Waarden bepalen
Er zijn twee typen overzichten op het kleurregistratieoverzicht: Overzicht 1 (snelscan) en Overzicht 2
(traagscan).
Het Overzicht 1 wordt gebruikt om de kleurregistratie aan te passen voor de snelscanrichting, dat
verticaal is ten opzichte van de papier aanvoerrichting. Het Overzicht 2 wordt gebruikt om de
kleurregistratie aan te passen voor de traagscanrichting, dat horizontaal is ten opzichte van de papier
aanvoerrichting.
De volgende paragraaf geeft uitleg over het bepalen van de aanpassingswaarden voor de snelscan en de
traagscan met Overzicht 1 en Overzicht 2.
Snelscan
Op het Overzicht 1 van het kleurregistratieoverzicht zoekt u de rechtste lijnen waarbij de twee zwarte
lijnen en de gekleurde lijn het meest zijn uitgelijnd voor elke kleur (Y, M, en C). Indien u de rechtste lijn
vindt, maak dan een notitie van de waarde (-9 tot +9) aangegeven met de rechtste lijn voor elke kleur.
Wanneer de waarde 0 is voor elke kleur, hoeft u de kleurregistratie niet aan te passen voor de snelscan.
Wanneer de waarde niet 0 is, dient u de waarde volgens de procedure in "Waarden invullen" op
pagina 375 in te vullen.
* Rechtste lijn
Traagscan
Op het Overzicht 2 van het kleurregistratieoverzicht zoekt u de middelste lijn binnen het bereik van
het witte gebied voor elk kleurpatroon (Y, M, en C). Indien u de middelste lijn vindt, maak dan een
notitie van de waarde (-9 tot +9) aangegeven met de middelste lijn voor elke kleur.
Epson AcuLaser CX29 Series
Gebruikershandleiding
Probleemoplossing
374