6 Installatie
WAARSCHUWING
▪ Doorboor of verbrand GEEN onderdelen van de
koelmiddelcyclus.
▪ Gebruik
GEEN
andere
manieren om het ontdooien te versnellen dan die
aanbevolen door de fabrikant.
▪ Denk eraan dat het koelmiddel in het systeem geurloos
is.
WAARSCHUWING
Het koelmiddel in de unit is weinig ontvlambaar, maar lekt
normaal NIET. Als het koelmiddel in de kamer lekt en in
contact komt met vuur van een brander, een verwarming of
een fornuis, dan kan er brand ontstaan of kan een
schadelijk gas worden gevormd.
Schakel alle verwarmingstoestellen met verbranding uit,
verlucht de kamer en neem contact op met de dealer waar
u de unit hebt gekocht.
Gebruik de unit NIET totdat iemand van de servicedienst
heeft bevestigd dat het deel met het koelmiddellek
gerepareerd is.
6.6.3
Voorzorgsmaatregelen bij het bijvullen
van koelmiddel
INFORMATIE
Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de
volgende hoofdstukken:
▪ Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de
veiligheid
▪ Voorbereiding
6.6.4
Bepalen hoeveel koelmiddel toegevoegd
moet worden
Indien de totale
lengte van de
leiding...
≤10 m
Voeg GEEN koelmiddel bij.
>10 m
R=(totale lengte (m) van de
vloeistofleiding–10 m)×0,020
R=Bijkomende vulling (kg) (afgerond in
eenheden van 0,01 kg)
INFORMATIE
De leidinglengte is de lengte van de leidingen gerekend
volgens één richting.
6.6.5
De hoeveelheid bepalen om opnieuw
volledig te vullen
INFORMATIE
Indien het systeem opnieuw volledig gevuld moet worden,
bedraagt de totale hoeveelheid koelmiddel hiervoor: de in
de
fabriek
gevulde
naamplaatje unit) + de aldus vastgestelde bijkomende
hoeveelheid.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
18
schoonmaakmiddelen
of
Dan...
hoeveelheid
koelmiddel
(zie
6.6.6
Extra koelmiddel bijvullen
WAARSCHUWING
▪ Gebruik uitsluitend R32 als koelmiddel. Andere stoffen
kunnen ontploffingen en ongelukken veroorzaken.
▪ R32 bevat gefluoreerde broeikasgassen. Het heeft een
aardopwarmingsvermogen (GWP) van 675. Laat deze
gassen NIET vrij in de atmosfeer.
▪ Gebruik
bij
het
beschermende handschoenen en een veiligheidsbril.
VOORZICHTIG
Om te voorkomen dat de compressor defect raakt, mag u
NIET meer bijvullen dan de gespecificeerde hoeveelheid
koelmiddel.
Voorwaarde: Controleer of de koelmiddelleiding is aangesloten en
gecontroleerd (lektest en vacuümdrogen) alvorens koelmiddel bij te
vullen.
1 Sluit de koelmiddelfles aan op de servicepoort.
2 Vul de nodige hoeveelheid koelmiddel bij.
3 Open de gasafsluiter.
Indien het koelmiddel moet worden weggepompt (wanneer het
systeem
gedemonteerd
of
"12.2 Afpompen" [ 4 24] voor meer informatie.
6.6.7
De label voor fluorhoudende
broeikasgassen bevestigen
1 Vul het label als volgt in:
Contains fluorinated greenhouse gases
RXXX
1
=
f
GWP: XXX
2
=
2
1
1
+
2
=
GWP × kg
=
1000
a
Als bij de unit een meertalig label voor fluorhoudende
broeikasgassen is geleverd (zie accessoires), neemt u de
gewenste taal en kleeft u ze op a.
b
Koelmiddelvulling af fabriek: zie naamplaatje van de unit
c
Bijgevulde hoeveelheid koelmiddel
d
Totale hoeveelheid koelmiddel
e
Hoeveelheid gefluoreerde broeikasgassen van de
totale koelmiddelvulling uitgedrukt in ton CO
f
GWP = Globaal opwarmingspotentieel
OPMERKING
De geldende wetgeving met betrekking tot gefluoreerde
broeikasgassen vereist dat de koelmiddelvulling van de
unit wordt aangegeven zowel in gewicht als in CO
equivalent.
Formula om de hoeveelheid in CO
berekenen:
GWP-waarde
koelmiddelvulling [in kg] / 1000
Neem de GWP-waarde van het label voor bijvullen van
koelmiddel.
2 Bevestig het label op de binnenkant van de buitenunit naast de
gas- en vloeistofafsluiters.
vullen
van
koelmiddel
ALTIJD
verplaatst
moet
worden),
a
kg
b
kg
c
kg
d
e
tCO
eq
2
-equivalent.
2
-equivalent te
2
koelmiddel
×
totale
ARXM25+35R5V1B RXM20~35R5V1B
R32 Split-reeks
4P519439-8H – 2020.07
zie
-
2