nl
Reinigingsfunctie
.Reinigingsfunctie
U w apparaat beschikt over EasyClean en de functie
R e i n i g i n g s f u n c t i e
Ontkalken. Gebruik de reinigingshulp EasyClean voor
het schoonmaken van de binnenruimte. Met EasyClean
wordt het vuil eerst ingeweekt. Vervolgens kan het
gemakkelijker worden verwijderd.Met de functie
Ontkalken verwijdert u kalk uit de verdamper.
EasyClean
De reinigingshulp EasyClean maakt het reinigen van de
binnenruimte gemakkelijker voor u.Door inwerking van
het zeepsop wordt het vuil eerst ingeweekt.Vervolgens
kan het gemakkelijker worden verwijderd.
:
Waarschuwing – Kans op verbrandingen!
Door water in de hete binnnruimte kan hete waterdamp
ontstaan. Nooit water in de hete binnenruimte gieten.
Starten
Aanwijzingen
De reinigingshulp "EasyClean š" kan alleen gestart
■
worden wanneer de binnenruimte onverwarmd
(kamertemperatuur) en de apparaatdeur gesloten is.
Zolang het apparaat in gebruik is de deur niet
■
openen. Anders wordt de reinigingshulp
"EasyClean š" afgebroken.
Toebehoren uit de binnenruimte nemen.
1.
0,4 liter water (niet gedistilleerd) met een druppeltje
2.
afwasmiddel erin in het midden van de binnenruimte
gieten.
Op touch-toets # tippen.
3.
Op touch-toets 0 tippen.
4.
Met toets ( of ) "EasyClean š" kiezen.
5.
Met toets & naar de volgende regel navigeren.
6.
Op touch-toets # tippen.
7.
EasyClean wordt gestart. Op het display verschijnt
de resterende tijdsduur.
Afsluiten
Zodra de reinigingshulp afgelopen is, klinkt er een
signaal en wordt het programma automatisch
beëindigd.
Zodra u de apparaatdeur opent, wordt de verlichting
van de binnenruimte ingeschakeld. Zo kunt u de
binnenruimte beter nareinigen.Het restwater in de
binnenruimte moet op tijd worden verwijderd. Laat het
niet lange tijd in de binnenruimte staan (bijv. 's nachts).
Het apparaat mag niet in gebruik worden genomen
wanneer de binnenruimte nog nat of vochtig is.
Nareinigen
Deur van het apparaat openen en het restwater met
1.
een goed opnemende sponsdoek verwijderen.
Gladde oppervlakken in de binnenruimte
2.
schoonmaken met een schoonmaakdoekje of
zachte borstel. Hardnekkige resten kunt u
verwijderen met een schuursponsje van roestvrij
staal.
30
Kalkranden verwijderen met een in azijn gedrenkte
3.
doek. Vervolgens met helder water afnemen en
droogwrijven met een zachte doek (ook onder de
deurafdichting).
Apparaat uitschakelen met touch-toets #.
4.
Al naar gelang het type apparaat de apparaatdeur in
5.
de vergrendelstand (ca. 30°) openen of laten
zakken en ca. 1 uur open laten, zodat de emaillen
oppervlakken in de binnenruimte droog kunnen
worden. U kunt ook de functie Snel drogen voor de
binnenruimte uitvoeren.
Snel drogen van de binnenruimte uitvoeren
Na afloop van de reinigingshulp, afhankelijk van het
1.
apparaattype, de apparaatdeur in de
vergrendelingsstand (ca. 30°) openen of laten
zakken.
Op touch-toets # tippen.
2.
CircoTherm hetelucht starten met 50°C.
3.
Na 5 minuten het apparaat uitschakelen en de
4.
apparaatdeur sluiten.
Sterke verontreiniging verwijderen
Om bijzonder hardnekkig vuil te verwijderen, heeft u
meerdere mogelijkheden.
Laat het zeepsop enige tijd inwerken voordat u de
■
reinigingshulp start.
Wrijf de vervuilde plaatsen op de gladde
■
oppervlakken in met afwasmiddel voordat u de
reinigingshulp start.
Schakel de reinigingshulp nog een keer in nadat de
■
binnenruimte is afgekoeld.
Ontkalken
Voor een goede werking dient u het apparaat
regelmatig te ontkalken.
Het ontkalken gebeurt in een paar stappen. Om
hygiënische redenen is het apparaat pas weer
gebruiksklaar nadat het ontkalken helemaal voltooid is.
In totaal duurt het ontkalken ca. 70 - 95 minuten.
Ontkalken (ca. 55 - 70 minuten), maak vervolgens
■
de watertank leeg en vul hem opnieuw
Eerste keer spoelen (ca. 9 - 12 minuten), maak
■
vervolgens de watertank leeg en vul hem opnieuw
Tweede keer spoelen (ca. 9 - 12 minuten), maak
■
vervolgens de watertank leeg en droog hem
Wordt het ontkalken onderbroken (bijv. door een
stroomonderbreking of uitschakeling van het apparaat),
dan wordt u nadat het apparaat opnieuw ingeschakeld
is gevraagd om twee keer te spoelen. Tot aan het einde
van de tweede spoelcyclus blijft het apparaat
geblokkeerd voor andere toepassingen.
Hoe vaak het apparaat moet worden ontkalkt, hangt af
van de waterhardheid van het gebruikte water. Zodra er
nog 5 of minder keer stoom kan worden gebruikt, wordt
op het display vermeld dat u dient te ontkalken. Het
aantal keren dat gebruik met stoom nog mogelijk is,
wordt na het inschakelen weergegeven. Zo kunt u het
ontkalken op tijd voorbereiden.