Oorzaak
De installatie ontvangt geen
spanning.
het rotorblad vastzit.
Als het probleem aanhoudt, neem dan contact op met uw plaatselijke verkoop- en
servicevertegenwoordiger. Vermeld altijd het serienummer van uw product, zie
Productomschrijving
De pomp stopt niet wanneer een niveausensor wordt gebruikt
GEVAAR: Verpletteringsgevaar
Bewegende onderdelen kunnen verstrikken of verpletteren. Schakel altijd de netvoeding
uit voordat u onderhoudswerk verricht om onvoorzien opstarten te voorkomen. Wanneer
u dat niet doet, kan dit leiden tot de dood of ernstig lichamelijk letsel.
Oorzaak
De pomp kan de pompput niet tot het
stopniveau legen.
Er is een defect in de
niveauschakelaars.
Het stopniveau is te laag ingesteld.
Als het probleem aanhoudt, neem dan contact op met uw plaatselijke verkoop- en
servicevertegenwoordiger. Vermeld altijd het serienummer van uw product, zie
Productomschrijving
De pomp start, stopt en start snel achter elkaar
Oorzaak
De pomp herstart omdat terugstroom
de pompput opvult tot het
startniveau.
Flygt 2620.083/.172/.281/.582 Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud
Oplossing
Controleer of:
• de stroomschakelaar is ingeschakeld.
• er besturingsspanning naar de startapparatuur gaat.
• de zekeringen intact zijn.
• er spanning is in alle fasen van de voedingskabel.
• alle zekeringen voeding hebben en of ze stevig aan de zekeringhouders
zijn bevestigd.
• de overbelastingsbeveiliging niet is geactiveerd.
• de motorkabel niet beschadigd is.
Reinig:
• het rotorblad
• de pompput om te voorkomen dat het rotorblad opnieuw verstopt
raakt.
(pagina 12).
Oplossing
Controleer of:
• de leiding- en/of afvoeraansluiting lekken.
• het rotorblad verstopt is.
• de terugslagklep(pen) goed werken.
• de pomp voldoende capaciteit heeft. Voor informatie:
Neem contact op met uw plaatselijke verkoop- en
servicevertegenwoordiger.
• Maak de niveauregelaars schoon.
• Controleer of de niveauregelaars goed werken.
• Controleer de schakelaar en het besturingscircuit.
• Vervang alle defecte onderdelen.
Stel het stopniveau hoger in.
(pagina 12).
Oplossing
Controleer of:
• het verschil tussen het start- en stopniveau niet te klein is.
• de terugslagklep(pen) goed werken.
• de lengte van de afvoerpijp tussen de pomp en de eerste terugslagklep
is voldoende klein.
Storingen verhelpen
45