ALGEMENE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Ketting
Een ketting bestaat uit een aantal verschillende schakels die
leverbaar zijn in standaarduitvoering en in een uitvoering die
het risico op terugslag reduceert.
BELANGRIJK! Geen enkele zaagketting elimineert het
risico op terugslag.
WAARSCHUWING! Ieder contact met een
!
draaiende zaagketting kan ernstig letsel
veroorzaken.
Een aantal uitdrukkingen die de specificaties van
het zaagblad en de ketting aangeven.
Om alle veiligheidsonderdelen op de snijuitrusting te
behouden, moet u versleten of beschadigde zaagblad-/
kettingcombinaties vervangen door een zaagblad en ketting
die Jonsered aanbeveelt. Zie de instructies in het hoofdstuk
Technische gegeevns voor informatie welke zaagblad-/
kettingcombinaties we aanbevelen.
Zaagblad
•
Lengte (duim/cm)
•
Aantal tanden in het neuswiel (T).
•
Kettingsteek (=pitch) (duim). Het neuswiel van het
zaagblad en het kettingaandrijftandwiel van de
motorkettingzaag moeten aangepast zijn aan de afstand
tussen de aandrijfschakels.
•
Aantal aandrijfschakels (stuks). Elke zaagbladlengte
levert in combinatie met de kettingsteek en het aantal
tanden van het neuswiel een bepaald aantal
aandrijfschakels op.
•
Zaagbladgroefbreedte (duim/mm). De breedte van de
zaagbladgroef moet aangepast zijn aan de
aandrijfschakelbreedte van de ketting.
•
Kettingolie-opening en opening voor kettingstrekkerpen.
Het zaagblad moet aangepast zijn aan de constructie van
de motorkettingzaag.
Ketting
•
Kettingsteek (=pitch) (duim)
•
Aandrijfschakel-breedte (mm/duim)
•
Aantal aandrijfschakels (stuks)
Slijpen en afstellen van de tanddiepte van
de ketting
Algemeen met betrekking tot het slijpen van de
tanden
•
Zaag nooit met een botte ketting. De ketting is bot
wanneer u de snijuitrusting door de boom moet drukken
en wanneer de houten spaanders erg klein zijn. Met een
zeer botte ketting zijn er zelfs helemaal geen spaanders.
Dan krijgt men alleen houtpoeder.
•
Een goed geslepen ketting eet zich door het hout en geeft
houten spaanders die groot en lang zijn.
•
De zagende delen van een ketting worden zaagschakels
genoemd en bestaan uit een snijtand (A) en een
dieptestellernok (B). Het verschil in hoogte tussen deze
beide bepaalt de snijdiepte.
Bij het slijpen van snijtanden moet men rekening houden met
vier verschillende afmetingen.
1 Vijlhoek
2 Snijhoek
– 11
Dutch