Veiligheid
2.2
Veiligheid bij het gebruik van het apparaat
!
WAARSCHUWING!
Gebruik het AirConServiceCenter niet in een explosiegevaarlijke
omgeving (bijvoorbeeld niet in de ruimte van de acculader of de lak-
cabine), zie bedrijfsveiligheidsverordening BGR 157/TRG 250, 280,
316.
Vul geen perslucht in de koudemiddelleidingen van het
AirConServiceCenter of van een voertuig-airconditioningsysteem.
Een mengsel van perslucht en koudemiddel kan ontvlambaar of
explosief zijn.
Het onderhoud en de reparatie van het toestel mogen alleen door
gekwalificeerd en geautoriseerd personeel van geschikte en gecertifi-
ceerde gespecialiseerde firma's uitgevoerd worden.
Verwondingsgevaar door ongepland en onbedoeld inschakelen
van het aircoserviceapparaat
Schakel vóór begin van alle onderhoudswerkzaamheden het
AirConServiceCenter uit en trek het netsnoer uit het stopcontact. Trek
de stekker aan het stopcontact of aan het AirConServiceCenter uit.
Verbrandingsgevaar door koude of hete componenten
Draag veiligheidshandschoenen.
!
VOORZICHTIG!
Neem het AirConServiceCenter niet in gebruik als het beschadigd is.
Controleer voor iedere ingebruikneming en voor het navullen van het
AirConServiceCenter of het toestel en alle serviceslangen onbescha-
digd zijn en of alle ventielen gesloten zijn.
Plaats de serviceslangen zodanig dat deze geen struikelgevaar voor
andere personen vormen.
Zware letsels door omslaande of vallende last
De greep dient niet voor het optillen van het apparaat. Verplaats het
AirConServiceCenter om te transporteren alleen op de wielen.
Plaats het toestel altijd op een effen ondergrond en zet de voorwielen
vast.
Gebruik voor het navullen van het AirConServiceCenter alleen goed-
gekeurde koudemiddelcilinders met veiligheidsklep.
Gebruik altijd de hoofdschakelaar van het AirConServiceCenter voor
het in- of uitschakelen. Laat het toestel niet zonder toezicht zolang het
is ingeschakeld.
8
ASC5100G
NL