8. Plaats het bedieningspaneel (F) met de voorkant
naar beneden gericht op een zachte onder
grond zodat het bedieningspaneel niet bekrast
wordt. Verwijder en bewaar de vier 1/4" x 1/2"
Schroeven (12).
9. Houd de bedieningspaneelmodule (F) bij de
Hartslagdwarsstang (93).
Zie de inzet-tekening. Verbind de sensordra
den (G, H). De connectoren zouden makkelijk
samen moeten glijden en op hun plaats moe-
ten klikken. Draai aan een van de connectoren
en probeer het opnieuw als dit niet gebeurt. ALS
U DE CONNECTOREN NIET GOED AANSLUIT,
KAN HET BEDIENINGSPANEEL BESCHA-
DIGD RAKEN ALS HET APPARAAT WORDT
AANGEZET.
Sluit de twee aarddraden (121, I) aan.
Plaats de bedieningspaneelmodule (F) vervol
gens op de beugels op de Handleuningen (86);
beknel geen draden.
Maak de bedieningspaneelmodule (F) met vier
1/4" x 1/2" Schroeven (12) die u heeft verwijderd
in stap 8 en vier 1/4" Sterringen (18) vast. Draai
de Schroeven nog niet vast.
8
12
9
F
86
121
18
12
11
F
12
I
G
86
93
18
H
12
G
H