Extra printer instellen
13
Zet de printer aan.
14
Stel de printersoftware zodanig in dat de optionele lade wordt herkend. Zie
printerstuurprogramma toevoegen" op pagina 45
Kabels aansluiten
LET OP—KANS OP LETSEL: Gebruik de faxfunctie niet tijdens onweer. Schakel tijdens onweer dit product niet in
en sluit geen elektrische kabels of stroomkabels aan, zoals de fax, het netsnoer of een telefoonkabel.
Sluit de printer aan op de computer met een USB-kabel of op het netwerk met een ethernetkabel.
Zorg dat de volgende items met elkaar overeenkomen:
•
het USB-symbool op de kabel met het USB-symbool op de printer
•
de juiste ethernetkabel op de ethernetpoort
Onderdeel
1
EXT-poort
2
LINE-poort
3
Aansluiting van de stroomkabel van de
printer
voor meer informatie.
Tot
Extra apparaten (telefoon of antwoordapparaat) aansluiten op de printer en de
telefoonlijn. Gebruik deze poort als u geen aparte faxlijn hebt voor de printer en
als deze verbindingmethode wordt ondersteund in uw land of regio.
Opmerking: verwijder de afdekplug als u de poort wilt gebruiken.
Sluit de printer aan op een actieve telefoonlijn via een standaardwandaansluiting
(RJ-11), DSL-filter, VoIP-adapter of een andere adapter waarmee u faxen kunt
verzenden en ontvangen.
Sluit de printer aan op een goed geaard stopcontact.
"Beschikbare opties van het
44