7. Instellen van de pomp
7.1 Pomp instelling voor systeem type
ALPHA2 L
AL
AL
PHA2
PHA2
2
2
A
B
C
D
Pos.
Systeemtype
A
Vloerverwarming
B
2-pijps systeem
C
1-pijp systemen
D
Huishoudelijk water
* Zie
13.1 Richtlijnen voor
Inhoud:
7.1 Pomp instelling voor systeem type
7.2
Pompregeling.
Afb. 9
Keuze van pomp instelling voor systeemtype
Fabrieksinstelling = Hoogste proportionele druk curve (PP2).
Aanbevolen en alternatieve pompinstelling volgens afb. 9:
Aanbevolen
Laagste constante druk curve
(CP1)*
Hoogste proportionele druk curve
(PP2)*
Laagste proportionele druk curve
(PP1)*
Constant toerental, I*
prestatiecurven.
Veranderen van aanbevolen naar alternatieve pompinstelling
Verwarmingssystemen zijn "langzame" systemen die niet binnen enkele
minuten of uren op het optimale bedrijf kunnen worden ingesteld.
Als de aanbevolen pompinstelling niet de gewenste warmtedistributie
geeft in de kamers van het huis, wijzig dan de pompinstelling naar het
getoonde alternatief.
Uitleg over pompinstelling in relatie tot prestatiecurven,
zie
10. Pompinstellingen en
III
II
I
POWER
OK
III
II
I
POWER
OK
III
II
I
POWER
OK
II
POWER
III
I
OK
Pompinstelling
Hoogste constante druk curve
Laagste proportionele druk curve
Hoogste proportionele druk curve
Constant toerental, II of III*
pompprestatie.
14
III
III
II
II
I
I
POWER
POWER ER
(
)
OK
III
III
II
II
I
I
POWER
POWER
O
OWER
R
(
)
OK
II
II
POWER
POWER
III
III
I
I
(
)
OK
III
III
II
II
I
I
POWER
POWER
(
)
OK
Alternatief
(CP2)*
(PP1)*
(PP2)*