Installatie
Zorg ervoor dat het rotorbladdraaiing correct is. Zie
controleren
Elektrische aansluitingen aanleggen
Algemene voorzorgsmaatregelen
GEVAAR: Elektrisch gevaar
Voordat u begint met werkzaamheden aan de unit, dient u ervoor te zorgen dat de unit en
het bedieningspaneel gescheiden zijn van de elektrische voeding en niet kunnen worden
ingeschakeld. Dit is ook van toepassing op het regelcircuit.
WAARSCHUWING: Elektrisch gevaar
Risico van elektrische schok of brandwonden. Al het elektriciteitswerk moet door een
erkende elektricien worden gecontroleerd. Voldoe aan alle lokale codes en voorschriften.
WAARSCHUWING: Elektrisch gevaar
Er bestaat een kans op een elektrische schok of een explosie als de elektrische
aansluitingen niet goed zijn uitgevoerd, of als het product defect of beschadigd is.
Controleer de apparatuur op zichtbaar beschadigde kabels, gebarsten behuizingen of
andere tekenen van schade. Zorg ervoor dat de elektrische aansluitingen goed zijn
uitgevoerd.
WAARSCHUWING: Verpletteringsgevaar
Risico van automatisch opnieuw starten.
VOORZICHTIG: Elektrisch gevaar
Voorkom dat kabels scherp verbogen of beschadigd worden.
Opmerking:
Lekkage in de elektrische onderdelen kan tot beschadiging van de apparatuur of een
gesprongen zekering leiden. Houd de uiteinden van de kabel altijd droog.
Vereisten
Deze algemene vereisten zijn van toepassing op de elektrische installatie:
• Stel het elektriciteitsbedrijf in kennis voor installatie van de pomp, als deze op het
elektriciteitsnet wordt aangesloten. Het aansluiten van de pomp op het
elektriciteitsnet kan leiden tot flikkerende gloeilampen bij het starten van de pomp.
• Het voltage en de frequentie van het net moeten overeenkomen met de specificaties
op het gegevensplaatje. Als de pomp op verschillende voltagesterkte kan worden
aangesloten, wordt de aangesloten voltage aangegeven door een gele sticker in de
buurt van de kabelinvoer.
• De zekeringen en beveiligingsschakelaars moeten de juiste stroomsterkte hebben en
de pompoverbelastingsbescherming (motorbeveiligingsschakelaar) moet worden
aangesloten op de nominale voeding volgens het gegevensplaatje en de
kabeltekening indien van toepassing. De beginstroom in direct-on-line start kan tot
zes keer hoger zijn dan de nominale stroom.
• Het vermogen van zekeringen en kabels moet volgens de plaatselijke voorschriften
en bepalingen worden gekozen.
18
(pagina 24) voor meer informatie.
Flygt 2620.083/.172/.281/.582 Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud
Draaiing van de waaier