Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Algemene Informatie Over Netwerken; Ip-Adres Toewijzen; Ip-Adres Configureren - Lexmark 9500 All-In-One Series Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor 9500 All-In-One Series:
Inhoudsopgave

Advertenties

Menu TCP/IP
Internet Protocol (IP) geeft de indeling van pakketten, ook wel datagrammen genoemd, aan en het
adresseringsschema. De meeste netwerken combineren IP met een protocol van een hoger niveau dat Transmission
Control Protocol (TCP) wordt genoemd. Met TCP kunnen twee hosts een verbinding tot stand brengen en
gegevensstromen uitwisselen. TCP garandeert dat de gegevens worden bezorgd en dat de pakketten in dezelfde
volgorde worden bezorgd als waarin ze zijn verzonden.
Locatie
DHCP inschakelen
IP-adres instellen
IP-netmasker instellen Een subnetmasker toewijzen.
IP-gateway instellen

Algemene informatie over netwerken

IP-adres toewijzen

Een IP-adres kan door het netwerk worden toegewezen met DHCP. Met het printerobject, dat tijdens de installatie
wordt gemaakt, worden via dit adres alle afdruktaken over het netwerk verzonden naar de printer met dit adres.
Op veel netwerken kunnen IP-adressen automatisch worden toegewezen. Met autoconfiguratie voor IP-adressen
kunnen apparaten een uniek IP-ades aan zichzelf toewijzen. Op de meeste netwerken wordt DHCP gebruikt voor het
toewijzen van adressen.
Tijdens de installatie van de printersoftware voor rechtstreeks afdrukken via IP wordt het IP-adres alleen weergegeven
op het moment dat het wordt toegewezen. Het printerobject dat wordt gemaakt in de map Printers van het
besturingssysteem, gebruikt het MAC-adres van de printer die wordt weergegeven bij de poortnaam.
Als het IP-adres niet automatisch wordt toegewezen, kunt u proberen het adres handmatig op te geven nadat u de
printer hebt geselecteerd in de beschikbare lijst.

IP-adres configureren

Als er geen communicatie meer mogelijk is met de printer via het netwerk, selecteert u DHCP gebruiken om de
communicatie met de printer te herstellen.
In de volgende situaties moet u een IP-adres toewijzen:
U hebt handmatig een IP-adres toegewezen aan de overige netwerkapparaten.
U wilt een specifiek IP-adres toewijzen.
U verplaatst de printer naar een extern subnet.
De printer wordt in het configuratieprogramma weergegeven als niet geconfigureerd.
Handelingen
Geef Ja of Nee op als de waarde. DHCP staat voor Dynamic Host Configuration Protocol
(dynamisch protocol voor hostconfiguratie). Het netwerk wijst automatisch een nummer
toe voor de netwerkgegevens.
Het IP-adres handmatig instellen.
Een subnetmasker wordt gebruikt om een IP-adres in tweeën te delen: een uitgebreid
netwerkadres en een hostadres. Het subnetmasker wordt geschreven in decimale notatie
met punten en moet 32 bits bevatten. Voorbeeld: 255.255.255.0
Opmerking: deze optie is uitgeschakeld als DHCP inschakelen is ingeschakeld.
Het IP-adres van een ander apparaat op hetzelfde netwerk opgeven. Dit apparaat fungeert
als een router of als een toegangspunt voor andere apparaten op een ander netwerk.
Printer aansluiten op een netwerk
58

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave