12
4.0 Opstellen en uitrichten van het afstelapparaat voor
het voertuig
4.1 Voorbereiden van
het voertuig -
conform
wegenverkeerswet –
De banden moeten de voorge-
schreven bandenspanning hebben!
Het voertuig moet als volgt worden
belast:
a) Personenauto met één persoon
of 75 kg op de bestuurdersplaats,
ter- wijl het voertuig verder onbelast is.
b) Vrachtwagens en andere
meersporige voertuigen worden
niet belast. (Leeggewicht
conform wegen- verkeerswet.)
c) Enkelsporige voertuigen zoals
eenassige tractoren of
productiemachines (met zitkar
of aanhanger): met één persoon
of 75 kg op de bestuurdersplaats.
Bij voertuigen met hydraulische
vering of luchtvering moet de
motor met een gemiddeld
toerental draaien, tot de hoogte
van het voertuig niet meer
verandert.
Wanneer de koplampen automa-
tisch worden gecorrigeerd of er
sprake is van een traploze of 2-
traps afstelinrichting, dan moeten
de aanwijzingen van de fabrikant
in acht worden genomen.
De nationale voorschriften moeten
in ieder geval worden opgevolgd.
Afbeelding 3
vast los