Slim automatisch
De camera analyseert het onderwerp en biedt u de mogelijkheid een opname te maken
met de juiste instellingen.
1 MENU t [Opn.modus] t [Slim
automatisch].
2 Richt de camera op het onderwerp.
Wanneer de camera de scène herkent, verschijnen het
pictogram van Scèneherkenning en aanwijzingen op het
scherm.
De camera herkent
statief),
(Nachtportret),
(Portret m. tegenlicht),
(Landschap),
(Macro),
(Duister) of
(Kind).
3 Stel scherp en fotografeer het onderwerp.
Opmerkingen
• [Flitsfunctie] is ingesteld op [Automatisch flitsen] of [Flitser uit].
• U kunt ook een opname maken als de camera de scène niet heeft herkend.
• Wanneer [Gezichtsherkenning] is ingesteld op [Uit], worden de scènes [Portretopname], [Portret m.
tegenlicht], [Nachtportret] en [Kind] niet herkend.
De voordelen van automatisch opnamen maken
In de stand Superieur automatisch maakt de camera opnamen met een hogere kwaliteit
dan in de stand Slim automatisch en er worden composite-opnamen gemaakt, als dat
nodig is.
In de stand Autom. programma maakt de camera opnamen met diverse functies, zoals
witbalans, ISO, enz., aangepast.
Opnamemodus
(Slim automatisch)
(Superieur
automatisch)
(bladzijde 52)
(Autom. programma)
(bladzijde 64)
Opmerking
• In de stand Superieur automatisch duurt het opnameproces langer, omdat de camera een composite-beeld
moet maken.
(Nachtscène),
(Nachtscène m.
(Tegenlichtopname),
(Portretopname),
(Spotlight),
Uw doel
• Gemakkelijk de scène herkennen ononderbroken opnamen
maken.
• Scènes vastleggen onder moeilijke omstandigheden, zoals bij
weinig licht of met tegenlicht.
• Een beeld vastleggen van hogere kwaliteit dan Slim automatisch
biedt.
• Opnamen maken met diverse andere functies dan met
aangepaste belichting (sluitertijd en diafragma).
Pictogram en aanwijzingen
Scèneherkenning
Vervolg r
NL
50