware zo in dat toegang altijd wordt toegestaan.
  • Pagina 705 Problemen met de netwerkverbinding Het apparaat kan plotseling niet worden gebruikt Onbekende netwerksleutel Het ingestelde beheerderswachtwoord voor het apparaat is onbekend Het apparaat kan niet worden gebruikt nadat een draadloze router is vervangen of de instellingen ervan zijn gewijzigd Afdrukken is traag Inktniveau wordt niet weergegeven in printerstatusmonitor (Windows)
  • Pagina 706 Het apparaat kan plotseling niet worden gebruikt Kan niet communiceren met het apparaat nadat de netwerkinstellingen zijn gewijzigd (Windows) Kan niet communiceren met het apparaat via het draadloze LAN Kan niet communiceren met het apparaat in de toegangspuntmodus Kan niet afdrukken of scannen vanaf een netwerkcomputer Kan niet communiceren met het apparaat nadat de netwerkinstellingen zijn gewijzigd (Windows) Het kan enige tijd duren voordat de computer een IP-adres heeft opgehaald.
  • Pagina 707 Controle 10 Als de firewall van de beveiligingssoftware is ingeschakeld, wordt mogelijk het bericht weergegeven dat Canon-software probeert toegang te krijgen tot het netwerk. Als deze waarschuwing wordt weergegeven, stelt u de beveiligingssoftware zo in dat toegang altijd wordt toegestaan.
  • Pagina 708 Het serienummer van het apparaat wordt standaard als netwerksleutel gebruikt. Controleer het serienummer op de achterkant van het apparaat. 5. Gebruik de installatie-cd-rom of volg de instructies op de Canon-website. Kan niet communiceren met het apparaat in de toegangspuntmodus Zorg dat het apparaat is ingeschakeld.
  • Pagina 709 Als MP Drivers niet is geïnstalleerd, installeert u dit. Controle 2 • Voor Windows: Installeer MP Drivers met de Installatie-cd-rom of vanaf de Canon-website. • Voor Mac OS: Installeer MP Drivers vanaf de Canon-website. Zorg ervoor dat de draadloze router niet beperkt welke computers er Controle 3 toegang toe hebben.
  • Pagina 710 Onbekende netwerksleutel Ingestelde WEP- of WPA/WPA2-sleutel voor toegangspunt is onbekend, kan geen verbinding maken Een coderingssleutel instellen Ingestelde WEP- of WPA/WPA2-sleutel voor toegangspunt is onbekend, kan geen verbinding maken Raadpleeg de instructiehandleiding bij de draadloze router of neem contact op met de fabrikant voor informatie over het instellen van de draadloze router.
  • Pagina 711 Gewoonlijk selecteert u Automatisch (Auto) voor de verificatiemethode. Selecteer anders Open systeem (Open System) of Gedeelde sleutel (Shared Key), afhankelijk van de instellingen van de draadloze router. Wanneer het venster WEP-details (WEP Details) wordt weergegeven nadat u op Instellen (Set) hebt geklikt in het venster Draadloze routers (Wireless Routers), volgt u de instructies op het scherm en stelt u de lengte en indeling van de sleutel, het sleutelnummer en de verificatiemethode voor het invoeren van een WEP-sleutel in.
  • Pagina 712 Initialiseer de apparaatinstellingen. De apparaatinstellingen initialiseren Voer de installatie opnieuw uit nadat u de apparaatinstellingen hebt geïnitialiseerd. • Voor Windows: Gebruik de installatie-cd-rom of volg de instructies op de Canon-website. • Voor Mac OS: Volg de instructies op de Canon-website.
  • Pagina 713 Wanneer u een draadloze router vervangt, voert u de netwerkinstallatie van het apparaat opnieuw uit. • Voor Windows: Gebruik de installatie-cd-rom of volg de instructies op de Canon-website. • Voor Mac OS: Volg de instructies op de Canon-website.
  • Pagina 714 Kan niet communiceren met het apparaat nadat het coderingstype op de draadloze router is gewijzigd terwijl codering is ingeschakeld Als u het coderingstype van het apparaat verandert en het vervolgens niet kan communiceren met de computer, controleert u of het coderingstype van de computer en de draadloze router overeenkomt met het type dat is ingesteld op het apparaat.
  • Pagina 715 Afdrukken is traag Het apparaat is mogelijk bezig met het afdrukken of scannen van een grote Controle 1 taak van een andere computer. Controleer de signaalstatus en verplaats het apparaat en de draadloze router Controle 2 zo nodig. • Voor Windows: Status draadloos netwerk controleren •...
  • Pagina 716 Inktniveau wordt niet weergegeven in printerstatusmonitor (Windows) Gebruik het printerstuurprogramma met bidirectionele communicatie. Selecteer Bi-directionele ondersteuning inschakelen (Enable bidirectional support) op het tabblad Poorten (Ports) van het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma. Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma openen...
  • Pagina 717 Overige netwerkproblemen Er verschijnt een bericht op de computer tijdens de installatie Er worden voortdurend pakketten verzonden (Windows) Netwerkgegevens controleren De fabrieksinstellingen herstellen...
  • Pagina 718 Er verschijnt een bericht op de computer tijdens de installatie Wachtwoord invoeren (Enter Password) Het venster Wachtwoord invoeren verschijnt tijdens de installatie Het scherm Coderingsinstellingen wordt weergegeven als een toegangspunt wordt geselecteerd in het scherm Zoeken (Search) 'U verbindt het apparaat met een niet gecodeerd draadloos netwerk' wordt weergegeven Wachtwoord invoeren (Enter Password) Het venster Wachtwoord invoeren verschijnt tijdens de installatie Het volgende venster wordt weergegeven als het apparaat is ingesteld voor gebruik met een netwerk en...
  • Pagina 719 Het scherm Coderingsinstellingen wordt weergegeven als een toegangspunt wordt geselecteerd in het scherm Zoeken (Search) Dit scherm wordt automatisch weergegeven als de geselecteerde draadloze router is gecodeerd. Gebruik dezelfde coderingsinstellingen als zijn ingesteld voor de draadloze router. • Voor Windows: Instellingen wijzigen op het tabblad Draadloos LAN voor meer informatie over de coderingsinstellingen.
  • Pagina 720 Als u IJ Network Scanner Selector EX wilt uitschakelen, klikt u met de rechtermuisknop op het pictogram in het systeemvak op het bureaublad en selecteert u Canon IJ Network Scanner Selector EX uitschakelen (Disable Canon IJ Network Scanner Selector EX).
  • Pagina 721 • Voor Windows: Scherm Canon IJ Network Tool • Voor Mac OS: Menu's van Canon IJ Network Tool Het IP-adres of MAC-adres van de computer controleren Volg de onderstaande instructies als u het IP-adres of MAC-adres van de computer wilt controleren.
  • Pagina 722 Controleer of Wi-Fi is geselecteerd als netwerkinterface. 3. Controleer het IP-adres of het MAC-adres. Klik op TCP/IP om het IP-adres te controleren. Klik op Hardware om het MAC-adres te controleren. De communicatie tussen de computer, de printer en de draadloze router controleren Voer een ping-test uit om te controleren of communicatie plaatsvindt.
  • Pagina 723 Een bericht zoals het volgende wordt weergegeven. 64 bytes van XXX.XXX.XXX.XXX: icmp_seq=0 ttl=64 tijd=3,394 ms 64 bytes van XXX.XXX.XXX.XXX: icmp_seq=1 ttl=64 tijd=1,786 ms 64 bytes van XXX.XXX.XXX.XXX: icmp_seq=2 ttl=64 tijd=1,739 ms --- XXX.XXX.XXX.XXX ping-statistieken --- 3 pakketten verstuurd, 3 pakketten ontvangen, 0% van de pakketten verloren Als het pakketverlies 100% is, vindt er geen communicatie plaats.
  • Pagina 724 Als u het apparaat opnieuw via een netwerk wilt gebruiken nadat u de fabrieksinstellingen hebt hersteld, voert u de installatie opnieuw uit met behulp van de installatie-cd-rom of volgens de instructies op de Canon-website. • Voor Mac OS: Tijdens de initialisatie worden alle netwerkinstellingen op het apparaat gewist, waardoor afdrukken of scannen vanaf een computer via een netwerk niet meer mogelijk is.
  • Pagina 725 Problemen met afdrukken/scannen vanaf een smartphone/tablet Kan niet afdrukken/scannen vanaf een smartphone/tablet...
  • Pagina 726 Kan niet afdrukken/scannen vanaf een smartphone/tablet Als u niet kunt afdrukken/scannen vanaf uw smartphone/tablet, kan de smartphone/tablet mogelijk niet communiceren met het apparaat. Controleer de oorzaak van het probleem aan de hand van de verbindingsmethode. Kan niet communiceren met het apparaat via een draadloos LAN Kan niet communiceren met het apparaat terwijl het de toegangspuntmodus gebruikt Opmerking •...
  • Pagina 727 Komen de netwerkinstellingen van de smartphone/tablet overeen met die Controle 4 van de draadloze router? Zorg dat de netwerkinstellingen van de smartphone/tablet (zoals naam van draadloze router, SSID en netwerksleutel) overeenkomen met die van de draadloze router. Controleer de instellingen van de smartphone/tablet in de bijgeleverde instructiehandleiding. Als de netwerkinstellingen van de smartphone/tablet niet overeenkomen met die van de draadloze router, wijzigt u de netwerkinstellingen ervan zodat ze overeenkomen met die van de draadloze router.
  • Pagina 728 Selecteer de toegangspuntnaam (SSID) van het apparaat op uw smartphone/tablet. Hebt u het juiste wachtwoord opgegeven voor de toegangspuntmodus? Controle 5 Als de beveiligingsinstelling van de toegangspuntmodus is ingeschakeld, moet u het wachtwoord invoeren om uw smartphone/tablet te verbinden met het apparaat. Zorg dat het apparaat niet te ver weg staat.
  • Pagina 729 Afdrukproblemen De afdruktaak wordt niet gestart Papierstoringen Afdrukresultaten zijn niet naar behoren Er wordt geen inkt toegevoerd Papier wordt niet correct ingevoerd/Fout vanwege 'geen papier' Problemen met automatisch dubbelzijdig afdrukken Het kopiëren/afdrukken stopt Kan niet afdrukken met AirPrint...
  • Pagina 730 De afdruktaak wordt niet gestart Controleer of de stekker van het apparaat goed is aangesloten en drukt op Controle 1 de knop AAN (ON) om het apparaat in te schakelen. Het AAN (ON)-lampje knippert terwijl het apparaat wordt geïnitialiseerd. Wacht totdat het AAN (ON)-lampje stopt met knipperen en blijft branden.
  • Pagina 731 Het apparaat drukt niet goed af als u een printerbesturingsbestand voor een andere printer gebruikt. • Voor Windows: Controleer of 'Canon XXX series Printer' (waarbij 'XXX' de naam van uw apparaat is) is geselecteerd in het dialoogvenster Afdrukken. Opmerking • Selecteer Als standaardprinter instellen (Set as Default Printer) als u het apparaat als standaardprinter wilt instellen.
  • Pagina 732 Klik in Windows 7, Windows Vista of Windows XP op Start en selecteer Alle programma's (All programs), Canon Utilities, Canon My Printer, Canon My Printer en tot slot Printerdiagnose en - herstel (Diagnose and Repair Printer). Volg de instructies op het scherm om de juiste printerpoort in te stellen en selecteer de naam van uw apparaat.
  • Pagina 733 Papierstoringen Als papier is vastgelopen, knippert het Alarm-lampje en wordt automatisch een probleemoplossingsbericht op het computerscherm weergegeven. Neem de maatregelen die in het bericht worden beschreven. • Voor Windows: • Voor Mac OS: * Welk venster u krijgt, is afhankelijk van het besturingssysteem dat u gebruikt. Lijst met ondersteuningscodes voor fouten (papierstoringen) om het vastgelopen papier te verwijderen.
  • Pagina 734 Afdrukresultaten zijn niet naar behoren Als de afdrukresultaten niet naar behoren zijn omdat ze witte strepen, verkeerd afgedrukte lijnen of ongelijkmatige kleuren vertonen, controleert u eerst de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit. Komen de instellingen voor paginaformaat en mediumtype overeen met het Controle 1 formaat en type van het geplaatste papier? Als deze instellingen niet overeenkomen, kan niet het juiste resultaat worden verkregen.
  • Pagina 735 Afbeeldingen zijn onvolledig of ontbreken (Windows) Inktvlekken/gekruld papier Papier vertoont vlekken/Papieroppervlak vertoont krassen Vegen op de achterzijde van het papier Verticale lijn naast afbeelding Kleuren zijn ongelijkmatig of vertonen strepen...
  • Pagina 736 Het afdrukken wordt niet voltooid Selecteer de instelling die ervoor zorgt dat afdrukgegevens niet worden Controle 1 gecomprimeerd. (Windows) Het afdrukresultaat kan verbeteren als u in de toepassing die u gebruikt de instelling selecteert die zorgt dat afdrukgegevens niet worden gecomprimeerd. Klik op Afdrukopties (Print Options) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) van het printerstuurprogramma.
  • Pagina 737 Een deel van de pagina wordt niet afgedrukt (Windows) Gebruikt u automatisch dubbelzijdig afdrukken? Controle Als u automatisch dubbelzijdig afdrukken gebruikt, is het afdrukgebied boven aan de pagina 2 mm / 0,08 inch korter dan normaal. Daardoor wordt de onderzijde van de pagina mogelijk niet afgedrukt. U voorkomt dit door gereduceerd afdrukken te selecteren in het printerstuurprogramma.
  • Pagina 738 Papier is leeg/Afdrukken zijn onduidelijk/Onjuiste kleuren/ Zichtbare witte strepen Papier is leeg Afdrukken zijn onduidelijk Onjuiste kleuren...
  • Pagina 739 Zichtbare witte strepen Controleer de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit. Controle 1 Afdrukresultaten zijn niet naar behoren Druk het controleraster voor de spuitopeningen af en voer eventueel Controle 2 noodzakelijk onderhoud uit, zoals het reinigen van de printkop. Druk het controleraster voor spuitopeningen af om te bepalen of de inkt op de juiste wijze uit de spuitopeningen van de printkop wordt gespoten.
  • Pagina 740 Open de papieruitvoerklep, waarna het klepje over de kop wordt geopend. Druk de inktcartridgevergrendeling omhoog om te ervoor te zorgen dat de FINE-cartridge correct is geplaatst. Nadat u ervoor hebt gezorgd of de FINE-cartridge correct is geplaatst, sluit u de papieruitvoerklep. Als het probleem zich blijft voordoen, verwijdert u de FINE-cartridges en plaatst u ze opnieuw.
  • Pagina 741 Kleuren zijn onduidelijk Wordt het controleraster voor de spuitopeningen correct afgedrukt? Controle 1 Druk het controleraster voor spuitopeningen af om te bepalen of de inkt op de juiste wijze uit de spuitopeningen van de printkop wordt gespoten. Raadpleeg Als afdrukken vaag of ongelijkmatig zijn voor informatie over het afdrukken van het controleraster voor de spuitopeningen, het reinigen van de printkop en het uitvoeren van een diepte-reiniging van de printkop.
  • Pagina 742 voor kleurbeheer en omgevingsverschillen kunnen tevens de weergave van de kleuren op het scherm beïnvloeden. Daarom kunnen de kleuren van de afdruk verschillen van die op het scherm.
  • Pagina 743 Lijnen worden verkeerd afgedrukt Controleer de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit. Controle 1 Afdrukresultaten zijn niet naar behoren Lijn de printkop uit. Controle 2 Als de afgedrukte lijnen niet evenwijdig zijn of als u niet tevreden bent over de afdrukresultaten, dient u de positie van de printkop aan te passen.
  • Pagina 744 Lijnen zijn onvolledig of ontbreken (Windows) Gebruikt u de functie Pagina-indeling afdrukken of Bindmarge? Controle 1 Als de functie Pagina-indeling afdrukken of Bindmarge wordt gebruikt, worden dunne lijnen mogelijk niet afgedrukt. Probeer de lijnen in het document dikker te maken. Zijn de afdrukgegevens extreem groot? Controle 2 Klik op Afdrukopties (Print Options) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) van het...
  • Pagina 745 Afbeeldingen zijn onvolledig of ontbreken (Windows) Selecteer de instelling die ervoor zorgt dat afdrukgegevens niet worden Controle 1 gecomprimeerd. Het afdrukresultaat kan verbeteren als u in de toepassing die u gebruikt de instelling selecteert die zorgt dat afdrukgegevens niet worden gecomprimeerd. Klik op Afdrukopties (Print Options) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) van het printerstuurprogramma.
  • Pagina 746 Gebruik fotopapier om foto's af te drukken. Controle 3 Als u gegevens afdrukt met een hoge kleurverzadiging, zoals foto's of afbeeldingen met donkere kleuren, raden we het gebruik van Glossy Foto Papier Extra II of ander speciaal papier van Canon aan. Mediumtypen die u kunt gebruiken...
  • Pagina 747 Papier vertoont vlekken/Papieroppervlak vertoont krassen Papier vertoont vlekken Vlekkerige randen Vlekkerig papier Papieroppervlak vertoont krassen Controleer de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit. Controle 1 Afdrukresultaten zijn niet naar behoren Controleer het papiertype. Controle 2 • Zorg dat u het juiste papier gebruikt voor datgene wat u afdrukt. Mediumtypen die u kunt gebruiken •...
  • Pagina 748 • Ander papier Als de hoeken van het papier meer dan 3 mm/0,1 inch (A) omhoog krullen, kan de afdruk vlekken vertonen of kan het papier onjuist worden ingevoerd. Volg de onderstaande aanwijzingen om het gekrulde papier recht te maken. 1.
  • Pagina 749 Schuring van papier voorkomen (Prevent paper abrasion) in en klik op Toepassen (Apply). Zie Canon IJ Printer Utility openen als u Canon IJ Printer Utility wilt openen. Als de intensiteit te hoog is ingesteld, verlaagt u de intensiteit en probeert u Controle 5 opnieuw af te drukken.
  • Pagina 750 5. Controleer het bericht en klik op OK. • Voor Mac OS: 1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. 2. Open de Canon IJ Printer Utility. Canon IJ Printer Utility openen 3. Selecteer Aangepaste instellingen (Custom Settings) in het pop-upmenu.
  • Pagina 751 Vegen op de achterzijde van het papier Controleer de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit. Controle 1 Afdrukresultaten zijn niet naar behoren Maak de binnenzijde van het apparaat schoon door een reiniging van de Controle 2 onderste plaat uit te voeren. Het binnenste van het apparaat reinigen (Reiniging onderste plaat) Opmerking •...
  • Pagina 752 Verticale lijn naast afbeelding Is het formaat van het geplaatst papier correct? Controle Als het geplaatste papier groter is dan het opgegeven formaat, kan er een verticale lijn verschijnen in de marge. Stel het papierformaat in overeenkomstig het geplaatste papier. Afdrukresultaten zijn niet naar behoren Opmerking •...
  • Pagina 753 Kleuren zijn ongelijkmatig of vertonen strepen Kleuren zijn ongelijkmatig Kleuren vertonen strepen Controleer de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit. Controle 1 Afdrukresultaten zijn niet naar behoren Druk het controleraster voor de spuitopeningen af en voer eventueel Controle 2 noodzakelijk onderhoud uit, zoals het reinigen van de printkop. Druk het controleraster voor spuitopeningen af om te bepalen of de inkt op de juiste wijze uit de spuitopeningen van de printkop wordt gespoten.
  • Pagina 754 Voer een diepte-reiniging van de printkop uit. Als het probleem niet is opgelost na een dieptereiniging van de printkop, zet u het apparaat uit en voert u na 24 uur nogmaals een dieptereiniging van de printkop uit. • Als het probleem niet is opgelost nadat u tweemaal een dieptereiniging van de printkop hebt uitgevoerd: De inkt is wellicht op.
  • Pagina 755 Er wordt geen inkt toegevoerd Vervang een eventuele lege FINE-cartridge door een nieuwe. Controle 1 Is de FINE-cartridge correct geplaatst? Controle 2 Als de FINE-cartridge niet goed is geplaatst, wordt de inkt mogelijk niet goed uitgespoten. Open de papieruitvoerklep, waarna het klepje over de kop wordt geopend. Druk de inktcartridgevergrendeling omhoog om te ervoor te zorgen dat de FINE-cartridge correct is geplaatst.
  • Pagina 756 Papier wordt niet correct ingevoerd/Fout vanwege 'geen papier' Zorg dat er papier is geplaatst. Controle 1 Papier plaatsen Let op het volgende wanneer u papier plaatst. Controle 2 • Als u twee of meer vellen papier plaatst, moet u de vellen precies op elkaar leggen voordat u het papier plaatst.
  • Pagina 757 Invoer van twee vellen voorkomen (Prevent paper double-feed) in en klik op Toepassen (Apply). Zie Canon IJ Printer Utility openen als u Canon IJ Printer Utility wilt openen. Opmerking • De functie die invoer van twee vellen papier voorkomt verlaagt de afdruksnelheid.
  • Pagina 758 Problemen met automatisch dubbelzijdig afdrukken Is automatisch dubbelzijdig afdrukken geselecteerd? Controle 1 • Voor Windows: Zorg dat de selectievakjes Dubbelzijdig afdrukken (Duplex Printing) en Automatisch (Automatic) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) van het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma zijn ingeschakeld. Dubbelzijdig afdrukken •...
  • Pagina 759 Controleer of het geplaatste papier geschikt is voor automatisch dubbelzijdig afdrukken op het tabblad Kwaliteit en media (Quality & Media) van het dialoogvenster Afdrukken. Opmerking • Voor Windows: Volg de onderstaande procedure om te schakelen naar handmatig dubbelzijdig afdrukken. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma, schakel het selectievakje Automatisch (Automatic) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) uit en druk opnieuw af.
  • Pagina 760 Het kopiëren/afdrukken stopt Is er papier geplaatst? Controle 1 Zorg dat er papier is geplaatst. Plaats zo nodig papier. Bevatten de af te drukken documenten veel foto's of illustraties? Controle 2 Het verwerken van omvangrijke gegevens zoals foto's of afbeeldingen door het apparaat en de computer kost tijd, zodat het kan lijken of het apparaat niet werkt.
  • Pagina 761 Kan niet afdrukken met AirPrint Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Controle 1 Als het apparaat is ingeschakeld, schakelt u deze uit en weer in en controleert u of het probleem is opgelost. Zorg dat het apparaat via een LAN is verbonden met hetzelfde Controle 2 netwerksubnet als het AirPrint-compatibele apparaat als u afdrukt via een LAN.
  • Pagina 762 Scanproblemen (Windows) Scanproblemen Scanresultaten zijn niet naar behoren Problemen met software Foutberichten van IJ Scan Utility Foutberichten van ScanGear (scannerstuurprogramma)
  • Pagina 763 Scanproblemen De scanner werkt niet ScanGear (scannerstuurprogramma) start niet Er verschijnt een foutbericht en het scherm van ScanGear (scannerstuurprogramma) wordt niet weergegeven Kan niet meerdere originelen tegelijk scannen Scannen met Automatisch scannen werkt niet goed Lage scansnelheid Er wordt een bericht weergegeven dat er onvoldoende geheugen is De computer loopt vast tijdens het scannen De scanner werkt niet nadat een upgrade van Windows is uitgevoerd De gescande afbeelding kan niet worden geopend...
  • Pagina 764 De scanner werkt niet Zorg dat uw scanner of printer is ingeschakeld. Controle 1 Sluit de USB-kabel aan op een andere USB-poort van de computer. Controle 2 Als de USB-kabel is aangesloten op een USB-hub, verwijdert u de kabel uit Controle 3 de USB-hub en sluit u deze aan op een USB-poort van de computer.
  • Pagina 765 ScanGear (scannerstuurprogramma) start niet Zorg dat MP Drivers is geïnstalleerd. Controle 1 Installeer MP Drivers vanaf de installatie-cd-rom of van de webpagina als het programma nog niet is geïnstalleerd. Selecteer uw scanner of printer in het menu van de toepassing. Controle 2 Belangrijk •...
  • Pagina 766 Er verschijnt een foutbericht en het scherm van ScanGear (scannerstuurprogramma) wordt niet weergegeven Zorg dat uw scanner of printer is ingeschakeld. Controle 1 Zet de scanner of printer uit, sluit de USB-kabel opnieuw aan en sluit het Controle 2 netsnoer weer aan. Sluit de USB-kabel aan op een andere USB-poort van de computer.
  • Pagina 767 Kan niet meerdere originelen tegelijk scannen Controleer of de items correct zijn geplaatst. Controle 1 Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) Controleer of u één item goed kunt scannen. Controle 2 Bepaalde toepassingen bieden geen ondersteuning voor het scannen van meerdere documenten. Scan in dat geval elk document afzonderlijk.
  • Pagina 768 Scannen met Automatisch scannen werkt niet goed Controleer of de items correct zijn geplaatst. Controle 1 Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) Mogelijk wordt het scannen van meerdere items niet ondersteund. Controle 2 Bepaalde toepassingen bieden geen ondersteuning voor het scannen van meerdere documenten. Scan in dat geval elk document afzonderlijk.
  • Pagina 769 Lage scansnelheid Als u de afbeelding wilt weergeven op een monitor, stelt u de uitvoerresolutie Controle 1 in op ongeveer 150 dpi. Voor afdrukken stelt u de resolutie in op ongeveer 300 dpi. Resolutie Stel Correctie van vervaging (Fading Correction), Correctie van Controle 2 korreligheid (Grain Correction) en dergelijke in op Geen (None).
  • Pagina 770 Er wordt een bericht weergegeven dat er onvoldoende geheugen is Sluit andere toepassingen en probeer het opnieuw. Controle 1 Verlaag de resolutie of het uitvoerformaat en voer de scan opnieuw uit. Controle 2 Resolutie...
  • Pagina 771 De computer loopt vast tijdens het scannen Start de computer opnieuw op, verlaag de uitvoerresolutie in ScanGear Controle 1 (scannerstuurprogramma) en scan het document nogmaals. Raadpleeg voor meer informatie 'Instellingen voor uitvoer' voor uw model vanuit de startpagina van de Online handleiding.
  • Pagina 772 1. Klik op de charm Instellingen (Settings) > Configuratiescherm (Control Panel) > Programma's (Programs) > Programma's en onderdelen (Programs and Features). 2. Dubbelklik op Canon IJ Scan Utility. 3. Klik op Ja (Yes) wanneer u om bevestiging wordt gevraagd. 4. Klik op OK wanneer het verwijderen is voltooid.
  • Pagina 773 1. Selecteer in het menu Start de optie Configuratiescherm (Control Panel) > Programma's toevoegen of verwijderen (Add or Remove Programs). 2. Selecteer Canon IJ Scan Utility en klik vervolgens op Wijzigen/verwijderen (Change/Remove). 3. Klik op Ja (Yes) wanneer u om bevestiging wordt gevraagd.
  • Pagina 774 De gescande afbeelding kan niet worden geopend Als de gegevensindeling niet door de toepassing wordt ondersteund, scant u Controle de afbeelding opnieuw en selecteert u een veelgebruikte gegevensindeling zoals JPEG bij het opslaan. Raadpleeg de handleiding van de toepassing voor meer informatie. Als u vragen hebt, kunt u contact opnemen met de fabrikant van de toepassing.
  • Pagina 775 Scanresultaten zijn niet naar behoren Scankwaliteit (afbeelding op het scherm) is slecht De gescande afbeelding wordt omringd door extra witruimte Kan niet scannen met de juiste afmetingen Origineel is juist geplaatst, maar de gescande afbeelding is scheef De gescande afbeelding wordt vergroot of verkleind weergegeven op het computerscherm...
  • Pagina 776 Scankwaliteit (afbeelding op het scherm) is slecht Als de afbeelding rafelig is, verhoogt u de scanresolutie of selecteert u TIFF Controle 1 of PNG bij Gegevensindeling (Data Format) in het dialoogvenster Instellingen. Resolutie Dialoogvenster Instellingen Stel het weergaveformaat in op 100%. Controle 2 In bepaalde toepassingen worden te kleine weergaveformaten niet duidelijk weergegeven.
  • Pagina 777 Als het document in slechte staat is (bijvoorbeeld vuil of vervaagd), schakelt Controle 6 u Stof en krassen reduceren (Reduce Dust and Scratches), Correctie van vervaging (Fading Correction), Correctie van korreligheid (Grain Correction) en dergelijke bij Instellingen voor afbeeldingen (Image Settings) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) van ScanGear in.
  • Pagina 778 De gescande afbeelding wordt omringd door extra witruimte Het scangebied opgeven. Controle Klik op (Automatisch bijsnijden) in de volledige afbeeldingsweergave van ScanGear (scannerstuurprogramma) om automatisch het bijsnijdkader (scangebied) voor de toepasselijke itemgrootte weer te geven. U kunt het scangebied ook handmatig opgeven in de miniatuurweergave, of wanneer er witte marges rond het item zijn (bijvoorbeeld op foto's) of wanneer u aangepaste bijsnijdkaders wilt maken.
  • Pagina 779 Kan niet scannen met de juiste afmetingen Controleer of de items correct zijn geplaatst. Controle Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer)
  • Pagina 780 Origineel is juist geplaatst, maar de gescande afbeelding is scheef Als Document of Tijdschrift (Magazine) is geselecteerd voor Bron Controle selecteren (Select Source), schakelt u het selectievakje Scheve tekstdocumenten corrigeren (Correct slanted text document) uit en scant u het item opnieuw. Dialoogvenster Instellingen (Document scannen) Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen)
  • Pagina 781 De gescande afbeelding wordt vergroot of verkleind weergegeven op het computerscherm Wijzig de weergave-instelling in de toepassing. Controle 1 Raadpleeg de handleiding van de toepassing voor meer informatie. Als u vragen hebt, kunt u contact opnemen met de fabrikant van de toepassing. Opmerking •...
  • Pagina 782 Problemen met software De e-mailclient die u wilt gebruiken, wordt niet weergegeven in het scherm waarin u een e-mailclient kunt selecteren...
  • Pagina 783 De e-mailclient die u wilt gebruiken, wordt niet weergegeven in het scherm waarin u een e-mailclient kunt selecteren Controleer of de MAPI van de e-mailclient is ingeschakeld. Controle Raadpleeg de handleiding van de e-mailclient voor het instellen van MAPI. Als het probleem niet is opgelost wanneer MAPI is ingeschakeld, selecteert u Geen (handmatig toevoegen) (None (Attach Manually)) in het scherm voor het selecteren van een e-mailclient en wijst u de afbeelding handmatig aan de uitgaande e-mail toe.
  • Pagina 784 Foutberichten van IJ Scan Utility Als een foutbericht voor IJ Scan Utility wordt weergegeven, controleert u de foutcode en voert u de bijbehorende oplossing uit. Oplossing Foutcode Foutbericht Er is onvoldoende geheugen beschikbaar. Sluit andere • Er is onvoldoende geheugen programma's af om de beschikbare hoeveelheid beschikbaar om IJ Scan Utility te geheugen te verhogen.
  • Pagina 785 Kan het bestand niet lezen. • Controleer de toegangsrechten voor de map bij Map voor de opslag van tijdelijke bestanden (Folder to Save Temporary Files) in het dialoogvenster Instellingen (Algemene instellingen) (Settings (General Settings)) of Opslaan in (Save in) in het bijbehorende dialoogvenster Instellingen.
  • Pagina 786 Foutberichten van ScanGear (scannerstuurprogramma) Als een foutbericht voor ScanGear (scannerstuurprogramma) wordt weergegeven, controleert u de foutcode en voert u de bijbehorende oplossing uit. Oplossing Foutcode Foutbericht Fout in scanner. • Controleer of de scanner of printer Zet de scanner uit en volg de aanwijzingen in de correct op de computer is aangesloten.
  • Pagina 787 scanner is niet verbonden met het bedrade LAN. Raadpleeg 'Scaninstellingen voor het - (Bij gebruik van een draadloze LAN-verbinding) De netwerk' voor de instellingsprocedure. signaalsterkte is zwak vanwege obstakels. - De netwerkverbinding is beveiligd met behulp van beveiligingssoftware. - Er is een andere scanner in het netwerk geselecteerd.
  • Pagina 788 Windows Vista: Klik in het menu Start op Configuratiescherm (Control Panel) > Systeem en onderhoud (System and Maintenance) > Systeembeheer (Administrative Tools) en dubbelklik op Services. Windows XP: Klik in het menu Start op Configuratiescherm (Control Panel) > Prestaties en onderhoud (Performance and Maintenance) >...
  • Pagina 789 Mechanische problemen Het apparaat wordt niet ingeschakeld Het apparaat schakelt zichzelf uit Problemen met de USB-verbinding Kan niet communiceren met het apparaat via USB De printerstatusmonitor wordt niet weergegeven (Windows)
  • Pagina 790 Haal de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Wacht ten minste 2 Controle 3 minuten, steek daarna de stekker weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 791 • Als u Mac OS gebruikt en niet wilt dat het apparaat automatisch wordt uitgeschakeld: Open Canon IJ Printer Utility, selecteer Stroomvoorzieningsinstellingen (Power Settings) in het pop- upmenu en selecteer vervolgens Uitschakelen (Disable) voor Printer automatisch uit (Auto Power Off) bij Printer automatisch aan/uit (Auto Power).
  • Pagina 792 Problemen met de USB-verbinding Afdruk- of scansnelheid is laag/USB Hi-Speed-verbinding werkt niet/Het bericht 'Dit apparaat kan sneller werken (This device can perform faster)' wordt weergegeven (Windows) Als uw systeemomgeving Hi-Speed USB niet ondersteunt, werkt het apparaat op de lagere snelheid van USB 1.1.
  • Pagina 793 Kan niet communiceren met het apparaat via USB Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Controle 1 Sluit de USB-kabel goed aan. Controle 2 Zoals u ziet in de onderstaande afbeelding, bevindt de USB-poort zich aan de achterkant van het apparaat. Start IJ Network Tool niet tijdens het afdrukken.
  • Pagina 794 De printerstatusmonitor wordt niet weergegeven (Windows) Is de printerstatusmonitor ingeschakeld? Controle Controleer of Statusmonitor inschakelen (Enable Status Monitor) is geselecteerd in het menu Optie (Option) van de printerstatusmonitor. 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma. Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma openen 2.
  • Pagina 795 Problemen met installeren en downloaden Kan MP Drivers niet installeren Easy-WebPrint EX wordt niet gestart of het menu Easy-WebPrint EX wordt niet weergegeven (Windows) MP Drivers bijwerken in een netwerkomgeving (Windows) IJ Network Tool verwijderen...
  • Pagina 796 2. Dubbelklik op het pictogram Cd-rom (CD-ROM) in het venster dat verschijnt. Als de inhoud van de cd-rom wordt weergegeven, dubbelklikt u op MSETUP4.EXE. Als u MP Drivers niet kunt installeren met de installatie-cd-rom, installeert u het vanaf de Canon- website. Opmerking •...
  • Pagina 797 • Als het installatieprogramma werd beëindigd wegens een Windows-fout, is Windows mogelijk instabiel en kunt u de stuurprogramma's mogelijk niet installeren. Start de computer opnieuw op en installeer de stuurprogramma's opnieuw. Voor Mac OS: Download de stuurprogramma's van de ondersteuningspagina op de Canon-website en installeer ze opnieuw.
  • Pagina 798 Wordt Canon Easy-WebPrint EX weergegeven in het menu Werkbalken Controle 1 (Toolbars) in het menu Beeld (View) van Internet Explorer? Als Canon Easy-WebPrint EX niet wordt weergegeven, is Easy-WebPrint EX niet op uw computer geïnstalleerd. Installeer de nieuwste versie van Easy-WebPrint EX vanaf de Canon-website. Opmerking •...
  • Pagina 799 MP Drivers bijwerken in een netwerkomgeving (Windows) Download de nieuwste versie van MP Drivers. U kunt de nieuwste versie van MP Drivers voor uw model downloaden van de Canon-website. Verwijder de huidige MP Drivers en volg de installatie-instructies om de nieuwste versie van MP Drivers die u hebt gedownload te installeren.
  • Pagina 800 1. Selecteer Configuratiescherm (Control Panel) via de charm Instellingen (Settings) op Bureaublad (Desktop) > Programma´s (Programs) > Programma´s en onderdelen (Programs and Features). 2. Selecteer Canon IJ Network Tool in de programmalijst en klik op Verwijderen (Uninstall). Als het scherm Gebruikersaccountbeheer (User Account Control) verschijnt, klikt u op Doorgaan (Continue).
  • Pagina 801 1. Selecteer Programma´s (Applications) in het menu Ga (Go) van de Finder, dubbelklik op Canon Utilities > IJ Network Tool en sleep het pictogram Canon IJ Network Tool naar de Prullenmand (Trash). 2. Start de computer opnieuw op.
  • Pagina 802 Fouten en berichten Er treedt een fout op Er wordt een bericht weergegeven Er wordt een foutbericht weergegeven op een PictBridge-compatibel apparaat (draadloos LAN)
  • Pagina 803 Er treedt een fout op Als er een fout optreedt tijdens het afdrukken, bijvoorbeeld als het papier op is of is vastgelopen, wordt automatisch een probleemoplossingsbericht weergegeven. Neem de maatregelen die in het bericht worden beschreven. Als er een fout optreedt, knippert het Alarm-lampje en wordt een ondersteuningscode (foutnummer) op het computerscherm weergegeven.
  • Pagina 804 Knippert 8 keer Het absorptiekussen voor inkt is bijna vol. 1702, 1703, 1704, 1705, 1712, 1713, 1714, 1715 Knippert 9 keer Beschermend materiaal of tape is mogelijk nog steeds 1890 bevestigd aan de FINE-cartridgehouder. Knippert 10 keer Het geplaatste papier is niet compatibel met automatisch 1310 dubbelzijdig afdrukken.
  • Pagina 805 Andere gevallen dan de Er is een printerfout 5011, 5012, 5050, 5200, 5400, 6000, 6500, 6800, bovenstaande opgetreden. 6801, 6900, 6901, 6902, 6910, 6911, 6930, 6931, 6932, 6933, 6936, 6937, 6938, 6940, 6941, 6942, 6943, 6944, 6945, 6946 Als een ondersteuningscode en een bericht worden weergegeven op het computerscherm: •...
  • Pagina 806 Er wordt een bericht weergegeven In dit gedeelte worden enkele fouten en berichten beschreven die kunnen worden weergegeven. Opmerking • Voor sommige fouten wordt een ondersteuningscode (foutnummer) op de computer weergegeven. Raadpleeg Lijst met ondersteuningscodes voor fouten voor meer informatie over fouten met een ondersteuningscode.
  • Pagina 807 Faxes). 3. Open de eigenschappen van het printerstuurprogramma. • Klik in Windows 8.1, Windows 8 of Windows 7 met de rechtermuisknop op het pictogram 'Canon XXX series Printer' (waarbij 'XXX' de naam van uw apparaat is) en selecteer Printereigenschappen (Printer properties).
  • Pagina 808 Verwijder MP Drivers aan de hand van de procedure in Onnodige MP Drivers verwijderen. Installeer ze vervolgens opnieuw vanaf de installatie-cd-rom of de Canon-website. Als het apparaat met een USB-kabel op de computer is aangesloten, Controle 5 controleert u de apparaatstatus vanaf de computer.
  • Pagina 809 Verwijder MP Drivers aan de hand van de procedure in Onnodige MP Drivers verwijderen. Installeer ze vervolgens opnieuw vanaf de installatie-cd-rom of de Canon-website. • Afdrukken Toepassingsnaam mislukt (Could not print Application name) - Bestandsnaam Probeer nogmaals af te drukken nadat de huidige taak is voltooid.
  • Pagina 810 • Als u wilt deelnemen aan het onderzoeksprogramma: Klik op Akkoord (Agree) en volg de instructies op het scherm. De gebruiksgegevens van de printer worden via internet verstuurd. Nadat u de procedure hebt voltooid, worden de gegevens automatisch verzonden en wordt het bevestigingsscherm niet meer weergegeven. Opmerking •...
  • Pagina 811 Als u bent aangemeld bij een account met beheerdersrechten, volgt u de aanwijzingen op het scherm. 2. Selecteer Canon Inkjet Printer/Scanner/Fax Extended Survey Program. 3. Selecteer Wijzigen (Change). Als u Ja (Yes) selecteert nadat u de aanwijzingen op het scherm hebt opgevolgd, wordt het bevestigingsvenster weergegeven bij het volgende onderzoek.
  • Pagina 812 • Inkjet Printer/Scanner/Fax Extended Survey Program verwijderen: 1. Stop Inkjet Printer/Scanner/Fax Extended Survey Program. De instelling wijzigen: 2. Selecteer Programma's (Applications) in het menu Ga (Go) van de Finder, dubbelklik op de map Canon Utilities en op de map Inkjet Extended Survey Program.
  • Pagina 813 1. Selecteer Programma's (Applications) in het menu Ga (Go) van de Finder, dubbelklik op de map Canon Utilities en op de map Inkjet Extended Survey Program. 2. Dubbelklik op het pictogram Canon Inkjet Printer/Scanner/Fax Extended Survey Program.
  • Pagina 814 Opmerking • In dit gedeelte worden de fouten beschreven die worden weergegeven op PictBridge-compatibele apparaten (draadloos LAN) van het merk Canon. De foutberichten en procedures kunnen afwijken, afhankelijk van het apparaat dat u gebruikt. Voor fouten met PictBridge-compatibele apparaten (draadloos LAN) van andere merken controleert u de status van het Alarm-lampje en voert u de juiste stappen uit om de fout te verhelpen.
  • Pagina 815 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 816 Als u een probleem niet kunt oplossen Als er een probleem is dat u niet kunt oplossen met behulp van de instructies in dit hoofdstuk, neemt u contact op met Canon via de ondersteuningspagina van de Canon-website of neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum.
  • Pagina 817 Lijst met ondersteuningscodes voor fouten Als er een fout optreedt, wordt een ondersteuningscode weergegeven op het computerscherm. Een ondersteuningscode is een foutnummer dat verschijnt bij een foutbericht. Als er een fout optreedt, controleert u de ondersteuningscode die wordt weergegeven op het computerscherm en voert u vervolgens de benodigde stappen uit.
  • Pagina 818 Voor ondersteuningscodes voor papierstoringen raadpleeg u ook Lijst met ondersteuningscodes voor fouten (papierstoringen).
  • Pagina 819 Lijst met ondersteuningscodes voor fouten (papierstoringen) Als het papier is vastgelopen, verwijdert u dit aan de hand van de juiste procedure hieronder. • Als u het vastgelopen papier ziet in de papieruitvoersleuf: 1300 • Als u het vastgelopen papier ziet in de papieruitvoersleuf: 1303 •...
  • Pagina 820 1300 Oorzaak Papier is vastgelopen in de papieruitvoersleuf. Wat te doen Als u het vastgelopen papier ziet in de papieruitvoersleuf, verwijdert u het papier door deze stappen uit te voeren. 1. Trek het papier er langzaam uit. Houd het papier met beide handen vast en trek het er langzaam uit zodat het niet scheurt. Belangrijk •...
  • Pagina 821 A5-papier kan namelijk omkrullen en vastlopen wanneer het uit het apparaat wordt uitgevoerd. Als de bovenstaande maatregelen het probleem niet verhelpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 822 1303 Oorzaak Papier is vastgelopen in de buurt van de transporteenheid. Wat te doen Als u het papier niet ziet in de papieruitvoersleuf, verwijdert u het papier uit de transporteenheid. Voer deze stappen uit om het papier te verwijderen. Opmerking •...
  • Pagina 823 5. Trek het vastgelopen papier er langzaam uit. Ondersteun het apparaat met uw hand zodat het niet omvalt wanneer u het vastgelopen papier verwijdert. Opmerking • Als het papier is opgerold en moeilijk kan worden verwijderd, trekt u eerst de rand van het papier eruit.
  • Pagina 824 7. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. 8. Plaats opnieuw papier. Alle taken in de afdrukwachtrij worden geannuleerd. Druk opnieuw af. Als de bovenstaande maatregelen het probleem niet verhelpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 825 1304 Oorzaak Papier is vastgelopen tijdens automatisch dubbelzijdig afdrukken. Wat te doen Als het papier is vastgelopen tijdens automatisch dubbelzijdig afdrukken, verwijdert u het papier door deze stappen uit te voeren. Opmerking • Als het papier vastloopt tijdens het afdrukken en u het apparaat moet uitschakelen om het papier te kunnen verwijderen, drukt u op de knop Stoppen (Stop) om het afdrukken te stoppen voordat u het apparaat uitschakelt.
  • Pagina 826 3. Als het beschermende materiaal voor de transporteenheid nog is bevestigd, verwijdert u dit. 4. Druk op de openingshendel om de transporteenheid te openen. Ondersteun het apparaat met uw hand zodat het niet omvalt wanneer u de transporteenheid opent of sluit.
  • Pagina 827 7. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. 8. Plaats opnieuw papier. Alle taken in de afdrukwachtrij worden geannuleerd. Druk opnieuw af. Als de bovenstaande maatregelen het probleem niet verhelpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 828 Papier is vastgelopen in het apparaat Als het vastgelopen papier scheurt en u het papier niet kunt verwijderen uit de papieruitvoersleuf of de transporteenheid, of als het vastgelopen papier in het apparaat blijft zitten, verwijdert u het papier aan de hand van de onderstaande instructies.
  • Pagina 829 4. Houd het vastgelopen papier goed vast met beide handen. Als het papier is opgerold, trekt u het eruit. 5. Trek het papier er langzaam uit, zodat dit niet scheurt. 6. Controleer of al het vastgelopen papier is verwijderd.
  • Pagina 830 Controleer nogmaals of er stukjes papier zijn achtergebleven in het apparaat. Als de bovenstaande maatregelen het probleem niet verhelpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 831 Andere gevallen Controleer het volgende: Wordt de papieruitvoersleuf geblokkeerd? Controle 1 Is het papier gekruld? Controle 2 Herstel het gekrulde papier en plaats het papier opnieuw.
  • Pagina 832 1003 Oorzaak Het papier in het apparaat is op of het papier wordt niet ingevoerd. Wat te doen Plaats het papier opnieuw en druk op de knop Zwart (Black) of Kleur (Color) op het apparaat. Wanneer u het papier plaatst, plaatst u de papierstapel zodanig dat de achterste rand het uiteinde van de voorste lade raakt.
  • Pagina 833 1200 Oorzaak Papieruitvoerklep is open. Wat te doen Sluit de papieruitvoerklep en wacht een ogenblik. Sluit de klep niet terwijl u een FINE-cartridge vervangt.
  • Pagina 834 1202 Oorzaak Papieruitvoerklep is open. Wat te doen Sluit de papieruitvoerklep.
  • Pagina 835 1250 Oorzaak Papieruitvoerlade is gesloten. Wat te doen Open de papieruitvoerlade en hervat het afdrukken.
  • Pagina 836 1310 Oorzaak Het formaat van het papier is mogelijk niet compatibel met automatisch dubbelzijdig afdrukken. Wat te doen Alleen de mediumformaten A4 en Letter zijn geschikt voor automatisch dubbelzijdig afdrukken. Zorg dat papier van het juiste formaat is geplaatst. Druk op de knop Zwart (Black) of Kleur (Color) om het papier uit te voeren en het afdrukken opnieuw te starten vanaf de voorzijde van het volgende vel papier.
  • Pagina 837 1401 Oorzaak FINE-cartridge is niet geïnstalleerd. Wat te doen Plaats hier de FINE-cartridge. Als de fout zich blijft voordoen, is de FINE-cartridge mogelijk beschadigd. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 838 1403 Oorzaak FINE-cartridge wordt niet herkend. Wat te doen Vervang de FINE-cartridge. Als de fout zich blijft voordoen, is de FINE-cartridge mogelijk beschadigd. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 839 1485 Oorzaak De juiste inktcartridge is niet geïnstalleerd. Wat te doen Het afdrukken kan niet worden uitgevoerd omdat de inktcartridge niet compatibel is met dit apparaat. Installeer de juiste inktcartridge. Als u het afdrukken wilt annuleren, drukt u op de knop Stoppen (Stop) op het apparaat.
  • Pagina 840 1486 Oorzaak FINE-cartridge is niet in de juiste positie geplaatst. Wat te doen Controleer of elke FINE-cartridge in de juiste positie is geplaatst.
  • Pagina 841 1487 Oorzaak FINE-cartridge is niet in de juiste positie geplaatst. Wat te doen Controleer of elke FINE-cartridge in de juiste positie is geplaatst.
  • Pagina 842 1682 Oorzaak FINE-cartridge wordt niet herkend. Wat te doen Vervang de FINE-cartridge. Als de fout zich blijft voordoen, is de FINE-cartridge mogelijk beschadigd. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 843 1684 Oorzaak De inktpatroon wordt niet herkend. Wat te doen Het afdrukken kan niet worden uitgevoerd omdat de inktcartridge mogelijk niet correct is geplaatst of niet geschikt is voor dit apparaat. Installeer de juiste inktcartridge. Als u het afdrukken wilt annuleren, drukt u op de knop Stoppen (Stop) op het apparaat.
  • Pagina 844 Als u wilt doorgaan met afdrukken zonder deze functie, drukt u minstens 5 seconden op de knop Stoppen (Stop) op het apparaat. Voor de beste kwaliteit beveelt Canon het gebruik van nieuwe, originele Canon-cartridges aan. Canon is niet aansprakelijk voor een slechte werking of problemen veroorzaakt door het voortzetten van het afdrukken met een lege inkttank.
  • Pagina 845 1687 Oorzaak De FINE-cartridge is niet correct geplaatst. Wat te doen Open de papieruitvoerklep. Als het klepje over de kop wordt geopend, drukt u de inktcartridgevergrendeling omhoog om ervoor te zorgen dat de FINE-cartridges correct zijn geïnstalleerd. Sluit daarna de papieruitvoerklep. Als de fout zich blijft voordoen, verwijdert u de FINE-cartridges en plaatst u ze opnieuw.
  • Pagina 846 1688 Oorzaak De inkt is op. Wat te doen Vervang de inktpatroon en sluit de papieruitvoerklep. Als er wordt afgedrukt en u wilt doorgaan met afdrukken, drukt u minstens 5 seconden op de knop Stoppen (Stop) op het apparaat terwijl de inktpatroon is geïnstalleerd. Het afdrukken kan worden voortgezet terwijl de inkt op is.
  • Pagina 847 Het absorptiekussen voor inkt is bijna vol. Wat te doen Druk op de knop Zwart (Black) of Kleur (Color) op het apparaat om het afdrukken te vervolgen. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 848 Het absorptiekussen voor inkt is bijna vol. Wat te doen Druk op de knop Zwart (Black) of Kleur (Color) op het apparaat om het afdrukken te vervolgen. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 849 Het absorptiekussen voor inkt is bijna vol. Wat te doen Druk op de knop Zwart (Black) of Kleur (Color) op het apparaat om het afdrukken te vervolgen. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 850 Het absorptiekussen voor inkt is bijna vol. Wat te doen Druk op de knop Zwart (Black) of Kleur (Color) op het apparaat om het afdrukken te vervolgen. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 851 Het absorptiekussen voor inkt is bijna vol. Wat te doen Druk op de knop Zwart (Black) of Kleur (Color) op het apparaat om het afdrukken te vervolgen. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 852 Het absorptiekussen voor inkt is bijna vol. Wat te doen Druk op de knop Zwart (Black) of Kleur (Color) op het apparaat om het afdrukken te vervolgen. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 853 Het absorptiekussen voor inkt is bijna vol. Wat te doen Druk op de knop Zwart (Black) of Kleur (Color) op het apparaat om het afdrukken te vervolgen. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 854 Het absorptiekussen voor inkt is bijna vol. Wat te doen Druk op de knop Zwart (Black) of Kleur (Color) op het apparaat om het afdrukken te vervolgen. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 855 FINE-cartridgehouder. Als er nog beschermend materiaal of tape aanwezig is, verwijdert u dit en sluit u de papieruitvoerklep. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 856 2100 Oorzaak Het papierformaat in de afdrukinstellingen komt niet overeen met het formaat van het geplaatste papier. Wat te doen Controleer de afdrukinstellingen en het geplaatste papier, plaats papier van het juiste formaat en druk vervolgens op de knop Zwart (Black) of Kleur (Color) op het apparaat. Als u het afdrukken wilt annuleren, drukt u op de knop Stoppen (Stop) op het apparaat.
  • Pagina 857 2101 Oorzaak Het papierformaat in de afdrukinstellingen komt niet overeen met het formaat van het geplaatste papier. Wat te doen Controleer de afdrukinstellingen en het geplaatste papier, plaats papier van het juiste formaat en druk vervolgens op de knop Zwart (Black) of Kleur (Color) op het apparaat. Als u het afdrukken wilt annuleren, drukt u op de knop Stoppen (Stop) op het apparaat.
  • Pagina 858 2102 Oorzaak Het apparaat heeft gedetecteerd dat papier is ingevoerd dat aan één kant is uitgelijnd. Wat te doen Plaats het papier in het midden van de voorste lade en schuif de papiergeleiders tegen de zijkanten van het papier. Druk op de knop Zwart (Black) of Kleur (Color) op het apparaat.
  • Pagina 859 2103 Oorzaak Het apparaat kan het papierformaat niet detecteren. Wat te doen Druk op de knop Stoppen (Stop) op het apparaat en probeer opnieuw af te drukken. Als de fout zich blijft voordoen, zelfs nadat u opnieuw hebt afgedrukt, stelt u het apparaat via het bedieningspaneel, het printerstuurprogramma of de externe UI (Remote UI) zo in dat de papierbreedte niet wordt gedetecteerd.
  • Pagina 860 2900 Oorzaak Het uitlijningsblad voor de printkop kan niet worden gescand. Wat te doen Druk op de knop Zwart (Black) of Kleur (Color) op het apparaat. Controleer de volgende punten en voer de automatische uitlijning van de printkop opnieuw uit. •...
  • Pagina 861 2901 Oorzaak Het uitlijningsraster voor de printkop is afgedrukt en het apparaat is gereed om het blad te scannen. Wat te doen Scan het afgedrukte uitlijningsraster. 1. Plaats het uitlijningsblad voor de printkop op de glasplaat. Plaats de bedrukte zijde omlaag en lijn de markering in de linkerbovenhoek van het blad uit met de positiemarkering 2.
  • Pagina 862 3402 Oorzaak Het apparaat kan geen kopieën maken omdat het geheugen vol is. Wat te doen Druk op de knop Zwart (Black) of Kleur (Color) op het apparaat. Wacht teven en probeer opnieuw te kopiëren.
  • Pagina 863 3403 Oorzaak Het apparaat kan geen kopieën maken omdat het geheugen vol is. Wat te doen Druk op de knop Zwart (Black) of Kleur (Color) op het apparaat. Wacht teven en probeer opnieuw te kopiëren.
  • Pagina 864 3405 Oorzaak Het apparaat kan geen kopieën maken omdat het geheugen vol is. Wat te doen Druk op de knop Zwart (Black) of Kleur (Color) op het apparaat. Wacht teven en probeer opnieuw te kopiëren.
  • Pagina 865 3412 Oorzaak Het scannen van het origineel is mislukt. Wat te doen Druk op de knop Zwart (Black) of Kleur (Color) op het apparaat en voer daarna de onderstaande stappen uit. • Zorg dat het origineel op de glasplaat is geplaatst. •...
  • Pagina 866 Wat te doen Als u inhoud uit CREATIVE PARK PREMIUM afdrukt, controleert u het bericht dat op de computer wordt weergegeven, zorgt u dat voor alle kleuren originele FINE-cartridges van Canon correct zijn geïnstalleerd en probeert u opnieuw af te drukken.
  • Pagina 867 4103 Oorzaak Kan niet automatisch dubbelzijdig afdrukken met de huidige afdrukinstellingen. Wat te doen Druk op de knop Stoppen (Stop) op het apparaat om het afdrukken te annuleren. Wijzig vervolgens de afdrukinstellingen en probeer opnieuw af te drukken.
  • Pagina 868 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 869 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 870 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 871 FINE-cartridges correct zijn geïnstalleerd. Sluit daarna de papieruitvoerklep. Zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen. Belangrijk •...
  • Pagina 872 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 873 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 874 5B02 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Wat te doen Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 875 5B03 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Wat te doen Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 876 5B04 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Wat te doen Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 877 5B05 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Wat te doen Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 878 5B12 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Wat te doen Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 879 5B13 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Wat te doen Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 880 5B14 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Wat te doen Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 881 5B15 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Wat te doen Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 882 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 883 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 884 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 885 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 886 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 887 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 888 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 889 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 890 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 891 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 892 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 893 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 894 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 895 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 896 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 897 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 898 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 899 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 900 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 901 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 902 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 903 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 904 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 905 B202 Oorzaak Er is een fout opgetreden waardoor een reparatie is vereist. Wat te doen Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 906 B203 Oorzaak Er is een fout opgetreden waardoor een reparatie is vereist. Wat te doen Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 907 B204 Oorzaak Er is een fout opgetreden waardoor een reparatie is vereist. Wat te doen Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 908 B205 Oorzaak Er is een fout opgetreden waardoor een reparatie is vereist. Wat te doen Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Mg5700 series