30
Applicaties
Steekselectie: B
Naaivoet:
Draadspanning: 1 – 4
Steeklengte:
Steekbreedte: 5
Speld de applicatie op de stof (of strijk deze vast met
vlieseline).
Naai de applicatie rondom vast.Controleer daarbij of de
naald langs de buitenkant van de applicatie naait.
Zet bij het naaien van de hoeken de naald omlaag in de
stof.
Zet de naaivoet omhoog en draai de stof naar rechts of
links.
Stretchsteekpatronen
Steekselectie: A – K
Naaivoet:
Draadspanning: 1 – 4
Steeklengte:
Steekbreedte: 5
Als transport vooruit en achteruit niet gelijkmatig ver-
loopt, moet de balans worden aangepast. Draai hiervoor
de knop voor de steeklengte als volgt:
Draai de knop naar + om de steken dichter op elkaar te
naaien.
Draai de knop naar – om de steken verder uit elkaar te
naaien.
Satijnsteekvoet
0,5 – 1
Zigzagvoet
S