7 Reiniging en desinfectie
VO ORZI CH T IG
De volgende richtlijnen zijn belangrijk en moeten worden gevolgd bij het reinigen van
de batterij en het laadstation:
Gebruik een zachte doek bevochtigd met een van de volgende aanbevolen
reinigingsmiddelen:
– Zeepwater
– Reinigingsmiddelen op ammoniakbasis
– Waterstofperoxide
– Isopropylalcohol (oplossing van 70 procent)
– Mengsel van 3 procent chloorbleekmiddel en water
Dompel de batterij, laadstation of wandoplader niet onder in vloeistoffen en zorg
ervoor dat vloeistoffen deze voorwerpen niet binnendringen.
Sproei reinigingsmiddelen niet rechtstreeks op de batterij, oplaadstation of
wandoplader of in aansluitingen.
8 Onderhoud
Het laadstation en de wandoplader zijn ontworpen voor minimaal onderhoud.
Wanneer het laadstation en de wandoplader recentelijk niet zijn gebruikt, zijn gevallen
of wanneer anderszins vereist volgens lokale protocollen, wordt het volgende
periodiek aanbevolen:
•
Inspecteer het laadstation en de oplader visueel en controleer of (1) deze
schoon en droog zijn, (2) er geen onderdelen beschadigd zijn of rammelen en
(3) het omhulsel van het snoer van de wandoplader niet vuil, beschadigd of
gescheurd is.
•
Controleer de aan/uit- en oplaadfunctionaliteit van het laadstation en de oplader
door de batterij uit het laadstation te nemen, het snoer van de wandoplader
aan te sluiten en te controleren of de led-indicatoren op het laadstation en de
wandoplader kort groen knipperen.
Zie hoofdstuk 4.5 van deze gebruikershandleiding voor aanbevolen onderhoud van de
batterij wanneer deze in een Defibtech AED is geïnstalleerd.
8.1 Beschikbaarheidsbeleid voor reparatie-onderdelen
De batterij, laadstation, wandoplader, wandopladerstekker en snoer bevatten geen
door de gebruiker te onderhouden onderdelen.
Koppel de wandoplader af van de wandcontactdoos voordat de
batterij of het laadstation wordt gereinigd of gedesinfecteerd.
Niet opvolgen van deze instructie kan elektrische schokken en
een verstoorde werking van het laadstation tot gevolg hebben.
9
DAC-E2519NL-BB