Papier en ander afdrukmateriaal
•
Plaats enveloppen met de te bedrukken zijde omhoog, klep open en omlaag en met de
onderzijde van de envelop eerst in de printer.
•
Plaats de enveloppen met de te bedrukken zijde naar boven gericht, de kleppen
gesloten en omlaag en als eerste de printer in.
Opmerking:
Wanneer u enveloppen met de kleppen open plaatst, selecteert u in de printerdriver
desgewenst Portret, Landschap of Geroteerd landschap om ze op juiste wijze te laten
bedrukken. Gebruik Beeld 180 graden roteren in de printerdriver om het beeld desgewenst om te
keren.
4.
Controleer het formaat en de soort van de envelop op het scherm als u hierom wordt gevraagd.
Zo niet, wijzig dan de papierinstellingen.
Druk op het bedieningspaneel van de printer op Menu.
a.
Opmerking:
Navigeer door het menu met behulp van de pijlknoppen.
b.
Navigeer naar Menu Beheer en druk dan op OK.
Blader naar Printerinstellingen en druk op OK.
c.
d.
Om de papiersoort te selecteren, navigeert u naar Papiersoort en drukt u op OK.
e.
Blader naar Handmatige invoer en druk op OK.
Blader naar Envelop en druk op OK.
f.
g.
Om terug te keren naar het vorige menu, drukt u op de pijltoets naar links.
Om het papierformaat te selecteren, navigeert u naar Instellingen papierformaat en drukt
h.
u op OK.
Blader naar Handmatige invoer en druk op OK.
i.
j.
Om een envelopformaat te selecteren, drukt u op de pijltoetsen, selecteert u het formaat en
drukt u op OK.
Druk op Menu om de printer weer op Gereed te zetten.
5.
70
Xerox
®
Phaser
®
Handleiding voor de gebruiker
6510-kleurenprinter