(Eco)RO Dia I/II C
9.1
Installatietype (Eco)RO Dia I C met 1 pomp
wd.
dd.mm.jj
Alarm 05
Pomp M1
ESC
9.2
Installatietype (Eco)RO Dia I C met 2 pompen
wd.
dd.mm.jj
Alarm 05
Pomp M1
wd.
dd.mm.jj
Alarm 26
Pomp M2
9.3
Installatietype (Eco)RO Dia II C
wd.
dd.mm.jj
Alarm 05 pomp M1
K1 omsch.+F2 drukken
ROII
wd.
dd.mm.jj
Alarm 26 pomp M2
K3 omsch.+F1 drukken
ROI
wd.
dd.mm.jj
Alarm 26 pomp M2
F2 indrukken dan F1
ROI
Y5.1
Pagina 9-2
Het apparaat inschakelen
Deel 1 – gebruiksaanwijzing
Weergave van een foutmelding/error
uu:mm
Wanneer er een fout in pomp M1 wordt vastgesteld, verschijnt de fout-
melding (zie hoofdstuk "Foutmeldingen" op pag. 17-1). De installatie
Menu
wordt direct uitgeschakeld.
Weergave van een foutmelding/error
uu:mm
Wanneer er een storing in pomp M1 wordt waargenomen, verschijnt fout-
melding alarm 05 (zie hoofdstuk "Foutmeldingen"). De installatie blijft in
Menu
bedrijf met M2.
Wanneer er een storing in pomp M2 wordt waargenomen, verschijnt
uu:mm
foutmelding alarm 26, zie hoofdstuk "Foutmeldingen"). Installatie blijft
in bedrijf met M1.
Menu
Weergave van een foutmelding/error
uu:mm
Wanneer er een storing in pomp M1 wordt waargenomen, schakelt
de installatie uit en verschijnt foutmelding Alarm 05. De instructies
die de noodmodus inleiden (zie hoofdstuk "Foutmeldingen") worden
weergegeven.
Noodmodus ROII wordt door het omschakelen van de schijfklep K1 en
door drukken op de functietoets F2 (ROII) ingeleid.
Wanneer er een storing in pomp M2 wordt waargenomen, verschijnt de
uu:mm
foutmelding met de instructie o de noodmodus in te leiden (zie hoofdstuk
"Foutmeldingen"), zonder dat de installatie buiten bedrijf wordt gesteld.
Noodmodus ROI wordt door het omschakelen van de schijfklep K3 en
door drukken op de functietoets F1 (ROI) ingeleid.
Weergave, wanneer Hot RO II geactiveerd is
uu:mm
De noodmodus wordt door het inschakelen van magneetklep Y5.1 en het
indrukken van de functietoets F1 (RO I) ingeleid.
Rev. 2.5 datum 2017-03-20
Softwareversie 2.0