Probleem
De afgedrukte pagina bevat kreukels en
vouwen.
Toner verschijnt uitgesmeerd rond de
afgedrukte tekens.
Een afbeelding die boven aan de pagina
staat (in helder zwart), wordt verderop op
de pagina nog eens herhaald (in grijs).
Problemen met de verwerking van afdrukmateriaal
Gebruik de informatie in dit gedeelte als er problemen met de verwerking van afdrukmateriaal optreden.
86
Hoofdstuk 9 Problemen oplossen
Oorzaak
Het afdrukmateriaal is mogelijk op
onjuiste wijze geplaatst of de invoerlade is
te vol.
Mogelijk voldoet het afdrukmateriaal niet
aan de specificaties van HP.
De papierbaan krult het afdrukmateriaal.
Enveloppen kunnen kreuken als deze lucht
bevatten.
Mogelijk is het afdrukmateriaal niet juist
geplaatst.
Als er grote hoeveelheden toner rondom
de tekens zijn terechtgekomen, kan het
zijn dat het papier een hoge weerstand
heeft.
Software-instellingen kunnen het
afdrukken beïnvloeden.
De volgorde waarin de afbeeldingen
worden afgedrukt, kan het afdrukken
beïnvloeden.
Mogelijk is het apparaat beschadigd als
gevolg van een spanningspiek.
Oplossing
Draai de stapel papier in de invoerlade om.
Probeer ook of het helpt om het papier
achterstevoren in de invoerlade te leggen.
Controleer of het afdrukmateriaal op de
juiste manier is geplaatst en de
papiergeleiders niet te strak of juist te los
tegen de stapel aan zitten. Zie
Afdrukmateriaal plaatsen op pagina
Gebruik ander papier, zoals papier van
hoge kwaliteit voor laserprinters. Zie
Specificaties afdrukmateriaal
op pagina
13.
Gebruik de instelling Minder omkrullen.
Zie
Het krullen van papier verminderen
op pagina
98.
Verwijder de envelop, maak deze plat en
probeer opnieuw af te drukken.
Draai de papierstapel in de lade om.
Gebruik ander papier, zoals papier van
hoge kwaliteit voor laserprinters. Zie
Specificaties afdrukmateriaal
op pagina
13.
Wijzig via uw softwareprogramma de
kleurtoon (donkerte) van het veld waarin
de herhaalde afbeelding verschijnt.
Draai vanuit het softwareprogramma de
hele pagina 180 graden om de lichtste
afbeelding eerst af te drukken.
Wijzig de volgorde waarin afbeeldingen
worden afgedrukt. Plaats bijvoorbeeld een
lichtere afbeelding boven aan de pagina en
een donkerder afbeelding verderop op de
pagina.
Als het probleem later in een afdruktaak
optreedt, schakelt u het apparaat
gedurende tien minuten uit en zet u het
vervolgens weer aan om de afdruktaak
opnieuw te starten.
24.
NLWW