De opties op het bedieningspaneel van het menu Kwaliteit kunnen worden aangepast om de afdrukkwaliteit te verbeteren.
Menuselectie
Doel
Afdrukresolutie
Hiermee selecteert u de resolutie van
afgedrukte uitvoer.
Tonerintensiteit
Hiermee maakt u afdrukken lichter of
donkerder en past u het tonerverbruik
aan.
Helderheid
Hiermee past u de grijswaarden van
afgedrukte afbeeldingen en foto's aan.
Contrast
Hiermee past u het contrast van
afgedrukte afbeeldingen en foto's aan.
†
De fabrieksinstellingen worden aangegeven met een asterisk (*).
Daarnaast kunt u de opties Fine Lines-verbet. en Grijscorrectie inschakelen om de afdrukkwaliteit te verbeteren. Deze
instellingen kunt u maken in het stuurprogramma en in de Embedded Web Server (EWS)-interface van de MFP. Raadpleeg
de Help van het stuurprogramma voor meer informatie over deze opties.
Optie in
stuurprogramma
Doel
Fine Lines-verbet.
Hiermee schakelt u een afdrukmodus
in die speciaal bedoeld is voor
bestanden met nauwkeurige details,
zoals bouwkundige tekeningen,
kaarten, stroomcircuitschema's en
stroomdiagrammen.
Grijscorrectie
Hiermee past u automatisch de
contrastverbetering aan die is
toegepast op de beelden.
†
De fabrieksinstellingen worden aangegeven met een asterisk (*).
Problemen oplossen
Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen
139
†
Waarden
600 dpi*
Beeldkwaliteit 1200
1200 dpi
Beeldkwaliteit 2400
1–10
8* is de standaardinstelling.
Selecteer een lagere waarde om de
afdruk lichter te maken of om toner te
besparen.
-6 – +6
0* is de standaardinstelling.
0–5
0* is de standaardinstelling.
†
Waarden
Aan
Schakel het vakje in het
stuurprogramma in.
Uit*
Schakel het vakje in het
stuurprogramma uit.
Auto
Schakel het vakje in het
stuurprogramma in.
Uit*
Schakel het vakje in het
stuurprogramma uit.