Vooruitrijden
Opmerking: De motor slaat af als u de rijhendels
van de tractie beweegt terwijl de parkeerrem in werking
is gesteld.
Om te stoppen, zet u de rijhendels in de neutraalstand.
1. Zet de parkeerrem vrij; zie Parkeerrem vrijzetten
in de gebruiksaanwijzing.
2. Zet de hendels in de middelste, onvergrendelde
stand.
3. Om vooruit te rijden, duwt u de rijhendels langzaam
naar voren (Figuur 22).
Figuur 22
Achteruitrijden
1. Zet de hendels in de middelste, onvergrendelde
stand.
2. Om achteruit te rijden, trekt u de rijhendels naar
achteren (Figuur 23).
De machine stoppen
Om de machine te stoppen, zet u de rijhendels in de
neutraalstand en vergrendelt u de hendels, schakelt u
de aftakas uit en draait u het contactsleuteltje naar de
stand Uit.
Als u de machine achterlaat, moet u tevens de
parkeerrem in werking stellen; zie Parkeerrem in
werking stellen in de gebruiksaanwijzing. Denk erom
dat u het sleuteltje uit het contact haalt.
VOORZICHTIG
G008952
Kinderen of omstanders kunnen letsel oplopen als
zij de machine verplaatsen of proberen te bedienen
terwijl deze onbeheerd is achtergelaten.
Verwijder altijd het sleuteltje uit het contact en stel
de parkeerrem in werking wanneer u de machine
onbeheerd achterlaat, ook al is het slechts voor een
paar minuten.
De maaihoogte instellen
De transportvergrendeling gebruiken
De transportvergrendeling heeft twee standen en
wordt gebruikt in combinatie met het voetpedaal. Er
is een vergrendelde en een ontgrendelde stand voor
de transportstand. De transportvergrendeling wordt
gebruikt in combinatie het voetpedaal. Zie Figuur 24.
24
G008953
Figuur 23