7. MONTAGE VAN DE
ONDERSTEUNINGSTOREN TG60
Algemeen
De Layher ondersteuningstoren TG60 kan naar wens staand of lig-
gend* gemonteerd worden.
(*Liggend monteren en daarna met een kraan overeind zetten).
De torens moeten tijdens de montage tegen kantelen en wegglijden
geborgd zijn: ballast, extra uitstijvingen, verbindingen naar ander
torens of verankeringen aanbrengen.
In de technische bijlagen is de noodzakelijke ballast te vinden voor
de diverse typen alleenstaande torens. Extra uitstijving, verbinden of
verankeren moet technisch beoordeeld/berekend worden.
Let op: De torens altijd opbouwen op een voldoende draagkrachtige
ondergrond of onderconstructie. De maximale uitspindellengte niet
overschrijden.
Instructie voor de diagonalen
Tegenover elkaar liggende diagonalen in tegengestelde richting
monteren.
In het verticale vlak de diagonalen steeds in één richting gelijklopend
monteren.
Staande montage
Hierop volgend het montageverloop van de TG60-toren. Voor deze
instructie weergegeven zonder ballast of andere maatregelen!
12
1. Maak een vlakke ondergrond met voldoende draagvermogen onder
ieder spindelvoet.
2. Uitleggen van de (houten) onderstopping. Bij een opbouw op een
stabiele ondergrond zoals beton kan de (houten) onderstopping /
drukverdeling achterwege blijven.
3. Voetspindels plaatsen en ongeveer de gewenste hoogte instellen.
4. Beginframes plaatsen op de spindels.
5. Montage van de horizontale diagonaal en de Allround liggers.
Let op: de horizontale diagonaal kan alleen geplaatst
worden als de liggers nog niet gemonteerd zijn.
6. Uitspindelen naar de gewenste hoogte en horizontaal stellen van
deze eerste slag. Maximale uitspindeling niet overschrijden.