Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Daikin RXF50B2V1B Uitgebreide Handleiding Voor De Installateur
Verberg thumbnails Zie ook voor RXF50B2V1B:
Inhoudsopgave

Advertenties

RXF50B2V1B
RXF60B2V1B
RXF71A2V1B
ARXF50A2V1B
ARXF60A2V1B
ARXF71A2V1B
Uitgebreide handleiding voor de installateur
R32 Split-reeks
RXP50M2V1B
RXP60M2V1B
RXP71M2V1B
ARXM50R2V1B
ARXM60R2V1B
ARXM71R2V1B
RXM42R2V1B
RXM50R2V1B
RXM60R2V1B
RXM71R2V1B
RXJ50N2V1B
RXA42B2V1B
RXA50B2V1B

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Daikin RXF50B2V1B

  • Pagina 1 Uitgebreide handleiding voor de installateur R32 Split-reeks RXF50B2V1B RXP50M2V1B ARXM50R2V1B RXJ50N2V1B RXF60B2V1B RXP60M2V1B ARXM60R2V1B RXF71A2V1B RXP71M2V1B ARXM71R2V1B RXA42B2V1B RXA50B2V1B ARXF50A2V1B RXM42R2V1B ARXF60A2V1B RXM50R2V1B ARXF71A2V1B RXM60R2V1B RXM71R2V1B...
  • Pagina 2: Inhoudsopgave

    Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Over de documentatie Over dit document................................2 Algemene veiligheidsmaatregelen Over de documentatie..............................2.1.1 Betekenis van de waarschuwingen en symbolen ..................Voor de installateur ................................ 2.2.1 Algemeenheden ............................. 2.2.2 Plaats van installatie ............................2.2.3 Koelmiddel — in geval van R410A of R32 ...................... 11 2.2.4 Pekel................................
  • Pagina 3 Inhoudsopgave De hoeveelheid bepalen om opnieuw volledig te vullen....................47 Extra koelmiddel bijvullen............................... 48 De label voor fluorhoudende broeikasgassen bevestigen..................... 48 9 Elektrische installatie Over het aansluiten van de elektrische bedrading ......................49 9.1.1 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van elektrische bedrading............49 9.1.2 Richtlijnen voor het aansluiten van de elektrische bedrading ..............
  • Pagina 4: Over De Documentatie

    WAARSCHUWING De installatie, service, onderhoud, reparaties en gebruikte materialen moeten overeenstemmen met de instructies van Daikin en daarnaast ook met de geldende wetgeving en mogen alleen door bevoegde personen worden uitgevoerd. In Europa en gebieden waar de IEC-normen gelden, is EN/IEC 60335-2-40 de toepasselijke norm.
  • Pagina 5: Algemene Veiligheidsmaatregelen

    Algemene veiligheidsmaatregelen 2 Algemene veiligheidsmaatregelen 2.1 Over de documentatie ▪ De documentatie is oorspronkelijk in het Engels geschreven. Alle andere talen zijn vertalingen. ▪ Alle in dit document vermelde voorzorgen betreffen zeer belangrijke punten en dienen dus steeds nauwgezet te worden nageleefd. ▪...
  • Pagina 6: Voor De Installateur

    Daikin gemaakt of goedgekeurd werden. WAARSCHUWING Zorg ervoor dat de materialen die voor de installatie en de testen gebruikt worden, voldoen aan de geldende wetgeving (bovenop de instructies beschreven in de Daikin- documentatie). ARXM50-71+RXM42~71R2V1B + RXP50~71M2V1B + RXA42+50B2V1B +...
  • Pagina 7: Plaats Van Installatie

    Algemene veiligheidsmaatregelen VOORZICHTIG Draag gepaste persoonlijke beschermingsuitrustingen (beschermende handschoenen, veiligheidsbril, enz.) wanneer u het systeem installeert of onderhoudt. WAARSCHUWING Scheur plastiekverpakkingen aan stukken en gooi deze weg zodat niemand, kinderen in het bijzonder, ermee kan spelen. Mogelijk risico: verstikking. WAARSCHUWING Neem gepaste maatregelen om te beletten dat de unit door kleine dieren als schuilplaats gebruikt kan worden.
  • Pagina 8 WAARSCHUWING De installatie, service, onderhoud en reparaties moeten overeenstemmen met de instructies van Daikin en met de geldende wetgeving (bijvoorbeeld de nationale gasregelgeving) en mogen alleen door bevoegde personen worden uitgevoerd. WAARSCHUWING Als één of meerdere ruimten via een kanaalsysteem verbonden zijn met de unit,...
  • Pagina 9 Algemene veiligheidsmaatregelen OPMERKING ▪ Neem de nodige voorzorgsmaatregelen om overmatig trillen of pulseren op koelmiddelleidingen te voorkomen. ▪ Beschermende apparatuur, leidingen en fittingen moeten zo goed mogelijke tegen slechte omgevingseffecten worden beschermd. ▪ Denk eraan dat lange leidingen kunnen uitzetten of krimpen. ▪...
  • Pagina 10 Algemene veiligheidsmaatregelen ▪ Voor binnenunits: Is de unit een plafond-, wand- of vloermodel? ▪ Voor binnenshuis geïnstalleerde of opgeslagen buitenunits, en lokale leidingen in ruimtes zonder ventilatie hangt dit af van de installatiehoogte: Bij een installatiehoogte van… Gebruik de grafiek of tabel voor… <1,8 m Vloerunits 1,8≤x<2,2 m...
  • Pagina 11: Koelmiddel - In Geval Van R410A Of R32

    Algemene veiligheidsmaatregelen Ceiling-mounted Wall-mounted Floor-standing unit unit unit m (kg) m (kg) m (kg) ≤1.842 — ≤1.842 — ≤1.842 — 1.843 3.64 1.843 4.45 1.843 28.9 3.95 4.83 34.0 5.31 41.2 4.34 49.0 4.74 5.79 5.13 6.39 57.5 5.53 7.41 66.7 8.51 76.6...
  • Pagina 12 Algemene veiligheidsmaatregelen GEVAAR: ONTPLOFFINGSGEVAAR Afpompen – Koelmiddellekken. Als u het systeem wil afpompen en er zit een lek in het koelmiddelcircuit: ▪ Gebruik NIET de automatische afpompfunctie van de unit die al het koelmiddel uit het systeem naar de buitenunit kan sturen. Mogelijk gevolg: Zelfontbranding en explosie van de compressor door lucht die in de draaiende compressor terechtkomt.
  • Pagina 13: Pekel

    Algemene veiligheidsmaatregelen Er is GEEN sifonbuis Vul bij met de ondersteboven staande fles. ▪ Open koelmiddelflessen steeds traag. ▪ Vul bij met koelmiddel in vloeibare vorm. Het koelmiddel in gasvormige fase toevoegen kan de normale werking verstoren. VOORZICHTIG Wanneer het bijvullen van koelmiddel is voltooid of wanneer u even pauzeert, moet u de kraan van het koelmiddelreservoir onmiddellijk dichtdraaien.
  • Pagina 14: Elektrisch

    Algemene veiligheidsmaatregelen 2.2.6 Elektrisch GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE ▪ Schakel de elektrische voeding volledig UIT vooraleer u het deksel van de schakelkast verwijdert, elektrische bedrading aansluit of elektrische onderdelen aanraakt. ▪ Schakel de elektrische voeding langer dan 10  minuten uit en meet de spanning aan de aansluitklemmen van de condensatoren van de hoofdkring of elektrische onderdelen vooraleer u een onderhoud uitvoert.
  • Pagina 15 Algemene veiligheidsmaatregelen OPMERKING Voorzorgsmaatregelen bij het leggen van voedingsbedrading: ▪ Sluit GEEN bedrading van verschillende diktes aan op de klemmenstrook voor de voeding (speling in de voedingsbedrading kan abnormale hitte veroorzaken). ▪ Bij het aansluiten van bedrading met dezelfde dikte, volgt u de aanwijzingen in de bovenstaande afbeelding.
  • Pagina 16: Specifieke Veiligheidsinstructies Voor De Installateur

    Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur 3 Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur Leef altijd de volgende veiligheidsinstructies en voorschriften na. Installatie van de unit (zie "6 Installatie van de unit" [  26]) WAARSCHUWING De installatie moet worden uitgevoerd door een installateur, en de keuze van de materialen en de installatie moet voldoen aan de geldende wetgeving.
  • Pagina 17 Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur VOORZICHTIG ▪ Gebruik de flaremoer die op de unit is bevestigd. ▪ Om gaslekken te voorkomen, brengt u koelmachine-olie aan op alleen de binnenkant van de verbreding. Gebruik koelmachine-olie voor R32. ▪ Hergebruik GEEN verbindingen. VOORZICHTIG ▪...
  • Pagina 18 Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur WAARSCHUWING ▪ Gebruik uitsluitend R32 als koelmiddel. Andere stoffen kunnen ontploffingen en ongelukken veroorzaken. ▪ R32 bevat gefluoreerde broeikasgassen. Het heeft een aardopwarmingsvermogen (GWP) van 675. Laat deze gassen NIET vrij in de atmosfeer. ▪ Gebruik bij het vullen van koelmiddel ALTIJD beschermende handschoenen en een veiligheidsbril.
  • Pagina 19 Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur WAARSCHUWING Als het netsnoer beschadigd is, MOET de fabrikant, zijn vertegenwoordiger, zijn servicevertegenwoordiger of gelijkaardige bevoegde personen het snoer vervangen om een gevaarlijke situatie te voorkomen. WAARSCHUWING Sluit de elektrische voeding NIET aan op de binnenunit. Dit kan een elektrische schok of brand veroorzaken.
  • Pagina 20 Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur VOORZICHTIG Laat het systeem NIET proefdraaien terwijl aan de binnenunits wordt gewerkt. Bij het proefdraaien zullen NIET alleen de buitenunit, maar ook de aangesloten binnenunit werken. Tijdens het proefdraaien aan een binnenunit werken is gevaarlijk. VOORZICHTIG Steek GEEN vingers, stokken of andere voorwerpen in de luchtinlaat of -uitlaat.
  • Pagina 21 Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur Oplossen van problemen (zie "15 Opsporen en verhelpen van storingen" [  64]) GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE GEVAAR: RISICO OP BRANDWONDEN WAARSCHUWING ▪ Controleer STEEDS of de spanning op de unit is afgesloten vooraleer de schakelkast unit controleren. Schakel respectievelijk stroomonderbreker uit.
  • Pagina 22: Over De Doos

    Over de doos 4 Over de doos 4.1 Overzicht: Over de doos In dit hoofdstuk worden de stappen beschreven die u moet uitvoeren nadat de doos met de buitenunit ter plaatse is geleverd. Denk aan de volgende punten: ▪ De unit MOET bij de levering gecontroleerd worden op beschadigingen. Elke vorm van beschadiging MOET onmiddellijk aan de schadeverantwoordelijke van de transporteur gemeld worden.
  • Pagina 23: Om De Toebehoren Van De Buitenunit Uit Te Nemen

    Over de doos 4.2.2 Om de toebehoren van de buitenunit uit te nemen 1 Hef de buitenunit op. VOORZICHTIG Ga alleen als volgt om met de buitenunit: 2 Verwijder de accessoires op de bodem van de verpakking. 1× 1× 1× 1×...
  • Pagina 24 Over de doos Label gefluoreerde broeikasgassen Meertalig label gefluoreerde broeikasgassen Afvoerplug (op de bodem van de doos) Afvoerdeksel (1) Afvoerdeksel (2) Energielabel ARXM50-71+RXM42~71R2V1B + RXP50~71M2V1B + RXA42+50B2V1B + Uitgebreide handleiding voor de installateur RXF50+60B2V1B + RXF71A2V1B + RXJ50N2V1B + ARXF50~71A2V1B R32 Split-reeks 4P513661-9J –...
  • Pagina 25: Over De Unit

    Over de unit 5 Over de unit WAARSCHUWING: MATIG ONTVLAMBAAR MATERIAAL Het koelmiddel in deze unit is weinig ontvlambaar. 5.1 Overzicht: Over de unit Dit hoofdstuk bevat informatie over: ▪ Identificatie van de buitenunit 5.2 Identificatie OPMERKING Wanneer meerdere units gelijktijdig geïnstalleerd of onderhouden worden, let op de servicepanelen NIET te verwisselen tussen verschillende modellen.
  • Pagina 26: Installatie Van De Unit

    Installatie van de unit 6 Installatie van de unit WAARSCHUWING De installatie moet worden uitgevoerd door een installateur, en de keuze van de materialen en de installatie moet voldoen aan de geldende wetgeving. In Europa is de norm EN378 van toepassing. In dit hoofdstuk Installatieplaats voorbereiden..............................
  • Pagina 27: Vereisten Inzake De Plaats Waar De Buitenunit Geïnstalleerd Wordt

    Installatie van de unit WAARSCHUWING Het toestel wordt opgeslagen in een ruimte zonder ontstekingsbronnen die voortdurend branden (bijvoorbeeld: open vuur, een draaiend gastoestel of een draaiende elektrische verwarming). 6.1.1 Vereisten inzake de plaats waar de buitenunit geïnstalleerd wordt INFORMATIE Lees ook de volgende vereisten: ▪...
  • Pagina 28 Installatie van de unit Geleideplaat Belangrijkste windrichting Luchtuitlaat Installeer de unit NIET in een van de volgende plaatsen: ▪ Geluidsgevoelige zones (zoals naast een slaapkamer), zodat het geproduceerd geluid in bedrijf geen overlast veroorzaakt. Opmerking: Als het geproduceerd geluid in reële omstandigheden wordt gemeten, kan de gemeten waarde omwille van omgevingsgeluiden en geluidsreflecties groter zijn dan het in de specificaties onder Geluidspectrum vermeld geluidsdrukniveau.
  • Pagina 29: Bijkomende Vereisten Inzake De Installatieplaats Van De Buitenunit In Koude Klimaten

    Installatie van de unit ▪ Let bij de installatie van de afscherming tegen de wind op de vereisten inzake de serviceruimte. Zeewind Gebouw Buitenunit Afscherming tegen wind De buitenunit is ontworpen voor alleen installatie buitenshuis, en om te koelen bij omgevingstemperaturen –10°C 46°C...
  • Pagina 30: De Unit Openen En Sluiten

    Installatie van de unit 6.2 De unit openen en sluiten 6.2.1 Over het openen van de units Soms moet u de unit openen. Voorbeeld: ▪ Bij het aansluiten van de koelmiddelleidingen ▪ Wanneer u de elektrische bedrading moet aansluiten ▪ Wanneer u onderhoudswerkzaamheden op de unit moet uitvoeren GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE Laat de unit NIET onbewaakt achter wanneer het servicedeksel verwijderd is.
  • Pagina 31: De Buitenunit Monteren

    Installatie van de unit 6.3 De buitenunit monteren 6.3.1 Over de montage van de buitenunit Wanneer De buitenunit en binnenunit moet worden gemonteerd alvorens de koelmiddelleidingen kunnen worden aangesloten. Typische werkstroom Een typische montage van de buitenunit bestaat uit de volgende stappen: De installatiestructuur voorzien.
  • Pagina 32: De Buitenunit Installeren

    Installatie van de unit (mm) 100 mm boven verwachte niveau van sneeuw 6.3.4 De buitenunit installeren 4× M8/M10 6.3.5 Afvoer voorzien ▪ Controleer of het condenswater goed kan worden afgevoerd. ▪ Plaats de unit op een sokkel om een goede afvoer te hebben, zodat ijs zich niet kan ophopen.
  • Pagina 33 Installatie van de unit OPMERKING Neem de gepaste maatregelen om te voorkomen dat het afgevoerde condensaat NIET kan bevriezen als de unit in een koud klimaat is geïnstalleerd. OPMERKING Als de afvoeropeningen van de buitenunit afgedekt zijn door een installatiebasis of de vloer, plaatst u extra voeten van ≤30 ...
  • Pagina 34: Ervoor Zorgen Dat De Buitenunit Niet Kan Omvallen

    Installatie van de unit 6.3.6 Ervoor zorgen dat de buitenunit niet kan omvallen Voer de volgende stap uit als de unit wordt geïnstalleerd op een plaats waar ze aan sterke winden is blootgesteld: 1 Maak 2 kabels klaar zoals getoond op de volgende afbeelding (ter plaatse te voorzien).
  • Pagina 35: Installatie Van De Leidingen

    Installatie van de leidingen 7 Installatie van de leidingen In dit hoofdstuk De koelmiddelleidingen voorbereiden........................... 7.1.1 Vereisten voor de koelmiddelleidingen......................... 7.1.2 De koelleidingen isoleren............................7.1.3 Lengte koelmiddelleiding en hoogteverschil......................De koelmiddelleiding aansluiten ............................7.2.1 Over het aansluiten van de koelmiddelleidingen....................7.2.2 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van koelmiddelleidingen..............
  • Pagina 36: De Koelleidingen Isoleren

    Installatie van de leidingen 7.1.2 De koelleidingen isoleren ▪ Neem polyethyleenschuim als isolatiemateriaal: met een warmteoverdrachtsfactor begrepen tussen 0,041 en 0,052  W/mK (0,035 en 0,045 kcal/mh°C) bestand tegen minstens 120°C ▪ Isolatiedikte Buitendiameter leiding Binnendiameter isolatie Isolatiedikte (t) (Ø (Ø 6,4 mm (1/4") 8~10 mm ≥10 mm 9,5 mm (3/8")
  • Pagina 37: Over Het Aansluiten Van De Koelmiddelleidingen

    Installatie van de leidingen WAARSCHUWING ▪ Gebruik uitsluitend R32 als koelmiddel. Andere stoffen kunnen ontploffingen en ongelukken veroorzaken. ▪ R32 bevat gefluoreerde broeikasgassen. Het heeft een aardopwarmingsvermogen (GWP) van 675. Laat deze gassen NIET vrij in de atmosfeer. ▪ Gebruik bij het vullen van koelmiddel ALTIJD beschermende handschoenen en een veiligheidsbril.
  • Pagina 38: Richtlijnen Bij Het Aansluiten Van Koelmiddelleidingen

    Installatie van de leidingen OPMERKING Houd rekening met de volgende voorzorgen met betrekking tot de koelmiddelleiding: ▪ Zorg ervoor dat nooit ander koelmiddel dan het aangewezen koelmiddel in de koelmiddelcyclus vermengd wordt (bijv. lucht). ▪ Gebruik uitsluitend R32 wanneer u koelmiddel moet bijvullen. ▪...
  • Pagina 39: Richtlijnen Voor Het Buigen Van Leidingen

    Installatie van de leidingen ▪ Gebruik ALTIJD samen een moersleutel en een momentsleutel om deze moer aan te halen wanneer u de leiding aansluit. Op die manier zal de moer niet scheuren en lekken. Momentsleutel Moersleutel Leidingverbinding Flaremoer Leidingmaat (mm) Aanhaalmoment Flareafmetingen Flarevorm (mm)
  • Pagina 40: Gebruik Van De Afsluiter En Servicepoort

    Installatie van de leidingen Flaregereedschap voor Conventioneel flaregereedschap R32 (koppelingstype) Koppelingstype Vleugelmoertype (Ridgid-type) (Imperial-type) 0~0,5 mm 1,0~1,5 mm 1,5~2,0 mm 5 Controleer of de verbreding goed werd uitgevoerd. De binnenkant van de verbreding mag GEEN gebreken vertonen. Het uiteinde van de leiding MOET gelijkmatig en in een perfecte cirkel verbreed zijn. Controleer of de flaremoer is aangebracht.
  • Pagina 41: Koelmiddelleiding Op Buitenunit Aansluiten

    Installatie van de leidingen Siliconen afdichtmiddel; zorg ervoor dat alles goed afgedicht is. De afsluiter openen/sluiten 1 Verwijder het deksel van de afsluiter. 2 Steek een zeskantsleutel (vloeistofzijde: 4 mm, gaszijde: 4 mm) in de klepsteel en draai de klepsteel: Linksom om te openen Rechtsom om te sluiten 3 Stop met draaien zodra de afsluiter NIET meer verder draait.
  • Pagina 42: De Koelmiddelleiding Controleren

    Installatie van de leidingen 1 Sluit de koelvloeistofaansluiting van de binnenunit aan op de vloeistofafsluiter van de buitenunit. Vloeistofafsluiter Gasafsluiter Servicepoort 2 Sluit de gasaansluiting van de binnenunit aan op de gasafsluiter van de buitenunit. OPMERKING Er wordt geadviseerd de koelmiddelleidingen tussen de binnen- en de buitenunit in een buis te leggen of afwerkingstape rond deze leidingen te wikkelen.
  • Pagina 43: Op Lekkages Controleren

    Installatie van de leidingen OPMERKING Gebruik deze vacuümpomp enkel en alleen voor R32. Dezelfde pomp voor andere koelmiddelen gebruiken kan de pomp en de unit beschadigen. OPMERKING ▪ Sluit de vacuümpomp aan op de servicepoort van de gasafsluiter. ▪ Controleer of de gasafsluiter en de vloeistofafsluiter goed gesloten zijn vooraleer met de lektest of het vacuümdrogen te beginnen.
  • Pagina 44 Installatie van de leidingen Hogedrukklep (Hi) Vulslangen Vacuümpomp Kleppendeksels Servicepoort Gasafsluiter Vloeistofafsluiter 1 Vacumeer het systeem tot de druk op het verdeelstuk –0,1  MPa (−1  bar) aangeeft. 2 Wacht 4-5 minuten en controleer de druk: Indien de druk… Dan… Niet verandert Er zit geen vocht in het systeem.
  • Pagina 45: Koelmiddel Bijvullen

    Koelmiddel bijvullen 8 Koelmiddel bijvullen In dit hoofdstuk Over het toevoegen van koelmiddel............................Over het koelmiddel ................................Voorzorgsmaatregelen bij het bijvullen van koelmiddel ....................... Bepalen hoeveel koelmiddel toegevoegd moet worden....................... De hoeveelheid bepalen om opnieuw volledig te vullen....................... Extra koelmiddel bijvullen ..............................De label voor fluorhoudende broeikasgassen bevestigen.....................
  • Pagina 46: Over Het Koelmiddel

    Koelmiddel bijvullen OPMERKING Vacuümdroog tevens de koelmiddelleidingen in de buitenunit vooraleer deze opnieuw te vullen. Typische workflow – volledig opnieuw vullen met koelmiddel bestaat doorgaans uit de volgende stappen: 1 Bij te vullen hoeveelheid koelmiddel bepalen. 2 Koelmiddel bijvullen. 3 Het label voor gefluoreerde broeikasgassen invullen en bevestigen op de binnenkant van de buitenunit.
  • Pagina 47: Voorzorgsmaatregelen Bij Het Bijvullen Van Koelmiddel

    Koelmiddel bijvullen 8.3 Voorzorgsmaatregelen bij het bijvullen van koelmiddel INFORMATIE Lees tevens de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de volgende hoofdstukken: ▪ "2 Algemene veiligheidsmaatregelen" [  5] ▪ "7.1 De koelmiddelleidingen voorbereiden" [  35] 8.4 Bepalen hoeveel koelmiddel toegevoegd moet worden Voor ARXM71R Bij een totale leidinglengte Dan…...
  • Pagina 48: Extra Koelmiddel Bijvullen

    Koelmiddel bijvullen 8.6 Extra koelmiddel bijvullen WAARSCHUWING ▪ Gebruik uitsluitend R32 als koelmiddel. Andere stoffen kunnen ontploffingen en ongelukken veroorzaken. ▪ R32 bevat gefluoreerde broeikasgassen. Het heeft een aardopwarmingsvermogen (GWP) van 675. Laat deze gassen NIET vrij in de atmosfeer. ▪...
  • Pagina 49: Elektrische Installatie

    Elektrische installatie 9 Elektrische installatie In dit hoofdstuk Over het aansluiten van de elektrische bedrading ........................ 9.1.1 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van elektrische bedrading ..............9.1.2 Richtlijnen voor het aansluiten van de elektrische bedrading................9.1.3 Specificaties van de standaardcomponenten van de bedrading ................De elektrische bedrading op de buitenunit aansluiten ......................
  • Pagina 50 Elektrische installatie WAARSCHUWING ▪ Al de bedrading MOET door een erkende elektricien uitgevoerd worden en MOET voldoen aan de geldende wetgeving. ▪ Maak elektrische verbindingen op de bevestigde bedrading. ▪ Alle op de site geleverde componenten en alle elektrische constructies MOETEN voldoen aan de geldende wetgeving.
  • Pagina 51: Richtlijnen Voor Het Aansluiten Van De Elektrische Bedrading

    Elektrische installatie GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE Schakel de elektrische voeding langer dan 10 minuten uit en meet de spanning aan de aansluitklemmen van de condensatoren van de hoofdkring of elektrische onderdelen vooraleer u een onderhoud uitvoert. De spanning MOET minder dan 50 ...
  • Pagina 52: Aanhaalmomenten

    Elektrische installatie Draadtype Methode Gevlochten geleider met rond oog a Klem b Schroef c Platte sluitring Toegelaten NIET toegelaten Aanhaalmomenten Item Aanhaalmoment (N•m) M4 (X1M) 1,2~1,3 M4 (aarding) ▪ De aardingsdraad tussen de kabelbevestiging en de klem moet langer zijn dan de andere draden.
  • Pagina 53: De Elektrische Bedrading Op De Buitenunit Aansluiten

    Elektrische installatie Onderdeel Aanbevolen onderbreker RXM71R 20 A RXP50~71M RXF50+60B RXF71A ARXF50~71A ARXM50~71R 16 A RXM50+60R RXM42R 13 A RXA42+50R RXJ50N Aardlekschakelaar MOETEN voldoen aan de toepasselijke wetgeving De elektrische apparatuur voldoet een de norm EN/IEC 61000-3-12 (Europese/ internationale technische norm die de grenzen vastlegt inzake harmonische stromen geproduceerd door apparatuur aangesloten op openbare laagspanningssystemen met een ingangsstroom >16 A en ≤75 A per fase).
  • Pagina 54 Elektrische installatie Onderbreker Reststroomapparaat Elektrische voeding Aarding 3× 1 2 3 5 Draai klemschroeven goed vast. Gebruik voorkeur kruiskopschroevendraaier. 6 Installeer het deksel van de schakelkast. ARXM50-71+RXM42~71R2V1B + RXP50~71M2V1B + RXA42+50B2V1B + Uitgebreide handleiding voor de installateur RXF50+60B2V1B + RXF71A2V1B + RXJ50N2V1B + ARXF50~71A2V1B R32 Split-reeks 4P513661-9J –...
  • Pagina 55: De Installatie Van De Buitenunit Voltooien

    De installatie van de buitenunit voltooien 10 De installatie van de buitenunit voltooien 10.1 De installatie van de buitenunit voltooien GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE ▪ Zorg ervoor dat het systeem correct is geaard. ▪ Schakel de voeding uit alvorens aan servicewerkzaamheden te beginnen. ▪...
  • Pagina 56: Configuratie

    Configuratie 11 Configuratie 11.1 Faciliteitsinstelling Gebruik deze functie voor koelen bij lage buitentemperatuur. Deze functie is ontworpen voor faciliteiten zoals apparatuur of computerruimten. Gebruik deze functie NOOIT in een woning of een kantoor met mensen. Van toepassing voor: RXM-R, ARXM-R, RXJ-N, RXA-B 11.1.1 De stand voor voorzieningen instellen Wanneer adresjumper J6 op de printplaat wordt doorgeknipt, breidt het werkingsbereik uit tot –15°C.
  • Pagina 57: Energiebesparende Stand-Byfunctie Inschakelen

    Configuratie INFORMATIE De energiebesparende stand-byfunctie kan ALLEEN worden gebruikt voor de hiervoor vermelde units. WAARSCHUWING Controleer of de voeding is uitgeschakeld alvorens u de connector aansluit of losmaakt. INFORMATIE Een selectieve connector voor de energiebesparende stand-byfunctie is vereist als andere binnenunits dan hiervoor beschreven zijn aangesloten. 11.2.2 Energiebesparende stand-byfunctie inschakelen Voorwaarde: De hoofdvoeding MOET uitgeschakeld zijn.
  • Pagina 58: Inbedrijfstelling

    Inbedrijfstelling 12 Inbedrijfstelling In dit hoofdstuk 12.1 Voorzorgsmaatregelen bij de inbedrijfstelling........................12.2 Checklist voor de inbedrijfstelling ............................12.3 Checklist tijdens inbedrijfstelling............................12.4 Proefdraaien ................................... 12.5 De buitenunit starten ................................12.1 Voorzorgsmaatregelen bij de inbedrijfstelling GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE GEVAAR: RISICO OP BRANDWONDEN VOORZICHTIG Laat het systeem NIET proefdraaien terwijl aan de binnenunits wordt gewerkt.
  • Pagina 59: Checklist Tijdens Inbedrijfstelling

    Inbedrijfstelling Er zijn GEEN losse aansluitingen of verbindingen of beschadigde elektrische onderdelen in de schakelkast. Er zijn GEEN beschadigde onderdelen of buizen die tegen de binnenkant van de binnen- of buitenunit gedrukt worden. Er zijn GEEN koelmiddellekkages. De koelmiddelleidingen (gas en vloeistof) zijn thermisch geïsoleerd. De juiste buismaten werden geplaatst en de leidingen zijn goed en op de juiste manier geïsoleerd.
  • Pagina 60: De Buitenunit Starten

    Inbedrijfstelling 12.5 De buitenunit starten Zie de installatiehandleiding van de binnenunit voor meer informatie over de configuratie en inbedrijfstelling van het systeem. ARXM50-71+RXM42~71R2V1B + RXP50~71M2V1B + RXA42+50B2V1B + Uitgebreide handleiding voor de installateur RXF50+60B2V1B + RXF71A2V1B + RXJ50N2V1B + ARXF50~71A2V1B R32 Split-reeks 4P513661-9J –...
  • Pagina 61: Aan De Gebruiker Overhandigen

    Aan de gebruiker overhandigen 13 Aan de gebruiker overhandigen Als het proefdraaien voltooid is en de unit goed en op de juiste manier werkt, zorg ervoor dat de gebruiker de volgende zaken goed begrijpt: ▪ Controleer of de gebruiker de papieren documentatie heeft en vraag hem/haar deze bij te houden om deze later te kunnen raadplegen.
  • Pagina 62: Onderhoud En Service

    Onderhoud en service 14 Onderhoud en service OPMERKING Dit onderhoud MOET worden uitgevoerd door een erkend installateur of een servicetechnicus. Laat het onderhoud minstens één keer per jaar uitvoeren. De geldende wetgeving kan evenwel kortere onderhoudsintervallen vereisen. OPMERKING De geldende wetgeving met betrekking tot gefluoreerde broeikasgassen vereist dat de koelmiddelvulling van de unit wordt aangegeven zowel in gewicht als in CO equivalent.
  • Pagina 63: Controlelijst Jaarlijks Onderhoud Van De Buitenunit

    Onderhoud en service 14.3 Controlelijst jaarlijks onderhoud van de buitenunit Controleer minstens eens per jaar de volgende punten: ▪ Warmtewisselaar De warmtewisselaar van de buitenunit kan verstopt geraken door stof, vuil, bladeren, enz. Er wordt geadviseerd de warmtewisselaar jaarlijks te reinigen. Een verstopte warmtewisselaar kan de oorzaak zijn van een te lage druk of een te hoge druk, met slechtere prestaties als gevolg.
  • Pagina 64: Opsporen En Verhelpen Van Storingen

    Opsporen en verhelpen van storingen 15 Opsporen en verhelpen van storingen 15.1 Overzicht: Probleemoplossing Dit hoofdstuk beschrijft wat u moet doen wanneer er zich problemen voordoen. Het bevat informatie over het oplossen van problemen op basis van symptomen. Alvorens storingen op te sporen en te verhelpen Voer een grondige visuele controle uit van de unit en zoek naar voor de hand liggende defecten, zoals losse aansluitingen of kapotte bedrading.
  • Pagina 65: Symptoom: De Unit Verwarmt Of Koelt Niet Zoals Verwacht

    Opsporen en verhelpen van storingen 15.3.2 Symptoom: De unit verwarmt of koelt NIET zoals verwacht Mogelijke oorzaken Oplossing Fout in de aansluiting van de elektrische Sluit de elektrische bedrading juist aan. bedrading Gaslek Controleer op gaslekken. 15.3.3 Symptoom: Waterlekken Mogelijke oorzaken Oplossing Onvolledige thermische isolatie (gas- en Controleer of de leidingen en de...
  • Pagina 66 Opsporen en verhelpen van storingen GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE ▪ Wanneer de unit niet werkt, worden de leds op de printplaat uitgeschakeld om energie te besparen. ▪ Zelfs wanneer de leds niet branden, kunnen de klemmenstrook en de printplaat nog stroom krijgen. ARXM50-71+RXM42~71R2V1B + RXP50~71M2V1B + RXA42+50B2V1B + Uitgebreide handleiding voor de installateur RXF50+60B2V1B + RXF71A2V1B + RXJ50N2V1B + ARXF50~71A2V1B...
  • Pagina 67: Als Afval Verwijderen

    Als afval verwijderen 16 Als afval verwijderen OPMERKING Probeer het systeem NIET zelf te ontmantelen: het ontmantelen van het systeem en het behandelen van het koelmiddel, van olie en van andere onderdelen MOETEN conform met de geldende wetgeving uitgevoerd worden. De units MOETEN voor hergebruik, recyclage en terugwinning bij een gespecialiseerd behandelingsbedrijf worden behandeld.
  • Pagina 68: Een Gedwongen Koeling Starten En Stoppen

    Als afval verwijderen 4 Controleer op het verdeelstuk of het vacuüm is bereikt. 5 Draai na 2 à 3 minuten de gasafsluiter dicht en stop gedwongen koelen. Gasafsluiter Sluitrichting Zeskantsleutel Kleppendeksel Vloeistofafsluiter 16.3 Een gedwongen koeling starten en stoppen Er zijn 2 methodes voor gedwongen koelen: ▪...
  • Pagina 69: Technische Gegevens

    Een deel van de recentste technische gegevens is beschikbaar op de regionale Daikin-website (publiek toegankelijk). ▪ De volledige recentste technische gegevens zijn beschikbaar op het Daikin Business Portal (authenticatie vereist). 17.1 Bedradingsschema Het bedradingsschema is bij de unit geleverd en bevindt zich op de binnenkant van de buitenunit (onderkant van de bovenste plaat).
  • Pagina 70 Technische gegevens Symbool Betekenis Condensator AC*, CN*, E*, HA*, HE*, HL*, HN*, HR*, Aansluiting, connector MR*_A, MR*_B, S*, U, V, W, X*A, K*R_*, NE D*, V*D Diode Diodebrug DIP-schakelaar Verwarming FU*, F*U, (voor kenmerken, zie Zekering printplaat in uw unit) Connector (randaarding) Harnas H*P, LED*, V*L...
  • Pagina 71 Technische gegevens Symbool Betekenis Overbelastingsbeveiliging Thermische schakelaar Reststroomapparaat Weerstand Thermistor Ontvanger Limietschakelaar Vlotterschakelaar S*NG Koelmiddellekdetector S*NPH Druksensor (hoog) S*NPL Druksensor (laag) S*PH, HPS* Drukschakelaar (hoog) S*PL Drukschakelaar (laag) Thermostaat S*RH Vochtigheidssensor S*W, SW* Bedrijfsschakelaar SA*, F1S Spanningsbeveiliging SR*, WLU Signaalontvanger Keuzeschakelaar SHEET METAL Klemmenstrook vaste plaat...
  • Pagina 72: Schema Van De Leidingen

    Technische gegevens 17.2 Schema van de leidingen 17.2.1 Schema van de leidingen: Buitenunit PED-categorieën van apparatuur: ▪ Hogedrukschakelaar: categorie IV, ▪ Compressor: categorie II; ▪ Overige apparatuur: art. 4§3. RXP50M, RXF50B, ARXF50A 7.0 CuT 4.0 CuT 7.0 CuT 6.4 CuT 6.4 CuT 7.0 CuT 7.0 CuT...
  • Pagina 73 Technische gegevens RXP60M, RXP71M, RXF60B, RXF71A, ARXF60A, ARXF71A 7.0 CuT 7.0 CuT 4.0 CuT 7.0 CuT 7.0 CuT 6.4 CuT 6.4 CuT 4.0 CuT 7.0 CuT 7.0 CuT 4.0 CuT 12.7 CuT 12.7 CuT 12.7 CuT 6.4 CuT 6.4 CuT 9.5 CuT 12.7 CuT 12.7 CuT...
  • Pagina 74 Technische gegevens RXJ50N, RXA42B, RXA50B 7.0 CuT 7.0 CuT 4.0 CuT 7.0 CuT 7.0 CuT 6.4 CuT 6.4 CuT 4.0 CuT 7.0 CuT 7.0 CuT 4.0 CuT 12.7 CuT 12.7 CuT 12.7 CuT 6.4 CuT 6.4 CuT 12.7 CuT 12.7 CuT ARXM71R 7.0 CuT 7.0 CuT...
  • Pagina 75 Technische gegevens RXM42R 7.0 CuT 7.0 CuT 4.0 CuT 7.0 CuT 7.0 CuT 6.4 CuT 4.0 CuT 6.4 CuT 7.0 CuT 7.0 CuT 4.0 CuT 12.7 CuT 12.7 CuT 12.7 CuT 6.4 CuT 6.4 CuT 9.5 CuT 9.5 CuT 9.5 CuT RXM50R, RXM60R, ARXM50R, ARXM60R 7.0 CuT 7.0 CuT...
  • Pagina 76: Verklarende Woordenlijst

    Ter plaatse te voorzien NIET door Daikin gemaakte apparatuur en uitrustingen die met het product volgens de instructies in de meegeleverde documentatie gecombineerd mogen worden. ARXM50-71+RXM42~71R2V1B + RXP50~71M2V1B + RXA42+50B2V1B +...
  • Pagina 80 4P513661-9J 2020.05 Verantwortung für Energie und Umwelt...

Inhoudsopgave