Advertenties
6.
Om een optie te selecteren, gebruikt u de pijltoetsen:
−
Uit: Deze optie geeft de printer opdracht om geen voorblad af te drukken.
Beginblad: Deze optie geeft de printer opdracht om een voorblad in te voegen voor de
−
eerste pagina van elke afdrukopdracht.
−
Eindblad: Deze optie geeft de printer opdracht om een voorblad in te voegen na de laatste
pagina van elke afdrukopdracht.
Begin- en eindblad: Deze optie geeft de printer opdracht om een voorblad in te voegen
−
voor de eerste pagina en na de laatste pagina van elke afdrukopdracht.
7.
Druk op OK.
8.
Druk op Menu om de printer weer op Gereed te zetten.
De lade-instellingen van voorbladen configureren:
1.
Druk op het bedieningspaneel van de printer op Menu
Opmerking:
Navigeer door het menu met behulp van de pijlknoppen. Druk op OK om een
menu-optie te selecteren.
Blader naar Menu Beheer en druk vervolgens op OK.
2.
3.
Blader naar Systeeminstellingen en druk vervolgens op OK.
Blader naar Instell. voorblad en druk op OK.
4.
Om de lade te selecteren waaruit het voorblad moet worden afgedrukt, bladert u naar Lade
5.
voor voorbld en drukt u op OK.
6.
Voor het selecteren van een lade drukt u op de pijltoetsen en dan op OK.
Druk op Menu om de printer weer op Gereed te zetten.
7.
Geheugeninstellingen herstellen en gegevens verwijderen
U kunt de standaardinstellingen van het printergeheugen herstellen, alle opdrachtgegevens
verwijderen en niet voltooide beveiligde afdrukopdrachten verwijderen.
NVM initialiseren
In het NVM (het niet-vluchtige geheugen) blijven printerinstellingen opgeslagen, zelfs nadat de
printer is uitgeschakeld. De functie voor het initialiseren van het NVM reset de in de printer
opgeslagen instellingen, inclusief de papierinstellingen, lade-instellingen en connectiviteitsin-
stellingen. Nadat u deze functie hebt uitgevoerd en de printer opnieuw hebt gestart, worden alle
oorspronkelijke menu-instellingen hersteld.
NVM initialiseren:
1.
Druk op het bedieningspaneel van de printer op de toets Menu.
Navigeer naar Menu Beheer en druk dan op OK.
2.
3.
Blader naar Gegev init./verw. en druk op OK.
Blader naar NVM en druk op OK.
4.
5.
Druk bij de vraag op OK en druk dan nogmaals op OK.
Wanneer het proces is voltooid, start de printer automatisch opnieuw op.
Systeembeheerderfuncties
Xerox
®
Phaser
®
6510-kleurenprinter
Handleiding voor de gebruiker
171
Advertenties
Hoofdstukken
Probleemoplossen
