10
3.3 Standvlak voor vast
koplampafstel-apparaat
De Hella-koplampafstel-
apparaten zijn ook geschikt
voor een vaste installatie.
De rails worden op de
ondergrond gemonteerd.
Bij gebruik op rails moet voor
ieder Hella-
koplampafstelapparaat een
railset worden besteld (Hella-
bestelnr. 9XS 861 736-001). Bij
de montage worden de rails
zelf gebruikt als boorsjabloon.
Aan het voertuigstandvlak
worden dezelfde eisen gesteld
als beschreven onder 3.1.
Om de koplampen nauwkeurig
te kunnen controleren en
afstellen, moet bij het leggen
van de rails het volgende in
acht worden genomen:
Het voertuigstandvlak en
looprailsvlak van het
koplampafstelapparaat
moeten in beide richtingen
parallel aan elkaar liggen.
Het hoogteverschil van de
wielloopvlakken mag niet
groter zijn dan 0,5 mm
(afbeelding 1).
De rails moeten over hun
gehele lengte worden
ondersteund, zodat ze niet
kunnen verbuigen.
De rails worden paarsgewijs
gelegd, in een hoek van 90¡
ten opzichte van de lengteas
van het voertuig.
Bij tegen elkaar aan liggende
rails moeten zijwaartse
verschuivingen worden
voorkomen (afbeelding 2).