6.7
Motoraansluitkabelplaatsing XRCP
Veiligheidsvoorschriften van de vorige paragrafen in acht nemen!
AANWIJZING
De hier beschreven kabelhouders horen niet tot de standaard leveromvang van de
XRCP.
4
1
• Kabelhouder (15/2) met rubber manchet (15/3) kort boven de XRCP rond de aansluitkabel leggen en met de
zeskantschroef (15/1) dichtschroeven.
• Karabijnhaak15/4) in kabelhouder (15/2) en staalkabel hangen.
De aansluitkabels moeten in elk geval zo gelegd worden, dat ze niet in de propeller kunnen
terechtkomen en niet aan trekbelasting blootgesteld worden.
• Alle andere kabelhouders op dezelfde manier monteren. Hierbij kunnen de afstanden met toenemende
afstand van de XRCP groter worden.
• Aansluitkabel met trekontlasting (15/7) aan de kabelhaak bevestigen.
De elektrische aansluiting moet volgens paragraaf 7 Elektrische aansluiting uitgevoerd worden.
22
3
2
1
Afbeelding 15 Motoraansluitkabelplaatsing
7
6006619-05