Werking
de buitenboordmotor vervolgens lang-
zaam naar beneden.
5.
Duw de kantelvergrendelhendel naar
beneden tot hij in de vergrendelstand
staat.
DMU32851
Modellen met trim- en
kantelbekrachtiging
De buitenboordmotor kan gedeeltelijk op-
waarts worden gekanteld om in ondiep water
te varen.
DCM00260
OPGELET
Kantel de buitenboordmotor nooit zo
hoog dat de koelwaterinlaat in het staart-
stuk boven het wateroppervlak komt
wanneer u in ondiep water gaat varen. Dat
zou ernstige schade door oververhitting
kunnen veroorzaken.
DMU32922
Procedure voor modellen met trim- en
kantelbekrachtiging
1.
Zet de afstandsbedieningshendel in
neutraal.
N
2.
Kantel de buitenboordmotor lichtjes om-
hoog naar de gewenste stand met be-
hulp
van
kantelbekrachtigingsschakelaar.
WAARSCHUWING!
van de trim- en kantelbekrachtigings-
schakelaar op de onderbak terwijl de
67
ZMU03196
de
trim-
en
Het
gebruiken
boot zich voortbeweegt of terwijl de
motor draait, verhoogt het risico van
overboord vallen en kan de bestuur-
der afleiden, waardoor het risico van
een botsing met een andere boot of
tegen een hindernis wordt vergroot.
[DWM01850]
UP
UP
DN
3.
Om de buitenboordmotor weer in de
normale vaarstand te zetten, drukt u op
de trim- en kantelbekrachtigingsschake-
laar en kantelt u de buitenboordmotor
voorzichtig omlaag.
DMU28194
Varen in andere
omstandigheden
Varen in zeewater
Na het varen in zeewater moet u de koelwa-
terdoorgangen uitspoelen met zoet water om
te voorkomen dat deze verstopt raken. Spoel
ook de buitenkant van de buitenboordmotor
met zuiver water en spoel de vermogenskop
ZMU01935
UP
ZMU06407