Afstellen gaskabel
Wanneer de motor niet naar behoren reageert op gas geven,
zwarte rook uitstoot of wanneer het max. toerental niet wordt
bereikt kan het nodig zijn de gaskabel af te stellen.
1 Maak de klemschroef voor de buitenhuls van de kabel los
en schuif de chokehendel naar volledige chokestand.
2 Trek de buitenhuls van de chokekabel zo ver mogelijk naar
rechts en zet de klemschroef vast.
3 Trek de gashendel terug naar volgas-stand en controleer
of de choke niet langer geactiveerd is.
20 –
Dutch
ONDERHOUD
Vervangen van brandstoffilter
Vervang het op de leiding gemonteerde brandstoffilter iedere
100 uur (een keer per seizoen) of vaker als het verstopt is.
Vervang het filter op de volgende wijze:
1 Klap de motorkap omhoog.
2 Haal de slangklemmen weg bij het filter. Gebruik een
platte tang.
3 Trek het filter los van de slanguiteinden.
4 Druk het nieuwe filter in de uiteinden van de leiding. Indien
nodig kan een zeepoplosssing op de filteruiteinden
aangebracht worden om de montage te vergemakkelijken.
5 Zet de slangklemmen weer terug bij het filter.
Controleren van het luchtfilter van
de brandstofpomp
Controleer regelmatig of het luchtfilter van de brandstofpomp
vrij is van vuil.
Het filter kan indien nodig worden gereinigd met een penseel.
Vervangen van luchtfilter
!
Als de motor zwak lijkt of onregelmatig loopt kan de oorzaak
zijn dat het luchtfilter is verstopt. Het is daarom van belang het
luchtfilter regelmatig te vervangen (zie onder Onderhoud/
Onderhoudsschema voor het juiste service-interval).
Vervangen van luchtfilter gaat als volgt:
1 Maak de knoppen los waarmee de filterkap vastzit en
verwijder hem.
WAARSCHUWING! Het uitlaatsysteem is
warm. Laat het afkoelen voordat u begint aan
het vervangen van het luchtfilter.