17.2.2 Overige storingsmogelijkheden
Fouten
Oorzaak
Voorzettank leeg
Pomp maakt lawaai – te weinig water in de voorzettank.
– Zodra de pomp bij een vulpeil onder
niveau LSAL1 loopt, kan er lucht worden
aangezogen. Deze lucht veroorzaakt het
geluid van schokken en trillingen.
Pomp transporteert
– Motorveiligheidsschakelaar defect.
geen medium
– Pomp defect.
Te hoge druk in
– Afsluitkleppen gesloten.
de ringleiding
– Overstortklep defect of gesloten.
– Ringleidingdruk groter dan de ingestelde
druk op de overstortklep.
Te geringe druk in
– Afname van te grote hoeveelheden
de ringleiding
permeaat.
– geringe permeaatproductie.
Batterij leeg
Rev. 2.5 datum 2017-03-20
Softwareversie 2.0
Effect / opheffing
Controleren of de installatie in een spoel-, desinfectie- of
afvoermodus staat.
Indien ja: modus door het programma laten beëindigen of
door uit- en weer inschakelen van de installatie beeindigen en
naar dialysemodus schakelen.
Pomp uitschakelen.
Voorzettank op niveau LSHL2 laten vullen.
Pomp opnieuw inschakelen.
Voorfilter vervangen.
Motorbeveiliging controleren.
Pomp controleren.
Service informeren, wanneer fouten niet gevonden kunnen
worden.
Evt. gesloten afsluitkleppen openen.
Overstortklep controleren.
Controleer op de manometer PI5 en PI6 de ringleidingdruk.
In principe ligt de druk PI5 (begin ringleiding) hoger dan PI6.
geen direct effect op de dialysemodus.
Let op dat de installatie niet van de permanente voeding
wordt losgekoppeld.
Bij een loskoppeling van de voeding wordt er naar
standaardparameters gereset. Datum/tijd worden gereset.
= Effect, = opheffing
Storingen / oorzaken / opheffing
Deel 1 – gebruiksaanwijzing
(Eco)RO Dia I/II C
Pagina 17-9