Veiligheid
Veiligheidsinstructies > Inbedrijfstelling
1.9.3 Inbedrijfstelling
40
WAARSCHUWING!
–
Controleer of de veiligheidsvoorzieningen van
de machine compleet en correct bevestigd zijn.
–
Controleer of de galerij/het bordes voor per-
sonen volgens de voorschriften is gemonteerd.
Hierdoor is het niet langer mogelijk om bij een
geopend portier (met bevestigde, optioneel
leverbare veiligheidsriem) naar buiten te vallen.
–
Veiligheidskleding (bijvoorbeeld veiligheids-
helm, veiligheidsbril) dragen, indien de arbeids-
omstandigheden dit vereisen. Bij een werk-
hoogte vanaf 2,00 m adviseert SENNEBOGEN
een valbeveiliging aan te brengen. Bij een
werkhoogte vanaf 3,00 m is het aanbrengen
van een valbeveiliging wettelijk voorge-
schreven. De ophangogen zijn gemarkeerd.
–
Draag geen sieraden of loshangende kleding.
–
Losse onderdelen, zoals gereedschap of
andere toebehoren, vastzetten.
–
Handsignalen met de assistent afspreken.
–
Informatie over eerste hulp en reddingsmoge-
lijkheden inwinnen.
–
Machine alleen tijdens stilstand betreden en
verlaten. Gebruik de daarvoor bedoelde
opstaptreden en ladders:
–
Indien nodig de opstaptreden en ladders
vóór gebruik reinigen
–
Bij het op- of afstappen geen voorwerpen
in de hand houden. Hijs de uitrustingsele-
menten met een kabel of hijswerktuig op
de machine.
–
Gebruik de bedieningselementen in de
cabine niet als handgreep.
–
Zorg ervoor dat er zich geen personen in de
gevarenzone bevinden.
–
Controleer de veiligheidsinrichtingen van de
machine (bijvoorbeeld remmen, signalerings-
en verlichtingsinstallaties).
–
Controleer de correcte werking van de bedie-
ningselementen en de veiligheidsvoorzie-
ningen terwijl langzaam wordt gereden.
–
Machine niet in bedrijf stellen indien er
gebreken worden vastgesteld.
–
Controleer of alle schakelhendels in de neu-
traalstand staan.
–
Start de machine uitsluitend overeenkomstig
de aanwijzingen in de gebruikshandleiding.
–
Spiegels en camera's instellen.
818E-821E Overslagmachine
23.01.2018