ACCESSOIRES
Eenheid
Installatie- en bedieningshandleiding
Hoeveelheid
Vorm
Doel
1. INLEIDING
1.1. Gebruiksvoorwaarden van het toestel
1) De normale spanning van de voeding is 380-415 V 3N~50 Hz, de minimum toelaatbare spanning is 342 V, en de maximum
spanning is 456 V.
2) Om de goede prestaties van de unit te behouden, wordt bedrijf bij de volgende buitentemperatuur aanbevolen:
KEM-30 DRS4.1 & KEM-60 DRS4.1
50
40
30
20
10
0
-10
-20
0
Temperatuur wateruitlaat (
Afb. 1-1-1 Werkingsbereik koelen Afb. 1-1-2 Werkingsbereik verwarmen
KEM-90 DRS5
COOLING
KOELING
55
50
45
40
35
30
25
20
15
10
5
0
-5
-10
-15
0
5
10
Temperatuur wateruitlaat (
Afb. 1-2-1 Werkingsbereik koelen Afb. 1-2-2 Werkingsbereik verwarmen
In de koelmodus kan de minimale waterafgifte van 0°C worden ingesteld (de units (KEM-30 DRS4.1&KEM-60 DRS4.1) kunnen
worden ingesteld via de kiescode S12-3 op het hoofdbedieningspaneel, en de unit (KEM-90 DRS5) kan worden ingesteld via het
servicemenu van de besturingseenheid). Wanneer de ingestelde temperatuur lager is dan 5 graden, moet antivriesvloeistof aan de
waterzijde toegevoegd worden (concentratie hoger dan 15%). De unit kan anders beschadigd worden.
Testvoorzieningen
temperatuur van totale
waterafvoer
1
Gebruik voor installatie (alleen nodig voor het instellen van de
/
10
20
30
) Temperatuur wateruitlaat (
°C
G
15
20
25
30
Two [°C]
Twee [°C]
) Temperatuur wateruitlaat (
°C
1
Transformator
1
1
hoofdmodule)
KEM-30 DRS4.1 & KEM-60 DRS4.1
35
25
15
5
-5
-15
-25
20
30
)
°C
KEM-90 DRS5
HEATING
VERWARMING
50
45
40
35
30
25
20
15
10
5
0
-5
-10
-15
-20
-25
20
25
30
35
Twee [
)
°C
C
1
40
50
60
40
45
50
55
60
Two [°C]
°C]