3
3.3.13
3.3.14
BA.NED.18-31313-08-31-FTA-gb
Beschrijving van de
Ruthmann-Hoogwerker
Gereduceerde aansturing eindstand
De snelheden van de volgende bewegingen worden voor het
bereiken van de eindstand automatisch gereduceerd.
• Kleine arm op resp. neer
• Telescooparm (hefarm) op resp. neer
• Telescooparm zwenken links resp. rechts
• Telescoop in resp. uit
Met eindstanden worden eindstanden van de diverse cilinders en
een stand van de telescooparm in een zwenkhoek van ca. 225° links
of rechtsom bedoeld. De zwenkbeweging van de grote arm
(eindstand: 225° links en rechtsom) wordt niet mechanisch begrensd.
Voor het bereiken van elke eindpositie wordt de bewegingssnelheid
ook
bij
volledig
verminderd.
Bescherming van de cabine en de achterste steunen bij het
zwenken en/of dalen van de telescooparm
Is de telescooparm minder dan een bepaalde hoek geheven, dan
worden de zwenkbewegingen kort voor het bereiken van de cabine of
de achterste steunen automatisch onderbroken.Het verder zwenken
in de richting van de cabine of de achterste steunen is dan alleen
mogelijk nadat de telescoop oprichthoek vergroot wordt. Evenzo
worden daalbewegingen afgeschakeld als de telescooparm vlak
boven de cabine of de achterste steunen komt.
Ruthmann hoogwerker
uitgestuurde
besturingshendel
TB290
automatisch
3-15