Inhoudsopgave
Advertenties
7
x
Gasbrander
7.3.1 Instelwaarden
Type
Gastype
Brander-
(Testgas)**
belasting
in kW bij
"Vollast"
Aardgas E/H
(G20)
Aardgas LL/L
15,7
(G25)
Propaan* (G31)
*
Type
Gastype
Brander-
(Testgas)**
belasting
in kW bij
"Vollast"
Aardgas E/H
(G20)
Aardgas LL/L
25,3
(G25)
Propaan* (G31)
*
Type
Gastype
Brander-
(Testgas)**
belasting
in kW bij
"Vollast"
Aardgas E/H
(G20)
32,5
Aardgas
LL/L(G25)
Propaan* (G31)
30,0
40
GCU compact 315 / 515 (BIV)
O
-Gehalte
CO
-Gehalte in
2
2
in %
Gewenst +
-
Gewenst
9,2
4,6
0,6 0,2
9,0
10,7
GCU compact 324 / 524 (BIV)
O
-Gehalte
CO
-Gehalte in
2
2
in %
Gewenst +
-
Gewenst
9,3
4,3
0,6 0,2
9,2
11,0
GCU compact 533 (BIV)
O
-Gehalte
CO
-Gehalte in
2
2
in %
Gewenst
+
-
Gewenst
9,5
4,0
0,6 0,2
9,3
11,1
Type
Gastype
(Testgas)**
*
Type
Gastype
(Testgas)**
Aardgas E/H
(G20)
Aardgas LL/L
(G25)
Propaan* (G31)
*
%
+
-
7.3.2 Creëer toegang tot de brander
Geluiddempende kap verwijderen (zie hoofdstuk 4.4.3).
0,1
0,3
Bovenste branderafdekking demonteren
(zie hoofdstuk 4.9.3).
0,1
0,3
0,3
0,5
7.3.3 Brander controleren en instellen
De gasbrander is in de fabriek op het gastype "aardgas" inge-
steld. De juiste gasinlaatdruk vindt u hier tab. 12-5.
Op de regeling RoCon BF kan de GCU compact op de functie
[Emissiemeting] onder [Vollast] en [Basislast] worden ingesteld.
De controle van uitlaatemissies gebeurt met een uitlaatgasanaly-
sator.
%
Hulpmiddelen
+
-
– Instrument voor de analyse van afvoergas.
– Drukmeter voor het meten van de gasdruk.
0,1
0,3
Controle en instelling
Neem de volgorde in acht!
0,1
0,3
1. Controleren of de brander op het juiste gastype en de juiste
gasingangsdruk is ingesteld (zie ook hoofdstuk 4.9.4).
0,3
0,5
2. Schroef in de meetaansluiting Gas-invoerdruk (afb. 4-32,
item 3.3) een halve slag tegen de klok in draaien en de
meetslang van de drukmeter opschuiven.
3. Gaskraan openen.
4. Gas-invoerdruk (rustdruk) meten en met de streefwaarde
vergelijken (zie tab. 12-5). Meetapparaat aangesloten
houden.
%
Als de invoerdruk van het gas (rustdruk) buiten de grens-
+
-
waarden komt: Bevoegde gastoevoeronderneming ver-
wittigen resp. drukreduceerklep controleren (bij vloeibaar
gas).
0,1
0,3
5. Verwarmingskleppen openen.
0,1
0,3
6. ROTEX GCU compact aan de hoofdschakelaar inschakelen.
0,3
0,5
GCU compact 533 (BIV)
Brander-
O
-Gehalte
2
belasting
in %
in kW bij
Gewenst
+
"Vollast"
GCU compact 3xx / 5xx (BIV)
Brander-
O
-Gehalte
2
belasting
in %
in kW bij
Gewenst
+
-
"Basislas
t"
6,5
4,4
0,9 0,4
FA ROTEX GCU compact -
CO
-Gehalte in
2
%
-
Gewenst
+
-
CO
-Gehalte in
2
%
Gewenst
+
-
9,3
0,2
0,6
9,1
0,2
0,6
10,8
0,3
0,6
Advertenties
Inhoudsopgave
