7
x
Gasbrander
Kalibratie automatische ontsteking
LET OP!
De automatische ontsteking is geprogrammeerd om
met de veroudering van de componenten rekening te
houden. Een kalibratie van de branderautomaat
ondanks dat de rookgas-instelwaarden worden bereikt
(tab. 5-1 t/m tab. 5-3) kan hierop een negatieve
invloed hebben.
Voer alleen een kalibratie van de brander uit als de
rookgas-instelwaarden niet worden bereikt, of als
er een mechanische wijziging is uitgevoerd,
bijvoorbeeld door vervangen van component met
originele ROTEX onderdelen.
1. ROTEX GCU compact uit- en weer inschakelen.
2. Draaischakelaar in de stand "Configuratie"
Overzicht wordt weergegeven.
3. Met de draaiknop het niveau
Overzicht wordt weergegeven.
4. Met de draaiknop de parameter [100% Calibration] selecteren
en bevestigen.
Overzicht wordt weergegeven.
5. Met de draaiknop de parameter [Drop Io-base] selecteren en
bevestigen.
Kalibratie gestart. Na het voltooien van een kalibratie zal
er een instelgebied van -5 tot +10 verschijnen.
6. Rookgasanalysetoestel op de GCU compact aansluiten.
7. Met de draaiknop de parameter [Drop Io-base] dusdanig
instellen dat de rookgaswaarden in het gewenste gebied
liggen.
8. Selectie bevestigen met een korte druk op de draaiknop.
De kalibratieprocedure is voltooid.
Brander start probleemloos: geen verdere actie nodig.
Brander start weer slecht: controleer het startgedrag van
de brander en stel het eventueel in.
Startgedrag van de brander controleren en instellen
De instelling van de parameter [Corr power start] is direct gerela-
teerd aan het constructief ontwerp.
1. Draaischakelaar in de stand "Configuratie"
Overzicht wordt weergegeven.
2. Met de draaiknop het niveau
Overzicht wordt weergegeven.
3. Met de draaiknop de parameter [Corr power start] selecteren
en bevestigen.
De huidige waarde wordt aangegeven.
4. Met de draaiknop de parameter [Corr power start] afstellen.
5. Selectie bevestigen met een korte druk op de draaiknop.
6. ROTEX GCU compact uit- en weer inschakelen.
7. Genereer een commando voor de brander (bijv.
verwarmingsmodus).
Brander start probleemloos: geen verdere actie nodig. De
wijziging van het vermogen in het bedrijfshandboek invoe-
ren en met handtekening bevestigen.
Brander start weer slecht: startvermogen opnieuw instel-
len of gashoeveelheid aanpassen.
42
Gashoeveelheid bij branderstart instellen
D.m.v. het instellen van de parameters [Corr qGas start] kan de
hoeveelheid gas voor het starten van de brander worden aan-
gepast.
1. Draaischakelaar in de stand "Configuratie"
Overzicht wordt weergegeven.
2. Met de draaiknop het niveau
Overzicht wordt weergegeven.
3. Met de draaiknop de parameter [Corr qGas start] selecteren
en bevestigen.
De huidige waarde wordt aangegeven.
4. Met de draaiknop de parameter [Corr qGas start] afstellen.
5. Selectie bevestigen met een korte druk op de draaiknop.
6. ROTEX GCU compact uit- en weer inschakelen.
zetten.
7. Genereer een commando voor de brander (bijv.
verwarmingsmodus).
selecteren.
Brander start probleemloos: geen verdere actie nodig.
Brander start weer slecht: hoofdstuk 10 "Fouten en storin-
gen".
Bij startproblemen na een vervanging van het veiligheids-
gasregelblok:
D.m.v. het instellen van de parameter [CL - Offset CES] kan de
startconfiguratie van het veiligheids-gasregelblok voor de eerste
start van de brander worden aangepast.
1. Draaischakelaar in de stand "Configuratie"
Overzicht wordt weergegeven.
2. Met de draaiknop het niveau
Overzicht wordt weergegeven.
3. Met de draaiknop de parameter [CL - Offset CES] selecteren
en bevestigen.
De huidige waarde wordt aangegeven.
4. Met de draaiknop de parameter [CL - Offset CES] afstellen.
5. Selectie bevestigen met een korte druk op de draaiknop.
6. ROTEX GCU compact uit- en weer inschakelen.
7. Genereer een commando voor de brander (bijv.
verwarmingsmodus).
zetten.
Brander start probleemloos: geen verdere actie nodig.
Branderstart na enkele correcties nog steeds niet in orde:
selecteren.
Zie hoofdstuk 10 "Fouten en storingen".
Als er geluidsproblemen (fluiten, zoemen, etc.) optreden,
kunnen aanpassingen aan de beschreven parameters (startver-
mogen, gasvolume branderstart ) het probleem verhelpen.
Bij werking op aardgas kan het verwijderen van de collector voor
toevoerlucht (afb. 7-2, item 12) succesvol zijn.
Door resonantie veroorzaakte, hinderlijke geluiden kunnen ef-
fectief worden verminderd door het gebruik van een demper
(zie hoofdstuk 4.2).
zetten.
selecteren.
zetten.
selecteren.
FA ROTEX GCU compact -