Inhoudsopgave
Advertenties
Tijd tot alarmering na occlusie wordt bereikt in minder dan 30 minuten bij snelheden van 1 ml/u en hoger met de juiste keuze van
occlusieniveaus.
Aanbevolen wordt de functiegebonden drukinstelling te gebruiken. Hiermee kan de occlusiealarmdruk (mmHg) nauwkeurig worden ingesteld,
met een smalle operationele marge tussen de alarmdruk en de normale infusiedruk. Bij het gebruik van infusiepompen zonder drukinstelling
wordt de lijndruk geschat op basis van het pompvermogen. Daarom dient het occlusiealarm te worden ingesteld met een operationele marge
van tenminste één niveau verschil tussen het alarm en het normale infusieniveau. De instelling van een smalle operationele marge zorgt voor
een korte tijd tot het alarm afgaat en een klein potentieel bolusvolume. Bolusvolumes kunnen worden geminimaliseerd zoals omschreven in
de sectie Alarmen en waarschuwingen - Occlusie of door het inschakelen van de algemene optie Stap terug.
Druk
300
L2 200
L1 100
Automatische instelling :
Auto instelling: Asena CC
Alari
s®
CC-spuitpomp
Normale
bedrijfsdruk
25 mmHg
Met IVAC
Met druksensor geplaatst, G30402M - (Standaard disposable extensieset)
®
De volgende grafieken tonen de typische waarden voor tijd tot alarmering en bolusvolume welke verwacht kunnen worden bij een occlusie
als een BD Plastipak 50 ml-spuit is geselecteerd met een G30402M extensieset met druksensor.
Druksensor geplaatst
Tijd tot alarmering -1,0 ml/u
normaal
mmHg
Zonder IVAC
Met druksensor geplaatst, G40020B - (Standaard disposable extensieset)
®
De volgende grafieken tonen de typische waarden voor tijd tot alarmering en bolusvolume welke verwacht kunnen worden bij een occlusie
als een BD Plastipak 50 ml-spuit is geselecteerd met een G40020B standaardextensieset.
Geen druksensor
Tijd tot alarmering - 1,0 ml/u
normaal
Occlusieniveau
Bij tests met een laag alarmniveau wordt soms onmiddellijk alarm gegeven - de kracht is bij een laag niveau in het algemeen lager dan de frictie in de
spuit (zonder additionele vloeistofdruk). Het gevolg hiervan is dat de druk die samenhangt met de lage kracht minder is dan de nominaal aangegeven
occlusiedruk.
Het bolusvolume na een occlusie wordt geminimaliseerd als de optie Stap terug is ingeschakeld. De optie Stap terug verlaagt de lijndruk door de
hoeveelheid vloeistof die zich in de geoccludeerde lijn bevindt, te verwijderen en deze hoeveelheid af te trekken van het geïnfundeerde volume. Stap
terug sluit af als de druk even hoog wordt als de laatste door de pomp bij het begin van de infusie vastgelegde waarde of als er een maximum Stap terug-
volume uit de infusielijn is afgenomen. Deze wordt eveneens afgesloten als het geïnfundeerde volume 0,0 ml is of het TIV de ingestelde waarde bereikt.
Occlusie druklimieten
l
Occlusieniveau op Alari
niveau: L2 (circa 200 mmHg).
l
Auto drukinstelling op Alari
l
T1 << T2.
Alarm: Asena CC
Alaris® CC-spuitpomp
T1
Occlusie
Druksensor geplaatst
Tijd tot alarmering -5,0 ml/uur
normaal
mmHg
Geen druksensor
Tijd tot alarmering - 5,0 ml/u
normaal
Occlusieniveau
1000DF00421 Uitgave 6
s®
GH-spuitpomp of andere pompen met een occlusie
s®
CC-spuitpomp: (bijvoorbeeld 55 mmHg).
Alarm: Asena GH
Tijd
T2
Druksensor geplaatst
Bolusvolume zonder "stap terug"
2,00
normaal
1,50
1,00
0,50
0,00
mmHg
Geen druksensor
Bolusvolume zonder "Stap terug"
Occlusieniveau
33/38
Alaris® GH-spuitpomp
Druksensor geplaatst
Bolusvolume met "stap terug"
2,00
1,50
1,00
0,50
0,00
mmHg
Geen druksensor
Bolusvolume met "Stap terug"
normaal
Occlusieniveau
normaal
normaal
Advertenties
Inhoudsopgave
