Veiligheid
Onderhoud veilig uitvoeren
Zorg dat u de onderhoudsprocedure begrijpt voordat u met
het werk begint. Houd de werkomgeving schoon en droog.
De machine niet smeren, onderhouden of instellen als
deze in beweging is. Houd handen, voeten en kleding
uit de buurt van aangedreven onderdelen. Schakel alle
aandrijvingen uit. Laat druk ontsnappen. De uitrusting
op de grond laten zakken. Zet de motor af. Verwijder de
sleutel. Wacht totdat de machine is afgekoeld.
Ondersteun machinedelen die voor onderhoud moeten
worden opgetild.
Houd alle onderdelen in goede toestand en juist
gemonteerd. Schade onmiddellijk verhelpen. Vervang
versleten of beschadigde onderdelen. Opgehoopt
smeervet, olie en vuil verwijderen.
Op zelfrijdende machines: bij afstelling van de elektrische
systemen of laswerkzaamheden aan de machine eerst de
massakabel (-) van de accu loskoppelen.
Op gesleepte werktuigen: kabelbomen van de tractor
loskoppelen alvorens onderhoud aan componenten van
het elektrische systeem uit te voeren of aan de machine
te lassen.
Vallen tijdens werken op hoogte kan ernstig letsel tot
gevolg hebben. Gebruik een ladder of platform om elke
locatie eenvoudig te bereiken. Gebruik stevige en veilige
treden en handgrepen.
DX,SERV -18-28FEB17-1/1
Uit de buurt van de draaiende
aandrijfleidingen blijven
Verstrikt raken in draaiende aandrijfassen kan leiden tot
letsel of de dood.
Wijzig geen posities van beschermingen. Controleer of
draaiende beschermingen vrij draaien.
Draag nauwsluitende kleding. Stop de motoren en
controleer of alle draaiende delen een aandrijflijnen
worden stilgezet alvorens instellingen, verbindingen of
onderhoud aan motor of door machine aangedreven
uitrusting uit te voeren.
DX,ROTATING -18-18AUG09-1/1
05-5
032322
PN=14