WAARSCHUWING
De motor moet draaien tijdens het afstellen van
de carburateur en de snelheidsbesturing. Om het
risico op lichamelijk letsel te verkleinen moet u
uw handen, voeten en andere lichaamsdelen uit
de buurt houden van alle bewegende
motoronderdelen.
HET AFSTELLEN VAN DE
CARBURATEUR EN TOERENTAL
BELANGRIJK: Voordat de carburateur en de
snelheidsbesturing zijn afgesteld moeten de
gashendel en choke-bediening juist zijn afgesteld.
1. Klap de stoel omhoog en zet hem vast met de
borgstang.
2. Start de motor en laat deze vijf minuten op halve
snelheid draaien om op temperatuur te komen.
3. Zet de gashendel op SLOW. Houd de regulateur-
hendel vast zodat de gashendel in de vrijloop-
stand staat (tegen de vrijloop-stopschroef) en stel
de vrijloop-stopschroef af op 1750 ± 50 tpm door
de schroef in of uit te draaien. Controleer de
snelheid met behulp van een toerenteller.
Afgebeeld met luchtfilter verwijderd
Afbeelding 19
1.
Ankerpin voor stationairafstelling.
2.
Ankerpin voor hoog toerental afstelling.
4. Draai de stationair mengselschroef langzaam met
de wijzers van de klok mee (schraal mengsel)
totdat de motorsnelheid net terug begint te vallen.
Let op de positie van de naald.
Draai nu de stationair mengselschroef langzaam
tegen de wijzers van de klok in (rijk mengsel)
totdat de motorsnelheid net terug begint te vallen.
Let op de positie van de naald.
Zet de schroef midden tussen de "schrale" en
"rijke" positie.
5. Nadat het stationair mengsel afgesteld is, houd u
de regulateurhendel vast zodat de gashendel in de
stationair positie staat (tegen de stationair
stopschroef) en stel de stationair stopschroef zodat
de stationaire snelheid op 1550 ± 50 tpm komt.
6. Als de regulateurhendel in de afgeregelde
stationairpositie staat (geen spanning op de hoog
toerental veer) buigt u de ankerpin op de veer voor
de stationairafstelling totdat u een geregelde
stationaire snelheid bereikt van 1750 ± 50 tpm.
7. Zet de gashendel op FAST. Buig de ankerpin op
de veer voor de hoog toerental afstelling totdat u
de hogere snelheid van 3150 ± tpm te bereikt.
HET VERVANGEN VAN DE
BOUGIES
Vervang de bougies na iedere 100 bedrijfsuren of
jaarlijks, net wat zich het eerst voordoet. De
aanbevolen afstand van de bougiespleet is 0,076 cm.
Afbeelding 20
De juiste bougie is een Champion RC 12YC
N.B.: De bougie gaat normaliter lange tijd mee. De
bougie moet echter verwijderd en gecontroleerd
worden als de motor hapert.
Onderhoud
21