7. Inbedrijfstelling
7.5
Roerwerk monteren
•
Het roerwerk is met een bajonetafsluiting bevestigd.
•
Voor aangeboden roerwerken zie 4.5.6 Roerwerk
•
Voor demontage van het roerwerk zie 11.6 Roerwerk op slijtage controleren
u
Onderhoudsdeksel openen.
u
PTO invetten (bajonetsluiting en roerwerk
smeren)
u
Roerwerk op de PTO zetten
u
Roerwerk tegen de richting van de klok tot
de aanslag draaien
Erop letten dat de bajonetafsluiting van het
roerwerk veilig vergrendeld wordt.
u
Onderhoudsdeksel sluiten.
7.6
Hydraulische aandrijving aansluiten
Afhankelijk van de variant is de machine uitgerust met een hydraulische motor als aandrijving voor de
strooischijf en het roerwerk.
Aan de tractor zijn een enkelvoudig werkend stuurventiel en een vrije retourleiding noodzakelijk.
Bijkomend is in de retourleiding een terugslagventiel ingebouwd.
De hydraulische aandrijving wordt via 2 hydraulische slangleidingen verbonden met de tractor.
u
De stekker met de rode beschermkap op de drukleiding aansluiten.
u
De stekker met de blauwe beschermkap op de retourleiding aansluiten.
u
Leg de losgekoppelde hydraulische slangen enkel over de houder voor slangen en kabels. Zie
Afb. 36 Houder voor kabels en slangen
u
Laat de gedemonteerde hydraulische slangen niet op de bodem hangen.
u
Vóór het loskoppelen de doseerschuif volledig openen (zie Afb. 35 Doseerschuif geopend,
hydraulische cilinder aan de eindaanslag).
n Betreft de varianten H-100/200, Q-100/200, C-100/200
De machine wordt aangedreven door een hydraulische motor met een verdringingsvolume van
100 cm³ of 200 cm³.
48
Afb. 21: Roerwerk gemonteerd
5900962
AXEO 2.1/6.1/18.1