4.2 Vrijstaand in lijn
Figuur 4.2.a
Figuur 4.2.b
Figuur 4.2.c
Figuur 4.2.d
Figuur 4.2.e
Figuur 4.2.f
2
1
Figuur 4.2.g
14
A. Plaats de hoofdverzamelleiding op de gewenste plaats. Bij meerdere hoofdverzamel-
leidingen: koppel de hoofdverzamelleidingen met de meegeleverde pakkingen, M12
(DN65) of M16(DN100) bouten, veerringen en moeren. Lijn de verzamelleiding(en)
horizontaal uit met de stelvoeten.
B. Plaats de gasleiding in de daarvoor bestemde uitsparing. Bij meerdere hoofdverza-
melleidingen: koppel de gasleidingen met van de meegeleverde DN50/DN65 pak-
kingen, M12 bouten, veerringen en moeren. Zie figuur 4.2.b.
Fixeer de gasleiding met de 2 speciale pasbouten M6x8x16mm op elke flens
van de hoofdverzamelleiding(en). Zie figuur 4.2.c.
C. Monteer de I-staanders aan de flensplaat met 2x bout M8x40x70mm.
Let op: gebruik de juiste gaten in de staander!
Bij een linker flensplaat: gebruik de rechter gaten in de staander.
Bij een rechter flensplaat: gebruik de linker gaten in de staander.
D. Monteer een montageframe aan de I-staander met 3x bout M8x50mm. Zie figuur
4.2.e.
Let op: montagerail aan de bovenzijde.
E. Monteer een montageframe aan de andere I-staander met 3x M8x50mm. Zie figuur
4.2.f.
Indien er aan de andere kant van de I-staander ook ketels gemonteerd worden moet
het volgende montageframe ook direct hieraan gemonteerd worden.
F. Monteer de overige I-staander(s) tussen de montageframes met 3x M8x50mm. Zie
figuur 4.2.f.
G. Hang de ketels aan de montagerail.
Til de ketel alleen op aan de speciale handgrepen in het onderpaneel (1) en
2
ondersteun de ketel aan de achterwand (2). Zie figuur 4.2.g.
1
Ga verder met hoofdstuk 4.4
OK