Drijfriem van maaidek monteren
1. Zet de maaihoogte in de middelste stand; zie De
maaihoogte instellen, blz. 11.
2. Monteer de drijfriem op de middelste poelie van het
maaidek (Fig. 9). Zorg ervoor dat de drijfriem op de
bovenste middelste poelie zit.
3. Monteer de drijfriem op de onderste poelie en de
onderste spanpoelie in het poeliehuis (Fig. 9).
4. Draai de rechterknop op het voorpoeliehuis om de
drijfriem van het maaidek aan te spannen (Fig. 8). De
riem moet een speling van 13 mm hebben.
4
3
Figuur 9
1. Poeliehuis
2. Onderste poelie
3. Onderste spanpoelie
4. Middelste poelie van
maaidek
Horizontale stand van maaidek
controleren
1. Controleer de bandenspanning. Zie Gebruikershandleiding
voor de tractor.
2. Zet de messen horizontaal in de dwarsrichting (Fig. 10).
Meet bij punten A en B (Fig. 10) de afstand tussen een
horizontaal oppervlak en de snijrand van de messen
(Fig. 11).
3. Het verschil tussen de afstanden die zijn gemeten bij A
en B, mag niet meer dan 6 mm zijn.
6
5
1
2
m–6625
5. Drijfriem van maaidek
6. Controleer hier of de riem
een speling van 13 mm
heeft.
A
Figuur 10
AFSTAND TUSSEN SNIJRAND EN HORIZONTAAL
OPPERVLAK
Figuur 11
Maaidek horizontaal stellen
Indien nodig kunt u het maaidek horizontaal stellen als het
maairesultaat onregelmatig is.
1. U kunt het maaidek horizontaal stellen door te draaien
aan de twee rijtuigbouten (Fig. 12) links achter op het
maaidek.
2. Nadat u aan de rijtuigbouten hebt gedraaid, moet u
controleren of het maaidek horizontaal staat. Zie
Horizontale stand van maaidek controleren (Fig. 12).
3. Herhaal stappen 1 en 2 tot het verschil niet groter is dan
6 mm.
Figuur 12
1. Stelbouten om maaidek horizontaal te stellen
7
Vóór
B
m–1078
m–2550
1
m–3459