ONDERHOUD
14.
Monteer de borgring (A).
15.
Breng nu de rotor (A) aan. De rotor wordt met
een losse passing op de lagers geplaatst. Druk
de rotor op de naaf totdat deze klemt.
16.
Breng de verwijderde vulplaten (C) weer aan.
Plaats de (nieuwe) persschoen (B), controleer
of
de
NordLock
gepositioneerd en haal de bevestigingsbout(en)
(A) aan. Zie § 10.1.6.
17.
Controleer de pakking (C) op schade en
vervang de pakking indien nodig. Plaats het
deksel (B) terug. Zorg dat de 4 bouten (A) terug
worden geplaatst en dat ze in de juiste volgorde
worden
aangehaald,
elkaar. Zie § 10.1.6.
18.
Schakel de spanningstoevoer van de pomp
weer in.
19.
Breng de (nieuwe) pompslang aan. Zie § 7.6.3.
42
®
-ringen
(D)
juist
diagonaal
tegenover
zijn